Paraplubestemmingsplan wonen
Bestemmingsplan - gemeente Altena
Vastgesteld op 19-11-2019 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan
het bestemmingsplan Paraplubestemmingsplan wonen met identificatienummer NL.IMRO.1959.AltBP024parpluwoon-VG02 van de gemeente Altena.
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij horende bijlagen.
1.3 huishouden
een huishouden bestaat uit één of meer personen die op hetzelfde adres wonen en een economisch-consumptieve eenheid vormen. Van een huishouden is slechts sprake indien er bloedverwantschap, huwelijksbinding of een daaraan in intensiteit en continuïteit gelijk te stellen mate van binding tussen de bewoners is.
1.4 wonen
het gehuisvest zijn in een woning of wooneenheid conform het begrip 'woning of wooneenheid'
1.5 woning of wooneenheid
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
Voor de overige begripsbepalingen blijven de begrippen van de onderliggende bestemmingsplannen van toepassing.
Artikel 2 Wijze Van Meten
De wijzen van meten van de onderliggende bestemmingsplannen blijven van toepassing.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
De geldende bestemmingsregels van de onderliggende bestemmingsplannen blijven van toepassing.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
De geldende algemene regels uit de onderliggende bestemmingsplannen blijven van toepassing, met dien verstande dat onderstaande afwijkingsbevoegdheid wordt toegevoegd::
Artikel 3 Algemene Afwijkingsregels
3.1 Opheffen verbod kamerbewoning en / of het toevoegen van meerdere huishoudens
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning kamerbewoning toelaten en / of één of meerdere huishoudens extra toelaten binnen een woning of wooneenheid mits het:
- 1. past binnen de daarvoor geldende gemeentelijke beleidsregels;
- 2. past binnen de geldende bouwregels en de voor het overige geldende gebruiksbepalingen;
- 3. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
- 4. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen niet onevenredig worden geschaad;
- 5. door initiatiefnemer een zekerheidstelling is afgeven met betrekking tot de (plan)kosten;
- 6. de afwijking voorzien wordt van een ruimtelijke motivatie.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 4 Overgangsrecht
4.1 Overgangsrecht bouwwerken
- 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan;
- 2. Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig afwijken van het eerste lid onder artikel 4.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%;
- 3. Het eerste lid onder artikel 4.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
4.2 Overgangsrecht gebruik
Artikel 5 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Paraplubestemmingsplan wonen'.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding Voor Het Bestemmingsplan
De gemeente Altena wil meer regie krijgen op mogelijke woonvormen welke een ruimtelijke uitstraling hebben die niet altijd past in de omgeving. In de geldende bestemmingsplannen zijn verschillende begrippen met betrekking tot wonen opgenomen. Daaruit volgen ook ruime mogelijkheden voor woonvormen. Met dit parapluplan wordt een eenduidige regeling voor wonen in relatie tot mogelijke woonvormen vastgesteld.
Dit is een partiële herziening welke aanvullend/corrigerend werkt op de geldende bestemmingsplannen. Via voorliggend document wordt gemotiveerd waarom medewerking wordt verleend aan deze partiële herziening en waarom dat kan volgens de Wet ruimtelijke ordening (Wro).
1.2 Ligging Plangebied
Het plangebied omvat het gehele grondgebied van de gemeente Altena.
1.3 Geldende Bestemmingsplannen
De geldende bestemmingsplannen blijven van kracht, met dien verstande dat aan de regels van die bestemmingsplannen regels/begripsbepalingen met betrekking tot wonen worden toegevoegd via voorliggend plan. In die plannen waar al regels/begripsbepalingen zijn opgenomen met betrekking tot wonen komt die regeling te vervallen en daarvoor treedt de regeling uit dit plan in de plaats.
Het betreft de volgende begrippen:
- huishouden;
- wonen;
- woning of wooneenheid.
Hoofdstuk 2 Planbeschrijving
In dit hoofdstuk wordt het doel van voorliggend plan beschreven. Eerst wordt ingegaan op de achtergrond van het aspect wonen. Daarna worden de begripsbepalingen die betrekking hebben op wonen aangescherpt.
2.1 Achtergrond Wonen
De gemeente Altena wil meer regie krijgen op mogelijke woonvormen welke een ruimtelijke uitstraling hebben die niet altijd past in de omgeving, zoals bijvoorbeeld kamerverhuur. In de geldende bestemmingsplannen zijn verschillende begrippen met betrekking dit aspect opgenomen. Daaruit volgen soms ook ruime mogelijkheden voor verschillende woonvormen. Met dit parapluplan wordt een eenduidige regeling voor dit onderwerp opgenomen over héél de gemeente. Dit parapluplan, volgens de Rsro2012 feitelijk een 'partiële herziening' werkt aanvullend en / of corrigerend op de vigerende bestemmingsplannen.
2.2 Wijze Van Regelen Wonen
Door de begrippen 'wonen', 'huishouden' en 'woning of wooneenheid' in de geldende bestemmingsplannen aan te passen (zie hierna op welke wijze), is het niet meer zonder meer mogelijk om, binnen bestemmingen waar gebruik voor wonen is toegestaan, diverse mogelijke woonvormen te beginnen. Een woning of een wooneenheid wordt daarbij in deze nieuwe regeling toegesneden op het gebruik ervan door één huishouden.
Wat onder het begrip 'huishouden' valt is heel divers: twee volwassenen met een of meerdere kinderen is een huishouden, maar ook eenoudergezinnen zijn een huishouden en het een-persoons-huishouden is in opkomst. Een huishouden kan ook bestaan uit, bijvoorbeeld, drie volwassenen waarbij er op zich geen familiaire relatie noodzakelijk is tussen deze personen (de 'derde' hoeft geen kind van de andere twee te zijn om toch een huishouden te zijn).
Een in bestemmingsplannen veel gebruikt begrip voor huishouden is: "één, of meerdere personen, die gemeenschappelijk samenleven in een onderlinge persoonlijke verbondenheid gericht op een duurzaam samenzijn". Bij, bijvoorbeeld, woonvormen ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten kan er sprake zijn van meerdere huishoudens met bijkomende ruimtelijke effecten, die niet altijd passen in de omgeving. Grip daarop is gewenst, en daarom is dat met voorliggend plan niet meer rechtstreeks toegestaan in een woning of wooneenheid. Woonvormen waarbij sprake is van meerdere huishoudens in het pand kunnen echter wel gewenst zijn en vanuit ruimtelijk perspectief voldoende passen op de locatie in relatie tot de belangen van anderen. Daarom is een afwijkingsmogelijkheid opgenomen. Er wordt daarbij een afweging gemaakt op ruimtelijk en maatschappelijk vlak. Belangen van omwonenden mogen niet onevenredig geschaad worden. Behalve de gebruikelijke ruimtelijke aspecten zoals de ontsluiting van het pand en het parkeren spelen bij dergelijke afwijkingsverzoeken ook aspecten een rol zoals privacy van eenieder en ook de wijze waarop het pand en de overige gronden erbij beoogd zijn te worden gebruikt.
Bestaande woonvormen die passend zijn binnen de geldende bestemmingsplannen kunnen uiteraard gewoon voortgezet worden.
De begrippen welke via voorliggend plan over heel de gemeente gelijk getrokken worden zijn:
- 1. huishouden: een huishouden bestaat uit één of meer personen die op hetzelfde adres wonen en een economisch-consumptieve eenheid vormen. Van een huishouden is slechts sprake indien er bloedverwantschap, huwelijksbinding of een daaraan in intensiteit en continuïteit gelijk te stellen mate van binding tussen de bewoners is;
- 2. wonen: het gehuisvest zijn in een woning of wooneenheid conform de onderhavige begripsbepaling;
- 3. woning of wooneenheid: een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
2.3 Gerechtelijke Uitspraak
Op basis van de uitspraak van de Raad van State op 26-05-2021 (zaaknr.: 201909193/1/R2) is voorliggend plan op een aantal percelen niet van toepassing. Deze zijn als 'gaten' op de verbeelding opgenomen. Hiervoor is voorliggend plan niet van toepassing.
Hoofdstuk 3 Uitvoerbaarheid
Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient op grond van artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening in de plantoelichting inzicht te worden gegeven in de uitvoerbaarheid van het plan. Dit bestemmingsplan voorziet in het planologisch juridisch regelen van de begrippen rondom wonen in relatie tot mogelijke woonvormen. Voorliggend plan bevat derhalve geen nieuwe ontwikkelingen waardoor er geen effect is op aspecten als bodem, geur, ecologie, archeologie of milieutechnische effecten in het kader van het Bro. Ook vanuit financieel oogpunt zijn er geen consequenties: de uitvoerbaarheid van dit plan is niet in het geding.
Hoofdstuk 4 Juridische Planbeschrijving
In voorliggend plan worden begripsbepalingen opgenomen met de gewenste definiëring voor de begrippen "huishouden", "wonen" en "woning of wooneenheid". Deze begrippen gaan gelden voor alle onderliggende plannen en werken aanvullend op de onderliggende plannen waar deze begrippen niet voorkomen, of werken corrigerend waar in de onderliggende plannen al definities zijn opgenomen voor deze begrippen en waar deze nieuwe begripsbepalingen anders zijn. In de onderliggende plannen waar de begripsbepalingen hetzelfde zijn treden de nieuwe bepalingen ook in werking, maar verandert er niets.
Hoofdstuk 5 Procedure
Inspraak
Dit plan is eerder als ontwerpbestemmingsplan ter inzage gelegd van 11 juli 2019 tot en met woensdag 21 augustus 2019. Er zijn geen zienswijzen tegen het plan destijds ingediend. Vervolgens is het plan door de gemeenteraad vastgesteld op 19-11-2019. Op dit bestemmingsplan is beroep aangetekend bij de Raad van State. De gerechtelijke uitspraak heeft geleidt tot een aanpassing van dit bestemmingsplan. Op een aantal percelen is het voorliggend parapluplan niet meer van toepassing. Het bestemmingsplan is verder ongewijzigd en behoeft niet opnieuw ter inzage te worden gelegd.
Vooroverleg
Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan dient overleg te worden gevoerd als bedoeld in artikel 3.1.1 Bro. Op basis van het eerste lid van dit artikel wordt overleg gevoerd met waterschappen en met die diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn. Voor wat kleinere plannen kan afgezien worden van dit overleg.
Het eerder opgestelde plan is toegezonden aan de provincie Noord-Brabant. De provincie heeft aangegeven dat, gezien de verhouding tot het provinciaal belang, het bestemmingsplan geen aanleiding geeft tot het maken van opmerkingen. Hierdoor is het vanzelfsprekend dat het gewijzigde bestemmingsplan ook de provinciale belangen niet raakt.