Wageningen, De Dreijen
Bestemmingsplan - Gemeente Wageningen
Vastgesteld op 03-04-2023 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 plan
het bestemmingsplan Wageningen, De Dreijen met identificatienummer NL.IMRO.0289.0088Dedreijen-VSG1 van de gemeente Wageningen;
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
1.3 de verbeelding
de analoge en digitale voorstelling van de in het bestemmingsplan opgenomen digitale ruimtelijke informatie;
1.4 aanbouw
de toevoeging van afzonderlijke ruimten aan een woning;
1.5 aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.6 aanduidingsgrens
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
1.7 aaneengebouwde woning
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van meer dan twee aaneengebouwde woningen, niet zijnde een gestapelde woning;
1.8 afwijken van de bouwregels en/of van de gebruiksregels
een afwijking als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder c van de Wet ruimtelijke ordening;
1.9 aan huis gebonden beroep
het uitoefenen van een vrij beroep waaronder verstaan wordt: een aan de persoon gebonden medisch (arts, tandarts e.d.), paramedisch (fysiotherapie, pedicure e.d.) administratief (adviesbureau, accountant e.d.) en daarmee gelijk te stellen beroep, niet zijnde een bedrijfsmatige activiteit;
1.10 aan huis gebonden bedrijfsmatige activiteit
het bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid, zoals siersmid, opticien, kap- en schoonheidssalon, uitzend- en reclamebureau, met uitzondering van prostitutiebedrijf, seksinrichting en/of escortbedrijf;
1.11 bebouwing
één of meer gebouwen en/of andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
1.12 bed & breakfast
een aan de woning ondergeschikte toeristisch-recreatieve voorziening, gericht op het bieden van een mogelijkheid tot overnachting en het serveren van ontbijt, voor een kortdurend verblijf (waaronder ook zakelijk toerisme). Onder een Bed & Breakfast voorziening wordt niet verstaan overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden en/of arbeid of permanente kamerverhuur;
1.13 begane grond
de eerste bouwlaag (niet zijnde een kelder, souterrain/onderbouw of bij aflopend hoogteverschil in het terrein ter plaatse de daaronder gelegen volledige bouwlaag), dat wil zeggen de bouwlaag ter plaatse van de hoofdtoegang);
1.14 bestaand
- bij bouwwerken: een bouwwerk dat op het moment van terinzagelegging van het ontwerp van het plan bestaat of wordt gebouwd, dan wel nadien kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning, waarvoor de aanvraag voor het tijdstip van terinzagelegging is ingediend, tenzij in de regels anders is bepaald;
- bij gebruik: het gebruik dat op het moment van terinzagelegging van het ontwerp van het plan bestaat, tenzij in de regels anders is bepaald;
1.15 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak;
1.16 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.17 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
1.18 bouwgrens
de grens van een bouwvlak;
1.19 bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.20 bouwperceelsgrens
de grens van een bouwperceel;
1.21 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
1.22 bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
1.23 bruto-vloeroppervlak
het totaal aantal vierkante meters in gebruik voor een bepaald doel, al dan niet verspreid over meerdere vloeren;
1.24 bijgebouw
een gebouw, behorende bij een op hetzelfde bouwperceel gelegen (hoofd)gebouw en dat qua afmetingen en functie al dan niet vrijstaand ondergeschikt is aan dat hoofd)gebouw;
1.25 dienstverlening
het bedrijfsmatig verrichten van activiteiten welke bestaan uit het verlenen van diensten aan derden, met of zonder rechtstreeks contact met het publiek;
1.26 escortbedrijf
de natuurlijke persoon of groep van personen of rechtspersoon die bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, prostitutie aanbiedt die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte wordt uitgeoefend;
1.27 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.28 geliberaliseerde woning voor middenhuur
huurwoning met een aanvangshuurprijs van ten minste het bedrag, bedoeld in art. 13, eerste lid, onder a, van de Wet op de huurtoeslag en ten hoogste een bedrag van € 900,- per maand. Gemeentelijke indexering van deze maximale aanvangshuurprijs vindt jaarlijks per 1 januari plaats overeenkomstig de mate van indexering van de sociale huurprijsgrens;
1.29 gestapelde woning
boven dan wel beneden en/of naast elkaar gesitueerde woningen waarbij per woning een zelfstandige toegankelijkheid, al dan niet direct vanaf het voetgangersniveau, gewaarborgd is;
1.30 hoofdgebouw
een gebouw dat, gelet op de bestemming, als het belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel kan worden aangemerkt;
1.31 huishouden
een alleenstaande of twee of meer personen die de intentie hebben om bestendig, voor onbepaalde tijd, een met een gezinsverband vergelijkbare samenlevingsverband met elkaar aan te gaan. Bij elkaar wonende studenten en/of alleenstaanden vormen in de regel geen huishouden;
1.32 nutsvoorziening
een voorziening, uitsluitend of in hoofdzaak gericht op:
- de levering van elektriciteit, gas, water en warmte;
- de verzorging van telecommunicatie;
- de afvoer en verwerking van afvalstoffen;
1.33 omgevingsvergunning
een vergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1 of 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
1.34 ondergeschikte dakkapel
een dakkapel waarvan:
- a. de hoogte, gemeten vanaf de voet van de dakkapel, minder is dan 1,5 meter;
- b. de onderzijde meer dan 0,5 meter en minder dan 1 meter boven de dakvoet is gesitueerd;
- c. de bovenzijde meer dan 0,5 onder de daknok is gesitueerd;
- d. de breedte maximaal 50% van de breedte van het dakvlak van het gebouw is;
1.35 overkapping
een bouwwerk op het erf van een gebouw of standplaats, dat strekt tot vergroting van het woongenot van het gebouw of de standplaats en dat, voor zover gebouwd vóór (het verlengde van) de voorgevel van een gebouw, geen tot de constructie zelf behorende wanden heeft en, voor zover gebouwd achter (het verlengde van) de voorgevel van een gebouw, maximaal drie wanden heeft waarvan maximaal twee tot de constructie behoren;
1.36 peil
- a. voor een hoofgebouw: het Normaal Amsterdams Peil (N.A.P.), zoals aangegeven in Bijlage 1 Peilmatenkaart;
- b. voor een ander bouwwerk: de hoogte van het afgewerkte terrein ter plaatse bij voltooiing van de bouw;
1.37 prostitutie
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
1.38 seksinrichting
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig is, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichtingen wordt in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub, of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
1.39 sociale huurwoning
een huurwoning met een aanvangshuurprijs onder de grens als bedoeld in art. 13, eerste lid, onder a, van de Wet op de huurtoeslag. De maximale aanvangshuurprijs wordt jaarlijks per 1 januari geïndexeerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 27, eerste lid van de Wet op de huurtoeslag. Onzelfstandige woonruimte of onzelfstandige kamers en studentenhuisvesting worden niet beschouwd als sociale huur;
1.40 Staat van Bedrijfsactiviteiten
een als bijlage bij deze regels behorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van bedrijven en instellingen;
1.41 twee-aaneengebouwde woning
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van twee aaneengebouwde woningen;
1.42 uitbouw
de vergroting van een bestaande ruimte van een woning;
1.43 vrijstaande woning
woning, welke niet door het hoofdgebouw met een andere woning verbonden is;
1.44 woning
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
Artikel 2 Wijze Van Meten
2.1
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de bouwhoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
de goothoogte van een bouwwerk
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
de oppervlakte van een bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
de oppervlakte van een overkapping
tussen de buitenzijde van de afdekking van de overkapping, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van de overkapping;
de inhoud van een bouwwerk
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
bebouwingspercentage
voor zover op de kaart een maximum bebouwingspercentage is aangegeven, is dit van toepassing op de oppervlakte van het terrein binnen het bouwvlak, danwel bouwperceel.
2.2
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van bouwen wordt de goothoogte van een ondergeschikte dakkapel buiten beschouwing gelaten.
2.3
Bij de toepassing van het bepaalde (ten aanzien van de plaatsing van gebouwen) ten aanzien van het bouwen (binnen bouwvlakken of bestemmingsvlakken) worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1,50 meter bedraagt.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Groen
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. groenvoorzieningen;
- b. bermen en beplanting;
- c. voet- en (brom)fietspaden;
- d. speelvoorzieningen;
- e. waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging, waterlopen en rioolbergingskelders;
- f. ontsluitingsvoorzieningen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting';
met daaraan ondergeschikt de daarbij behorende:
- g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- h. verhardingen.
3.2 Bouwregels
3.3 Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:
- a. opslag of het laten opslaan van bagger en grondspecie;
- b. opslag of het laten opslaan van vaten, kisten, al dan niet voor gebruik geschikte werktuigen en machines of onderdelen daarvan, (bouw)materialen, afval, puin, grind of brandstoffen;
- c. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van prostitutiedoeleinden, seksinrichtingen en escortbedrijven.
Artikel 4 Verkeer - Verblijfsgebied
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. woonstraten, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'langzaam verkeer' uitsluitend voet- en (brom)fietspaden en afval- en calamiteitenroutes zijn toegestaan;
- b. voet- en (brom)fietspaden;
- c. groenvoorzieningen;
- d. parkeervoorzieningen;
- e. speelvoorzieningen;
- f. nutsvoorzieningen;
- g. waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging en waterlopen;
- h. laadpalen;
- i. (ondergrondse) afvalvoorzieningen;
en in beperkte mate voor:
- j. tuinen, erven en terreinen;
met de daarbij behorende:
- k. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
4.2 Bouwregels
4.3 Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:
- a. opslag of het laten opslaan van bagger en grondspecie;
- b. opslag of het laten opslaan van vaten, kisten, al dan niet voor gebruik geschikte werktuigen en machines of onderdelen daarvan, (bouw)materialen, afval, puin, grind of brandstoffen;
- c. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van prostitutiedoeleinden, seksinrichtingen en escortbedrijven.
Artikel 5 Wonen
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. woningen, al dan niet in combinatie met ruimte voor de uitoefening van een aan huis gebonden beroep op maximaal 30% van het bruto-vloeroppervlak van hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen en bijgebouwen tot een maximum per woning van:
- 45 m2 bij bouwpercelen tot 750 m2;
- 60 m2 bij bouwpercelen van 750 m2 tot 1.500 m2;
- 75 m2 bij bouwpercelen vanaf 1.500 m2; - b. een (ondergrondse) parkeervoorziening, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage';
met daaraan ondergeschikt:
- c. tuinen, erven en terreinen, met dien verstande dat erven in de zin van artikel 1 van bijlage II behorende bij het Besluit omgevingsrecht, zoals dat artikel luidt ten tijde van de vaststelling van dit bestemmingsplan, ter plaatse van de aanduidingen 'groen' en 'erf uitgesloten' niet zijn toegestaan;
- d. waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging en waterlopen;
met de daarbij behorende:
- e. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen;
- f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
5.2 Bouwregels
5.3 Specifieke gebruiksregels
5.4 Afwijken van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.1 en artikel 5.3 voor:
- a. het bouwen van onoverdekte particuliere zwembaden, mits:
- 1. de oppervlakte niet meer bedraagt dan 10% van het totale perceelsoppervlak, met een maximum van 125 m2 en de bovenkant van het bassin op of nagenoeg op maaiveldhoogte is gelegen;
- 2. de afstand tot de bouwperceelgrens ten minste 2,5 meter bedraagt.
Artikel 6 Waarde - Archeologie
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
6.2 Bouwregels
6.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen indien uit archeologisch onderzoek, dan wel andere informatiebronnen blijkt dat ter plaatse behoudens- en beschermingswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn erop gericht de archeologische waarden te beschermen en/of veilig te stellen door:
- a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor (ondanks de uitvoering van een bouw of aanlegplan) archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden, zoals alternatieven voor heiwerk, het aanbrengen van een beschermende bodemlaag of andere voorzieningen die op dit doel zijn gericht of;
- b. de verplichting tot het doen van opgravingen of;
- c. de verplichting de werken of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring te laten begeleiden door een archeologisch deskundige en/of;
- d. de verplichting om na beëindiging van de werken en werkzaamheden schriftelijk verslag uit te brengen waaruit blijkt op welke wijze met de archeologische waarden is omgegaan.
6.4 Afwijken van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemmingen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de archeologische waarden van het gebied.
6.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
6.6 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen door:
- a. de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie' geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat:
- 1. op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn;
- 2. wel aanwezige archeologische waarden in voldoende mate zijn veilig gesteld;
- b. de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie' toe te kennen aan gronden, grenzend aan deze dubbelbestemming, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat de begrenzing van bedoelde dubbelbestemming, gelet op ter plaatse aanwezige archeologische waarden, aanpassing behoeft.
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 7 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 8 Algemene Bouwregels
8.1 Ondergronds bouwen
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden, behoudens in deze regels opgenomen afwijkingen, de volgende bepalingen:
- a. ondergrondse bouwwerken zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen die ook buiten de bouwvlakken zijn toegestaan;
- b. de ondergrondse bouwdiepte van ondergrondse bouwwerken bedraagt maximaal 4 meter onder peil.
Artikel 9 Algemene Aanduidingsregels
9.1 vrijwaringszone - molenbiotoop
Artikel 10 Algemene Afwijkingsregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
- a. de bij recht gegeven maten, afmetingen en percentages tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages;
- b. de bestemmingsregels en toestaan dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of -intensiteit daartoe aanleiding geeft;
- c. de bestemmingsregels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft, mits de bestemmingsgrenzen niet worden overschreden;
- d. de bestemmingsregels en toestaan dat openbare nutsgebouwtjes, wachthuisjes ten behoeve van het openbaar vervoer, telefooncellen, kunstobjecten, gebouwtjes ten behoeve van de bediening van kunstwerken, toiletgebouwtjes, (ondergrondse) afvalvoorzieningen en naar de aard daarmee gelijk te stellen gebouwtjes worden gebouwd, mits de inhoud per gebouwtje of kunstobject ten hoogste 50 m3 zal bedragen;
- e. de bestemmingsregels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de bouwhoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot ten hoogste 10,00 meter;
- f. de bestemmingsregels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde en toestaan dat de bouwhoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van kunstwerken, geen gebouwen zijnde en ten behoeve van zend-, ontvang- en/of sirenemasten en ooievaarsnesten wordt vergroot tot ten hoogste 40,00 meter;
- g. het bepaalde ten aanzien van de maximale bouwhoogte van gebouwen en toestaan dat de bouwhoogte van de gebouwen ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers en lichtkappen wordt vergroot, mits:
- 1. de maximale oppervlakte van de vergroting ten hoogste 10% van het betreffende bouwvlak zal bedragen;
- 2. de bouwhoogte wordt verhoogd met maximaal 25% van de maximaal voorgeschreven bouwhoogte.
- h. de bestemmingsregels en bedrijfsmatige activiteiten in een woning en/of hierbij behorende bijgebouwen toestaan, met inachtneming van het volgende:
- 1. er mag geen sprake zijn van strijdigheid met de Huisvestingsverordening van de gemeente Wageningen;
- 2. er mag geen sprake zijn van een voor de ruimtelijke ordening relevant afwijkend gebruik. Dit betekent:
- het gebruik dient de woonfunctie te ondersteunen, dat wil zeggen dat degene die de activiteiten in de woning en/of het bijgebouw uitvoert, tevens de gebruiker van de woning is;
- een omgevingsvergunning uitsluitend kan worden verleend voor vestiging van bedrijven genoemd in de categorieën 1 of 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten III of welke naar aard gelijk te stellen zijn met de in die Staat van bedrijfsactiviteiten III genoemde bedrijven;
- vast dient te staan dat het gebruik een kleinschalig karakter heeft en zal behouden;
- 3. het mag niet zodanig verkeersaantrekkende activiteiten betreffen dat die kunnen leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer;
- 4. het onttrekken van (een deel van) de bij de woning behorende garage aan de bestemming is slechts toegestaan, indien op het bij de woning behorende erf tenminste één parkeerplaats aanwezig is of gelijktijdig wordt aangelegd;
- 5. de parkeerbalans mag niet onevenredig nadelig worden beïnvloed;
- 6. er mogen geen distributie-planologische gevolgen zijn;
- 7. ten behoeve van de bedrijfsmatige activiteit mag maximaal 30% van het bruto-vloeroppervlak van hoofdgebouwen, aan- uitbouwen en bijgebouwen per woning worden gebruikt, tot een maximum van:
- 45 m2 bij bouwpercelen tot 750 m2;
- 60 m2 bij bouwpercelen van 750 m2 tot 1.500 m2;
- 75 m2 bij bouwpercelen vanaf 1.500 m2;
- i. van de bestemmingsbepalingen en een Bed & Breakfast-voorziening in een woning en/of hierbij behorende bijgebouwen toestaan, met inachtneming van het volgende:
- 1. er mag geen sprake zijn van strijd met de voorwaarden die gelden ten aanzien van het toestaan van bedrijfsmatige activiteiten in een woning en/of hierbij behorende bijgebouwen;
- 2. ten aanzien van de voorwaarde inzake het toegestane vloeroppervlak voor de bedrijfsmatige activiteit mogen ruimtes die gemeenschappelijk worden gebruikt buiten beschouwing worden gelaten;
- 3. de toeristisch-recreatieve functie is ondergeschikt aan de hoofdfunctie;
- 4. er mag nachtverblijf worden verschaft aan maximaal 5 personen;
- 5. de toeristisch-recreatieve overnachtingsmogelijkheid mag niet als zelfstandige woning functioneren, waartoe realisatie van een aparte kookgelegenheid niet is toegestaan.
- j. het bouwvlak en de bouwhoogte met minimaal de dikte van de benodigde isolatie en installaties die nodig zijn om het gebouw energiezuiniger te maken of energie op te wekken.
Artikel 11 Algemene Wijzigingsregels
Burgemeester en Wethouders kunnen het plan wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen met inachtneming van de volgende voorwaarden:
- a. de belangen van eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden mogen niet onevenredig worden geschaad;
- b. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen mogen niet onevenredig worden geschaad.
Artikel 12 Overige Regels
12.1 Parkeernorm
- a. Bij nieuwbouw, uitbreiding en/of functieverandering van een gebouw dient ten minste voldaan te worden aan het door de gemeente vastgestelde parkeerbeleid;
- b. Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het bepaalde in sub a. van dit lid, indien wordt voorzien in een parkeervoorziening, die gelet op de parkeerbelasting naar aard en invloed op de omgeving vergelijkbaar is als bedoeld in sub a., daarbij rekening houdend met de reeds bestaande stedelijke ontwikkeling ter plaatse en de mogelijkheid van dubbelgebruik;
- c. Burgemeester en wethouders kunnen de parkeernorm als opgenomen in sub a. wijzigen, indien er een aanpassing of wijziging van het parkeerbeleid heeft plaatsgevonden.
12.2 Voorwaardelijke verplichting beeldkwaliteit
Nieuw te realiseren gebouwen, aan te leggen openbare ruimte en de ter plaatse van de aanduiding 'groen' en 'erf uitgesloten' in te richten gronden mogen uitsluitend worden gebouwd/aangelegd/ingericht onder de voorwaarde, dat voldaan wordt aan de beeldkwaliteiteisen zoals opgenomen in bijlage 3 van de regels.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 13 Overgangsrecht
13.1 Overgangsrecht bouwwerken
13.2 Overgangsrecht gebruik
Artikel 14 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan "Wageningen, De Dreijen".
Bijlage 1 Peilmatenkaart
Bijlage 2 Besluit Vergunning Wet Natuurbescherming
Bijlage 2 Besluit vergunning Wet natuurbescherming
Bijlage 3 Stedenbouwkundig En Beeldkwaliteitplan
Bijlage 3 Stedenbouwkundig en beeldkwaliteitplan
Bijlage 4 Staat Van Bedrijfsactiviteiten Iii
Bijlage 4 Staat van Bedrijfsactiviteiten III
Bijlage 1 Memo Natuurinclusief Bouwen
Bijlage 1 Memo natuurinclusief bouwen
Bijlage 2 Verkeerskundige Toets Schetsontwerp
Bijlage 2 Verkeerskundige toets schetsontwerp
Bijlage 3 Beeldkwaliteitplan
Bijlage 4 Toets Ladder Voor Duurzame Verstedelijking
Bijlage 4 Toets Ladder voor duurzame verstedelijking
Bijlage 5 Vormvrije M.e.r.-beoordeling
Bijlage 5 Vormvrije m.e.r.-beoordeling
Bijlage 6 Verkennend Bodem- En Asbestonderzoek
Bijlage 6 Verkennend bodem- en asbestonderzoek
Bijlage 7 Akoestisch Onderzoek Wegverkeerslawaai
Bijlage 7 Akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai
Bijlage 8 Quick Scan Bedrijven En Milieuzonering
Bijlage 8 Quick scan bedrijven en milieuzonering
Bijlage 9 Quick Scan Externe Veiligheid
Bijlage 9 Quick scan externe veiligheid
Bijlage 10 Quick Scan Waterhuishouding
Bijlage 10 Quick scan waterhuishouding
Bijlage 11 Quick Scan Natuur
Bijlage 12 Besluit Vergunning Wet Natuurbescherming
Bijlage 12 Besluit vergunning Wet natuurbescherming
Bijlage 13 Archeologisch Onderzoek
Bijlage 13 Archeologisch onderzoek
Bijlage 14 Onderzoek Molenbiotoop
Bijlage 14 Onderzoek molenbiotoop
Bijlage 15 Verkeerskundige Toets Verkeersgeneratie
Bijlage 15 Verkeerskundige toets verkeersgeneratie