Parapluplan risicobronnen in de vorm van opslagtanks
Bestemmingsplan - Gemeente Rijssen-Holten
Vastgesteld op 03-10-2022 - geheel onherroepelijk in werking
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Definities
1.1 Plan
Het bestemmingsplan Parapluplan risicobronnen in de vorm van opslagtanks met identificatienummer NL.IMRO.1742.BP2022001-0401 van de gemeente Rijssen-Holten.
1.2 Bestemmingsplan
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels
1.3 Risico
De kans op ongewenste gebeurtenissen van een bepaalde omvang, die bij een bepaalde activiteit kunnen plaatsvinden.
1.4 Risicobron
Een activiteit waaraan een veiligheidsafstand is verbonden ten opzichte van beperkt kwetsbare en kwetsbare objecten.
1.5 Opslagtank
Een opslagtank is een opslagvoorziening voor gas met een inhoud van ten minste 150 liter. Met een opslagtank wordt het geheel van een tank, leidingwerk en appendages bedoeld (Activiteitenbesluit).
1.6 Beperkt kwetsbare en kwetsbare objecten
Objecten zoals genoemd in respectievelijk artikel 1 onder 1b en onder 1l van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
Hoofdstuk 2 Algemene Regels
Artikel 2 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 3 Algemene Aanduidingsregels
3.1 Wetgevingszone - risicobronnen in de vorm van opslagtanks
Ter plaatse van de 'Wetgevingszone - risicobronnen in de vorm van opslagtanks' is het niet toegestaan om nieuwe risicobronnen in de vorm van opslagtanks ten behoeve van ruimteverwarming toe te voegen.
3.2 Afwijking van de aanduidingsregels
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd om af te wijken van het gestelde onder artikel 3.1 voor het toevoegen van een risicobron in de vorm van een opslagtank ten behoeve van ruimteverwarming, onder de voorwaarde dat:
- a. Duurzame alternatieven ten behoeve van ruimteverwarming onwenselijk/onhaalbaar zijn gelet de bestaande of toekomstige ruimtelijke structuur van de beoogde locatie, en;
- b. De minimale veiligheidsafstanden van de betreffende risicobron op eigen terrein liggen.
Artikel 4 Relatie Met De Onderliggende Plannen
Dit bestemmingsplan voorziet in een aanvullende regeling ten aanzien van het toevoegen van risicobronnen in de vorm van opslagtanks ten behoeve van ruimteverwarming voor alle bestemmingsplannen en bestemmingsplannen met verbrede reikwijdte die zijn vastgesteld tot het moment van inwerkingtreden van dit bestemmingsplan. De bouw- en gebruiksregels van onderliggende bestemmingsplannen en bestemmingsplannen met verbrede reikwijdte blijven onverminderd van toepassing voor zover het parapluplan risicobronnen in de vorm van opslagtanks geen specifieke regels bevat.
Hoofdstuk 3 Overgangs- En Slotregels
Artikel 5 Overgangsrecht
5.1 Overgangsrecht bouwwerken
5.2 Overgangsrecht gebruik
Artikel 6 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Parapluplan risicobronnen in de vorm van opslagtanks.
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Algemeen
De gemeente Rijssen-Holten streeft naar een veilige woon- en leefomgeving voor haar inwoners, werknemers en bezoekers. In die zin draagt zij een belangrijke verantwoordelijkheid als het gaat om externe veiligheid. Bij externe veiligheid gaat het om de risico's op de omgeving die samenhangen met het produceren, verwerken, opslaan en vervoeren van gevaarlijke stoffen. Deze risico's doen zich voor rondom zowel risicovolle inrichtingen, transportassen als buisleidingen waarover respectievelijk waardoor gevaarlijke stoffen worden vervoerd. Bij het werken met gevaarlijke stoffen bij bedrijven/particulieren en bij het transport ervan kunnen ongelukken gebeuren met effecten voor de omgeving van deze activiteiten. Het gaat om kleine kansen met soms grote gevolgen.
Op basis van het externe veiligheidsbeleid van de gemeente Rijssen-Holten is het uitgangspunt om geen nieuwe risicobronnen toe te voegen in verblijfsgebieden en geldt voor bestaande risicobronnen in verblijfsgebieden een standstillbeginsel/uitsterfbeleid. Het extern veiligheidsbeleid van de gemeente Rijssen-Holten is vastgesteld op 21 maart 2011. Op basis van een evaluatie van het externe veiligheidsbeleid in 2019 heeft het college op 3 juni 2019 besloten dat het beleid nog voldoet. Echter is het externe veiligheidsbeleid geen juridisch toetsingskader bij bijvoorbeeld een aanvraag van een omgevingsvergunning. In de voorgaande jaren zijn er meerdere aanvragen ingediend bij de gemeente Rijssen-Holten voor de realisatie van een risicobron in de vorm van een opslagtank ten behoeve van ruimteverwarming nabij een woning (veelal een propaantank bij woningen of recreatiewoningen). Ondanks dat dit volgens ons externe veiligheidsbeleid niet wenselijk is, zijn deze uitgangspunten nog niet goed juridisch-planologisch verankerd. Dit geeft aanleiding de vigerende bestemmingsplannen in Rijssen-Holten op dit specifieke vraagstuk te heroverwegen.
Om ongewenste neveneffecten tegen te gaan heeft gemeenteraad van de gemeente Rijssen-Holten op 12 november 2021 een voorbereidingsbesluit genomen. Met dit voorbereidingsbesluit wordt de komst van nieuwe risicobronnen in de vorm van opslagtanks ten behoeve van ruimteverwarming verboden. Middels dit bestemmingsplan worden de regels uit het voorbereidingsbesluit vertaald in een juridisch bindend bestemmingsplan.
1.2 Ligging Plangebied
Om te komen tot één uniforme regeling binnen de gemeente Rijssen-Holten is er voor gekozen om het Parapluplan risicobronnen in de vorm van opslagtanks voor het hele gemeentelijke grondgebied te laten gelden. Dit parapluplan heeft betrekking op het gebied waarop het gemeentelijk externe veiligheidsbeleid van toepassing is. Het gaat zowel om de kernen Rijssen en Holten als het buitengebied.
afbeelding 1.1. begrenzing plangebied
1.3 Huidige Planologisch Regime
Onderhavig bestemmingsplan voorziet in een aanvullende regeling ten aanzien van het toevoegen van risicobronnen in de vorm van opslagtanks ten behoeve van ruimteverwarming voor alle bestemmingsplannen en bestemmingsplannen met verbrede reikwijdte die zijn vastgesteld tot het moment van inwerkingtreden van dit bestemmingsplan.
Hoofdstuk 2 Planopzet
2.1 Planopzet
Het bestemmingsplan Parapluplan risicobronnen in de vorm van opslagtanks bestaat uit een verbeelding (plankaart), planregels (met bijlage) en deze plantoelichting. De verbeelding en planregels vormen tezamen het juridische deel van het bestemmingsplan. Deze vormen het juridisch instrumentarium voor het regelen van het gebruik van gronden en bebouwing. In de regels worden de mogelijkheden in artikelen vastgelegd. Op de verbeelding worden de bestemmingen, bouw- en gebruiksmogelijkheden per locatie aangeduid. Het bestemmingsplan is opgesteld in aansluiting op de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2012.
Met deze partiële herziening worden alle bestemmingsplannen die zijn vastgesteld tot het moment van inwerkingtreden van dit bestemmingsplan aangevuld met algemene regels. Ook de begrippen worden aangevuld. De verbeelding van de betreffende bestemmingsplannen verandert niet. Doordat in één keer meerdere plannen worden gerepareerd voor wat betreft een specifiek onderwerp (hier: risicobronnen in de vorm van opslagtanks ten behoeve van ruimteverwarming), is sprake van een zogenaamd "parapluplan".
Na de vaststelling van onderhavig paraplubestemmingsplan is voor het gehele grondgebied van de gemeente Rijssen-Holten in de bestemmingsplannen geborgd dat er regels gelden voor het toevoegen van risicobronnen in de vorm van opslagtanks.
2.2 Artikelgewijze Toelichting
Hoofdstuk 1 Inleidende regels
Artikel 1 Begrippen
In dit artikel zijn de begrippen opgenomen die in de regels worden gebruikt.
Hoofdstuk 2 Algemene regels
Artikel 2 Anti-dubbeltelregel
Deze regel is in bestemmingsplannen wettelijk verplicht en regelt dat niet ten onrechte bouwrechten kunnen worden verworven door gronden opnieuw mee te rekenen.
Artikel 3 Algemene aanduidingsregels
In dit artikel worden de regels die gelden voor het toevoegen van risicobronnen in de vorm van opslagtanks ten behoeve van ruimteverwarming ter plaatse van de 'wetgevingszone - risicobronnen in de vorm van opslagtanks'.
Artikel 4 Relatie met de onderliggende plannen
In dit artikel wordt geregeld dat voor alle geldende bestemmingsplannen de bestaande regels worden aangevuld ten aanzien van regels over het toevoegen van risicobronnen in de vorm van opslagtanks ten behoeve van ruimteverwarming.
Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels
Artikel 6 Overgangsrecht
Het Besluit ruimtelijke ordening bepaalt dat deze regels (letterlijk) in een bestemmingsplan moeten worden opgenomen om op juiste wijze om te kunnen gaan met een veranderend planologisch regiem. Gevestigde belangen blijven gelden, maar hiervoor geldt wel een uitsterfbeleid.
Artikel 7 Slotregel
In artikel 6 wordt kenbaar gemaakt dat de regels in dit bestemmingsplan worden aangehaald als 'Regels van het bestemmingsplan Parapluplan risicobronnen in de vorm van opslagtanks'
Hoofdstuk 3 Uitvoerbaarheid
3.1 Economische Uitvoerbaarheid
In artikel 3.1.6 lid 1, aanhef en onder f van het Besluit ruimtelijke ordening is bepaald dat onderzocht moet worden of een bestemmingsplan uitvoerbaar is. Hieronder wordt ingegaan op de economische uitvoerbaarheid.
Het is met oog op de geplande ontwikkeling van onderliggend bestemmingsplan niet nodig om een grondexploitatie vast te stellen. Artikel 6.12 van de Wet ruimtelijke ordening stelt dat een grondexploitatie dient te worden opgesteld voor gronden met een door algemene maatregel van bestuur aangewezen bouwplan. Dit is in onderliggend bestemmingsplan niet het geval en een grondexploitatie is daarom niet nodig.
Deze partiële herziening bevat geen uitvoeringsaspecten. Voor de gemeente Rijssen-Holten zijn aan zowel de opstelling als de uitvoering van dit bestemmingsplan geen kosten verbonden anders dan de begrote kosten voor de planvorming. De economische uitvoerbaarheid is daarmee aangetoond.
3.2 Maatschappelijke Uitvoerbaarheid
In artikel 3.1.6 lid 1, aanhef en onder e van het Besluit ruimtelijke ordening is bepaald dat een beschrijving dient te worden opgenomen van de wijze waarop burgers en maatschappelijke organisaties bij de voorbereidingen van het bestemmingsplan zijn betrokken.
Inspraak
Voor dit bestemmingsplan is geen inspraakronde gehouden. Dit plan past binnen het vastgestelde beleid en betreft een bestendiging van bestaande voornemens. Om deze reden kan dit plan als onomstreden worden beschouwd. Het is vanzelfsprekend dat de mogelijkheid voor het indienen van een zienswijze aanwezig blijft.
Vooroverleg
Op grond van artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening dient de gemeente bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg te plegen met betrokken Waterschappen en diensten van Rijk en Provincie die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen die in het plan in het geding zijn.
Dit plan bevat geen uitvoeringsaspecten en maakt geen nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk. Met dit parapluplan zijn geen nationale, provinciale, dan wel waterschapsbelangen in het geding. Om die reden heeft geen vooroverleg plaatsgevonden met het rijk, de provincie en het waterschap.
Zienswijzen
Er zijn op het ontwerpbestemmingsplan geen zienswijzen ingediend.
Ambtshalve wijzigingen
In artikel 4 “relatie met onderliggende plannen” in de regels van het parapluplan is de volgende regel toegevoegd: De bouw- en gebruiksregels van onderliggende bestemmingsplannen en bestemmingsplannen met verbrede reikwijdte blijven onverminderd van toepassing voor zover het parapluplan risicobronnen in de vorm van opslagtanks geen specifieke regels bevat.
Een volledig toelichting op de ambtshalve wijziging is te vinden in de bijgevoegde 'Nota ambtelijke wijzigingen'.