Het bestemmingsplan Paraplubestemmingsplan Wonen en Parkeren met identificatienummer NL.IMRO.1924.GOparpluWnPk-BP30 van de gemeente Goeree-Overflakkee.

Woningen die legaal aanwezig of vergund zijn op het tijdstip van de terinzagelegging van het vastgestelde bestemmingsplan en de nog niet gerealiseerde woningen die op basis van het geldende bestemmingsplan, wijzigingsplan of uitwerkingsplan gerealiseerd mogen worden waarvoor nog geen vergunningaanvraag is ontvangen.

Een vaste groep van personen tussen wie een duurzame band bestaat die het enkel gezamenlijk bewonen van bepaalde woonruimte te boven gaat en die de bedoeling heeft bestendig voor onbepaalde tijd een huishouden te vormen, waarbij sprake is van een samenlevingswens tussen de personen die niet overwegend wordt bepaald door de beslissing om de betrokken woonruimte te delen.

Een gebouw of een deel van een gebouw dat fungeert als de vaste verblijfplaats van een persoon, hetgeen blijkt uit de basisregistratie personen (BRP).

Een alleenstaande of twee of meer personen die een duurzaam gemeenschappelijke huishouding (willen) voeren.

Gemotoriseerd voertuig, niet zijnde een bromfiets, snorfiets, invalidenvoertuig of tram.

Het aantal benodigde parkeerplaatsen per eenheid van een functie in een gebied.

Een plek in het openbaar gebied of op eigen grond waar iemand zijn of haar motorvoertuig/(brom)fiets mag parkeren, dit kan zowel betaald als onbetaald zijn.

De huisvesting van één duurzaam huishouden dat het hoofdverblijf houdt op één dezelfde locatie gedurende tenminste 2/3 deel van een aaneengesloten periode van 6 maanden.

Een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk duurzaam huishouden als hoofdverblijf.

De in dit bestemmingsplan opgenomen regels, gelden in aanvulling op de regels van alle (vastgestelde) bestemmingsplannen, wijzigingsplannen en uitwerkingsplannen binnen de gemeente Goeree-Overflakkee. De verbeeldingen behorende bij de bestemmingsplannen blijven ongewijzigd van toepassing.

Het aantal woningen mag niet meer bedragen dan het bestaand aantal woningen.

Het is verboden om het gebruik van gronden en bouwwerken te wijzigen door:

1. a. het (laten) bewonen van een woning door meer dan één huishouden, of;
2. b. een toename van het op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan legale bestaande aantal huishoudens per woning.

Bij omgevingsvergunning kan door burgemeester en wethouders worden afgeweken van lid 3.2, indien:

1. a. voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein beschikbaar is, dan wel beschikbaar is in de openbare ruimte, en;
2. b. er geen onevenredige afbreuk ontstaat aan de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende percelen, en;
3. c. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad.

1. a. Een nieuw bouwwerk, verandering van een bouwwerk, wijzigen van het gebruik van gronden en/of bouwwerken – al dan niet gecombineerd – , waarvan een behoefte aan parkeergelegenheid wordt verwacht, is niet toegestaan wanneer op het bouwperceel of in de omgeving daarvan niet in voldoende parkeergelegenheid is voorzien en in stand wordt gehouden.
2. b. Bij een omgevingsvergunning, dan wel bij de beoordeling of het gebruik in overeenstemming is met het bestemmingsplan, wordt aan de hand van op dat moment van toepassing zijnde CROW-richtlijnen, dan wel de vervangers daarvan of het daarvoor in de plaats tredende gemeentelijke parkeerbeleid, bepaald wat de parkeerbehoefte is en of er sprake is van voldoende parkeergelegenheid voor motorvoertuigen en (brom)fietsen.
3. c. Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in sub a en kan worden toegestaan dat in minder dan voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien, mits dit geen onevenredige afbreuk doet aan de parkeersituatie. Hiervoor wordt advies opgevraagd bij de gemeentelijke verkeerskundige.

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

1. a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot;
   1. 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
   2. 2. na het tenietgaan ten gevolg van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van omgevingsvergunningen voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan;
2. b. het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van dit lid onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in dit lid onder a met maximaal 10%;
3. c. dit lid onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

1. a. het gebruik van grond en bouwwerken, dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
2. b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
3. c. indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
4. d. het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik, dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan ' Paraplubestemmingsplan Wonen en Parkeren'.

De gemeente Goeree-Overflakkee wil meer grip krijgen op het gebruik van reguliere woningen. Het gebruik van reguliere woningen voor kamerverhuur, bijvoorbeeld aan tijdelijke werknemers/arbeidsmigranten, leidt in toenemende mate tot ongewenste gevolgen voor de leefbaarheid van de directe omgeving. De gemeente wil kamerverhuur niet zonder meer overal toe staan. Momenteel is beleid in ontwikkeling dat in ieder geval ongecontroleerde huisvesting van onder andere tijdelijke werknemers/arbeidsmigranten in de vorm van kamerverhuur in de kernen moet voorkomen. Bovendien wil de gemeente het gebruik van reguliere woningen als vakantiewoningen reguleren.

In het merendeel van de geldende bestemmingsplannen ontbreekt de definitie van het begrip 'wonen' in de planregels. Vaak is alleen het begrip 'woning' gedefinieerd. Beide begrippen zijn echter niet uitwisselbaar. Op percelen waar 'wonen' op basis van de bestemmingsplanregels is toegestaan heeft dit als gevolg dat aansluiting moet worden gezocht bij het algemeen spraakgebruik. Hieruit volgt dat diverse woonvormen, waaronder kamerverhuur mogelijk zijn. Woonvormen die vergelijkbaar zijn met de huisvesting van een regulier huishouden zijn aanvaardbaar en hebben in die zin geen gevolgen voor de leefbaarheid. De leefbaarheid kan echter wel in het gedrang komen wanneer er bijvoorbeeld sprake is van kamerverhuur.

Daarnaast ontbreekt in deel van de geldende bestemmingsplannen een parkeernorm. Vooral in bestemmingsplannen van voor 1 juli 2021 is deze norm nog niet opgenomen. Vooral bij de herontwikkeling van panden met een brede bestemming (bijvoorbeeld centrum) leidt dit regelmatig tot parkeerproblemen. Het is de wens om een standaard parkeerregeling op te nemen.

Om meer grip te krijgen op het gebruik van reguliere woningen en de mogelijke gevolgen van parkeren is reparatie van de geldende bestemmingsplannen op deze onderwerpen nodig. Hiervoor is voorliggend paraplubestemmingsplan opgesteld. Het paraplubestemmingsplan is een partiële herziening van meerdere geldende bestemmingsplannen. Op de bovengenoemde onderwerpen worden de geldende bestemmingsplannen aangepast en/of aangevuld.

Het plangebied is het gehele ambtsgebied van de gemeente Goeree-Overflakkee. Het toepassingsbereik van dit parapluplan betreft alle, op het tijdstip van terinzagelegging van dit bestemmingsplan, vastgestelde en geldende bestemmingsplannen, wijzigingsplannen en uitwerkingsplannen binnen de gemeente Goeree-Overflakkee.

Het parapluplan heeft betrekking op de gronden van de volgende bestemmingsplannen, wijzigingsplannen en uitwerkingsplannen:

Het doel van dit paraplubestemmingsplan is het formuleren van een uniforme regeling voor het gebruik van alle reguliere woningen en een standaard parkeerregeling in de gemeente Goeree-Overflakkee. Hierdoor worden de geldende bestemmingsplannen, wijzigingsplannen en uitwerkingsplannen op deze onderdelen gecorrigeerd en/of aangevuld.

Dit bestemmingsplan bestaat uit deze toelichting, regels en een verbeelding. Deze toelichting bestaat naast dit inleidende hoofdstuk uit twee hoofdstukken. In hoofdstuk 2 wordt de juridische planbeschrijving besproken. Hoofdstuk 3 gaat over de uitvoerbaarheid van het plan. Dit paraplubestemmingsplan bestaat uit enkele aanvullingen en aanpassingen van de bestaande regels die geen toetsing aan diverse milieu- en omgevingsaspecten vereisen. Bovendien is dit bestemmingsplan beleidsarm. Het beschouwen van de beleidskader is niet van toepassing.

Het paraplubestemmingsplan is opgesteld conform de normen die zijn opgenomen in de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2012. Daarnaast zijn de verplichte bepalingen uit het Besluit ruimtelijke ordening, te weten de anti-dubbeltelregel en het overgangsrecht, opgenomen. Het parapluplan kent geen bestemmingen, omdat aan de eerder genoemde geldende bestemmingsplannen alleen artikelen worden toegevoegd aan de regels. De geldende bestemmingen blijven van kracht.

Vanaf 1 juli 2018 zijn de stedenbouwkundige voorschriften uit de bouwverordening (waaronder de parkeerverplichting) vervallen en moeten deze in een bestemmingsplan worden opgenomen. Eén van de gevolgen daarvan is, dat er vanaf dat moment bij het verlenen van een omgevingsvergunning niet meer op basis van de bouwverordening eisen gesteld kunnen worden aan de realisatie van parkeerplaatsen. Bouwplannen worden nu getoetst aan het gemeentelijke parkeerbeleid of de door het CROW (het kennisplatform in Nederland voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte) ontwikkelde parkeerkencijfers. In een groot deel van de geldende bestemmingsplannen ontbreekt het aan een parkeernorm. Bij ruimtelijke ontwikkelingen (bouwen en gebruikswijzigingen) is het van belang dat er voldoende parkeergelegenheid is voor de gebruiker en bezoeker en om overlast van fout parkeren te voorkomen. Een algemene en flexibele parkeerregeling zoals opgenomen in dit parapluplan borgt dit.

De geldende bestemmingsplannen blijven van kracht, met dien verstande dat aan de regels van die bestemmingsplannen regels/begripsbepalingen met betrekking tot wonen en parkeren worden toegevoegd via voorliggend parapluplan. In die plannen waar al regels/begripsbepalingen zijn opgenomen met betrekking tot wonen en parkeren komt die regeling te vervallen en daarvoor treedt de regeling uit dit plan in de plaats.

Wonen

Dit parapluplan zorgt ervoor dat aan alle geldende bestemmingsplannen een definitie van het begrip 'wonen' wordt toegevoegd. Onder wonen verstaat de gemeente de huisvesting van één huishouden in een woning. Er is een regeling opgenomen dat het verboden is om het gebruik van gronden en bouwwerken waar op basis van de geldende bestemmingsplanregels 'wonen' al dan niet binnen een bepaalde bestemming of via een functieaanduiding is toegestaan te wijzigen door het (laten) bewonen van een woning door meer dan één huishouden. Met een omgevingsvergunning, onder voorwaarden, kan hiervan worden afgeweken.

Voor de kernen Ouddorp en Goedereede geldt op dit moment een zogenaamde bewonersplicht. In het daar geldende bestemmingsplan 'Stad Goedereede en dorpsgebied Ouddorp 2012' is het begrip 'wonen' omschreven als het duurzaam hoofdverblijf houden op één dezelfde locatie gedurende tenminste 2/3 deel van een aaneengesloten periode van 6 maanden. Deze bewonersplicht is overgenomen in de betreffende begripsbepaling.

Naast het begrip 'wonen' zijn nog een aantal aanverwante begripsbepalingen opgenomen, namelijk 'bestaandaantal woningen', 'duurzaam gemeenschappelijke huishouding', 'huishouden', 'hoofdverblijf' en 'woning'. Het aantal woningen mag niet meer bedragen dan de bestaande (vergund of planologisch geregeld) aantal woningen.

Parkeren

Het parkeren in het parapluplan is geregeld door te verwijzen naar de meest recente CROW-richtlijnen aangezien de gemeente op dit moment nog geen parkeerbeleid heeft vastgesteld. Op dit moment is dat de CROW-publicatie 381 'Toekomstbestendig parkeren'. Daarnaast wil de gemeente graag het fietsparkeren reguleren. Hiervoor wordt, op dit moment, verwezen naar CROW-publicatie 291 'Leidraad fietsparkeren'. Echter staan hierin oude kencijfers. In maart 2020 zijn deze cijfers geactualiseerd in de publicatie CROW-fietsberaad 'Fietsparkeerkencijfers 2019'.

Deze publicaties kunnen worden vervangen door nieuwe publicaties of door daarvoor in de plaats tredende parkeerbeleid. Daarom is in de parkeerregeling hiernaar een verwijzing opgenomen. Indien na de inwerkingtreding van dit bestemmingsplan nieuwe CROW-richtlijnen of parkeerbeleid wordt vastgesteld, vormen vanaf dat tijdstip de nieuwe parkeernormen ook het toetsingskader in de toekomstige bestemmingsplannen. Verder zijn de begrippen 'motorvoertuig', 'parkeerbehoefte' en 'parkeergelegenheid' opgenomen.

De regels van voorliggend parapluplan zijn onderverdeeld in drie hoofdstukken:

• Hoofdstuk 1 Inleidende regels
• Hoofdstuk 2 Algemene regels
• Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels

In hoofdstuk 1 zijn de begrippen opgenomen en het toepassingsbereik. In hoofdstuk 2 zijn regels opgenomen ten aanzien van het gebruik van wonen, een parkeerregeling en de antidubbeltelregeling. Hoofdstuk 3 bevat regels over het overgangsrecht en de slotregel.

Voor bouwplannen zoals die zijn aangewezen in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening is het uitgangspunt dat de gemeenteraad een exploitatieplan vaststelt. Van de verplichting een exploitatieplan vast te stellen kan onder andere worden afgeweken als het verhaal van kosten van de grondexploitatie anderszins is verzekerd, bijvoorbeeld door een anterieure overeenkomst of doordat de verplicht te verhalen kosten zijn verdisconteerd in de grondprijs.

Omdat het voorliggende plan niet voorziet in een bouwplan als bedoeld in artikel 6.12, eerste lid, Wro, hoeft geen exploitatieplan te worden vastgesteld. Behoudens plankosten, zijn er aan deze paraplubestemmingsplan geen kosten verbonden. De kosten die samenhangen met deze paraplubestemmingsplan komen voor rekening van de gemeente Goeree-Overflakkee. Er zijn geen verdere financiële consequenties voor de gemeente.

Vooroverleg

Vooroverleg zoals bedoeld in artikel 3.1.1. van het Besluit ruimtelijke ordening is voor dit plan van toepassing. In het kader van dit bestuurlijke vooroverleg is het plan in ieder geval toegezonden aan de provincie Zuid-Holland.

Ter inzage legging ontwerpbestemmingsplan

Gelet op het bepaalde in artikel 3.8 Wro in combinatie met afdeling 3.4 Awb wordt een ontwerpbestemmingsplan, na voorafgaande bekendmaking, gedurende een periode van zes weken ter inzage gelegd. Een ieder is dan in de gelegenheid zijn of haar zienswijze mondeling of schriftelijk kenbaar te maken bij de gemeenteraad. Vaststelling van het bestemmingsplan, al dan niet in gewijzigde vorm, gebeurt met inachtneming van de ingediende zienswijzen.

Het ontwerpbestemmingsplan heeft gedurende 6 weken, van 28 juli tot en met 7 september, ter inzage gelegen. Hierbij is een ieder de mogelijkheid geboden om zienswijzen in te dienen. Tijdens de inzagetermijn is er in totaal één zienswijze binnengekomen. Deze is later ingetrokken. Verder is een reactie van de provincie Zuid-Holland ontvangen. Voor de beantwoording zie Bijlage 1.