Bestemmingsplan Buitengebied, tweede herziening
Bestemmingsplan - gemeente Montferland
Vastgesteld op 28-01-2016 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan:
het Bestemmingsplan Buitengebied, tweede herziening met identificatienummer NL.IMRO.1955.bplgbgalgherz02-va01 van de gemeente Montferland.
1.2 bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1955.bplgbgalgherz02-va01 met de bijbehorende regels en bijlagen.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
-
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 2 Overige Regels
2.1 Wijzigen van de verbeelding
Dit bestemmingsplan, zoals vervat in het GML bestand NL.IMRO.1955.bplgbgalgherz02-va01 wijzigt op onderdelen de verbeelding van:
- a. het bestemmingsplan 'Buitengebied', zoals vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Montferland op 29 september 2011, zoals vervat in het GML bestand NL.IMRO.1955.bplgbgalgmontferl-va03, daaronder tevens begrepen de daarop betrekking hebbende wijzigingsplannen:
- 1. Buitengebied, wijziging Stillewaldweg 14 te Loerbeek
- 2. Buitengebied, wijziging Vinkwijk 5 te Zeddam
- 3. Buitengebied, wijziging Melderstraat 23 te Didam
- 4. Buitengebied, wijziging St. Isidorusstraat 15 te Stokkum
- 5. Buitengebied, wijziging Fluunseweg 14 te Didam
- 6. Buitengebied, wijziging Kollenburgweg nabij nr. 3 te Didam
- 7. Buitengebied, wijziging Kollenburgweg 6 te Didam
- 8. Buitengebied, wijziging Groot Lobberikweg 5 en 7 te Loerbeek
- b. het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening', zoals vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Montferland op 30 oktober 2014, zoals vervat in het GML bestand NL.IMRO.1955.bplgbgalgherz01-va01, daaronder tevens begrepen de daarop betrekking hebbende wijzigingsplannen:
- 1. Buitengebied, wijziging Vinkwijkseweg 23 te Zeddam
- 2. Buitengebied, wijziging Melkweg 3 te Beek
- 3. Buitengebied, wijziging Klompenhorstweg 3 te Didam
2.2 Verbeelding bestemmingsplan 'Buitengebied' en 'Buitengebied, eerste herziening' van toepassing
De verbeelding van:
- a. het bestemmingsplan 'Buitengebied (va03)' inclusief de daarop betrekking hebbende wijzigingsplannen;
- b. het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening (va01)' inclusief de daarop betrekking hebbende wijzigingsplannen;
is onverkort van toepassing, voor zover daarin binnen het plangebied van dit bestemmingsplan geen wijziging is aangebracht.
2.3 Regels bestemmingsplan 'Buitengebied' en 'Buitengebied, eerste herziening' van toepassing
- a. De regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied', zoals vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Montferland op 29 september 2011, zoals vervat in het GML bestand NL.IMRO.1955.bplgbgalgmontferl-va03, alsmede de daarin door middel van het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' (zoals vervat in het GML bestand NL.IMRO.1955.bplgbgalgherz01-va01) aangebrachte wijzigingen, zijn op dit bestemmingsplan onverkort van toepassing;
- b. Voor zover in het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt gesproken van 'bestaand' wordt onder 'de inwerkingtreding van het plan', in dit plan verstaan: 'de inwerkingtreding van het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' van de gemeente Montferland', met identificatienummer NL.IMRO.1955.bplgbgalgherz02-va01.
- c. Voor zover in de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt gesproken over 'aanwezigheid ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan' of 'ten tijde van de ter visie legging van het ontwerpplan' wordt met (ontwerp)plan bedoeld 'het (ontwerp)bestemmingsplan 'Buitengebied'. Een en ander is niet van toepassing in het geval lid 2.3 sub b van toepassing is;
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 3 Overgangsrecht
3.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a. een omgevingsvergunning voor het bouwen verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met maximaal 10%.
- c. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
3.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld onder a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 4 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening'
Bijlagen Bij De Regels
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding En Doelstelling
Op 30 oktober 2014 is door de gemeenteraad het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' vastgesteld. Dit bestemmingsplan voorzag in enige actualisatie en reparatie van de op 29 september 2011 door de gemeenteraad vastgestelde integrale herziening van de toenmalige bestemmingsplannen Buitengebied van de voormalige gemeenten Bergh en Didam. De gemeenteraad heeft bij de vaststelling van het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' op 30 oktober 2014 aangedrongen op een 'bezemactie', inhoudende het planologisch regelen van kruimelgevallen op perceelsniveau welke niet op ruimtelijke en/of milieutechnische belemmeringen stuiten, maar welke gelet op de procedure niet meer in de eerste herziening konden worden meegenomen. Het nu voorliggende bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' voorziet hierin.
1.2 Onderzoek Bestemmingsvlakken 'Wonen'
Bij de integrale herziening van het bestemmingsplan 'Buitengebied' in 2011 is mede gelet op de digitale vereisten voor bestemmingsplannen, anders dan voorheen (aanduidingen en aanpijlingen), gewerkt met bestemmingsvlakken 'wonen'.
Voor het opnemen van de bestemmingsvlakken 'wonen' is bij de integrale herziening uitgegaan van de situatie op basis van de toenmalig meest recente luchtfoto, waarbij tevens het uitgangspunt is gehanteerd van compacte bestemmingsvlakken.
De landschappelijke kwaliteit en het uitgangspunt van het tegengaan van verspreide bebouwing maakt dat het wenselijk is om bestemmingsvlakken waar mogelijk zo compact mogelijk te houden. Naarmate bestemmingsvlakken groter zijn, biedt dat immers de gelegenheid tot meer verspreide bebouwing. In voorkomende gevallen kan dit betekenen dat bestaande bebouwing, ontsluitingen of tuinen buiten het bestemmingsvlak 'wonen' zijn gehouden wanneer binnen het bestemmingsvlak voldoende oppervlakte aan bijgebouwen of ruimte voor voor bijgebouwen bij de woning aanwezig is.
Anderzijds kunnen ook omliggende functies/bestemmingen, de ligging ten opzichte van een weg of omliggende waarden aanleiding geven om de omvang van een bestemmingsvlak 'wonen' beperkt te houden.
Ook is voor de bestemmingsvlakken 'wonen' niet altijd de kadastrale begrenzing aangehouden nu in veel gevallen het kadastrale perceel aanzienlijk ruimer is dan de feitelijke bebouwingsconcentratie. Daar komt bij dat deze grenzen los van het bestemmingsplan kunnen wijzigen. In andere gevallen is afstemming op de bestaande kadastrale eigendomsgrens echter goed mogelijk. Hoofdzaak is dat de bestemmingsvlakken zijn afgestemd op een goede ruimtelijke ordening (ontzien van waarden, enige ontwikkelingsmogelijkheden, en het voorkomen van belemmering van omliggende functies).
Gebleken is echter ook dat voor diverse woonpercelen in het buitengebied een bestemmingsvlak is opgenomen welke de betrokken bewoners beperkt in de bouwmogelijkheden. Om die reden is als onderdeel van het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' een wijzigingsbevoegdheid in het plan opgenomen welke het voor betrokkenen mogelijk maakt het bestaande bestemmingsvlak van vorm te kunnen wijzigen c.q. te vergroten. De daaraan gekoppelde voorwaarden waarborgen dat sprake is van een goede ruimtelijke ordening. De betreffende wijzigingsbevoegdheid is hieronder opgenomen.
Ondanks de wijzigingsbevoegdheid is bij de vaststelling van het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' verzocht om een 'bezemactie', waarbij voor een enkele locatie een aangepast bestemmingsvlak 'wonen' zou worden opgenomen. Deze actie is echter verbreed tot een algehele inventarisatie van bestemmingsvlakken 'wonen' in het buitengebied in het kader van deze tweede herziening. Bijstelling van het bestemmingsvlak 'wonen' is in de volgende gevallen wenselijk gebleken:
- 1. gevallen waarin zich buiten het bestemmingsvlak 'wonen' een substantiele rechtens toegestane oppervlakte aan gebouwen of bebouwing bevindt. Al daar waar binnen het bestemmingsvlak 'wonen' sprake is van een beperkte oppervlakte aan bijgebouwen, zijn andere bijgebouwen behorende tot het zelfde perceel (gedeeltelijk) onder het overgangsrecht geplaatst;
- 2. gevallen waarin het geldende bestemmingsvlak 'wonen' geen tot nauwelijks ruimte biedt voor enige uitbreiding of herbouw (erf) rekening houdende met het uitgangspunt dat bijgebouwen achter de voorgevel van de woning dienen te worden opgericht en rechtens de mogelijkheid wordt geboden tot 100 m². Een en ander terwijl de betreffende gronden ten tijde van de ter inzage legging van het ontwerp bestemmingsplan 'Buitengebied' in 2011 al wel duidelijk tot de woonfunctie behoorden;
- 3. er is sprake van oudere bijgebouwen welke gedeeltelijk binnen en buiten het bestemmingsvlak 'wonen' zijn gelegen. Deze oudere gebouwen vallen hierdoor gedeeltelijk onder het overgangsrecht, waardoor 2 planologische regiems op één gebouw van toepassing zijn;
- 4. het bestaande bestemmingsvlak 'wonen' correspondeert niet met de eigendomssituatie (binnen het bestemmingsvlak zijn gronden opgenomen die niet in eigendom zijn);
- 5. voor de woning is een ten opzichte van omliggende percelen een sterk afwijkend en beperkend bestemmingsvlak 'wonen' opgenomen.
Voorts geldt in deze gevallen dat omliggende functies door de aanpassing van het bestemmingsvlak niet mogen worden beperkt (er mag geen sprake zijn van ruimtelijke of milieutechnische belemmeringen) en dat betrokkenen dienen te beschikken over de eigendom van de gronden. De locaties welke het betreft, zijn als bijlage bij de toelichting opgenomen.
1.3 Begrenzing Plangebied
Voor dit bestemmingsplan is de plangrens van het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' als vertrekpunt gehanteerd, met dien verstande dat partiele herzieningen welke na de vaststelling van dat plan in procedure zijn gebracht, buiten de begrenzing van het plangebied worden gehouden.
1.4 Meeliftverzoeken
In het kader van het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' zijn een aantal verzoeken ingediend om mee te mogen liften met dit plan. De volgende van deze verzoeken zijn geaccordeerd en doorvertaald in deze herziening:
- 1. Omzetten agrarisch bouwvlak Eerlandsestraat 16 te Azewijn naar een bestemming 'wonen';
- 2. Omzetten agrarisch bouwvlak Linthorsterstraat 2 te Stokkum naar een bestemming 'wonen';
- 3. Woningsplitsing Doesburgseweg 2 Didam.
Het meeliftverzoek onder 3 is voorzien van een goede ruimtelijke onderbouwing en planologisch beoordeeld. De ruimtelijke onderbouwing is als bijlage opgenomen bij de toelichting van dit plan.
Hoofdstuk 2 Juridische Aspecten
Dit bestemmingsplan voorziet in een wijziging van de verbeelding van het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) en het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' (va01). Deze bestemmingsplannen blijven van toepassing voor zover daarin met dit plan geen wijziging wordt aangebracht.
Het onderhavige bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' voorziet uitsluitend in een wijziging van de verbeelding. De regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied' en de daarin met het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' vervatte wijzigingen, zijn op dit plan overeenkomstig van toepassing.
De regels van deze herziening zijn als volgt opgebouwd.
- a. Inleidende regels waarin onder andere 'het plan' en 'bestemmingsplan' worden gedefinieerd;
- b. Algemene regels (overige regels) waarin de verbeelding en de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied' en het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' van toepassing worden verklaard, tenzij daarin met dit plan een wijziging in is aangebracht op de verbeelding;
- c. Overgangs- en slotregels, waarin het verplichte overgangsrecht is opgenomen en de slotregel.
Hoofdstuk 3 Uitvoerbaarheid
In het kader van dit bestemmingsplan is geen sprake van een provinciaal belang. In het kader van het vooroverleg heeft uitsluitend afstemming met het waterschap plaatsgevonden.
Watertoets
Gedurende het proces van het bestemmingsplan 'Buitengebied', zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 29 september 2011 is uitgebreid ingegaan op het aspect water en de watertoets. Het bestemmingsplan is een vroegtijdig stadium met het waterschap afgestemd. Met het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' worden een aantal wijzigingen doorgevoerd in de bestemmingsvlakken 'wonen', zoals die in het bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn opgenomen. De betreffende wijzigingen zijn weergegeven in bijlage 1 bij de toelichting. Het bestemmingsplan voorziet niet in nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen of bouwmogelijkheden, maar beoogt uitsluitend de bestaande situatie voor wat betreft de woonpercelen beter vast te leggen. De waterthema's zoals aangegeven in de watertoets van het waterschap, zijn hiermee niet in het geding. Er is geen sprake van een waterbelang. Een en ander is kortgesloten met het waterschap.