Heldersveld Overloon
Bestemmingsplan - Gemeente Land van Cuijk
Vastgesteld op 29-06-2023 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
1.1 plan
Het bestemmingsplan Overloon, Heldersveld met identificatienummer NL.IMRO.1982.BPOvlHeldersveld-VA01 van de gemeente Land van Cuijk.
1.2 bestemmingsplan
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.
1.3 aanduiding
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden regels worden gesteld.
1.4 aanduidingsgrens
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.5 aan huis gebonden bedrijf
Het bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten geheel of overwegend door middel van handwerk, geen detailhandel zijnde en uitgezonderd prostitutie, waarvan de omvang in de activiteiten zodanig is, dat de activiteiten in de woning en de daarbij behorende bouwwerken met behoud van de woonfunctie kunnen worden uitgeoefend en de desbetreffende activiteit een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft, die met de woonfunctie in overeenstemming is. Hieronder wordt mede verstaan een publiekverzorgend ambacht.
1.6 aan huis gebonden beroep
Een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, waaronder tevens de beroepen van schoonheidsspecialiste, manicure en pedicure en uitgezonderd prostitutie, dat door zijn beperkte omvang in een woning en de daarbij behorende bouwwerken, met behoud van de woonfunctie, kan worden uitgeoefend en een ruimtelijk uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
1.7 agrarisch grondgebruik
Gebruik van de grond dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of middels het houden van dieren.
1.8 archeologische waarde
De aan een gebied toegekende waarde in verband met de kennis en de studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit uit oude tijden.
1.9 archeologisch waardevol gebied
Gebied met behoudenswaardige archeologische waarden.
1.10 bebouwing
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
1.11 bebouwingspercentage
Een in de regels aangegeven percentage, dat de grootte van een deel van een bouwvlak aangeeft dat maximaal bebouwd mag worden.
1.12 Bed and Breakfast
Een horecagelegenheid ondergeschikt aan een woning, die in hoofdzaak bestaat uit het verstrekken van nachtverblijf voor korte tijd en waarbij het verstrekken van maaltijden en/of dranken aan de logerende gasten (daaraan) ondergeschikt is.
1.13 bestaand
- a. ten aanzien van bouwwerken: een bouwwerk, dat:
- 1. ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan bestaat of in uitvoering is;
- 2. na het onder 1 genoemde tijdstip is of mag worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning, waarvoor de aanvraag voor dat tijdstip is ingediend;
- b. ten aanzien van gebruik: het gebruik van grond en opstallen, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
1.14 bestemmingsgrens
De grens van een bestemmingsvlak.
1.15 bestemmingsvlak
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
1.16 bijbehorend bouwwerk
Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een op zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
1.17 bouwen
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
1.18 bouwgrens
De grens van een bouwvlak.
1.19 bouwperceel
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
1.20 bouwperceelgrens
De grens van een bouwperceel.
1.21 bouwvlak
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
1.22 bouwwerk
Elke constructie van enige omvang van hout, steen of ander materiaal die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.
1.23 bouwwijze
De wijze van bouwen van een hoofdgebouw, waarbij:
- a. onder 'aaneengebouwd' wordt verstaan een hoofdgebouw dat deel uitmaakt van een bouwmassa bestaande uit drie of meer hoofdgebouwen;
- b. onder 'gestapeld' wordt verstaan een hoofdgebouw dat uit meerdere boven en naast elkaar gelegen woningen bestaat;
- c. onder 'twee-aaneen' wordt verstaan een hoofdgebouw dat deel uitmaakt van een bouwmassa bestaande uit twee hoofdgebouwen dan wel een hoofdgebouw dat door middel van één of meerdere bijbehorende bouwwerken met een ander hoofdgebouw verbonden is;
- d. onder 'vrijstaand' wordt verstaan een hoofdgebouw dat niet aan een op een aangrenzend bouwperceel gelegen gebouw is aangebouwd.
1.24 carport/overkapping:
Een bijbehorend bouwwerk, al dan niet aangebouwd aan een gebouw of een ander bouwwerk, bestaande uit een dak en door ten hoogste één wand omsloten.
1.25 detailhandel
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, alsmede anders dan voor gebruik ter plaatse.
1.26 erf
Al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden.
1.27 erf-/terreinafscheiding
Afscheiding, inclusief poort, van een erf en/of gedeelte van een erf (terrein).
1.28 evenement
Een tijdelijke activiteit in de openlucht of in tijdelijk geplaatste tenten en paviljoens, gericht op het bereiken van een algemeen of besloten publiek voor vermaak, informerende, educatieve, culturele en/of levensbeschouwelijke doeleinden, met uitzondering van kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen, en betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties. Zowel het houden van een markt als het innemen van een (markt)standplaats wordt beschouwd als een evenement.
1.29 gebouw
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
1.30 gebruik
Gebruiken, doen/laten gebruiken.
1.31 hoofdgebouw
Gebouwen, of een gedeelte daarvan, die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst zijn.
1.32 huishouden
Een alleenstaande, dan wel twee of meer personen die een duurzame gezamenlijke huishouding voeren of willen voeren.
1.33 internet verkoop
Het aanbieden van producten via internet, om deze vervolgens te distribueren. Het opgeslagen houden van goederen ten behoeve van de verkoop via internet is toegestaan, evenals het hebben van een afhaalbalie. Het is echter uitdrukkelijk niet toegestaan om detailhandel te bedrijven, dan wel een showroomfunctie te hebben.
1.34 kamerverhuur
De verhuur van een gedeelte van de woning of woongebouw via kameruitgifte, waarbij kamers geen zelfstandige woonruimte vormen door het ontbreken er in van wezenlijke voorzieningen zoals een eigen kook- en/of wasgelegenheid en/of toilet.
1.35 nutsvoorzieningen
Een voorziening ten behoeve van de distributie van gas, water en elektriciteit alsmede ten behoeve van telecommunicatie en soortgelijke voorzieningen van openbaar nut.
1.36 overkluizing
Een civieltechnisch kunstwerk waarmee een weg, pad of erf een andere weg, pad, erf of waterloop (kruiselings) overwelft.
1.37 peil
- voor bouwwerken, waarvan de hoofdtoegang direct aan een weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
- voor bouwwerken, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de hoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw.
1.38 perceel
Aaneengesloten, bij elkaar behorende en in het gebruik een eenheid vormende gronden.
1.39 perceelsgrens
Een lijn die een perceel van een ander perceel, ander terrein of van de openbare weg scheidt.
1.40 prostitutie
Het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
1.41 publiekverzorgend ambacht
Een ambachtelijk bedrijf dat zijn goederen en diensten rechtstreeks levert aan de consument, zoals een goudsmid, kapper, schoenmaker e.d.
1.42 recreatie
Vrijetijdsbesteding zoals verblijfsrecreatie, dagrecreatie, agrotoerisme en extensief recreatief medegebruik.
1.43 seksinrichting
De voor het publiek toegankelijke besloten ruimte, waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichtingen worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub of een (raam-) prostitutiebedrijf, waaronder ook begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
1.44 Teeltondersteunende voorziening
Een voorziening in, op of boven de grond die door agrarische bedrijven met plantaardige teelten wordt gebruikt om de volgende doelen na te streven:
- verbetering van de productie, onder meer door teeltvervroeging en –verlating, terugdringing van onkruidgroei en beperking van vraatschade;
- verbetering van de arbeidsomstandigheden, onder meer door gewassen verhoogd te telen;
- bereiken van positieve effecten op milieu en water (bodembescherming, terugdringen van onkruidbestrijding, effectief omgaan met water).
1.45 verkeersvoorzieningen
Voorzieningen ten dienste van het verkeer, zoals straatmeubilair, verkeers- en straatnaamborden, straatlantaarns ten behoeve van de openbare verlichting en parkeerplaatsen.
1.46 voorgevel
Elke naar de weg of openbaar toegankelijk gebied toegekeerde gevel van een (hoofd)gebouw.
1.47 voorgevelrooilijn
De stedenbouwkundig gezien voorste begrenzing van het bouwvlak en het verlengde daarvan.
1.48 waterhuishoudkundige voorzieningen
Voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede waterkering, wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, waterinfiltratie en waterkwaliteit. Hierbij kan onder meer gedacht worden aan infiltratievoorzieningen (zoals infiltratiekratten, WADI's, infiltratiegreppels, doorlatende bestrating en infiltratie- en transportriolen), dijken, dammen, grondwallen, duikers, stuwen, gemalen, inlaten etc.
1.49 weg
Alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de wegen liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen.
1.50 werk
Een constructie geen gebouw zijnde.
1.51 wonen
Gebruik van een woning of wooneenheid door één afzonderlijk huishouden.
1.52 woning/wooneenheid
Een (gedeelte van een) gebouw, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
1.53 zijstrook
De strook grond begrensd door de zijdelingse perceelsgrens en de lijn evenwijdig aan en op een afstand van 3 meter tot die perceelsgrens.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
2.1 afstand
Tussen bouwwerken onderling alsmede de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen waar deze afstand het kortst is, met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen, zoals goten.
2.2 bouwhoogte van een bouwwerk
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.3 dakhelling
Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
2.4 goothoogte van een bouwwerk
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
2.5 inhoud van een bouwwerk
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.6 lengte, breedte en diepte van een bouwwerk
Tussen de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidingsmuren.
2.7 oppervlakte van een bouwwerk
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
2.8 ondergrondse bouwdiepte van een bouwwerk
Vanaf het bouwkundige peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. agrarisch grondgebruik;
- b. paardenrijbakken;
- c. groenvoorzieningen;
- d. extensief recreatief medegebruik;
- e. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen.
3.2 Bouwregels
3.3 Afwijken van de bouwregels
3.4 Specifieke gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt, naast het bepaalde in artikel 12, in elk geval gerekend het gebruiken van gronden en/of bouwwerken voor het opslaan van mest, storten of bergen van mest, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik. Mestbewerking anders dan van ter plaatse geproduceerde mest is uitgesloten.
Artikel 4 Groen
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groenvoorzieningen;
- b. openbare nutsvoorzieningen;
- c. speelvoorzieningen;
- d. paden en parkeervoorzieningen;
- e. verhardingen ten behoeve van overkluizingen en in- en uitritten;
- f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- g. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterberging- en infiltratievoorzieningen;
met daaraan ondergeschikt:
- h. kleinschalige evenementen;
- i. recreatief medegebruik.
4.2 Bouwregels
Artikel 5 Verkeer
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. verkeersvoorzieningen;
- b. wegen en paden;
- c. voet- en rijwielpaden;
- d. parkeervoorzieningen;
- e. groenvoorzieningen;
- f. openbare nutsvoorzieningen;
- g. verhardingen ten behoeve van overkluizingen;
- h. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen;
met de daarbij behorende:
- i. verhardingen;
- j. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
met daaraan ondergeschikt:
- k. evenementen;
- l. weekmarkten;
- m. standplaatsen voor ambulante detailhandel.
5.2 Bouwregels
Artikel 6 Wonen - 1
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. woningen;
- b. bijbehorende bouwwerken;
- c. aan huis gebonden beroepen (inclusief internetverkoop);
- d. landschapsontwikkeling in de vorm van landschappelijke beplanting en water, overeenkomstig het landschappelijk inpassingsplan Heldersveld, zoals opgenomen in bijlage 1 bij deze regels;
- e. tuinen en erven;
- f. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterberging- en infiltratievoorzieningen;
- g. parkeervoorzieningen;
met aandacht voor:
- h. (ondergrondse) waterberging- en infiltratievoorzieningen;
- i. natuurinclusief bouwen;
- j. duurzaamheidvoorzieningen, waaronder begrepen het opwekken van energie voor eigen gebruik;
met de daarbij behorende:
- k. tuinen, erven, terreinen, gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde en kunstwerken.
6.2 Bouwregels
6.3 Nadere eisen
6.4 Afwijken van de bouwregels
6.5 Specifieke gebruiksregels
Artikel 7 Wonen - 2
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen – 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. één bestaande woning en ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' het aangegeven aantal bestaande woningen;
- b. aan huis gebonden beroepen (inclusief internetverkoop);
- c. landschapsontwikkeling in de vorm van landschappelijke beplanting, overeenkomstig het landschappelijk inpassingsplan Helderseweg 27 2929a, zoals opgenomen in bijlage 2 bij deze regels;
- d. paardenrijbakken;
- e. tuinen en erven;
- f. parkeervoorzieningen;
- g. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen.
7.2 Bouwregels
7.3 Afwijken van de bouwregels
7.4 Specifieke gebruiksregels
Artikel 8 Waarde - Archeologie 3
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. Deze bestemming is primair ten opzichte van de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen.
8.2 Bouwregels
8.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
8.4 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
8.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemming 'Waarde – Archeologie 3' geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
Artikel 9 Waarde - Archeologie 4
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. Deze bestemming is primair ten opzichte van de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen.
9.2 Bouwregels
9.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
9.4 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
9.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen door de bestemming 'Waarde – Archeologie 4' geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 10 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 11 Algemene Bouwregels
11.1 Algemene bepaling met betrekking tot ondergronds bouwen
Voor ondergronds bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
- a. ondergronds bouwen is toegestaan binnen het bouwvlak;
- b. de verticale diepte mag niet meer dan 3,5 meter bedragen;
- c. de gebouwen mogen uitsluitend worden gebruikt overeenkomstig het bij de bestemming toegestane gebruik.
Een en ander met dien verstande, dat:
- 1. de waterhuishoudkundige situatie niet verstoord mag worden;
- 2. er geen onevenredige afbreuk gedaan mag worden aan archeologische waarden;
- 3. er geen zodanige verkeersaantrekkende activiteiten uitgeoefend mogen worden dat ten gevolge daarvan verkeersoverlast ontstaat of kan ontstaan en ten gevolge waarvan extra verkeersmaatregelen, waaronder extra parkeerplaatsen, noodzakelijk zijn, tenzij op eigen terrein gezorgd kan worden voor voldoende parkeervoorzieningen.
11.2 Ondergeschikte bouwdelen
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, gevelversieringen, ventilatiekanalen, liftschachten, vluchttrappen, gevel- en kroonlijsten, luifels, uitbouwen, balkons, galerijen en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 meter bedraagt.
Artikel 12 Algemene Gebruiksregels
12.1 Gebruiksregels
Artikel 13 Algemene Afwijkingsregels
13.1 Algemeen
Indien niet op grond van een andere bepaling van deze regels afgeweken kan worden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van de desbetreffende bepalingen van het plan voor:
- a. het afwijken van de voorgeschreven maten ten aanzien van goothoogten, bouwhoogten, bouwperceelsgrensafstanden en bebouwde oppervlakten met ten hoogste 10%;
- b. het bouwen van kleine niet voor bewoning bestemde bouwwerken van openbaar nut en voor religieuze doeleinden zoals wachthuisjes, transformatorhuisjes, schakelhuisjes, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, glas- en/of afvalcontainers, monumenten, kapellen, wegkruisen en naar aard en omvang daarmee gelijk te stellen bouwwerken, mits:
- 1. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 20 m²;
- 2. de goothoogte niet meer bedraagt dan 3,5 meter;
- 3. de bouwwerken naar aard en afmetingen passen in het plan, met dien verstande, dat de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 10 meter bedraagt;
- c. geringe afwijkingen, welke in het belang zijn van een ruimtelijk beter verantwoorde plaatsing van bouwwerken, dan wel de situering van ontsluitingen of welke noodzakelijk zijn in verband met de werkelijke toestand van het terrein;
- d. het in geringe mate afwijken van een bestemmingsgrens, alsmede de vorm van bouwvlakken, voor zover zulks noodzakelijk en/of wenselijk is om het plan aan de bij uitmeting blijkende werkelijke toestand van het terrein aan te passen;
- e. het oprichten van voorzieningen ten dienste van het ontvangen en zenden van radio en televisiesignalen, alsmede voor telecommunicatie doeleinden voor zover deze voorzieningen van geringe horizontale afmetingen zijn en mits de hoogte niet meer bedraagt dan 15 meter voor antennes voor privégebruik en niet meer dan 40 meter voor antennes voor gemeenschappelijk gebruik, niet zijnde C-2000-infrastructuur;
- f. het toestaan van de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, mits:
- 1. de hoofdfunctie wonen blijft en de woning blijft voldoen aan het bepaalde in de gemeentelijke bouwverordening en het Bouwbesluit;
- 2. het bedrijf valt onder de categorieën 1 of 2, zoals aangegeven in de VNG-publicatie 'Bedrijven en milieuzonering';
- 3. de omvang van de bedrijfsvloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 40 m2;
- 4. er geen zelfstandige vorm van detailhandel ontstaat, uitgezonderd een beperkte verkoop in verband met het uitgeoefende bedrijf;
- 5. eventueel extra benodigde parkeerplaatsen op eigen terrein worden gerealiseerd;
- 6. het bedrijf wordt uitgeoefend door de bewoner(s) van het pand.
- g. het toestaan van kleinschalige verblijfsrecreatie (Bed and Breakfast) bij één woning, mits:
- 1. de kleinschalige verblijfsrecreatie alleen plaatsvindt in de woning en bijbehorende aangebouwde bouwwerken, maar niet in bijbehorende vrijstaande bouwwerken;
- 2. de woning blijvend bewoond wordt als hoofdwoonverblijf en waarvan de hoofdgebruiker(s) tijdens het recreatief verblijf eveneens aanwezig is (zijn);
- 3. de omvang niet meer mag bedragen dan 60 m² en niet meer dan 10 bedden;
- 4. er voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein aanwezig is;
- 5. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van belangen van omwonenden en/of in de omgeving aanwezige bedrijven.
Artikel 14 Algemene Wijzigingsregels
14.1 Algemene wijziging
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen ten behoeve van:
- a. het wijzigen van de voorgeschreven maatvoering voor bouwwerken met ten hoogste 10%;
- b. een enigszins andere situering en/of begrenzing van de bestemmingsgrenzen, indien bij de uitvoering van het plan mocht blijken dat verschuivingen in verband met de uitvoering van een bouwplan waarvan realisering wenselijk of noodzakelijk wordt geacht;
- c. het aanpassen van opgenomen bepalingen in de voorafgaande artikelen, waarbij verwezen wordt naar bepalingen in wettelijke regelingen, indien deze wettelijke regelingen na het tijdstip van vaststelling van het plan worden gewijzigd.
14.2 Voorwaarden
Aan de wijzigingsbevoegdheid als bedoeld in artikel 14.1 kan toepassing worden gegeven mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
- a. er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
- b. er dient sprake te zijn een goede ruimtelijke inpassing.
Artikel 15 Algemene Procedureregels
Met betrekking tot de voorbereiding van een besluit tot het stellen van nadere eisen die deel uitmaken van dit plan geldt de volgende procedure:
- a. het voornemen tot het stellen van nadere eisen wordt gepubliceerd in het plaatselijk huis-aan-huisblad;
- b. het voornemen ligt vervolgens twee weken ter inzage en is digitaal te raadplegen via de internetsite van de gemeente Land van Cuijk;
- c. gedurende de periode van twee weken kunnen belanghebbenden schriftelijk hun zienswijze kenbaar maken aan het college van burgemeester en wethouders.
Artikel 16 Overige Regels
16.1 Parkeren en laden/lossen
16.2 Voorwaardelijke verplichting hydrologisch neutraal bouwen
- a. Bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor het bouwen dient hydrologisch neutraal gebouwd te worden conform het gemeentelijk beleid. De hydrologische voorzieningen dienen in stand te worden gehouden.
- b. Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 16.2 onder a voor een andere norm en / of andere methode om te voorzien in de omgang met het regenwater.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 17 Overgangsrecht
17.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig afwijken van het bepaalde onder a. voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met maximaal 10%.
- c. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
17.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik als bedoeld onder a. te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik als bedoeld onder a., na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 18 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Overloon, Heldersveld'.
Bijlage 1 Landschappelijk Inpassingsplan Heldersveld
Bijlage 1 Landschappelijk inpassingsplan Heldersveld
Bijlage 2 Landschappelijke Inpassing Helderseweg 27 2929a
Bijlage 2 Landschappelijke inpassing Helderseweg 27 2929a
Bijlage 1 Beeldkwaliteitsplan
Bijlage 2 Landschappelijk Inpassingsplan Heldersveld
Bijlage 2 Landschappelijk inpassingsplan Heldersveld
Bijlage 3 Ladder Duurzame Verstedelijking
Bijlage 3 Ladder Duurzame Verstedelijking
Bijlage 4 Kaart Aanpassing Welstandsgebieden
Bijlage 4 kaart aanpassing welstandsgebieden
Bijlage 5 Aanmeldnotitie Vormvrije Mer
Bijlage 5 aanmeldnotitie vormvrije mer
Bijlage 6 Onderzoek Wegverkeerslawaai.
Bijlage 6 onderzoek wegverkeerslawaai.
Bijlage 7 Verkennend Bodemonderzoek
Bijlage 7 verkennend bodemonderzoek
Bijlage 8 Geurhinderonderzoek
Bijlage 9 Onderzoek Industrielawaai
Bijlage 9 onderzoek industrielawaai
Bijlage 10 Quickscan Externe Veiligheid En Beperkte Groepsrisicoverantwoording
Bijlage 10 quickscan externe veiligheid en beperkte groepsrisicoverantwoording
Bijlage 11 Onderzoek Ngo En C
Bijlage 12 Aerius Stikstofdepositie Onderzoek
Bijlage 12 AERIUS Stikstofdepositie onderzoek
Bijlage 13 Quickscan Wet Natuurbescherming
Bijlage 13 quickscan Wet natuurbescherming
Bijlage 14 Aanvullend Ecologisch Onderzoek
Bijlage 14 aanvullend ecologisch onderzoek
Bijlage 15 Archeologisch Onderzoek (Bo En Ivo)
Bijlage 15 archeologisch onderzoek (BO en IVO)
Bijlage 16 Doorlatendheidsonderzoek
Bijlage 16 doorlatendheidsonderzoek
Bijlage 17 Stresstest Watersysteem
Bijlage 17 Stresstest watersysteem
Bijlage 18 Eindverslag Omgevingsdialoog
Bijlage 18 eindverslag omgevingsdialoog