KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Artikel 2 Wijze Van Meten
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Natuur - 1
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 4 Anti-dubbeltelregel
Artikel 5 Algemene Gebruiksregels
Artikel 6 Algemene Afwijkingsregels
Artikel 7 Algemene Wijzigingsregels
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 8 Overgangsrecht
Artikel 9 Slotregel
Bijlage 1 Landschapskenmerken
Bijlage 1 Natuurtoets Rondje Lauwersmeer Gebiedsbescherming
Bijlage 2 Passende Beoordeling Wnb En Toetsing Nnn Rondje Lauwersmeer
Bijlage 3 Nader Onderzoek Jaarrondbeschermde Nesten
Bijlage 4 Notitie Effecten Realisatie Borneobrug En Tokkelbaan Op Wezenlijke Waarden Nnn
Bijlage 5 Notitie Tracé Borneobrug En Tokkelbaan Diepsterbos
Bijlage 6 Aerius Berekening 2020
Bijlage 7 Nota Van Beantwoording Inspraak En Vooroverleg Met Bijlagen

Bestemmingsplan Kollumerpomp Uitkijktoren

Bestemmingsplan - Gemeente Noardeast-Fryslân

Vastgesteld op 21-01-2021 - geheel onherroepelijk in werking

Bestanden

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan

het 'Bestemmingsplan Kollumerpomp Uitkijktoren' met identificatienummer NL.IMRO.1970.BPKpUitkijktoren-VA01 van de gemeente Noardeast-Fryslân.

1.2 bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en bijlagen.

1.3 aanduiding

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.

1.4 aanduidingsgrens

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.

1.5 agrarisch medegebruik

een agrarisch gebruik van gronden, niet zijnde (al dan niet ondergeschikte) intensieve veehouderijen, dat ondergeschikt is aan de hoofdfunctie van de bestemming waarbinnen dit agrarische gebruik is toegestaan.

1.6 bestaand

het gebruik dat en/of de bebouwing die ten tijde van de inwerkingtreding van het plan legaal plaatsvindt, respectievelijk aanwezig is, dan wel bebouwing die kan worden gebouwd krachtens een verleende bouw- en/of omgevingsvergunning.

1.7 bestemmingsgrens

de grens van een bestemmingsvlak.

1.8 bestemmingsvlak

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.

1.9 bebouwing

één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

1.10 bouwen

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen van een standplaats.

1.11 bouwwerk

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.

1.12 dagrecreatief medegebruik

een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan, zoals wandelen, fietsen, paardrijden, kanoën, een vissteiger, een picknickplaats, of een naar de aard daarmee gelijk te stellen medegebruik en waarbij geen sprake is van nachtverblijf.

1.13 dak

iedere bovenbeëindiging van een gebouw.

1.14 draagconstructie

een in de grond bevestigde constructie bedoeld om de loopbrug te dragen en te spannen.

1.15 evenement

een voor publiek toegankelijke gebeurtenis op of aan de weg, binnen gebouwen of op het openbare water, met uitzondering van betogingen, samenkomsten en vergaderingen, jaar- en weekmarkten, bioscoop- en theatervoorstellingen, waarbij onderscheid kan worden gemaakt in de volgende categorieën:

  1. a. Categorie 1: lokale evenementen op dorps/wijk en buurtniveau. Deze evenementen dragen in belangrijke mate bij aan de binding tussen inwoners in het dorp. Deze evenementen zijn vooral gericht op participatie, ontmoeting tussen burgers en toeristisch-recreatieve promotie van het dorp;
  2. b. Categorie 2: lokale en regionale evenementen met groeipotentie. Dit zijn middelgrote evenementen die zich kenmerken door een min of meer vaste deelnemers/publieksgroep en die zich door een onderscheidende programmering/activiteiten richten op groei. Het programma richt zich op een duidelijke hoofdactiviteit met eventueel side-events Bij deze categorie evenementen is een sterke variatie in bezoekersaantallen van een paar honderd tot enkele duizenden;
  3. c. Categorie 3: boegbeeldevenementen. Dit zijn (jaarlijks) terugkerende evenementen met een internationaal karakter, bovenregionale uitstraling die een belangrijke bijdrage leveren aan de promotie van het dorp. De evenementen vinden vooral plaats op historische locaties, in en rond het water en hebben een economische spin-off voor het dorp. De evenementen kenmerken zich door authenticiteit, uitstraling, goede organisatie en promotie.

1.16 gebouw

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

1.17 hangconstructie

een in de grond bevestigde constructie bedoeld om de tokkelbaan te dragen en te spannen.

1.18 kampeermiddel

een mobiel en/of vast kampeermiddel dan wel enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.

1.19 mobiel kampeermiddel

een tent, tentwagen, kampeerauto, toercaravan of enig ander onderkomen met de bedoeling deze te plaatsen op een kampeerterrein gedurende niet meer dan 3 aansluitende maanden per kampeerseizoen.

1.20 kunstobject:

voortbrengsel van de beeldende kunsten in de vorm van een bouwwerk, geen gebouw zijnde.

1.21 kunstwerk:

een werk ten behoeve van civieltechnische en/of infrastructurele doeleinden, zoals een brug, een dam, een duiker, een tunnel, een via- of aquaduct, een in- of doorlaat, dan wel een daarmee gelijk te stellen voorziening.

1.22 landschappelijke waarden

waarden in verband met de verschijningsvorm van een gebied en de aanwezigheid van waarneembare structuren en/of elementen in dat gebied.

1.23 natuurlijke waarden

de aan een gebied toegekende waarden in verband met de geologische, bodemkundige en biologische elementen voorkomende in dat gebied (bij de afweging van het begrip natuurlijke waarden zal de Wet natuurbescherming steeds onderdeel van het toetsingskader zijn).

1.24 normaal onderhoud, gebruik en beheer

een gebruik gericht op het in zodanige conditie houden of brengen van objecten dat het voortbestaan van deze objecten op tenminste het bestaande kwaliteitsniveau wordt bereikt.

1.25 nutsvoorzieningen:

voorzieningen voor het openbaar nut, zoals elektriciteits-, gas- en drinkwatervoorziening.

1.26 outdoor-activiteiten

alle activiteiten waaraan onder begeleiding, dan wel zelfstandig, dan wel met voorafgaande instructie, kan worden deelgenomen en waarbij voornamelijk lichamelijke inspanning en avontuurlijke beleving een rol speelt.

1.27 peil

  1. a. voor gebouwen die onmiddellijk aan de weg grenzen: de hoogte van die weg;
  2. b. in andere gevallen en voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld;
  3. c. indien in het water wordt gebouwd het Normaal Amsterdams Peil.

1.28 prostitutie

het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.

1.29 seksinrichtingen

een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.

1.30 windturbine

door wind aangedreven krachtmachine welke de druk van de wind op wieken, luchtschroef of windrad rechtstreeks omzet in mechanische energie.

Artikel 2 Wijze Van Meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 dakhelling

langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.

2.2 de inhoud van een bouwwerk

tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidsmuren en de buitenzijde van daken en dakkapellen.

2.3 de bouwhoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.

2.4 de oppervlakte van een bouwwerk

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.

2.5 lengte, breedte en diepte van een gebouw

tussen (de lijnen, getrokken door) de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren).

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Natuur - 1

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. de bescherming, instandhouding en ontwikkeling van landschappelijke en natuurlijke waarden;
  2. b. dagrecreatief medegebruik, waaronder outdoor activiteiten;
  3. c. agrarisch medegebruik;

en daaraan ondergeschikt voor:

  1. d. één loopbrug van en naar de uitkijktoren, uitsluitend op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - loopbrug';
  2. e. één speelbos, uitsluitend op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - speelbos';
  3. f. een tokkelbaan, bestaande uit één of meerdere banen, uitsluitend op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - tokkelbaan';
  4. g. één uitkijktoren, uitsluitend op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - uitkijktoren';
  5. h. evenementen;

en tevens voor:

  1. i. het behoud en herstel van cultuurhistorische, landschappelijke en natuurlijke waarden, waarvan de landschappelijke waarden zijn gespecificeerd in de bij deze regels behorende Bijlage 'Landschapskenmerken';
  2. j. kunstwerken, waaronder bruggen en tunnels;
  3. k. speelvoorzieningen;
  4. l. water;
  5. m. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
  6. n. ontsluitingen;
  7. o. voet-, fiets- en ruiterpaden;
  8. p. parkeervoorzieningen.

3.2 Bouwregels

3.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met het oog op het voorkomen van onevenredige aantasting van:

  1. a. de landschapskenmerken als opgenomen in de Bijlage 'Landschapskenmerken' behorende bij deze regels;
  2. b. de verkeersveiligheid.

3.4 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  1. a. lid 3.2.2 sub a voor het bouwen van de loopbrug maximaal 1 m buiten de lijn van het aanduidingdvlak, mits de breedte van het aanduidingsvlak niet toeneemt;
  2. b. lid 3.2.2 sub d voor het bouwen van de tokkelbaan maximaal 1 m buiten de lijn van het aanduidingsvlak, mits de breedte van het aanduidingsvlak niet toeneemt;

mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

3.5 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruiken of laten gebruiken van gronden als standplaats voor kampeermiddelen;
  2. b. het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken ten behoeve van windturbines;
  3. c. het gebruiken of laten gebruiken van de gronden als opslag-, stort- of bergplaats van al dan niet afgedankte goederen en materialen;
  4. d. het gebruiken of laten gebruiken van gronden voor het opsporen en winnen van delfstoffen;
  5. e. het gebruiken of laten gebruiken van gronden voor evenementen in categorie 2 en 3;
  6. f. het gebruiken of laten gebruiken van gronden voor paardenbakken, met uitzondering van bestaande paardenbakken.

3.6 Omgevingsvergunning voor een werk, geen bouwwerk zijnde of van werkzaamheden

3.7 Wijzigingsbevoegdheid

Hoofdstuk 3 Algemene Regels

Artikel 4 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 5 Algemene Gebruiksregels

5.1 Algemeen

Tot een gebruik in strijd met dit bestemmingsplan wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijvingen, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken ten behoeve van risicovolle inrichtingen;
  2. b. het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken ten behoeve van inrichtingen als bedoeld in bijlage I, onderdeel D van het Besluit omgevingsrecht;
  3. c. het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken ten behoeve van seksinrichtingen.

5.2 Evenementen

  1. a. Evenementen uit categorie 1 zijn toegestaan, mits de bestemming evenementen toestaat en hiervoor een vergunning dan wel toestemming op grond van andere regelgeving is verleend.
  2. b. Evenementen uit categorie 2 en 3 zijn niet toegestaan.

Artikel 6 Algemene Afwijkingsregels

Met een omgevingsvergunning kan het bevoegd gezag afwijken van de bij recht in de regels gegeven maten, afmetingen en percentages, tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages, mits:

  1. a. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de landschapskenmerken als opgenomen in de Bijlage 'Landschapskenmerken' behorende bij deze regels;
  2. b. vooraf advies wordt ingewonnen bij de beheerder van het gebied.

Artikel 7 Algemene Wijzigingsregels

7.1 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen:

  1. a. indien en voor zover het noodzakelijk is af te wijken van bestemmingsgrenzen en aanduidingsgrenzen in het horizontale vlak, ofwel ter aanpassing aan de bij uitmeting blijkende werkelijke toestand van het terrein, dan wel indien dit uit het oogpunt van doelmatig gebruik van de grond en bebouwing gewenst is en er geen dringende redenen zijn die zich hiertegen verzetten en mits die afwijking ten opzichte van hetgeen op de kaart is aangegeven, niet meer dan 15 meter bedraagt;
  2. b. indien en voor zover uit het oogpunt van doelmatig gebruik het noodzakelijk is af te wijken van de voorgeschreven bouwhoogte van gebouwen en aanduidingsgrenzen, bouwhoogte van bouwwerken, oppervlakte van bebouwing en overige maten en afstanden, mits deze afwijkingen meer bedragen dan 10%, doch minder dan 15% van de in het plan voorgeschreven maten, afstanden, oppervlakten en percentages.

7.2 Voorwaarden bij wijziging

Toepassing van de wijzigingsbevoegdheden als bedoeld in dit artikel mag plaatsvinden, mits:

  1. a. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de landschapskenmerken als opgenomen in Bijlage 1 Landschapskenmerken behorende bij deze regels;
  2. b. de in het gebied voorkomende waarden, op grond van Natura 2000 en de Wet natuurbescherming, niet onevenredig worden aangetast.

Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels

Artikel 8 Overgangsrecht

8.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan.
  2. b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van sub a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in sub a met maximaal 10%.
  3. c. Sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

8.2 Overgangsrecht gebruik

  1. a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  2. b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. c. Indien het gebruik, bedoeld in sub a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. d. Sub a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 9 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het 'Bestemmingsplan Kollumerpomp Uitkijktoren'.

Bijlage 1 Landschapskenmerken

Bijlage 1 Landschapskenmerken

Bijlage 1 Natuurtoets Rondje Lauwersmeer Gebiedsbescherming

Bijlage 1 Natuurtoets Rondje Lauwersmeer gebiedsbescherming

Bijlage 2 Passende Beoordeling Wnb En Toetsing Nnn Rondje Lauwersmeer

Bijlage 2 Passende beoordeling Wnb en toetsing NNN Rondje Lauwersmeer

Bijlage 3 Nader Onderzoek Jaarrondbeschermde Nesten

Bijlage 3 Nader onderzoek jaarrondbeschermde nesten

Bijlage 4 Notitie Effecten Realisatie Borneobrug En Tokkelbaan Op Wezenlijke Waarden Nnn

Bijlage 4 Notitie effecten realisatie Borneobrug en tokkelbaan op wezenlijke waarden NNN

Bijlage 5 Notitie Tracé Borneobrug En Tokkelbaan Diepsterbos

Bijlage 5 Notitie tracé Borneobrug en tokkelbaan Diepsterbos

Bijlage 6 Aerius Berekening 2020

Bijlage 6 AERIUS berekening 2020

Bijlage 7 Nota Van Beantwoording Inspraak En Vooroverleg Met Bijlagen

Bijlage 7 Nota van beantwoording inspraak en vooroverleg met bijlagen