KadastraleKaart.com

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
Artikel 2 Wijze Van Meten
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
Artikel 4 Agrarisch - Paardenhouderij
Artikel 5 Agrarisch Met Waarden
Artikel 6 Bedrijf
Artikel 7 Bedrijf - Energiepark
Artikel 8 Bedrijf - Nutsvoorziening
Artikel 9 Bedrijf - Windturbine
Artikel 10 Bos
Artikel 11 Detailhandel
Artikel 12 Groen
Artikel 13 Horeca
Artikel 14 Maatschappelijk
Artikel 15 Maatschappelijk - Molen
Artikel 16 Natuur
Artikel 17 Recreatie - Dagrecreatie
Artikel 18 Recreatie - Recreatiewoning
Artikel 19 Recreatie - Verblijfsrecreatie
Artikel 20 Recreatie - Volkstuin
Artikel 21 Sport
Artikel 22 Sport - Manege
Artikel 23 Verkeer
Artikel 24 Verkeer - Parkeerterrein
Artikel 25 Verkeer - Railverkeer
Artikel 26 Water
Artikel 27 Wonen
Artikel 28 Wonen - Landhuis
Artikel 29 Wonen - Woongebouw
Artikel 30 Leiding - Gas
Artikel 31 Leiding - Hoogspanningsverbinding
Artikel 32 Leiding - Rioolpersleiding
Artikel 33 Waarde - Archeologie 1
Artikel 34 Waarde - Archeologie 2
Artikel 35 Waarde - Archeologische Verwachting 1
Artikel 36 Waarde - Archeologische Verwachting 2
Artikel 37 Waarde - Archeologische Verwachting 3
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 38 Anti-dubbeltelbepaling
Artikel 39 Algemene Bouwregels
Artikel 40 Algemene Gebruiksregels
Artikel 41 Algemene Aanduidingsregels
Artikel 42 Algemene Afwijkingsregels
Artikel 43 Algemene Wijzigingsregels
Artikel 44 Algemene Procedureregels
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 45 Overgangsrecht
Artikel 46 Slotregel
Hoofdstuk 1 Aanleiding
Hoofdstuk 2 Huidige Raadpleegbaarheid Bestemmingsplan 'Buitengebied' Met Voorbeeldlocatie
Hoofdstuk 3 Hoe Ziet De Geconsolideerde Versie Eruit?
3.1 Juridische Status Geconsolideerde Versie
3.2 Plannaam Geconsolideerde Versie
3.3 Begrenzing Geconsolideerde Versie
3.4 Peildatum Geconsolideerde Versie
3.5 Verbeelding Geconsolideerde Versie
3.6 Regels Geconsolideerde Versie
3.7 Bijzonderheden Regels: Wijzigingsplannen
3.8 Bijzonderheden Regels: 'Bestaand' En 'Aanwezig'
3.9 Bijzonderheden Regels: Overgangsrecht
Hoofdstuk 4 Bijlagen Bij De Toelichting En De Regels
Bijlage 1 Indicatieve Bedrijvenlijst (Vervallen)
Bijlage 2 Staat Van Bedrijfsactiviteiten
Bijlage 3 Kaart Log Azewijn (Vervallen)
Bijlage 4 Kwaliteitseisen Log (Vervallen)
Bijlage 5 Kernkwaliteiten Van De Ehs En Het Waardevol Landschap
Bijlage 6 Lijst Van Bedrijvigheid
Bijlage 7 Erfinrichtingsschetsen Functieveranderingsinitiatieven
Bijlage 8 Beeldkwaliteitsplan Buitengebied
Bijlage 9 Nieuwbouw Productiebedrijf Van Heek En Bijpassende Terreininrichting D.d. 27 Juni 2014
Bijlage 10 Omrekening Nge
Bijlage 11 Landschappelijk Inrichtingsplan Baarleweg 4-6 Didam
Bijlage 12 Beplantingsplan Baarleweg 4-6 Didam
Bijlage 13 -
Bijlage 14 Sloop En Herbouw Woningen Linthorsterstraat 3&5 Stokkum
Bijlage 15 Landschapsplan Linthorsterstraat 3&5 Stokkum
Bijlage 16 Voorwaarden En Maatregelen Herbouw Woningen Linthorsterstraat 3&5 Stokkum
Bijlage 17 Inrichtings-, Beplantings- En Beheersplan 13 April 2010 Arnhemseweg 17a Te Beek
Bijlage 1 Overzicht Bestaande Situaties (Geactualiseerd)
Bijlage 2 Regels Herzieningen
Bijlage 3 Integrale Regels 'Buitengebied (Inclusief Derde Herziening)'
Bijlage 4 Specifieke Regels Wijzigingsplannen

Bestemmingsplan Buitengebied, geconsolideerd

Bestemmingsplan - gemeente Montferland

Geconsolideerd op 19-10-2017 - geconsolideerd

Hoofdstuk 1 Inleidende Regels

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:

  1. a. plan:
    het bestemmingsplan Buitengebied, geconsolideerd, met identificatienummer NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer- gc01 van de gemeente Montferland;
  1. b. bestemmingsplan:
    de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en bijlagen;
  1. c. beeldkwaliteitsplan:
    het beeldkwaliteitsplan Buitengebied Montferland, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 22 april 2010;
  1. d. aanduiding:
    een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
  1. e. aanduidingsgrens:
    de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
  1. f. (-)
  1. g. aan- of uitbouw:
    een bijbehorend bouwwerk zijnde, een onderdeel van een hoofdgebouw dat door de vorm daarvan onderscheiden kan worden en dat door zijn ligging en/of in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan de hoofdvorm;

ga. afwijken van de bouwregels en/of de gebruiksregels:

een afwijking als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid, onder c van de Wet ruimtelijke ordening;

  1. h. agrarisch bedrijf:
    een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of door middel van het houden van dieren;
  1. i. agrarisch medegebruik:
    een gebruik voor kleinschalige agrarische activiteiten, al dan niet met een hobbymatig karakter;
  1. j. (-)
  1. k. archeologisch onderzoek:
    onderzoek (bureauonderzoek en/of boren en/of geofysisch onderzoek en/of graven en/of begeleiden) verricht door een dienst, bedrijf of instelling erkend door het College voor de Archeologische Kwaliteit (CvAK/SIKB), beschikkend over een opgravingsvergunning ex artikel 39 MW en werkend volgens de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie;
  1. l. archeologische verwachting:

een aanduiding van een gebied met een daaraan toegekende archeologische verwachting in verband met de kennis en wetenschap van de in dat gebied te verwachten overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit het verleden;

  1. m. archeologische waarde:

een aanduiding van een gebied met een daaraan toegekende archeologische waarde in verband met de kennis en studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit het verleden;

  1. n. bebouwing:
    één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;

na. bedrijf:

een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen, dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, beroep aan huis daaronder niet begrepen;

nb. bedrijfsgebouw:

een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf;

  1. o. bedrijfsmatige exploitatie van recreatiewoningen, stacaravans en andere voor verblijfsrecreatie bedoelde gronden:
    het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een zodanig beheer/exploitatie, dat in de recreatiewoningen, stacaravans en andere voor verblijfsrecreatie bedoelde gebouwen, permanent wisselende, recreatieve (nacht)verblijfsmogelijkheden worden geboden;
  1. p. bedrijf aan huis:
    het bedrijfsmatig uitoefenen van bedrijfsactiviteiten in de woning en de daarbij behorende aanbouwen en bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie in overwegende mate en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie verenigbaar is. In ieder geval wordt hieronder niet verstaan: een detailhandelsvestiging, een horecabedrijf, een baliefunctie die niet als ondergeschikt aan het bedrijf kan worden aangemerkt, een seksbedrijf of een bedrijf in de prostitutie, in welke vorm dan ook. Hieronder wordt wel verstaan een kleinschalige voorziening ten behoeve van kinderopvang;
  1. q. bedrijfswoning:
    een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bestemd voor (het huishouden van) één persoon (of twee indien er sprake is van een zelfstandige inwoningsituatie), wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;
  1. r. bed and breakfast:
    een kleinschalige overnachtingsaccommodatie in een woning of bedrijfswoning, gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch en veelal kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt, waarbij de bed and breakfast ondergeschikt is aan de hoofdfunctie;

ra. beroep aan huis:

het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, zakelijk, financieel, juridisch, (para)medisch, therapeutisch, persoonlijk, educatief, kunstzinnig, ontwerptechnisch, maatschappelijk of daarmee gelijk te stellen gebied, in de woning en de daarbij behorende bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie in overwegende mate en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie verenigbaar is. In ieder geval wordt hieronder niet verstaan: het voeren van een baliefunctie die niet als ondergeschikt aan het beroep kan worden aangemerkt, een seksbedrijf of een beroep in de prostitutie, in welke vorm dan ook;

  1. s. bestaand:
    1. 1. ten aanzien van bebouwing:
      bebouwing die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan rechtens aanwezig is of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een vergunning;
    2. 2. ten aanzien van gebruik:
      het gebruik van grond en opstallen, zoals rechtens aanwezig op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
    3. 3. ten aanzien van de locatie van een woning:
      de locatie van een woning op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, dan wel in het kader van herbouw, de locatie die overlap vertoont met de locatie van de op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan aanwezige woning;
  1. t. bestemmingsgrens:
    de grens van een bestemmingsvlak;
  1. u. bestemmingsvlak:
    een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
  1. v. bevoegd gezag:
    het bevoegd gezag als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wet van 6 november 2008, staatsblad 496);
  1. w. binnenrijbaan:
    overdekte piste voorzien van een bewerkte of aangepaste bodem waar training en africhting van het paard, instructie aan derden (ingeval van een manege) en toetsing van prestaties van de paarden in diverse disciplines plaatsvinden;

wa. biovergisting:

het vergisten van maximaal 35 ton dierlijke mest per dag, al dan niet in combinatie met andere organische stoffen, waardoor biogas ontstaat waarbij sprake is van dierlijke meststof als restproduct;

  1. x. bijgebouw:
    een bijbehorend bouwwerk, zijnde een bij de (bedrijfs)woning of wooneenheid behorend vrijstaand of aaneengebouwd gebouw, zoals een garage, berging of hobbyruimte niet zijnde een (tunnel)kas of daarmee gelijk te stellen bouwwerk, dat niet voor bewoning is bestemd en naar aard en omvang ondergeschikt is aan de (bedrijfs)woning of wooneenheid;
  1. y. (-)
  1. z. bosbouw:
    het geheel van bedrijfsmatige handelingen en activiteiten gericht op de duurzame instandhouding en ontwikkeling van bestaande en nieuwe bossen ten behoeve van één of meer van de volgende functies en aspecten: natuur, houtproductie, landschap, milieu, waaronder begrepen waterhuishouding, en recreatie;
  1. aa. bouwen:
    het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
  1. ab. bouwgrens:
    de grens van een bouwvlak;
  1. ac. bouwlaag:
    een al dan niet doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;
  1. ad. bouwperceel:
    een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
  1. ae. bouwperceelgrens:
    de grens van een bouwperceel;
  1. af. bouwvlak:
    een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
  1. ag. bouwwerk:
    een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
  1. ah. buitenwerks gevelvlak:
    de buitenmuur van een gebouw inclusief de daaraan gebouwde aanbouwen en uitbouwen;
  1. ai. daghorecabedrijf:
    een horecabedrijf dat is gericht op het hoofdzakelijk overdag (dat wil zeggen tussen zonsopkomst en zonsondergang, of, indien zonsondergang vóór 20.00 uur optreedt, tot 20.00 uur) verstrekken van dranken en etenswaren aan bezoekers van andere functies, met name functies als informatievoorziening en dagrecreatie, zoals theehuisjes, paviljoens, ijssalons, croissanterieën, dagcafés, dagrestaurants en naar de aard en openingstijden daarmee gelijk te stellen horecabedrijven;
  1. aj. dakoverstek:
    het deel van het dakvlak dat uitsteekt buiten de gevel;
  1. ak. dakvlak:

een hellend vlak in een dak;

  1. al. deel:
    de aan een bestaande of voormalige agrarische bedrijfswoning gekoppelde rechtstreeks (of via een tussenlid) vanuit de woning toegankelijke stalruimte (als onderdeel van het hoofdgebouw), die beeldbepalend, visueel, en van oorsprong functioneel verbonden is met de betreffende woning en daarmee een onlosmakelijke eenheid vormt, één en ander exclusief eventuele aan de deel grenzende ondergeschikte en niet meer met de woning in verbinding staande bebouwing;
  1. am. denkbeeldig bouwvlak:
    het bouwvlak inclusief de in deze regels via afwijkingen toegestane overschrijdingen;
  1. an. detailhandel:
    het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending overwegend anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. Onder detailhandel wordt tevens verstaan verkoop via het internet, waarbij sprake is van publieksgerichte activiteiten in de vorm van een showroom en/of een afhaalpunt voor consumenten;
  1. ao. Ecologische hoofdstructuur (EHS):
    een samenhangend netwerk van kwalitatief hoogwaardige natuurgebieden en natuurrijke cultuurlandschappen, bestaande uit EHS-natuur, EHS-verweven en EHS-ecologische verbindingszone. EHS-natuur bestaat uit natuurgebieden en voor een kleiner deel uit natuurontwikkelingsgebieden die momenteel agrarische cultuurgrond zijn. EHS-verweven omvat landgoederen onder de Natuurschoonwet 1928, landbouwgebieden met natuurwaarden en landbouwgebieden met een hoge dichtheid aan natuur- en boselementen. EHS-ecologische verbindingzone bestaat uit een schakeling van natuur elementen die multifunctioneel gebied doorsnijdt;
  1. ap. evenement:
    verplaatsbare georganiseerde gebeurtenis die meestal publiek is, maar ook besloten kan zijn;
  1. aq. extensieve dagrecreatie:
    extensieve vorm van dagrecreatie, zoals wandelen, fietsen, vissen, picknicken en paardrijden, inclusief naar de aard en omvang daartoe behorende (overige) bouwwerken geen gebouw zijnde, zoals picknicktafels en informatieborden en voorzieningen zoals fiets- en voetpaden, vissteigers en kanostoepen (niet zijnde paardenbakken);
  1. ar. functieverandering:
    het veranderen van de functie van gebouwen op een perceel, waarbij een nieuwe functie wordt gerealiseerd, dan wel het oprichten van nieuwe bebouwing na sloop welke bebouwing een andere functie heeft dan de gesloopte bebouwing;
  1. as. gebouw:
    elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
  1. at. gebruiksgerichte paardenhouderij:
    paardenhouderij die is gericht op het africhten en trainen van paarden, het bieden van stalruimte voor paarden, het geven van instructie aan derden (ingeval van een manege), het trainen van paarden en uitbrengen in de sport, verhuur van diensten met behulp van paarden en de in- en verkoop van paarden;

ata. gelders natuurnetwerk (GNN):

samenhangend netwerk van bestaande en te ontwikkelen natuur van internationaal, nationaal en provinciaal belang;

atb. groene ontwikkelingszone (GO):

zone die bestaat uit gebieden met andere bestemmingen dan natuur die ruimtelijk verweven zijn met het GNN en daar functioneel mee samenhangen en waarin wordt ingezet op versterking van die samenhang tussen inliggende en aangrenzende natuurgebieden;

  1. au. (-)

aua. grondgebonden (veehouderij)bedrijf:

agrarisch bedrijf zonder intensieve veehouderijtak dat gericht is op het ontwikkelen van activiteiten waarbij de productie voor meer dan 50 procent afhankelijk is van het producerend vermogen van de grond waarover het bedrijf in de omgeving van de bedrijfsgebouwen kan beschikken;

aub. grondgebonden veehouderijtak:

onderdeel van een agrarisch bedrijf waarvoor het bedrijf beschikt over voldoende agrarische cultuurgrond in de omgeving van de bedrijfsgebouwen om de dieren binnen de veehouderijtak voor meer dan 50 procent zelf te kunnen voeren;

auc. grondgebruiksplan:

plan waarin de ondernemer informatie biedt over de grondgebondenheid van hetveehouderijbedrijf of de veehouderijtak;

  1. av. hoofdgebouw:
    een gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een bouwperceel en, indien meer gebouwen op het bouwperceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
  1. aw. hooiberg (hooimijt):
    een van oorsprong agrarisch bouwwerk, dat diende als opslagplaats voor graan, stro of hooi, bestaande uit één of meerdere palen en een beweegbaar dak dat los aan de paal/palen is verbonden en dat niet is voorzien van wanden;
  1. ax. horeca:
    hotel, pension, restaurant, café, cafetaria of daaraan verwante inrichting met bijbehorende voorzieningen, waar tegen vergoeding logies wordt verstrekt, dranken worden geschonken of spijzen voor directe consumptie worden bereid of verstrekt, een en ander tenzij uitdrukkelijk anders vermeld, met uitzondering van nachtclubs, discotheken, dancings of soortgelijke inrichtingen; onder horeca is in ieder geval niet begrepen een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig gelegenheid wordt gegeven tot het verrichten van seksuele handelingen met een derde tegen betaling;
  1. ay. hergebruik:
    gebruik van een bestaand gebouw voor nieuwe doeleinden omdat het gebouw zijn oorspronkelijke functie heeft verloren;
  1. az. huifkarcentrum:
    een bedrijf waar paarden en huifkarren worden gestald en van waaruit in de omgeving met paarden en huifkarren ritten worden gemaakt en kleinschalige dagrecreatieve activiteiten worden georganiseerd, zoals handboogschieten, klootschieten, ringsteken en naar de aard daarmee gelijk te stellen activiteiten;
  1. ba. indicatieve magneetveldzone:
    het gebied rond bovengrondse hoogspanningsleidingen waarbinnen het jaargemiddelde magneetveld hoger wordt verondersteld dan 0,4 microtesla. De indicatieve magneetveldzone is bij een 150 kV hoogspanningsleiding bepaald op 80 meter ter weerszijden van de leiding en bij een 380 kV hoogspanningsleiding op 135 meter ter weerszijden van de leiding;
  1. bb. indelingslijn:
    een als zodanig op de verbeelding aangewezen lijn ten behoeve van het indelen van een bouwvlak of bestemmingsvlak met het oog op een verschil in maatvoering;
  1. bc. informatievoorziening:
    het verstrekken van informatie, het geven van educatie aan passanten, en de verkoop van streekgebonden producten;
  1. bd. inpandig bijgebouw:
    een in het, qua uitstraling en bestemming, belangrijkste deel van het hoofdgebouw ondergebracht bijgebouw (met uitzondering van de zolderruimten boven de woonruimte), waaronder tevens wordt begrepen de ruimte op de verdieping die als zodanig is aan te merken en voor zover deze ruimte niet rechtstreeks vanuit de woonruimte toegankelijk is;
  1. be. intensieve veehouderij / (intensieve veehouderijtak):
    een agrarisch bedrijf of dat deel van een agrarisch bedrijf (intensieve veehouderijtak) waarvan tenminste 250 m2 aan bedrijfsvloeroppervlak gebruikt wordt als veehouderij volgens de Wet milieubeheer, waar geen melkrundvee, schapen, paarden of dieren biologisch gehouden worden en waar geen dieren gehouden worden uitsluitend of in hoofdzaak ten behoeve van natuurbeheer;
  1. bf. (-)
  1. bg. kampeermiddel:
    een tent, tentwagen, kampeerauto of caravan, dan wel enig ander onderkomen of ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, waarvoor ingevolge de Woningwet en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht een omgevingsvergunning vereist is; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht, dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
  1. bh. kampeerterrein:
    terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en blijkens die inrichting, bestemd om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf;
  1. bi. (-)

bia. kernkwaliteiten

de kwaliteiten van het waardevol landschap, het Gelders natuurnetwerk en de groene ontwikkelingszone zoals beschreven in de Bijlage 5 van deze regels;

  1. bj. kleinschalig kamperen:
    terrein of plaats met een niet-recreatieve hoofdfunctie, geheel of gedeeltelijk ingericht, en blijkens die inrichting, bestemd om daarop in de periode van 15 maart tot en met 31 oktober gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van maximaal 25 kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf;

bja. (-)

bjb. kwekerij:

een agrarisch bedrijf gericht op het telen van bomen, heesters en/of struiken;

bjc. landhuis:

hoofdgebouw op een landgoed waarin meerdere woningen kunnen worden ondergebracht;

  1. bk. loonwerkbedrijf:
    een bedrijf, dat is gericht op het verlenen van diensten aan (agrarische) bedrijven met behulp van werktuigen;
  1. bl. magneetveldbeoordelingsplichtige objecten:
    bij magneetveldgevoelige objecten behorende erven, schoolpleinen en speelplaatsen; - inrichtingen en bijbehorende terreinen voor cultuur, horeca, sport, entertainment, educatie, verblijfs- en dagrecreatie, logiesverstrekking, kerkgebouwen, buurt- en clubhuizen, ziekenhuizen, verpleeghuizen, klinieken, dagverblijven;
  1. bm. magneetveldgevoelige objecten:
    woningen (daaronder begrepen dienstwoningen), woonwagenstandplaatsen, scholen voor basisonderwijs en voortgezet onderwijs, crèches, kinderopvangplaatsen;
  1. bn. manegebedrijf:
    paardenhouderij, bestaande uit één of meerdere binnenrijbanen, die uitsluitend is gericht op het bieden van paardrijdmogelijkheden en het geven van instructie aan derden, het houden van wedstrijden, al dan niet met een ondersteunende horecavoorziening;
  1. bo. monumentale gebouwen:
    gebouwen die geplaatst zijn op de gemeentelijke of rijksmonumentenlijst;
  1. bp. Nederlandse grootte-eenheden (nge):
    een maat waarmee de economische omvang van agrarische activiteiten in dit bestemmingsplan wordt weergegeven, een en ander overeenkomstig Bijlage 10 bij de regels van dit plan;
  1. bq. nevenactiviteiten:

een bedrijfsmatige of beroepsmatige activiteit die uit oogpunt van inkomenswerving wordt uitgeoefend naast de hoofdfunctie op een bouw- of bestemmingsvlak en daaraan in ruimtelijk, en functioneel opzicht duidelijk ondergeschikt is;

bqa. niet grondgebonden veehouderij(bedrijf):

een veehouderij(bedrijf) waarvan de agrarische productie voor het grootste deel afkomstig is uit de niet-grondgebonden veehouderijtak(ken), dan wel een veehouderijbedrijf met een intensieve veehouderij(tak);

bqb. niet-grondgebonden veehouderijtak:

onderdeel van een agrarisch bedrijf dat beschikt over onvoldoende cultuurgrond om de dieren op het eigen bedrijf in de omgeving van de bedrijfsgebouwen voor meer dan 50% van het benodigde voer te voorzien, dan wel een intensieve veehouderijtak;

  1. br. nutsvoorzieningen:
    bouwwerken en bijbehorende voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen en apparatuur voor telecommunicatie;

bra. omschakeling:

de overgang van een grondgebonden veehouderij naar een niet-grondgebonden veehouderij dan wel een intensieve veehouderijtak;

  1. bs. ondergeschikte horeca:
    een horecavoorziening binnen een bestemming waarvan de functie een andere dan horeca is, maar waar men uitsluitend ter ondersteuning van de op grond van dit plan toegestane of toe te stane nevenactiviteit een ruimte specifiek heeft ingericht voor de consumptie van drank en etenswaren
  1. bt. overdekt terras/overkapping:
    een dak op palen (of daarmee vergelijkbare constructiedelen) zoals een carport dat minimaal aan twee zijden niet van wanden is voorzien, dan wel ten minste aan 1 zijde geheel én ten minste aan 1 zijde overwegend open is indien aangebouwd of onderdeel van het dak of dakvlak van een woning of een bijgebouw. Voor zover sprake van een vrijstaande overkapping of terras, is het betreffende bouwwerk uitgevoerd met maximaal 2 wanden of een gedeelte daarvan. Een overdekt terras/overkapping wordt niet aangemerkt als gebouw.
  1. bu. paardenbak:
    een door middel van een afscheiding afgezonderd stuk terrein met een ondergrond, kennelijk ingericht voor het africhten en/of trainen en berijden van paarden en pony's en/of het anderszins beoefenen van de paardensport, met of zonder de daarbij behorende voorzieningen;
  1. bv. participantenwoning:
    een woning waarvan de bewoner in zodanige mate betrokken is bij een inrichting -in dit geval een windturbinepark- dat de woning is aan te merken als behorende tot de inrichting; de betrokkenheid houdt in ieder geval in dat de bewoner:
    1. 1. toezicht houdt op de terreinen en servicewegen van de windturbines, en deze toegankelijk houdt voor de exploitant van de windturbines;
    2. 2. toezicht houdt op het functioneren van de windturbines en zo nodig storingen en calamiteiten meldt aan de exploitant en in voorkomend geval de betreffende windturbine kan stopzetten;
  1. bw. peil:
    1. 1. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst, de hoogte van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang;

1a. voor de locatie van de woningen zoals opgenomen in Bijlage 14 bij deze regels 60 cm boven de kruin van de weg;

    1. 1. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aan het bouwwerk aansluitende afgewerkte maaiveld. Hierbij dient te worden uitgegaan van de oorspronkelijke hoogte van het bouwperceel;
    2. 2. indien in of op het water wordt gebouwd: de hoogte van het terrein ter plaatse van het meest nabij gelegen punt waar het water grenst aan het vaste land.

bwa. perceel:

een bij het Kadaster geregistreerd stuk grond;

  1. bx. permanente bewoning:
    bewoning van een ruimte als hoofdverblijf;

bxa. plattelandswoning:

een woning als bedoeld in artikel 1.1a Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  1. by. productiegerichte paardenhouderij:
    grondgebonden paardenhouderij die is gericht op het fokken van paarden, het bieden van leefruimte aan paarden en/of het voortbrengen van producten door middel van het houden van paarden, zoals een paardenmelkerij of een daarmee gelijk te stellen bedrijfsvorm, eventueel in combinatie met (en daaraan ondergeschikte) trainingsfaciliteiten ten behoeve van de eigen gefokte paarden;
  1. bz. reconstructiewetzone-extensiveringsgebied:
    een ruimtelijk begrensd gedeelte van een reconstructiegebied met het primaat wonen of natuur, waar uitbreiding, hervestiging of nieuwvestiging van in ieder geval intensieve veehouderij onmogelijk is of in het kader van de reconstructie onmogelijk zal worden gemaakt;
  1. ca. reconstructiewetzone-landbouwontwikkelingsgebied:
    een ruimtelijk begrensd gedeelte van een reconstructiegebied met het primaat landbouw dat geheel of gedeeltelijk voorziet, of in het kader van de reconstructie zal voorzien, in de mogelijkheid tot uitbreiding van intensieve veehouderij;
  1. cb. recreatiewoning:
    een gebouw, uitsluitend bestemd om te dienen voor recreatief nachtverblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen, die zijn/hun vaste woon- of verblijfplaats elders heeft/hebben; onder recreatief nachtverblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning of een ander gebruik van niet-recreatieve aard door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
  1. cc. relatie:
    ter plaatse van de aanduiding 'relatie' wordt de verbinding aangegeven tussen twee of meer afzonderlijk begrensde bouwvlakken of bestemmingsvlakken, inclusief de daaraan toegekende aanduidingen waarmee die bouwvlakken of bestemmingsvlakken één vlak vormen;
  1. cd. (-)
  1. ce. schuilgelegenheid:
    een niet voor bewoning, al dan niet ten dienste c.q. in het kader van een agrarisch bedrijf bestemd gebouw (inloopruimte), dat dient voor het onderbrengen van vee tegen weersinvloeden;
  1. cf. seksbedrijf:
    een inrichting waarin bedrijfsmatig, of in de vorm alsof het bedrijfsmatig is, seksuele handelingen, dan wel in enige vorm erotisch-pornografische werkzaamheden worden uitgevoerd. Hieronder wordt begrepen:
    1. 1. seksinrichting: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof het bedrijfsmatig is, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
    2. 2. sekswinkel: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin hoofdzakelijk goederen van erotisch-pornografische aard aan particulieren plegen te worden verkocht of verhuurd;
  1. cg. specifieke magneetveldzone:
    het aan de hand van berekeningen of metingen bepaalde gebied rond bovengrondse hoogspanningsleidingen waarbinnen het jaargemiddelde magneetveld gelijk of hoger is dan 0,4 microtesla;
  1. ch. stacaravan:
    een kampeermiddel in de vorm van een caravan of soortgelijk onderkomen op wielen, dat mede gelet op de afmetingen, kennelijk niet bestemd is om regelmatig en op normale wijze op de verkeerswegen ook over grotere afstanden als een aanhangsel van een auto te worden voortbewogen, uitsluitend bestemd om te dienen voor recreatief nachtverblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen, die zijn/hun vaste woon- of verblijfplaats elders hebben; onder recreatief nachtverblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning of een ander gebruik van niet-recreatieve aard door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
  1. ci. teeltondersteunende voorzieningen:
    voorzieningen die worden toegepast om de teelt van groente, fruit of potplanten te bevorderen en te beschermen. Hieronder worden verstaan tunnel- en boogkassen, containerteelt, schaduwhallen, hagelnetten, stellingen, regenkappen en soortgelijke bouwwerken;
  1. cj. tuincentrum:
    een detailhandelsvestiging met daarbij behorende kwekerij in kwekerijproducten, zoals bomen, (kamer)planten, bollen en bloemen, alsmede in artikelen voor tuinaanleg, -inrichting en –onderhoud en dierbenodigdheden voor huisdieren;
  1. ck. veekerende afrastering:
    overwegend open omheining bestaande uit hout, draad, gaas met als doel het vee binnen een daartoe bestemde weide te behouden;

cka. verondiepen:

het minder diep maken van waterplassen (waaronder hoofdzakelijk die plassen die door winning van primaire grondstoffen zijn ontstaan) door middel van het toepassen van grond en/of baggerspecie waarbij het wateroppervlak niet wordt gewijzigd, niet zijnde het aanbrengen van waterbouwkundige constructies;

  1. cl. vloeroppervlakte:
    de totale binnenwerks gemeten oppervlakte van alle voor mensen toegankelijke ruimten binnen een gebouw;
  1. cm. volkstuin:
    een particuliere tuin die niet bij de eigen woning ligt;
  1. cn. volwaardig agrarisch bedrijf:
    een agrarisch bedrijf waar sprake is van een bedrijfsomvang van minimaal 70 Nederlandse grootte-eenheden (nge), waarbij is aangetoond dat het bedrijf naar omvang en activiteiten aan ten minste één volwaardige arbeidskracht een volledige dagtaak biedt;
  1. co. voorerf:
    het naar de openbare weg gekeerde gedeelte van het agrarisch bouwvlak;
  1. cp. voorgevel:
    de naar de openbare weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, die gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt. In geval van een functieveranderingslocatie zoals opgenomen in Bijlage 7 van deze regels de gevel welke overeenkomstig de opgenomen oriëntatie van de woningen/woongebouwen in erfinrichtingsschets als zodanig moet worden aangemerkt;
  1. cq. voorgevelrooilijn:
    denkbeeldige lijn getrokken langs de voorgevel van een gebouw en het verlengde daarvan;
  1. cr. vrijgekomen/vrijkomende/voormalige agrarische bebouwing:
    alle legale (bedrijfs) gebouwen die in het verleden aan het oorspronkelijk gebruik zijn onttrokken of nog zullen worden onttrokken m.u.v. kassen of daarmee gelijk te stellen gebouwen;
  1. cs. waardevol landschap:
    gebied met zeldzame of unieke kwaliteiten van visuele, aardkundige en/of cultuurhistorische aard en in relatie daarmee bijzondere natuurlijke en recreatieve kwaliteiten;

csa. wijziging:

een wijziging als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening;

  1. ct. woning:
    een gebouw dat dient voor de huisvesting van (het huishouden van) één persoon (of twee, indien er sprake is van een zelfstandige inwoningsituatie);
  1. cu. woningsplitsing:
    het bouwkundig en functioneel in tweeën delen van een hoofdgebouw waarin de woning aanwezig is, zodanig dat er twee gelijkwaardige, zelfstandig functionerende en als zodanig bestemde woningen ontstaan;
  1. cv. wooneenheid:
    een zelfstandige woonruimte in een bestaand of nieuw gebouw, tot stand gekomen als gevolg van functieverandering naar wonen, waarop specifieke planologische voorwaarden van toepassing zijn;
  1. cw. woongebouw:
    een gebouw, tot stand gekomen als gevolg van functieverandering naar wonen, waarin meerdere wooneenheden ondergebracht kunnen worden;
  1. cx. zelfstandige inwoningsituatie:

een situatie waarbij de (bedrijfs-)woning wordt bewoond door twee huishoudens (of: meer dan één huishouden), waarbij de desbetreffende woongedeelten beschikken over alle voorzieningen die benodigd zijn om een zelfstandig huishouden te voeren, met dien verstande dat:

Algemeen

    1. 1. het exterieur van het gebouw de uiterlijke verschijningsvorm heeft of blijft behouden van een enkele woning (waarbij er in geen geval sprake mag zijn van een tweede hoofdentree). De hoofdentree is de entree welke gelet op de verschijningsvorm van de woning kennelijk als belangrijkste toegang c.q. voordeur tot de woning moet worden aangemerkt;

Indien sprake van een bestaande woning

    1. 1. in geval van een aanbouw (uitbreiding van de woning) ten behoeve van de zelfstandige inwoningsituatie, waarbij gedeeltelijk gebruik wordt gemaakt van de bestaande woning, deze aanbouw zich bevindt op ten minste 3 meter achter de voorgevel van de bestaande woning;
    2. 2. in geval van een aanbouw van een volledige zelfstandige wooneenheid aan de bestaande woning, deze zich bevindt op ten minste 3 meter achter de voorgevel van de bestaande woning en deze onderdeel uitmaakt van de hoofdbouw, waarbij de kapconstructie van de aanbouw inhaakt op de kapconstructie van de bestaande woning;
    3. 3. de gescheiden woongedeelten direct aan elkaar grenzen en niet zijn gekoppeld door middel van een ondergeschikt tussenlid, dan wel inpandige bijgebouwen;

Indien sprake van volledige nieuwbouw

    1. 1. de beide woongedeelten altijd in de hoofdbouwmassa zijn ondergebracht;
    2. 2. de gescheiden woongedeelten direct aan elkaar grenzen en niet zijn gekoppeld door middel van inpandige bijgebouwen;
  1. cy. zorgboerderij:
    een voorziening gericht op dagbesteding door en voor mensen met een geestelijke en/of lichamelijke beperking, al dan niet in combinatie met het bieden van nachtopvang voor deze mensen.

Artikel 2 Wijze Van Meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

  1. a. de goothoogte van een bouwwerk:
    vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
  1. b. de bouwhoogte van een bouwwerk:
    vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
  1. c. de inhoud van een bouwwerk:
    tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
  1. d. de oppervlakte van een bouwwerk:
    tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
  1. e. de oppervlakte van een paardenbak:
    gemeten op de bodem onder aan de hoefslagkering;
  1. f. de inhoud van een (bedrijfs/recreatie)woning of wooneenheid:
    boven de begane grondvloer, of, voor zover de begane grondvloer niet overeenkomt met peil, boven peil, tussen de buitenwerkse gevelvlakken (en/of harten van scheidingsmuren) en (denkbeeldige) dakvlakken, met inbegrip van erkers, dakkapellen en soortgelijke delen, en met inbegrip van voor bewoning bestemde ruimten boven de verdiepingsvloer buiten de buitenwerkse gevelvlakken;
    1. 1. tot de inhoud van de (bedrijfs/recreatie)woning of wooneenheid worden niet gerekend overdekte terrassen, luifels en overkappingen buiten de buitenwerkse gevelvlakken, voor zover die onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak, en inpandige bijgebouwen, waaronder tevens de ruimte boven de inpandige bijgebouwen voor zover die ruimte niet rechtstreeks vanuit de woning bereikbaar is, geen onderdeel van de (bedrijfs/recreatie)woning of wooneenheid vormt en daarmee als behorend bij het inpandig bijgebouw is aan te merken;
    2. 2. onder de begane grondvloer, of, voor zover de begane grondvloer niet overeenkomt met peil, onder peil, aanwezige constructiedeel of -delen worden niet meegerekend, voor zover die zijn gelegen binnen de denkbeeldig doorgetrokken buitenwerkse gevelvlakken (en/of harten van scheidingsmuren) én voor zover niet rechtstreeks buiten de woning bereikbaar via een hellingbaan, trap of soortgelijke toegang. Het gestelde onder 2 is niet van toepassing op recreatiewoningen met uitzondering van een toegankelijke ruimte onder de begane grondvloer van maximaal 8m³.
  1. g. de bouwhoogte van een windturbine:
    vanaf peil tot aan de (wieken)as van de windturbine;
  1. h. dakhelling:
    langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
  1. i. dakvlak-gevelverhouding:
    de hoogte van het dakvlak (bouwhoogte - goothoogte) gedeeld door de hoogte van de gevel (goothoogte - peil);
  1. j. de oppervlakte van een inpandig bijgebouw:
    tussen de buitenwerkse gevelvlakken en buitenzijde van inpandige scheidingsmuren met de (bedrijfs)woning of wooneenheid. Voor zover sprake is van een verdieping direct boven het inpandig bijgebouw die tevens als inpandig bijgebouw is aan te merken, wordt deze niet bij de oppervlakte meegeteld voor dat gedeelte dat direct boven de oppervlakte van het inpandig bijgebouw op de begane grondvloer is gesitueerd;
  1. k. de oppervlakte van een bijgebouw:
    tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk met dien verstande dat tot de oppervlakte van bijgebouwen niet worden gerekend overdekte terrassen, luifels en overkappingen buiten de buitenwerkse gevelvlakken, voor zover die onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bijgebouw of een (bedrijfs)woning;

Tot de oppervlakte van een bijgebouw wordt eveneens niet gerekend een onderkeldering voor zover die is gelegen binnen de denkbeeldig doorgetrokken buitenwerkse gevelvlakken van het bijgebouw én voor zover niet rechtstreeks buiten het bijgebouw bereikbaar via een hellingbaan, trap of soortgelijke toegang;

  1. l. de oppervlakte van een intensieve veehouderij:
    de oppervlakte van het gedeelte van het bouwvlak, waarop zich de bouwwerken bevinden die in gebruik zijn ten behoeve van de intensieve veehouderij, inclusief de daarbij behorende logistieke ruimte binnen het bouwvlak;
  1. m. de oppervlakte van een hooiberg (hooitmijt):

de oppervlakte van de kapconstructie van de hooiberg dat steun vindt op een of meerderepalen.

Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, luchtbehandelingskasten, schoorstenen, liftschachten, installaties, gevel- en kroonlijsten, luifels, en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van de bouwgrenzen en de aangegeven maximale bouwhoogten, niet meer dan 1 m bedraagt.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Agrarisch

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. agrarische bedrijven, niet zijnde niet-grondgebonden veehouderijen, kwekerijen en (glas-)tuinbouwbedrijven;
  2. b. niet-grondgebonden veehouderijen, uitsluitend voor zover het bestaande niet-grondgebonden veehouderijen betreft;
  3. c. kwekerijen, uitsluitend voor zover het bestaande kwekerijen betreft, alsmede ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kwekerij';
  4. d. (glas-)tuinbouwbedrijven, uitsluitend voor zover het bestaande (glas-)tuinbouwbedrijven betreft;

da. biovergisting voor zover het betreft de verwerking van op het bedrijf geproduceerde mest en met dien verstande dat het restproduct op de tot het bedrijf behorende gronden wordt gebruikt;

  1. e. het (hobbymatig) houden van dieren en telen van gewassen;
  2. f. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
  3. g. zelfstandige inwoningsituatie, ter plaatse van de in de onderstaande tabel genoemde adressen:
Adressen met inwoning Nr. Plaats
Pakopseweg 12 Didam
  1. h. productiegerichte paardenhouderij;
  2. i. bed and breakfast;
  3. j. uitoefening van nevenactiviteiten op het adres als genoemd in onderstaande tabel, waarbij de activiteit zich dient te concentreren binnen de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch – nevenactiviteit' met de daarbij behorende ondergeschikte horeca voor zover dit in de kolom opmerkingen is aangegeven:
Adres Nr. Plaats Nevenactiviteit Opmerkingen
Braamtseweg 14 Kilder Agrarische actieve dagrecreatie met bezoekerscentrum, verkoop van eigen geproduceerde, streekproducten Ter plaatse van de aanduiding mag maximaal 212,5 m² (inclusief verkoopruimte) van de gebouwen t.b.v. de nevenfunctie worden gebruikt. Verkoop van eigen geproduceerde en streekproducten is toegestaan binnen de gebouwen tot een maximale omvang van 100 m². Ondergeschikte horeca is toegestaan.
Doetinchemseweg 52 Wijnber- gen Loonwerkbedrijf
Gerwardstraat 2a Azewijn Reparatie en handel in landbouwmachines- en voertuigen De activiteiten zijn uitsluitend toegestaan binnen de bestaande gebouwen.
Hartjensstraat 7 Azewijn - Kleinschalig kamperen


- Wijnproeverij, streekproductenwinkel, terras en theetuin
-


- De activiteiten zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak en, voor zover in de gebouwen, uitsluitend binnen de bestaande gebouwen.
Heesweg 1 Didam Voorlichting, educatie Ondergeschikte horeca is toegestaan.
Hoge Veldweg 4 Vethuizen Kleinschalig kamperen
Hogenend 85 Didam Winkel in ter plaatse vervaardigde land- en tuinbouwproducten De activiteit is uitsluitend toegestaan binnen het bestaande gebouw tot een maximale omvang van 100 m².
Laarstraat 3 Vethuizen Kleinschalig kamperen
Laarstraat 7 Vethuizen Loonwerkbedrijf
Manhorstweg 16 Didam Loonwerkbedrijf
Op den Dam 10 Azewijn Kleiduivenschieten
Oude Maatsestraat 16 Didam - Kookstudio, vergaderruimte, workshops






- Spelactiviteiten, en voorlichting/educatie
- De activiteiten zijn uitsluitend toegestaan binnen de gebouwen binnen het gedeelte van het bouwvlak aan de zuidkant van de Oude Maatsestraat.
Ondergeschikte horeca is toegestaan.

- De activiteiten zijn uitsluitend toegestaan binnen de aanduiding aan de noordkant van de Oude Maatsestraat.
Ondergeschikte horecea is toegestaan.
Rinkomseweg 20-22 Kilder Loonwerkbedrijf en fouragehandel
Wijnbergseweg 3 Braamt Loonwerkbedrijf
Wijnbergseweg 6 Braamt - Kleinschalig kamperen

- Landlevenwinkel/agrarisch gerelateerde workshops
-

- De activiteiten zijn uitsluitend toegestaan binnen de bestaande gebouwen tot een maximale omvang van 25 m² voor de landlevenwinkel.
Ondergeschikte horeca is toegestaan.
  1. k. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
  2. l. een LPG vulpunt ter plaatse van de aanduiding 'vulpunt lpg';
  3. m. een antennemast ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - antennemast';
  4. n. een GSM/UMTS-mast, ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';

na. een plattelandswoning met bijbehorende bijgebouwen ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning'

  1. o. het instandhouden van de groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';
  2. p. extensieve dagrecreatie voor zover de agrarische bedrijvigheid niet wordt belemmerd;
  3. q. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden van water, bergen, aan- en afvoeren van water en natuurvriendelijke oeverzones langs watergangen;

qa. een medegebruik van agrarische grond als parkeervoorziening ter plaatse van de aanduiding 'sa-pa';

  1. r. nutsvoorzieningen;
  2. s. opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen, uitsluitend in vrijkomende, vrijgekomen en/of voormalige agrarische gebouwen zoals die voor wat betreft omvang en uitstraling aanwezig zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan;
  3. t. een 'agrarisch bedrijfsgebouw' uitsluitend ten behoeve van opslag ter plaatse van de aanduiding 'opslag';

ta. landschappelijke beplanting welke kenmerkend is voor het gebied en voor zover de agrarische bedrijvigheid hierdoor niet wordt belemmerd;

tb. toegangswegen ter ontsluiting van percelen met een andere bestemming, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan;

tc. bouwwerken bij de bestemming 'Agrarisch - Paardenhouderij' voor zover die tot stand komen op grond van de artikelen 4.3.1 en 4.5.3 en voor zover dat binnen de regels van die bestemming mogelijk wordt gemaakt;

td. bij de bestemming 'Wonen' behorende en begrensde erven, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;

met de bij het toegestane gebruik onder a, b, c, d en h behorende:

  1. u. erfbeplanting;
  2. v. erven en terreinen;
  3. w. wegen en paden.

3.2 Bouwregels

3.3 Afwijken van de bouwregels

3.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie op adressen welke niet zijn genoemd in lid 3.1 sub g;
  2. b. het gebruik van meer dan 1 ha van het bouwvlak ten behoeve van de intensieve veehouderij, met uitzondering van:
    1. 1. bestaande intensieve veehouderijen, die op het moment van inwerkingtreding van het plan reeds meer dan 1 ha van het bouwvlak gebruiken ten behoeve van de intensieve veehouderij, waarbij onverminderd het bepaalde onder b3, maximaal die bestaande oppervlakte is toegestaan;
    2. 2. bestaande intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied', waarbij maximaal die oppervlakte van het bouwvlak mag worden gebruikt die op het moment van inwerkingtreding van het plan bestaat;
    3. 3. bestaande intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied', waarvan het gebruik ten behoeve van de intensieve veehouderij niet meer mag bedragen dan 1,5 ha dan wel niet meer dan de bestaande omvang van het bouwvlak voor zover dit meer bedraagt dan 1,5 ha;
  3. c. het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van nevenactiviteiten anders dan zoals is aangegeven in lid 3.1 sub j, alsmede het gebruik voor nevenactiviteiten indien het agrarisch bedrijf is beëindigd;
  4. d. het gebruik van de gronden ten behoeve van een paardenbak buiten het bouwvlak, onverminderd het bepaalde in 3.2.2 sub a;
  5. e. het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van kleinschalig kamperen anders dan zoals is aangegeven in lid 3.1 sub j;
  6. f. het gebruik van agrarische bouwvlakken die op het moment van inwerkingtreding van het plan niet in gebruik zijn voor een intensieve veehouderij(tak), ten behoeve van de intensieve veehouderij;
  7. g. het gebruik van meer dan één bouwlaag van een bouwwerk voor het houden van dieren ten behoeve van een intensieve veehouderij, uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - 2 bouwlagen toegestaan' waarbij niet meer dan 2 bouwlagen mogen worden gebruikt voor het houden van dieren;
  8. h. het gebruik van agrarische gronden ten behoeve van kwekerij, met uitzondering van de gronden zoals die op het moment van inwerkingtreding van het plan als zodanig aanwezig zijn, alsmede met uitzondering van kwekerijen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kwekerij';
  9. i. het gebruik van agrarische gronden ten behoeve van meerdaagse evenementen;
  10. j. opslag van hooirollen buiten het bouwvlak;
  11. k. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  12. l. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
  13. m. het gebruik van schuilgelegenheden ten behoeve van opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen met uitzondering van opslag ten behoeve van het toegestane gebruik;
  14. n. biovergisting, waarbij ook dierlijke mest van derden wordt verwerkt en/of ook het restproduct op gronden van derden wordt gebruikt;
  15. o. het gebruik van agrarische gronden voor waterpartijen niet zijnde een gebruik als bedoeld onder 3.1 sub q;
  16. p. het gebruik van agrarische gronden (buiten het bouwvlak) als tuin, voor zover niet aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
  17. q. het zodanig vergroten van het veebestand bij een grondgebonden veehouderijbedrijf (niet zijnde ten behoeve van een intensieve veehouderijtak) dat zonder een uitbreiding van de bij het bedrijf behorende gronden dit bedrijf als niet-grondgebonden veehouderijbedrijf dient te worden aangemerkt.

Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'agrarisch' is per adres het navolgende geregeld:

  1. 1. ter plaatse van het adres Korenweg 5a Didam
    a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 3.4 van de regels wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'agrarisch' aangemerkt:
    Het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing overeenkomstig hoofdstuk 4 en 5 in het 'Landschappelijk inpassingsplan zoals opgenomen onder 4.1 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1 jaar na het gereedkomen van de uitbreiding zoals in hoofdstuk 1 van deze bijlage, doch uiterlijk binnen 2 jaar na de start van de bouw daarvan.

3.5 Afwijken van de gebruiksregels

3.6 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 4 Agrarisch - Paardenhouderij

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch - Paardenhouderij' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. gebruiksgerichte paardenhouderij en/of productiegerichte paardenhouderij;
  2. b. beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
  3. c. bed and breakfast;
  4. d. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
  5. e. nutsvoorzieningen;
  6. f. opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen, uitsluitend in vrijkomende, vrijgekomen en/of voormalige agrarische gebouwen zoals die voor wat betreft omvang en uitstraling aanwezig zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan,

met de daarbij behorende:

  1. g. erfbeplanting;
  2. h. erven en terreinen;
  3. i. parkeervoorzieningen;
  4. j. wegen en paden;
  5. k. water.

4.2 Bouwregels

4.3 Afwijken van de bouwregels

4.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  2. b. het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van nevenactiviteiten tenzij daarvoor met toepassing van artikel 4.5.2 is afgeweken van het plan, alsmede het gebruik voor nevenactiviteiten indien het agrarisch bedrijf is beeindigd;
  3. c. het gebruik van gronden ten behoeve van een paardenbak buiten het bouwvlak;
  4. d. het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van kleinschalig kamperen;
  5. e. het gebruik van gronden en gebouwen ten behoeve van een agrarisch bedrijf niet zijnde een productiegerichte paardenhouderij;
  6. f. het gebruik van gronden en gebouwen ten behoeve van een intensieve veehouderij;
  7. g. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  8. h. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis.

4.5 Afwijken van de gebruiksregels

4.6 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 5 Agrarisch Met Waarden

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. agrarische bedrijven, niet zijnde niet-grondgebonden veehouderijen, kwekerijen en (glas)-tuinbouwbedrijven;
  2. b. niet-grondgebonden veehouderijen, uitsluitend voor zover het bestaande niet-grondgebonden veehouderijen betreft;
  3. c. kwekerijen, uitsluitend voor zover het bestaande kwekerijen betreft, alsmede ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kwekerij';
  4. d. (glas-)tuinbouwbedrijven, uitsluitend voor zover het bestaande (glas-) tuinbouwbedrijven betreft;

da. biovergisting voor zover het betreft de verwerking van op het bedrijf geproduceerde mest en met dien verstande dat het restproduct op de tot het bedrijf behorende gronden wordt gebruikt;

  1. e. het (hobbymatig) houden van dieren en telen van gewassen;
  2. f. bescherming en versterking van waarden zoals aangegeven in artikel 41 lid 41.9;
  3. g. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
  4. h. zelfstandige inwoningsituatie, ter plaatse van de in de onderstaande tabel genoemde adressen:
Adressen met inwoning Nr. Plaats
Doesburgseweg 18, 20 Didam
  1. i. productiegerichte paardenhouderij;
  2. j. bed and breakfast;
  3. k. uitoefening van nevenactiviteiten op het adres als genoemd in onderstaande tabel, waarbij de activiteit zich dient te concentreren binnen de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch – nevenactiviteit':
Adres Nr. Plaats Nevenactiviteit Opmerkingen
Foxheuvelstraat 10 Didam Twee logiesverblijven De activiteit is uitsluitend toegestaan binnen de bebouwing.
Holthuizerstraat 2 Vethuizen Zorgboerderij De activiteit is uitsluitend toegestaan binnen de bestaande gebouwen.
Holthuizerstraat 4 Vethuizen Kinderdagopvang De activiteit is uitsluitend toegestaan binnen de bebouwing.
Truisweg 4 Didam Handel in silo's
  1. l. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
  2. m. een GSM/UMTS-mast, ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';

ma. een plattelandswoning met bijbehorende bijgebouwen ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning';

mb. het instandhouden van de groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';

  1. n. extensieve dagrecreatie voor zover de agrarische bedrijvigheid niet wordt belemmerd;
  2. o. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden van water, bergen, aan- en afvoeren van water en natuurvriendelijke oeverzones langs watergangen;
  3. p. nutsvoorzieningen;
  4. q. (-)
  5. r. opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen, uitsluitend in vrijkomende, vrijgekomen en/of voormalige agrarische gebouwen zoals die voor wat betreft omvang en uitstraling aanwezig zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan;

ra. toegangswegen ter ontsluiting van percelen met een andere bestemming, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan;

rb. bouwwerken bij de bestemming 'Agrarisch - Paardenhouderij' voor zover die tot stand komen op grond van de artikelen 4.3.1 en 4.5.3 en voor zover dat binnen de regels van die bestemming mogelijk wordt gemaakt;

rc. bij de bestemming 'Wonen' behorende en begrensde erven, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan.

met de bij het toegestane gebruik onder a, b, c, d en i behorende:

  1. s. erfbeplanting;
  2. t. erven en terreinen;
  3. u. wegen en paden.

5.2 Bouwregels

5.3 Afwijken van de bouwregels

5.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie op adressen welke niet zijn genoemd in lid 5.1 sub h;
  2. b. het gebruik van meer dan 1 ha van het bouwvlak ten behoeve van de intensieve veehouderij, met uitzondering van:
    1. 1. bestaande intensieve veehouderijen, die op het moment van inwerkingtreding van het plan reeds meer dan 1 ha van het bouwvlak gebruiken ten behoeve van de intensieve veehouderij, waarbij onverminderd het bepaalde onder b3 maximaal die bestaande oppervlakte is toegestaan;
    2. 2. bestaande intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied', waarbij maximaal die oppervlakte van het bouwvlak mag worden gebruikt die op het moment van inwerkingtreding van het plan bestaat;
    3. 3. bestaande intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied', waarvan het gebruik ten behoeve van de intensieve veehouderij niet meer mag bedragen dan 1,5 ha dan wel niet meer dan de bestaande omvang van het bouwvlak voor zover dit meer bedraagt dan 1,5 ha.
  3. c. het gebruik van de gronden en opstallen ten behoeve van nevenactiviteiten anders dan zoals is aangegeven in lid 5.1 sub k, alsmede het gebruik voor nevenactiviteiten indien het agrarisch bedrijf is beeindigd;
  4. d. het gebruik van de gronden ten behoeve van een paardenbak buiten het bouwvlak, onverminderd het bepaalde in 5.2.2 sub a;
  5. e. het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van kleinschalig kamperen;
  6. f. het gebruik van agrarische bouwvlakken die op het moment van inwerkingtreding van het plan niet in gebruik zijn voor een intensieve veehouderij(tak), ten behoeve van de intensieve veehouderij;
  7. g. het gebruik van meer dan één bouwlaag van een bouwwerk voor het houden van dieren ten behoeve van een intensieve veehouderij;
  8. h. het gebruik van agrarische gronden ten behoeve van kwekerij, met uitzondering van de gronden zoals die op het moment van inwerkingtreding van het plan als zodanig aanwezig zijn;
  9. i. het gebruik van gronden ten behoeve van meerdaagse evenementen;
  10. j. opslag van hooirollen buiten het bouwvlak;
  11. k. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  12. l. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
  13. m. het gebruik van schuilgelegenheden ten behoeve van opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen met uitzondering van opslag ten behoeve van het toegestane gebruik;
  14. n. biovergisting, waarbij dierlijke mest van derden wordt verwerkt en/of het restproduct op gronden van derden wordt gebruikt;
  15. o. het gebruik van agrarische gronden voor waterpartijen niet zijnde een gebruik als bedoeld onder 5.1 sub o;
  16. p. het gebruik van agrarische gronden (buiten het bouwvlak) als tuin, voor zover niet aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
  17. q. het zodanig vergroten van het veebestand bij een grondgebonden veehouderijbedrijf (niet zijnde ten behoeve van een intensieve veehouderijtak) dat zonder een uitbreiding van de bij het bedrijf behorende gronden dit bedrijf als niet-grondgebonden veehouderijbedrijf dient te worden aangemerkt.

5.5 Afwijken van de gebruiksregels

5.6 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 6 Bedrijf

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. bedrijven genoemd in categorie 1 en 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten, opgenomen in Bijlage 2 'Staat van bedrijfsactiviteiten' van deze regels dan wel bedrijven welke naar aard, omvang en gevolgen voor de omgeving daarmee gelijk kunnen worden gesteld met dien verstande dat:
    1. 1. bedrijven ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf – bestaand bedrijf' en bedrijven ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf – nieuw bedrijf', tevens bestemd zijn voor de functie die onder 'nadere bestemming' in de onderstaande tabel is opgenomen, met in achtneming van hetgeen onder 'opmerking' is aangegeven;
    2. 2. gronden met de bestemming ‘Bedrijf’ met of zonder nadere aanduiding tevens zijn bestemd voor het bouwen van praalwagens ten behoeve van sociale culturele activiteiten;
    3. 3. gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslagbedrijf' uitsluitend zijn bestemd voor een opslagbedrijf, met dien verstande dat het bepaalde in de onderstaande tabel tevens van toepassing is;
    4. 4. gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - hoveniersbedrijf' uitsluitend zijn bestemd voor een hoveniersbedrijf met kwekerij, met dien verstande dat het bepaalde in de onderstaande tabel tevens van toepassing is;
Adres Nr. Plaats Nadere bestemming Bestaande opper vlakte aan gebouwen (m²)* Maximale oppervlakte aan gebouwen (m²)* Opmerking
Arnhemseweg 23 Beek Loonwerkbedrijf 897 1.031
Arnhemseweg 26, 26 b Beek Dierenpension en huisdierenbegraafplaats 1.400 1.610
Bosslagstraat 6 Didam 555 638
Botteramstraatje 3 Wijnbergen Vervaardigen van timmerwerk 1.990 2.288 De hoogte van buitenopslag ter plaatse van de aanduiding 'opslag', gemeten van het hoogste punt tot peil, mag niet meer dan 5 m bedragen
Braamweg 3 Braamt 665 765
De Hogenend 88 Didam Hoveniersbedrijf 565 650
De Hogenend 88a Didam 855 983
Didamseweg 50 Loerbeek Meubelstoffeerderij, opslag 800 980
Dijksestraat 42-44 Didam Aannemersbedrijf 296 340
Dijksestraat 53a Didam Autoschade en spuiterij 400 460
Doesburgseweg 13 Didam 1.165 1.339
Doesburgseweg 15 Didam 630 725
Doetinchemseweg 8 Kilder Hoveniersbedrijf en ondersteunende verkoopruimte - 700* * De maximaal toegestane oppervlakte aan gebouwen is exclusief de oppervlakte aan bestaande kassen.
Doetinchemseweg 14-16 Kilder Eierhandel en pluimveeuitsnijderij en winkel 610 702
Stillewaldweg 2a Loerbeek 280 322
Fuukweg 1 Didam 840 924
Gendringseweg 2 Azewijn Staalconstructie-, Loodgietersbedrijf en verkooppunt van motorbrandstoffen 905 1.040
Gendringseweg 4a Azewijn Dienstverlening t.b.v. de landbouw 485 704
Gendringseweg 8 Azewijn 510 561
Gendringseweg 10 Azewijn Hoveniersbedrijf met kwekerij 168 268 Buitenopslag is toegestaan tot een maximale hoogte van 2 meter, gemeten vanaf peil.
Gravenpark 1 Didam 1.123 1.291
Greffelkampseweg 13
24a
Didam Aannemersbedrijf 656 755
Greffelkampseweg 23 Didam Sloopbedrijf met autorijschool 1.075 1.236 De hoogte van buitenopslag gemeten van het hoogste punt tot peil, mag niet meer dan 2,5 m bedragen.
Greffelkampseweg 40 Didam 430 494
Groot Lobberikweg 4-4b Loerbeek Aannemers- en sloopbedrijf 2.000 2.200
Groot Lobberikweg 6 Loerbeek 1.172 1.348
Haaghweg 5 Didam Kwekerij, opslagbedrijf, opleidingscentrum t.b.v. praktijkonderwijs, poelier en eierhandel 2.495 2.870 De oppervlakte van het opleidingscentrum mag niet meer bedragen dan 750 m2.
Haaghweg 6 Didam Timmerbedrijf 345 397
Heeghstraat 78-80 Didam Opslag, Loon- en grondverzetbedrijf 2.445 2.812
Kerckhoveweg 16 Didam Transport en verkoop van bestratingsmateriaal 330 380
Kerckhoveweg 1, 3, 5 Didam 680 782
Kerkhuisstraat 1 Beek 894 1.028 ten oosten van 1
Kerkhuisstraat 20 Beek Agrarische dienstverlening/hulpbedrijf 590 679
Kerkhuisstraat 24-24a Beek Loonbedrijf 1.899 2.184
Kerkwijkweg 4 Didam 2.960 3.404
Kloosterstraat 8 Didam Maalderij - 538
Koningsweg 2b Beek 1.275 1.466
Koningsweg 11 Didam 2.794 3.213
Korenweg 5 Didam Hoveniersbedrijf met kwekerij - 700* * De maximaal toegestane oppervlakte aan gebouwen is exclusief de oppervlakte aan bestaande kassen.
Landeweer 1 Didam Dierenpension 825 949
Langeboomsestraat 28 Braamt Groothandel in zaai- en pootgoed en gewasbeschermingsproducten 1.070 1.284
Langestraat 35 Braamt Kantoor, opslag en showroom van kunstofkozijnenbedrijf 295 339
Molenweg 2a-2b Kilder Meubelmakerij, paardensport, fabriek Keuben, management 897 1.031
Molenweg 8- 10- 12 Kilder Mengvoederfabriek, groot- en detailhandel in granen, veevoeders, meststoffen, zaaien pootgoed en verdere agrarische bedrijfsbenodigdheden 880 1.012
Ompertsestraat 11 Azewijn Verhuur van medische hulpmiddelen, rolstoelen en invalidenwagens, opslag, mengen, samenstellen en verkoop van natuurproducten.
Facilitair onderhoud van gebouwen van diverse instellingen, kweekvisvijvers en dagopvang bijzondere (minder zelf redzame) doelgroepen, zoals gehandicapten, ouderen, kinderen etc.
1.280 1.472
Oude Doetinchemseweg 1 Kilder Aannemersbedrijf 900 1.035
Oude Doetinchemseweg Tegen over nummer 97 Zeddam Hoveniersbedrijf met daaraan verbonden verkoop van volumineuze goederen als bomen, struiken, plantgoed, tuinhout en (natuur)steen 891 1.025 Opslag is uitsluitend binnen het bouwvlak toegestaan, alsmede ter plaatse van de aanduiding 'opslag' waarbij de hoogte in beide gevallen niet meer mag bedragen dan 3 m.
Pakopseweg 3 Didam Hoveniers-, Groenvoorzieningsbedrijf met composteerinrichting middels geforceerde beluchting 2.411 3.591 Opslag is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'opslag'. De hoogte van (composteer) opslag mag niet meer bedragen dan 2 m gemeten vanaf peil.
Pakopseweg 12a Didam Opslagbedrijf - 2.498 - De aard van de opslag is maximaal milieucat. 2;
- opslag van gevaarlijke stoffen, alsmede opslag als uitvalsbasis voor bedrijvigheid, is niet toegestaan;
- binnen de bedrijfsgebouwen (uitgezonderd de bedrijfswoning) is geen geurgevoelige functie toegestaan.
Rijksweg A18 1 Didam Benzineservicestation 560 644
Rijksweg A18 2 Didam Benzineservicestation 400 460
Rodenbroekweg 2 Wijnbergen Rietdekkersbedrijf 3.094 3.403
Sint Jansgildestraat 12 Beek Landmechanisatiebedrijf 1.465 1.685
Sint Jansgildestraat 16 Beek Fijnmechanicabedrijf 2.100 2.800
Sint Jansgildestraat 30a Beek Werkplaats en magazijn t.b.v. electrabedrijf 210 308
Sint Jansgildestraat 35 Beek 2.000 2.645
Sint Jansgildestraat 45a Beek Drukkerij/-installatiebedrijf 740 1.100
Tatelaarweg 7 Didam 1.443 1.659
Tatelaarweg 11a Didam - 700
Tatelaarweg 19 Didam 2.800 3.220
Tatelaarweg 20 Didam Hoveniersbedrijf 1.250 1.550 Opslag van materialen is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'opslag'.
Tatelaarweg 21-
21a
Didam Benzineservicestation 1.785 2.052
Tatelaarweg 24 Didam Honden- en kattenpension, en opslag - 1.250 Ter plaatse van de aanduiding 'opslag' mag uitsluitend een gebruik van de gebouwen voor opslag plaatsvinden.
Terborgseweg 5a Zeddam 157 324
Terborgseweg 10 Zeddam Aannemers-, houtbewerkingsbedrijf en opslag van hout 1.165 1.340
Terborgseweg 28-
30-
30a-34
Azewijn Steenfabriek met de daarbij behorende activiteiten 33.500 38.525 Van maximaal 25% van de oppervlakte van de bij de steenfabriek behorende gebouwen mag de maximale goot- en bouwhoogte resp. 15 en 20 meter bedragen.
Tolweg 4 Didam 680 782
Truisweg 6-8 Didam Grondverzetbedrijf 2.590 2.980
Wehlseweg 10 Kilder Loonbedrijf 1.595 1.595 Niet meer dan 750 m² mag gebruikt worden ten behoeve van het loonbedrijf.
Werfhout 1 Didam Dierenpension 345 397
Wijnbergseweg 5 Braamt Parketfabriek 2.880 3.335
Zeddamseweg 4 Lengel Verkoop en verhuur van aanhangwagens en caravans 551 633

*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte aan gebouwen is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;

Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'Bedrijf' is per adres het navolgende geregeld:

  1. 1. ter plaatse van het adres Stillewaldweg 14 te Loerbeek bedraagt de oppervlakte aan bedrijfsgebouwen binnen het bouwvlak maximaal 430 m2, exclusief bedrijfswoningen met bijbehorende bijgebouwen;
  2. 2. ter plaatse van het adres Vinkwijk 5 in Zeddam zijn uitsluitend de bestaande gebouwen toegestaan. Herbouw/nieuwbouw is uitsluitend toegestaan in verband met het tenietgaan van gebouwen ten gevolge van een calamiteit;
  1. b. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
  2. c. een GSM/UMTS-mast, ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';
  3. d. een beroep aan huis;

da. het instandhouden van groenvoorzieningen en houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'groen';

db. opslag van bestrijdingsmiddelen en aanverwante stoffen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslag bestrijdingsmiddelen';

  1. e. nutsvoorzieningen,

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. f. tuinen, erven en groenvoorzieningen;
  2. g. ontsluitingen/inritten;
  3. h. parkeervoorzieningen.

6.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
  2. b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijkgesteld met het bouwvlak;
  3. c. ten hoogste één bedrijfswoning is toegestaan, met dien verstande dat:
    1. 1. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan;
    2. 2. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen', het daar aangegeven maximum aantal bedrijfswoningen is toegestaan;
    3. 3. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' de bedrijfswoning uitsluitend is toegestaan ter plaatse van die aanduiding;
  4. d. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 6.1;
  5. e. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven, tenzij in de tabel onder sub fa anders is aangegeven, in welk geval de maatvoering niet meer bedraagt dan daar is opgenomen:
Functie van een bouwwerk
Goothoogte in m
Bouwhoogte in m Inhoud in m³ Oppervlakte in m²
Bedrijfsgebouw 6 10 - -
Bedrijfswoning




4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 800




-
Bijgebouwen bij bedrijfswoning



3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw - 100
Overkappingen aan de woning 3** 50*
Overkappingen aan bijgebouwen 3** 50*
Erf- en terreinafscheidingen -

2,5 - -
Licht- en vlaggenmasten binnen het bouwvlak -


12 - -
Licht- en vlaggenmasten buiten het bouwvlak -


8 - -
Kassen bestaand bestaand
GSM/UMTS-mast met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d. ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' -



bestaand - -
Overkappingen (niet zijnde overkappingen aan de woning of aan een bijgebouw) voor zover de gronden die op grond van de bestemming voor bebouwing in aanmerking komen voor niet meer dan 50% zijn bebouwd. 4,5***
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak -



10 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het bouwvlak -



2 - -

*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning of een bijgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen;

Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning of een bijgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;

**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning of een bijgebouw;

***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw;

Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'Bedrijf' is per adres het navolgende geregeld:

  1. 1. ter plaatse van het adres Vinkwijk 5 in Zeddam zijn uitsluitend de bestaande gebouwen toegestaan. Herbouw/nieuwbouw is uitsluitend toegestaan in verband met het tenietgaan van gebouwen ten gevolge van een calamiteit;
  1. f. in afwijking van het bepaalde in sub e zijn aan de Terborgseweg 30 te Azewijn bedrijfsgebouwen toegestaan met een maximale goothoogte van 9 meter en een maximale bouwhoogte van 12 meter. Tevens zijn schoorstenen, rookgasreinigers, luchtkokers en soortgelijke bouwwerken en installaties toegestaan met een maximale hoogte van 25 meter, voor zover die voor een doelmatige bedrijfsvoering en/of uit oogpunt van milieu noodzakelijk zijn;

fa. in afwijking van het bepaalde in sub e gelden voor de navolgende adressen de volgende afwijkende maatvoeringen:

Adres Nadere bestemming Goothoogte bedrijfs- gebouw Bouwhoogte bedrijfs- gebouw Opmerkingen
Doetinchemseweg 8 te Kilder Hoveniersbedrijf en ondersteunende verkoopruimte 5,5 8 De kweekkas is uitsluitend toegestaan in maximaal de bestaande afmetingen en op de bestaande locatie
Gendringseweg 10 te Azewijn Hoveniersbedrijf met kwekerij 4,5 7
Korenweg 5 te Didam Hoveniersbedrijf met kwekerij 4,5 8
Tatelaarweg 11a te Didam 4,5 6

fb. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslagbedrijf' zijn inpandige (ver-)bouwactiviteiten en/of gevelwijzigingen buiten het bouwvlak, welke een uitbreiding van het aantal opslagunits ten doel hebben, niet toegestaan;

  1. g. bouwkundige voorzieningen zijn toegestaan ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 6.5.1 kan worden en wordt toegestaan;
  2. h. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub e, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;

6.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 6.2 sub e ten behoeve van het bouwen van silo's waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 15 m, mits de noodzaak voor een doelmatige bedrijfsvoering is aangetoond.

6.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  2. b. buitenopslag, tenzij buitenopslag een onlosmakelijk en inherent onderdeel is van de bedrijfsvoering, alsmede buitenopslag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-opslagbedrijf';
  3. c. het gebruik van gebouwen ten behoeve van horeca en detailhandel;
  4. d. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt.

6.5 Afwijken van de gebruiksregels

6.6 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 7 Bedrijf - Energiepark

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Energiepark' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. het opwekken van energie door middel van het omzetten van zonlicht in elektriciteit met gebruik van zonnepanelen met de daarbij behorende voorzieningen;
  2. b. agrarische bedrijvigheid.

7.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven;
Functie van een bouwwerk
Goothoogte in m
Bouwhoogte in m Inhoud in m³ Oppervlakte in m²
Bedrijfsgebouw - 3 - 120
Zonnepanelen en bijbehorende installaties - 3 - -
Palen en masten - 10 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde -


2 - -
  1. b. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub a, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
  2. c. een bedrijfswoning is niet toegestaan.

Artikel 8 Bedrijf - Nutsvoorziening

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. nutsvoorzieningen, welke nader zijn omschreven in de onderstaande tabel:
Adres Nr. Plaats Nadere bestemming Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2) Maximale toegestane oppervlakte aan gebouwen (m2)
Boskant 2 Kilder Gasontvangststation 21 21
Oude Eltenseweg 2 (voorheen 4) Zeddam Winning, zuivering en distributie van drinkwater waarbij een medegebruik voor extensieve dagrecreatie is toegestaan 278
1.465
Oldegoorweg 4 Didam Drinkwatervoorziening met pompgemaal met de bestaande ondergrondse voorzieningen 50 58
Oude Sluisweg Wijnbergen Opslagterrein van materialen i.v.m. waterhuishouding van de Oude IJssel (nabij de zwaaikom) 0 0
Oude Tramweg 30-32 Lengel Telefooncentrale 142 163
Vincwijcweg 6 Didam Gemeentelijk gronddepot en opslagterrein 405 466
Terborgseweg 30 Azewijn Gasontvangststation 85 85

aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. b. tuinen en erven;
  2. c. groenvoorzieningen;
  3. d. ontsluitingen/inritten;
  4. e. parkeervoorzieningen.

8.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. de oppervlakte van de gebouwen mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 8.1;
  2. b. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk
Goothoogte in m
Bouwhoogte in m Inhoud in m³ Oppervlakte in m²
Bedrijfsgebouw - 3 - -
Overkappingen - 3* - -
Erf- en terreinafscheidingen -

2,5 - -
Licht- en vlaggenmasten -
8 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde -


2 - -

*Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak;

  1. c. Indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub b, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
  2. d. In afwijking van het bepaalde in sub b bedraagt de hoogte van het drinkwaterproductiegebouw ter plaatse van de Oude Eltenseweg 2 (voorheen 4) te Zeddam maximaal 10,5 meter;
  3. e. een bedrijfswoning is niet toegestaan.

Artikel 9 Bedrijf - Windturbine

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Windturbine' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. windturbines en daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen inkoopstations ten behoeve van de levering van elektriciteit aan het openbare net;
  2. b. agrarische bedrijvigheid;
  3. c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - serviceweg', voor wegen ten dienste van windturbines, met een rijbaanbreedte van maximaal 4 m.

9.2 Bouwregels

Op en in de gronden als bedoeld in lid 9.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:

  1. a. ten hoogste één windturbine binnen elk bestemmingsvlak, met inachtneming van de volgende bepalingen:
    1. 1. de bouwhoogte van een windturbine mag niet meer dan 98 m bedragen;
    2. 2. het hoogste punt van de wieken van een windturbine mag op maximaal 139 m boven het peil liggen;
    3. 3. de rotordiameter van een windturbine, gemeten tussen de uiteinden van de wieken, mag niet meer dan 82 m bedragen;
    4. 4. de uiteinden van de wieken mogen het verticale vlak dat door de bestemmingsgrens loopt, niet doorsnijden;
  2. b. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, behorende bij de bestemming waaronder begrepen schakelkasten en andere nutsvoorzieningen, waarvan de inhoud niet meer dan 50 m³ en de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen.

Artikel 10 Bos

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. instandhouding van bos ten behoeve van aldaar voorkomende dan wel daaraan eigen natuur- en landschapswaarden;
  2. b. bosbouw voor zover de onder a bedoelde waarden niet onevenredig worden aangetast;
  3. c. extensieve dagrecreatie;
  4. d. water;
  5. e. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden, bergen, aan- en afvoeren van water;
  6. f. natuurkampeerterrein ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein' met de daarbij behorende bergingen en sanitaire ruimten;
  7. g. een hondendressuurterrein uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bos - hondendressuur';
  8. h. voorzieningen ten behoeve van bijenteelt uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bos - bijenteelt';
  9. i. de aan het bos verbonden open plekken, heidevelden en schraalland voor zover deze uit oogpunt van landschaps- en natuurbeheer noodzakelijk zijn.

10.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. Het bouwen van gebouwen is niet toegestaan, tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein', 'specifieke vorm van bos - hondendressuur' of 'specifieke vorm van bos - bijenteelt';
    1. 1. ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein' gelden de volgende regels:
      • de oppervlakte van de gebouwen (niet zijnde een (bedrijfs)woning) mag niet meer bedragen dan de oppervlakte zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
      • de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 3 m en 6 m dan wel niet meer dan de bestaande goot- en bouwhoogte indien deze meer bedraagt dan 3 resp. 6 meter;
    2. 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bos - hondendressuur' gelden de volgende regels:
      • de oppervlakte van de gebouwen (niet zijnde een (bedrijfs)woning) mag niet meer bedragen dan de bestaande oppervlakte;
      • de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan de bestaande goot- en bouwhoogte;
    3. 3. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bos - bijeenteelt' gelden de volgende regels:
      • de oppervlakte van de gebouwen (niet zijnde een (bedrijfs)woning) mag niet meer bedragen dan de bestaande oppervlakte;
      • de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan de bestaande goot- en bouwhoogte;
  2. b. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

10.3 Afwijken van de bouwregels

10.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden

  1. a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de in lid 10.1 bedoelde gronden de volgende werkzaamheden, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
    1. 1. aanleggen en verharden van wegen, paden, parkeerterreinen en andere verhardingen;
    2. 2. egaliseren, ophogen, afgraven van gronden;
    3. 3. vellen en rooien van houtopstanden, tenzij al een kapvergunning nodig is op basis van de Bomenverordening, alsmede indien de Boswet van toepassing is;
    4. 4. aanleg ondergrondse leidingen;
    5. 5. dempen van sloten en graven van watergangen;
  1. b. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.
  1. c. Geen omgevingsvergunning als bedoeld in sub a is vereist voor:
    1. 1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van normaal beheer en onderhoud zoals toegestaan in lid 10.1;
    2. 2. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden welke op het moment van het inwerking treden van het plan legaal in uitvoering waren of konden worden uitgevoerd krachtens een voor dat tijdstip geldende, dan wel aangevraagde vergunning;
    3. 3. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van de realisering en aanleg van landgoed Arnhemseweg 17a te Beek, overeenkomstig het Inrichtings-, beplantings- en beheerplan d.d. 13 april 2010, zoals opgenomen in Bijlage 17 bij deze regels;
    4. 4. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van de aanleg van kabels en leidingen ten behoeve van de realisering van landgoed Arnhemseweg 17a te Beek;
    5. 5. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die gevolgen hebben of kunnen hebben voor de waterhuishouding, waarop de Keur van waterschappen van toepassing is.

Artikel 11 Detailhandel

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. detailhandel, met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres Nr. Plaats Nadere bestemming Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* Maximale toegestane oppervlakte aan gebouwen (m2)* Opmerkingen
Sint Jansgildestraat 37 Beek Woninginrichtingsbedrijf 2.675 3.076
Wehlseweg 4 Kilder Woninginrichtingsbedrijf 2.000 3.000
Wehlseweg 92 Loil Supermarkt 271 312

*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;

aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;

  1. b. een beroep aan huis indien een bedrijfswoning is toegestaan of het bestaande bedrijf aan huis,

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. c. tuinen, erven en groenvoorzieningen;
  2. d. ontsluitingen/inritten;
  3. e. parkeervoorzieningen.

11.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 11.1;
  2. b. ten hoogste is één bedrijfswoning toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan;
  3. c. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk
Goothoogte in m
Bouwhoogte in m Inhoud in m³ Oppervlakte in m²
Bedrijfsgebouw 6 10 - -
Bedrijfswoning 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 800




-
Bijgebouwen bij bedrijfswoning 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw - 100
Overkappingen aan de woning 3** 50*
Overkappingen (overig) 4,5*** 100*
Erf- en terreinafscheidingen -

2,5 - -
Licht- en vlaggenmasten -
12 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde -


10 - -

*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning of een bijgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen. Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;

**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;

***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;

  1. d. bouwkundige voorzieningen zijn toegestaan ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 11.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
  2. e. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub c, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan.

11.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  2. b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  3. c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis.
  4. d. een gebruik voor andersoortige detailhandel dan genoemd in lid 11.1 sub a.

11.4 Afwijken van de gebruiksregels

11.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.

Artikel 12 Groen

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. (afschermende) groenvoorzieningen en de instandhouding daarvan;
  2. b. lichtmasten op het adres Braamweg 7 te Braamt;
  3. c. een hertenkamp, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - hertenkamp';
  4. d. een grondwal, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - grondwal';
  5. e. paden en toegangswegen;
  6. f. water.

12.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. Op of in de deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd met uitzondering van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - hertenkamp', waar 1 gebouw (niet zijnde een (bedrijfs)woning) is toegestaan met een maximale oppervlakte van 20 m² en een maximale bouwhoogte van 3 m;
  2. b. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 m;
  3. c. in afwijking van het gestelde onder b, mag de bouwhoogte van de lichtmasten op het adres Braamweg 7 te Braamt niet meer bedragen dan 8 m.

Artikel 13 Horeca

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. horeca, met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres Nr. Plaats Nadere bestemming Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* Maximale toegestane oppervlakte aan gebouwen (m2) * Opmerkingen
Arnhemseweg 19 Beek Restaurant 550 633
Beekseweg 1 Zeddam Daghorecabedrijf met informatievoorziening - 300
Dijksestraat 52 Didam Restaurant en zalencentrum 1.160 1.334
Drieheuvelenweg 1 Lengel Restaurant 545 627
Hartjensstraat 2a Lengel Restaurant, bakkerij en cafe 640 736 De bij de bakkerij behorende detailhandel heeft een maximale omvang van 15 m²
Hooglandseweg 6 Braamt Hotel en restaurant 380 418
Kilderseweg 18 Zeddam Restaurant 375 740
Kilderseweg 27 Zeddam Hotel, restaurant en pension 1.015 1.900
Langeboomsestraat 5 Vethuizen Hotel, restaurant en vergaderzalen 1460 1460 Met dien verstande dat ten behoeve van het hotel en horecagedeelte max. 1.162 m² is toegestaan.
Montferland 1 Zeddam Hotel en restaurant 730 803
Sint Jansgildestraat 27 Beek Hotel en restaurant 1.635 1.880
Terborgseweg 2 Zeddam Restaurant 819 942
Tolweg 9 Didam Restaurant 1.705 1.960
Van Voorstweg 1 Didam Zalenverhuur, café en verenigingsactiviteiten 602 692

*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;

aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanele op het dakvlak van gebouwen;

  1. b. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
  2. c. zelfstandige inwoningsituatie, ter plaatse van de in de onderstaande tabel genoemde adressen:
Adressen met inwoning Nr. Plaats
Van Voorstweg 1 Didam

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. d. tuinen, erven en groenvoorzieningen;
  2. e. ontsluitingen/inritten;
  3. f. parkeervoorzieningen.

13.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
  2. b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijkgesteld met het bouwvlak;
  3. c. ten hoogste is één bedrijfswoning toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan;
  4. d. indien de aanduiding 'bedrijfswoning' is aangegeven, is uitsluitend ter plaatse van die aanduiding, een bedrijfswoning inclusief bijgebouwen toegestaan;
  5. e. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 13.1;
  6. f. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven;
Functie van een bouwwerk
Goothoogte in m
Bouwhoogte in m Inhoud in m³ Oppervlakte in m²
Bedrijfsgebouw 6 10 - -
Bedrijfswoning 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 800




-
Bijgebouwen bij bedrijfswoning 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw - 100
Overkappingen aan de woning 3** 50*
Overkappingen 4,5*** 50*
Erf- en terreinafscheidingen -

2,5 - -
Licht- en vlaggenmasten binnen het bouwvlak -


12 - -
Licht- en vlaggenmasten buiten het bouwvlak -


8 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak -



10 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken geen gebouw zijnde buiten het bouwvlak -



2 - -

*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen. Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;

**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;

***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;

  1. g. bouwkundige voorzieningen zijn toegestaan ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend daar waar dat op grond van de tabel, zoals weergegeven in lid 13.1 onder c is toegestaan, alsmede bouwkundige voorzieningen ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties waar dit op grond van lid 13.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
  2. h. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub f, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan.

13.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie, op adressen welke niet zijn genoemd in lid 13.1 sub c;
  2. b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  3. c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
  4. d. een gebruik voor detailhandel;
  5. e. een gebruik voor andersoortige horeca dan genoemd in lid 13.1 sub a.

13.4 Afwijken van de gebruiksregels

13.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.

Artikel 14 Maatschappelijk

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. maatschappelijke voorzieningen, uitsluitend met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres Nr. Plaats Nadere bestemming Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m²)* Maximale oppervlakte aan gebouwen (m²)* Opmerkingen
Gildepad 1 Zeddam Heemkundigmuseumterrein 175 201 *
Kilderseweg ong Zeddam Begraafplaats 0 0
Lage Eltenseweg 1 Loerbeek Opslagruimte voor natuurbeheer met bijbehorende kantoorruimte 315 362
Doetinchemseweg 11 Didam Postduivenvereniging 170 196 *
Manhorstweg 3a Didam Verenigingsgebouw Schutterij 279 327 *
Nevelhorstpad 7 Didam Scouting 175 201 *
Oude Eltenseweg 1 Loerbeek Opslagruimte voor natuurbeheer met bijbehorende kantoorruimte 400 567
Peeskesweg 13 Beek Jeugdherberg en groepsverblijfaccommodatie 285 413 *
Sint Jansgildestraat 31 Beek Gildegebouw 575 660 *
Vinkwijk 2a Zeddam Scouting 267 320 *
Vinkwijkseweg 36 Zeddam Dierenkliniek 875 1.254

*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;

aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;

  1. b. een beroep aan huis indien een bedrijfswoning is toegestaan of het bestaande bedrijf aan huis,

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. c. tuinen en erven;
  2. d. groenvoorzieningen;
  3. e. ontsluitingen/inritten;
  4. f. parkeervoorzieningen.
  5. g. een lichte vorm van horeca, in de vorm van het verstrekken van dranken en kleine versnaperingen, die ondergeschikt is aan en ten dienste staat van de functie waarbij de horeca wordt uitgeoefend en uitsluitend bij die adressen waar dit in de tabel onder a in de kolom opmerkingen met '*' is aangeduid.

14.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
  2. b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijk gesteld met het bouwvlak;
  3. c. één bedrijfswoning is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  4. d. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 14.1;
  5. e. bouwkundige voorzieningen zijn toegestaan ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 14.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
  6. f. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk
Goothoogte in m
Bouwhoogte in m Inhoud in m³ Oppervlakte in m²
Bedrijfsgebouw 6 10 - -
Bedrijfswoning 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 800




-
Bijgebouwen bij bedrijfswoning 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw - 100
Overkappingen aan de woning 3** 50*
Overkappingen (overig) 3*** 50*
Erf- en terreinafscheidingen -
2,5 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak -


10 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het het bouwvlak - 2 - -

*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen. Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;

**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;

***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;

  1. g. in afwijking van het bepaalde in sub f geldt voor het verenigingsgebouw op het adres Manhorstweg 3a te Didam een goot-, resp. bouwhoogte van maximaal 3 resp. 4,5 meter;
  2. h. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub f, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan.

14.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  2. b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen en tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  3. c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis.

14.4 Afwijken van de gebruiksregels

14.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.

Artikel 15 Maatschappelijk - Molen

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk - Molen' aangewezen gronden zijn bestemd voor de instandhouding en/of het herstel van de aanwezige molen,

met de daarbij behorende voorzieningen:

  1. a. tuinen en erven;
  2. b. ontsluitingen/inritten;
  3. c. groenvoorzieningen.

15.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing geldt de volgende regel:

  1. a. Op of in deze gronden is de bestaande molen op de bestaande plaats en met de bestaande oppervlakte, goot- en bouwhoogte toegestaan;
  2. b. Een bedrijfswoning is niet toegestaan.

15.3 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het wijzigen van de gronden welke zijn aangeduid met 'Maatschappelijk - Molen' naar de bestemming:

  • Bedrijf;
  • Detailhandel;
  • Horeca;
  • Recreatie - Dagrecreatie;
  • Recreatie - Recreatiewoning;
  • Wonen;
  • Wonen - Woongebouw;

mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  1. a. de wijziging is gericht op de instandhouding en het herstel van de molen;
  2. b. andere functies in de omgeving mogen door de wijziging niet worden belemmerd;
  3. c. met onderzoek is aangetoond dat er sprake is van een aanvaardbaar leefklimaat op het gebied van geur, geluid, luchtkwaliteit en externe veiligheid.

Artikel 16 Natuur

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. instandhouding en ontwikkeling van ter plaatse voorkomende dan wel daaraan eigen landschaps- en natuurwaarden;
  2. b. instandhouding van aldaar voorkomende watergangen, sloten en andere waterpartijen;
  3. c. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden van water, bergen, aan- en afvoeren van water en natuurvriendelijke oeverzones langs watergangen;
  4. d. extensieve dagrecreatie voor zover de in sub a, b en c bedoelde waarden niet onevenredig worden aangetast;

16.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. het bouwen van gebouwen is niet toegestaan;
  2. b. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag de bouwhoogte niet meer dan 2 m bedragen.

16.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het verondiepen en/of dempen van waterpartijen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - verondiepen uitgesloten'.

16.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden

  1. a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de in lid 16.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden, uit te voeren:
    1. 1. aanleggen en verharden van wegen, paden, parkeerterreinen (> 200 m2) en andere verhardingen;
    2. 2. egaliseren, ophogen, afgraven van gronden;
    3. 3. bebossen en beplanten met houtopstanden;
    4. 4. vellen en rooien van houtopstanden, tenzij al een kapvergunning nodig is op basis van de Bomenverordening, alsmede indien de Boswet van toepassing is;
    5. 5. aanleg ondergrondse leidingen;
    6. 6. dempen van sloten en graven van watergangen;
  1. b. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen;
  1. c. Geen omgevingsvergunning als bedoeld in sub a is vereist voor:
    1. 1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van normaal beheer en onderhoud zoals toegestaan in lid 16.1;
    2. 2. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden welke op het moment van het inwerking treden van het plan legaal in uitvoering waren of konden worden uitgevoerd krachtens een voor dat tijdstip geldende, dan wel aangevraagde vergunning;
    3. 3. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van de realisering en aanleg van landgoed 'Arnhemseweg 17a te Beek', overeenkomstig het Inrichtings-, beplantings- en beheerplan d.d. 13 april 2010, zoals opgenomen in Bijlage 17 bij deze regels;

3a. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van de natuurlijke inrichting van de gronden ter plaatse van de Oude Eltenseweg te Zeddam, overeenkomstig het document 'Nieuwbouw productiebedrijf Van Heek en bijpassende terreininrichting d.d. 27 juni 2014' zoals opgenomen in Bijlage 9 van deze regels;

    1. 1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van de aanleg van kabels en leidingen ten behoeve van de realisering van landgoed 'Arnhemseweg 17a te Beek';
    2. 2. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die gevolgen hebben of kunnen hebben voor de waterhuishouding, waarop de Keur van waterschappen van toepassing is.

Artikel 17 Recreatie - Dagrecreatie

17.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Dagrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. dagrecreatieve voorzieningen, uitsluitend met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres Nr. Plaats Nadere bestemming Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* Maximale oppervlakte aan gebouwen (m2)* Opmerkingen
Baarleweg 4-6 Didam Dagrecreatie met het houden van paarden ten behoeve van de dagrecreatieve functie 2.155 2.478 Buiten het bouwvlak mogen in afwijking van het bepaalde in artikel 17.2 gebouwen worden opgericht tot een maximale oppervlakte van 50 m² en met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 2,5 m. Quadrijden is uitsluitend toegestaan tot zonsondergang, dan wel tot maximaal 20 uur indien zonsondergang vóór 20 uur optreedt.
Doetinchemseweg 9 Loerbeek Huifkarcentrum annex zorgboerderij en opslag* ten behoeve van het huifkarcentrum 1.515 1.515 * Opslag is uitsluitend toegestaan achter de denkbeeldige lijn welke loopt op 55 m vanuit de as van de Doetinchemseweg.
Gildeweg 6 Braamt Speelpark 2.685 4.460
Gildeweg 7 Braamt Outdoor- en survivalcentrum met kampeerterreinen en groepsovernachtingsaccomodaties
Sport- en speelvelden, fiets- en wandelpaden, survival rivierbaan en daarmee vergelijkbare onderdelen met daarbij behorende sanitaire- en opslag voorzieningen 750
Indoor sport- en activiteitenhal met opslag voorzieningen 2.100
Ontvangstpaviljoen met klimtoren en tokkelbaan 1.000 De bouwhoogte van de klimtoren en de tokkelbaan mag niet meer bedragen dan 16 meter
Landweerswal 2 Braamt Dagrecreatieterrein met waterskibaan
Dagrecreatieterrein 335 640
Waterskibaan (Europaweg ong.) 255 281 De gebouwen ten behoeve van de waterskibaan mogen geen grotere goothoogte en bouwhoogte hebben dan 3 m resp. 6 m.
Horeca is beperkt tot maximaal
50 m² van de maximaal toegestane oppervlakte aan gebouwen
Nevelhorstpad 2 Didam Dagrecreatieterrein 85 150 De gebouwen ten behoeve van het dagrecreatieterrein mogen geen grotere goothoogte en bouwhoogte hebben dan 3 m resp. 6 m
Peeskesweg 12 Beek Informatievoorziening, daghoreca en bijbehorend kampeerterrein 480 552

*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;

aa. horeca, tenzij in de tabel onder a anders is opgenomen;

ab. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;

  1. b. een beroep aan huis indien een bedrijfswoning is toegestaan of het bestaande bedrijf aan huis;
  2. c. een kampeerterrein ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein';

ca. het instandhouden van groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de

aanduiding 'groen';

cb. groepsovernachtingsaccomodaties met bijbehorende voorzieningen en een groepskampeerterrein ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie toegestaan';

cc. gemotoriseerde dagrecreatieve activiteiten uitsluitend in de vorm van quadrijden ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van recreatie - quad';

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. d. tuinen en erven;
  2. e. groenvoorzieningen;
  3. f. ontsluitingen/inritten;
  4. g. parkeervoorzieningen.

17.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
  2. b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijkgesteld met het bouwvlak;
  3. c. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' is één bedrijfswoning toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen', het daar aangegeven maximum aantal bedrijfswoningen is toegestaan;
  4. d. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 17.1;
  5. e. bouwkundige voorzieningen ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 17.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
  6. f. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven, tenzij in artikel 17.1 sub a en/of het vervolg van deze bouwregels onder 17.2 sub g, h, i, j anders is bepaald:
Functie van een bouwwerk
Goothoogte in m
Bouwhoogte in m Inhoud in m³ Oppervlakte in m²
Bedrijfsgebouw 6 10 - -
Bedrijfswoning 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 800




-
Bijgebouwen bij bedrijfswoning 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw bij een inpandige bedrijfswoning
6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw bij een inpandige bedrijfswoning - 100
Overkappingen aan de woning 3** 50*
Overkappingen (overig) 3*** 50*
Erf- en terreinafscheidingen -

2,5 - -
Licht- en vlaggenmasten -
12 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak -


10 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het bouwvlak - 2 - -

*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen;

Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;

**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;

***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;

  1. g. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub f, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
  2. h. ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie toegestaan' mag de oppervlakte aan gebouwen ten behoeve van groepsaccomodatie met bijbehorende voorzieningen niet meer bedragen dan 1.150 m², waarbij de goot- en bouwhoogte niet meer mogen bedragen dan op de verbeelding is aangegeven;
  3. i. voor zover op de verbeelding de bouwaanduiding maximum goothoogte en maximum bouwhoogte is opgenomen, mag de goothoogte en de bouwhoogte in afwijking van het gestelde onder 17.2 sub f niet meer bedragen dan op de verbeelding is aangegeven.

17.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  2. b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  3. c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
  4. d. (-)
  5. e. het verondiepen c.q. dempen van waterpartijen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie-dagrecreatie - verondiepen uitgesloten';
  6. f. het gebruik van gronden ten behoeve van gemotoriseerde sporten, tenzij dat gebruik op grond van de bestemmingsomschrijving is toegestaan.

17.4 Afwijken van de gebruiksregels

17.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.

Artikel 18 Recreatie - Recreatiewoning

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Recreatiewoning' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. recreatiewoningen,

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. b. tuinen, erven en groenvoorzieningen;
  2. c. parkeervoorzieningen.

18.2 Bouwregels

  1. a. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
    1. 1. het aantal recreatiewoningen mag niet meer bedragen dan één;
    2. 2. de inhoud van een recreatiewoning, inclusief de inhoud van de daarbij behorende bijgebouwen mag niet meer dan 200 m³ bedragen, de goot- en bouwhoogte mag niet meer dan 3, resp. 5 m. bedragen;
    3. 3. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub 2, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
    4. 4. de afstand tot de zijdelingse bouwperceelgrens mag niet minder bedragen dan 2,5 m, dan wel niet minder dan de bestaande afstand indien deze afstand minder dan 2,5 meter bedraagt;
  1. b. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt de volgende regel:
    1. 1. de maatvoering van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan aangegeven in de onderstaande tabel:
Functie van het bouwwerk Bouwhoogte (m)
Overkappingen en pergola's 3*
Erf- of terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn van de recreatiewoning 2
Overige erf- of terreinafscheidingen 1
Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 2

*De maximale toegestane hoogte voor overkappingen is niet van toepassing voor zover sprake van een overkapping als onderdeel van het dak of dakvlak van de recreatiewoning.

18.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen het gebruik ten behoeve van permanente bewoning.

Artikel 19 Recreatie - Verblijfsrecreatie

19.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. verblijfsrecreatieve voorzieningen, welke uitsluitend zijn toegestaan door middel van bedrijfsmatige exploitatie, uitsluitend met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres Nr. Plaats Omschrijving Maximaal aantal recreatiewoningen Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* Maximale oppervlakte aan gebouwen (m2)* Opmerkingen
Baarleweg 4-6 Didam Kampeerterrein 0 - 200 Stacaravans zijn niet toegestaan
Braamweg
2 Braamt Kampeerterrein met groepsaccommodatie** en kinderboerderij 0

- 851 ** De oppervlakte en de inhoud van een groepsaccommodatie mag niet meer bedragen dan respectievelijk 95 m2 en 450 m3. Stacaravans zijn niet toegestaan.
Eltenseweg 18
(a)
Stokkum Kampeerterrein 0 260 300
Eltenseweg 20 Stokkum Kampeerterrein 0 320 368
Landweerswal 2 Braamt Terrein voor recreatiewoningen 225 250 500 Stacaravans zijn niet toegestaan.
Voor verblijfsrecreatie ondersteunende voorzieningen met hotel ter plaatse van de aanduiding voorzieningen
Voor verblijfsrecreatie ondersteunende voorzieningen zoals zwembad, sauna, kegelbaan, restaurant, wasserette inclusief ondergeschikte detailhandel 5.600 6.600 De toegestane oppervlakte detailhandel bedraagt maximaal 200 m2.
Hotel met vergadercapaciteit 0 0 4.000 Stacaravans zijn niet toegestaan.
Langestraat 24 Braamt Kampeerterrein 0 840 975
Melkweg 2 Beek Kampeerterrein 53 890 1.500
St. Isidorusstraat 12 Stokkum Kampeerterrein 0 485 557

*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning en exclusief de oppervlakte van bestaande recreatiewoningen, stacaravans en kampeermiddelen;

aa. horeca;

ab. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;

ac. nachtverblijf in aan het gebruik onttrokken (weg, water en lucht) voertuigen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie-bijzonder nachtverblijf';

ad. het instandhouden van groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';

  1. b. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis,

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. c. tuinen en erven;
  2. d. (afschermende) groenvoorzieningen;
  3. e. ontsluitingen/inritten;
  4. f. parkeervoorzieningen met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' de gronden uitsluitend mogen worden gebruikt voor parkeren.

19.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen de gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
  2. b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijk gesteld met het bouwvlak;
  3. c. ten hoogste één bedrijfswoning is toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan en dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen', het daar aangegeven maximum aantal bedrijfswoningen is toegestaan;
    1. 1. de oppervlakte van de (bedrijfs)gebouwen inclusief bijgebouwen mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 19.1;
  4. d. gebouwen op het adres Baarleweg 4-6 te Didam kunnen uitsluitend worden gebouwd voor zover het landschappelijk inpassingsplan (en beplantingsplan), zoals opgenomen in Bijlage 11, respectievelijk Bijlage 12 bij deze regels, is gerealiseerd binnen 2 jaar na start van de bouw, hetgeen als voorwaardelijke verplichting in de omgevingsvergunning moet worden opgenomen;
  5. e. het aantal recreatiewoningen mag niet meer bedragen dan aangegeven in de tabel van lid 19.1;
  6. f. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk
Goothoogte in m
Bouwhoogte in m Inhoud in m³ Oppervlakte in m²
Bedrijfsgebouw 4 8 - -
Bedrijfswoning 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 800




-
Bijgebouwen bij bedrijfswoning 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw
6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw - 100
Overkappingen aan de woning 3** 50*
Overkappingen aan bijgebouwen en bedrijfsgebouwen (niet zijnde recreatiewoningen en stacaravans) 3*** 50*
Recreatiewoning inclusief bergruimte 3

6 300 >70 doch max. 75
Stacaravan inclusief bergruimte 3,5 50 (met dien verstande dat de breedte niet meer bedraagt dan 4 meter)
Erf- en terreinafscheidingen -
2,5 - -
Licht- en vlaggenmasten -
12 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak -


10 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het bouwvlak -
2

*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen. Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;

**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;

***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;

  1. g. bouwkundige voorzieningen ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties waar dit op grond van lid 19.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
  2. h. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub f, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
  3. i. binnen een afstand van 5 m tot de bestemmingsgrens mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gebouwd.

19.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  2. b. permanente bewoning van kampeermiddelen of andere recreatieverblijven;
  3. c. het plaatsen van kampeermiddelen of andere recreatieverblijven binnen een afstand van 5 meter tot de bestemmingsgrens;
  4. d. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  5. e. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
  6. f. (-)
  7. g. het niet (volledig) uitvoeren van het landschappelijk inrichtingsplan en beplantingsplan Baarleweg 4-6 te Didam zoals opgenomen in Bijlage 11 resp. Bijlage 12 bij deze regels uiterlijk binnen 2 jaar na de start van de bouw op het adres Baarleweg 4-6 te Didam, alsmede de instandhouding van deze landschappelijke inrichting na realisatie daarvan.

19.4 Afwijken van de gebruiksregels

19.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.

Artikel 20 Recreatie - Volkstuin

20.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Volkstuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. volkstuinen;
  2. b. groenvoorzieningen;

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. c. tuinen, erven en paden.

20.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. een bedrijfswoning is niet toegestaan;
  2. b. per bestemmingsvlak met ten minste 0,5 ha. grondoppervlak mag maximaal 80 m² aan gebouwen worden opgericht met dien verstande dat de oppervlakte van een gebouw tenminste 10 en ten hoogte 50 m² mag bedragen, waarbij de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 m;
  3. c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag niet meer dan 2 m bedragen.

20.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van gronden voor opslag-, stort- of bergplaats van al dan niet afgedankte goederen, materialen, producten, vaar- en voertuigen, kampeermiddelen en daarmee gelijk te stellen voorwerpen;
  2. b. het gebruik van de gronden en opstallen voor nachtverblijf van al dan niet recreatieve aard.

Artikel 21 Sport

21.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. sportvoorzieningen, uitsluitend met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres Nr. Plaats Nadere bestemming Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* Maximale oppervlakte aan gebouwen (m2)*) Opmer- kingen
Baarleweg 8 Didam Kleiduivenschietsport 246 283
Baarleweg 8a Didam Hondensport 100 115 Ten oosten van nummer 8.
Gildepad 2, 3 Zeddam Sportvelden 310 415 Een medegebruik van de gronden voor openluchttheater is toegestaan.
Luijnhorststraat 8 Didam Sportvelden 265 305
Vincwijcweg 1a, 1b Didam Sportcentrum met tennisbanen 4.700 5.405
Vinkwijk 6 Zeddam Sportvelden 635 730
Vincwijcweg 12 Didam Sportvelden 1.925 2.213

*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;

aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;

  1. b. een beroep aan huis indien een bedrijfswoning is toegestaan of het bestaande bedrijf aan huis;

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. c. erven, terreinen en groenvoorzieningen;
  2. d. ontsluitingen/inritten;
  3. e. parkeervoorzieningen;
  4. f. extensieve dagrecreatie;
  5. g. een lichte vorm van horeca, in de vorm van het verstrekken van dranken en kleine versnaperingen, die ondergeschikt is aan en ten dienste staat van de functie waarbij de horeca wordt uitgeoefend.

21.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. een bedrijfswoning is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  2. b. de oppervlakte van de gebouwen inclusief bijgebouwen mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 21.1;
  3. c. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk
Goothoogte in m
Bouwhoogte in m Inhoud in m³ Oppervlakte in m²
Bedrijfsgebouw 4 8 - -
Bedrijfswoning 4,5 9 800 -
Bijgebouwen bij bedrijfswoning 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw.
6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw. - 100
Overkappingen aan de woning 3** 50*
Overkappingen (overig) 3*** 50*
Erf- en terreinafscheidingen -
2,5 - -
Licht- en vlaggenmasten -
15 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak - 10 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het bouwvlak - 2 - -

*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen. Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;

**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;

***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;

  1. d. bouwkundige voorzieningen ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 21.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
  2. e. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub c, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
  3. f. in afwijking van het bepaalde van sub c gelden voor de kleiduivenschietvereniging en de hondensport aan de Baarleweg de volgende afwijkende maatvoeringen:
Adres Nadere bestemming Goothoogte bedrijfsgebouw Bouwhoogte bedrijfsgebouw Opmerkingen
Baarleweg 8 Kleiduivenschietvereniging 4 6 Ter plaatse van de kleiduivenschietvereniging is één bouwlift toegestaan met een maximale bouwhoogte van 20 m.
Baarleweg 8a Hondensport - 4,5 De maximale bouwhoogte van de erf- en terreinscheiding bedraagt 1 m.

21.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  2. b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  3. c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
  4. d. het houden van zelfstandige, geen relatie met de (nadere) bestemming hebbende, feesten en partijen;
  5. e. het gebruik van de gronden en opstallen (m.u.v. de dienstwoning) voor nachtverblijf van al dan niet recreatieve aard.

21.4 Afwijken van de gebruiksregels

Artikel 22 Sport - Manege

22.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport - Manege' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. manegebedrijf, uitsluitend met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres Nr. Plaats Nadere bestemming Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* Maximale toegestane oppervlakte aan gebouwen (m2)* Opmerkin- gen
De Bijvanck 4(a) Beek Manege en handelsstal voor paarden en pony's 3.530 4.059
Braamweg 7 Braamt Manege en daarop afgestemde gastverblijven 2.075 2.386 De oppervlakte die voor de gastenverblijven mag worden gebruikt bedraagt maximaal 150 m².
Hartjensstraat 6 Lengel Manege 1.600 1.840
Hengelderweg 4 Didam Manege en stal 3.940 4.531

*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;

aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;

  1. b. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;

ba. uitoefening van een loonwerkbedrijf uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - loonwerkbedrijf';

  1. c. bed and breakfast;
  2. d. (-)

met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:

  1. e. voorzieningen behorende bij een manegebedrijf, zoals een stapmolen, longeercirkel, één of meer binnenrijbanen en één of meer paardenbakken;

ea. extensieve dagrecreatie;

eb. een lichte vorm van horeca, in de vorm van het verstrekken van dranken en kleine versnaperingen, die ondergeschikt is aan en ten dienste staat van de functie waarbij de horeca wordt uitgeoefend met dien verstande dat de oppervlakte als onderdeel van de maximaal toegestane oppervlakte niet meer mag bedragen dan 100 m2;

  1. f. tuinen, erven en terreinen;
  2. g. ontsluitingen/inritten;
  3. h. parkeervoorzieningen;
  4. i. groenvoorzieningen;
  5. j. paden;
  6. k. water.

22.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen de gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
  2. b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijk gesteld met het bouwvlak;
  3. c. ten hoogste één bedrijfswoning per bouwvlak, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen', het daar aangegeven maximum aantal bedrijfswoningen is toegestaan;
  4. d. de oppervlakte van de gebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 22.1;
  5. e. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk
Goothoogte in m
Bouwhoogte in m Inhoud in m³ Oppervlakte in m²
Bedrijfsgebouw 6 10 - -
Bedrijfswoning 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning 800 -
Bijgebouwen bij bedrijfswoning 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw - 100
Overkappingen aan de woning 3** 50*
Overkappingen (overig) 3*** 100*
Erf- en terreinafscheidingen -
2,5 - -
Licht- en vlaggenmasten -
10 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak -



10 - -
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het bouwvlak -



2 - -

*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen.

Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;

**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;

***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;

  1. f. bouwkundige voorzieningen ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 22.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
  2. g. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub e, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan.

22.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 22.2 sub e ten behoeve van het oprichten of verhogen van lichtmasten tot een maximale bouwhoogte van 12 m, mits dit geen onevenredige belemmeringen met zich brengt voor de omliggende functies en natuurwaarden.

22.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  2. b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  3. c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
  4. d. het houden van zelfstandige, geen relatie met de (nadere) bestemming hebbende, feesten en partijen;
  5. e. het gebruik van de gronden en opstallen (m.u.v. de dienstwoning) voor nachtverblijf van al dan niet recreatieve aard.

22.5 Afwijken van de gebruiksregels

22.6 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.

Artikel 23 Verkeer

23.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. wegen, waarbij het aantal rijstroken niet meer mag bedragen dan het bestaande aantal op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan met uitzondering van een rijstrook van een parallelweg die uitsluitend ten behoeve van langzaam/landbouw- en bestemmingsverkeer is opengesteld;
  2. b. een GSM/UMTS-mast met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d., ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';

met de daarbij behorende:

  1. c. rotondes;
  2. d. in- en uitvoegstroken;
  3. e. kunst- en bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals (vee-)tunnels en viaducten;
  4. f. parkeerstroken;
  5. g. opstelstroken;
  6. h. fiets- en voetpaden;
  7. i. bermen;
  8. j. bermsloten;
  9. k. nutsvoorzieningen;
  10. l. groenvoorzieningen;
  11. m. overige noodzakelijke en passende voorzieningen, andere bouwwerken, geen gebouw zijnde en andere werken.

23.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. het bouwen van gebouwen is niet toegestaan;
  2. b. de maatvoering van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan aangegeven in de onderstaande tabel:
Functie van het bouwwerk Bouwhoogte (m)
Viaducten en soortgelijke kunstwerken 10
Verkeerstekens, palen en masten 20
GSM/UMTS-mast met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d. ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' bestaand
Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 6

Artikel 24 Verkeer - Parkeerterrein

24.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Parkeerterrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. parkeren;
  2. b. busoverstapstation ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer – busoverstapstation';
  3. c. een GSM/UMTS-mast met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d., ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';
  4. d. met de daarbij behorende voorzieningen, (afschermende) groenvoorzieningen, andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde en andere werken.

24.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. het bouwen van gebouwen is niet toegestaan;
  2. b. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
    1. 1. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 6 meter met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen niet meer dan 2,5 m mag bedragen;
    2. 2. (-)
    3. 3. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - busoverstapstation' zijn overkappingen toegestaan waarvan de gezamenlijke oppervlakte niet meer mag bedragen dan 1.600 m2 en de bouwhoogte in afwijking van het bepaalde onder b1 niet meer mag bedragen dan 2,5 m;
    4. 4. ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' is een GSM/UMTS-mast met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d. toegestaan waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan de bestaande bouwhoogte.

Artikel 25 Verkeer - Railverkeer

25.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. een spoorweg;
  2. b. nutsvoorzieningen;
  3. c. sein- en relaishuisjes;
  4. d. met de daarbij behorende voorzieningen, andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde en andere werken.

25.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer dan 5 m bedragen;
  2. b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 10 m bedragen.

Artikel 26 Water

26.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. watergangen, waterpartijen, oevers, taluds, onderhoudspaden en kaden;
  2. b. waterhuishouding en verkeer te water;
  3. c. instandhouding en ontwikkeling van ter plaatse voorkomende dan wel daaraan eigen landschaps- en natuurwaarden;
  4. d. extensieve dagrecreatie;
  5. e. voet- en/of fietspaden.

26.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. het bouwen van gebouwen is niet toegestaan;
  2. b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

26.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het verondiepen van waterpartijen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - verondiepen uitgesloten'.

Artikel 27 Wonen

27.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. wonen;
  2. b. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
  3. c. agrarisch medegebruik ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - agrarisch medegebruik';
  4. d. cultureel medegebruik, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - cultureel medegebruik';
  5. e. voorzieningen en gebouwen ten behoeve van de paardensport ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen – sport';
  6. f. het instandhouden van de groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';
  7. g. bedrijfsactiviteiten zoals genoemd in de onderstaande tabel ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf'. Indien een maximale oppervlakte is aangegeven mag de oppervlakte van de bedrijfsactiviteit niet meer bedragen dan deze maximale oppervlakte. Ter plaatse van de aanduiding 'opslag' is tevens buitenopslag ten behoeve van de toegestane bedrijfsactiviteiten toegestaan;
Adres Nr. Plaats Bedrijfsactiviteit Toegestane oppervlakte bedrijfsactiviteiten in gebouwen in m2 Opmerkingen
Doesburgseweg 5 Didam Zorgboerderij -
Doesburgseweg 8a Didam Kleinschalig kamperen met dien verstande dat het maximum aantal kampeermiddelen niet meer dan 7 mag bedragen. - Voorzieningen ten behoeve van het kamperen zijn enkel toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf'.
Fluunseweg 7 Didam Computerbedrijf/Kantoor 170 De bedrijfsfunctie wordt uitgeoefend binnen de bestaande bijgebouwen op het perceel.
Kloosterstraat 8a Didam Kinderdagverblijf - Kinderdagverblijf is toegestaan binnen de bestaande bebouwing.
Loilseweg 3 Didam Landlevenwinkel met workshopruimte en adviesbureau 100 De functie wordt uitgeoefend binnen de bestaande gebouwen.
Tatelaarweg 5 Didam Glazenwasser 100 De functie wordt uitgeoefend binnen de bestaande bijgebouwen.
Tatelaarweg 26 Didam Advies, bemiddeling, reparatie en ombouw van muziekinstrumenten annex muziekonderwijs 50 De functie wordt uitgeoefend binnen de bestaande bijgebouwen.
Tatelaarweg 36- 38 Didam Honden- en kattenopvang en gedragstherapie 200 De functie wordt (m.u.v. een speelveld) uitgeoefend binnen de bestaande gebouwen met dien verstande dat maximaal 100 m² is toegestaan ten behoeve van honden opvang.
Zeddamseweg 8 Kilder Landlevenwinkel annex theetuin 200 De landlevenwinkel en bijbehorende voorzieningen zijn toegestaan binnen de bestaande bijgebouwen.
  1. h. zelfstandige inwoningsituatie, ter plaatse van de in de onderstaande tabel genoemde adressen:
Adressen met inwoning Nr. Plaats
Berkenlaan 2 Loerbeek
Bosslagstraat 8 Didam
Doesburgseweg 14 Didam
Eltenseweg 9/9a Stokkum
Greffelkampseweg 32 Didam
Heesweg 4a Didam
Heuvelwijk 16 Braamt
Hengelderweg 12 Didam
Holthuizerstraat 5 Didam
Holthuizerstraat 13 Didam
Kastanjelaan 4a Stokkum
Kastanjelaan 24 Stokkum
Koningsweg 2a Beek
Koningsweg 19 Didam
Loilseweg 4 Didam
Manhorstweg 10 Didam
Melderstraat 13 Didam
Melderstraat 14 Didam
Molenweg 15 Kilder
Nachtegaalslaantje 6 's-Heerenberg
Nachtegaalslaantje 15 's-Heerenberg
Paltsweg 5 Didam
Passtraat 4 Azewijn
Polmanstraat 10 Beek
Rinkomseweg 6 Kilder
Rinkomseweg 8 Kilder
Rinkomseweg 12 Kilder
Van Rouwenoortweg 17c Didam
Van Rouwenoortweg 38 Didam
Zeddamseweg 13 Braamt
Zuidermarkweg 1a Loerbeek
  1. i. één paardenbak tot een oppervlakte van maximaal 800 m2;
  2. j. bed and breakfast;
  3. k. opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen, uitsluitend in vrijkomende, vrijgekomen en/of voormalige agrarische gebouwen zoals die voor wat betreft omvang en uitstraling aanwezig zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan;
  4. l. een GSM/UMTS-mast, met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d., ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';

met de daarbij behorende:

  1. m. tuinen;
  2. n. erven en terreinen;
  3. o. ontsluitingen/inritten.

27.2 Bouwregels

27.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  1. a. lid 27.2 onder 27.2.2 sub a ten behoeve van het herbouwen van een woning op een andere locatie dan de bestaande locatie, mits:
    1. 1. wordt voldaan aan het bepaalde in lid 27.2 sub 27.2.2 onder b en c;
    2. 2. de agrarische functie van aangrenzende, niet bij de woning behorende gronden en bebouwing niet onevenredig wordt belemmerd;
    3. 3. op geen van de gevels van de woning, bij voltooiing, de geluidsbelasting vanwege een weg de ter plaatse toegestane grenswaarden bij of krachtens de Wet geluidhinder overschrijdt;
    4. 4. vaststaat dat de bestaande woning wordt gesloopt binnen drie maanden na oplevering/gereedkomen van de nieuwe woning;
    5. 5. de externe veiligheid wordt gewaarborgd;
    6. 6. de woning landschappelijk wordt ingepast;
    7. 7. het geen woning betreft welke onderdeel uitmaakt van een functieveranderingslocatie, zoals opgenomen in Bijlage 7;
  2. b. lid 27.2 onder 27.2.2 sub b ten behoeve van het vergroten van de woning met de inhoud van de aangrenzende deel, mits het aantal woningen niet toeneemt;
  3. c. lid 27.2 onder 27.2.3 sub a en d ten behoeve van het bouwen van bijgebouwen tot een gezamenlijke oppervlakte van 50% van de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen, die voorkomt op de bij de betreffende woning behorende gronden tot een maximum van 400 m², en, in geval van de functieaanduiding 'specifieke vorm van wonen-agrarisch medegebruik' 500 m², mits:
    1. 1. wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 27.2 onder 27.2.3 sub b, l en m;
    2. 2. in geval van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen-agrarisch medegebruik' de goothoogte niet meer bedraagt dan 4,5 meter;
    3. 3. geen sprake is van een functieveranderingslocatie zoals opgenomen in Bijlage 7 bij deze regels;
  4. d. lid 27.2 onder 27.2.3 sub d en e ten behoeve van een eenmalige uitbreiding van de maximaal toegestane oppervlakte aan bijgebouwen voor het agrarisch medegebruik met maximaal 200 m² , met dien verstande dat:
    1. 1. de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen voor het agrarisch medegebruik ten minste 100 m² bedraagt en de totale oppervlakte niet meer dan 362 m² bedraagt;
    2. 2. de uitbreiding niet tot gevolg heeft dat sprake is van een volwaardig agrarisch bedrijf;
    3. 3. de goot- en bouwhoogte maximaal 4,5 resp. 6 meter bedraagt tenzij sprake is van uitbreiding van een bestaand gebouw waarvan de bestaande goot- en bouwhoogte meer bedraagt, in welk geval maximaal die bestaande hoogte is toegestaan;
    4. 4. de uitbreiding ten minste 3 meter achter de voorgevel van de woning of het verlengde daarvan wordt gebouwd;
    5. 5. hiervan geen gebruik kan worden gemaakt voor zover toepassing is gegeven aan het bepaalde in 27.3 onder c;
  5. e. lid 27.2 onder 27.2.3 sub l ten behoeve van het oprichten van bijgebouwen vóór (het verlengde van) de voorgevel van de woning (niet zijnde een woning op een functieveranderingslocatie) dan wel binnen een afstand van 3 meter tot (het verlengde van) de voorgevel, mits het bijgebouw zich bevindt op ten minste 25 meter afstand uit het hart van de weg;
  6. f. lid 27.2 onder 27.2.2 sub c ten behoeve van het vergroten van de goothoogte van één der zijden van de woning tot maximaal 6 m;
  7. g. lid 27.2 onder 27.2.4 ten behoeve van het bouwen van erf- en terreinafscheidingen tot een bouwhoogte van 2 m tot aan en voor de voorgevelrooilijn van de woning en tot 1 meter achter de voorgevelrooilijn van de woning, mits:
    1. 1. daardoor geen onaanvaardbare gevolgen ontstaan voor aangrenzende percelen betreffende beschaduwing, privacy en gebruiksmogelijkheden van die percelen, en
    2. 2. daardoor geen ondoorzichtige afscheidingen ontstaan;
    3. 3. het geen woning betreft welke in het kader van functieverandering is of kan worden gebouwd;
  8. h. lid 27.2 onder 27.2.4 ten behoeve van van het vergroten van de oppervlakte aan overkappingen ter uitvoering van het plan zoals opgenomen in Bijlage 14 bij deze regels, mits de daarin opgenomen oppervlakte aan overkappingen niet wordt vergroot.

27.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie op adressen welke niet zijn genoemd in lid 27.1 sub h;
  2. b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  3. c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
  4. d. het gebruik van bijgebouwen voor bewoning;
  5. e. het gebruik van het bijgebouw voor sociaal - culturele activiteiten voor zover:
    1. 1. dat gebruik plaatsvindt in een aaneengesloten periode van langer dan 6 maanden per kalenderjaar;
    2. 2. het gebruik mede betreft een gebruik voor het houden van feesten en partijen en andere horeca-gerelateerde activiteiten;
    3. 3. het gebruik mede betreft een gebruik als nachtverblijf;
    4. 4. het gebruik leidt tot onveilige situaties;
  6. f. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing overeenkomstig het landschapsplan fase 1, zoals opgenomen in Bijlage 15 bij de regels binnen 1,5 jaar na het gereedkomen van de woning B, zoals opgenomen in 27.2.2 sub a3 van deze regels resp. Bijlage 14 van de regels, doch uiterlijk binnen 2,5 jaar na de start van de bouw daarvan;
  7. g. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing overeenkomstig het landschapsplan fase 2, zoals opgenomen in Bijlage 15 bij de regels binnen 1 jaar na het gereedkomen van woning D, zoals opgenomen in 27.2.2 sub a3 van deze regels resp. Bijlage 14 van de regels, doch uiterlijk binnen 2 jaar na de start van de bouw daarvan.

Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'wonen' is per adres het navolgende geregeld:

  1. 1. ter plaatse van de Kollenburg 2 (voorheen 6) te Zeddam
    1. a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 4 (specifieke gebruiksregels) van het bestemmingsplan 'Buitengebied' eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
      het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing en het (verharde) erf overeenkomstig het gebied voorzien van het rode kader zoals opgenomen op de tekening 'landschappelijke inpassing Kollenburgweg 2 Didam' onder 4.2 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen één jaar na het onherroepelijk worden van het wijzigingsplan (13 juli 2017).

27.5 Afwijken van de gebruiksregels

27.6 Wijzigingsbevoegdheid

Artikel 28 Wonen - Landhuis

28.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - Landhuis' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. wonen;
  2. b. per woning een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
  3. c. bed and breakfast;
  4. d. groen,

met daaraan ondergeschikt:

  1. e. extensieve dagrecreatie;

met de daarbij behorende:

  1. f. terreinen;
  2. g. tuinen en erven;
  3. h. ontsluitingen, inritten, wegen en paden;
  4. i. parkeervoorzieningen;
  5. j. water;
  6. k. maximaal 1 paardenbak per landhuis.

28.2 Bouwregels

  1. a. Voor het bouwen van het hoofdgebouw gelden de volgende regels:
    1. 1. het aantal woningen in het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 3;
    2. 2. de inhoud mag niet meer bedragen dan 2.000 m³;
    3. 3. de bouwhoogte mag niet minder dan 9 m en niet meer dan 11 m bedragen;
    4. 4. de dakhelling mag niet meer bedragen dan 30 graden;
  1. b. Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende regels:
    1. 1. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 6 m;
    2. 2. de totale oppervlakte aan bijgebouwen mag niet meer bedragen dan 300 m²;
  1. c. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt dat de maatvoering niet meer mag bedragen dan aangegeven in de onderstaande tabel:
Functie van het bouwwerk Bouwhoogte (m) Toegestane oppervlakte (m²)
Erf- en terreinafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw 2 -
Overige erf- en terreinafscheidingen 1 -
Verbindende muur 2,5 -
Overkappingen en pergola's aan het hoofdgebouw 3** 50*
Vrijstaande overkappingen en pergola's, uitsluitend achter de voorgevel van het hoofdgebouw, en overkappingen aan bijgebouwen 3*** 50*
Maximaal 1 hooiberg, uitsluitend minimaal 3 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw 10 40
Bouwwerken voor duurzame energie opwekking door middel van zonnepanelen via een grondopstelling 1,8 -
Andere niet eerdergenoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, uitsluitend achter de voorgevel van het hoofdgebouw 10 -
Afscheiding van een paardenbak 1,5 -

*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van het hoofdgebouw of een bijgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen;

Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;

**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een hoofdgebouw;

***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bijgebouw.

28.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen:

  1. a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  2. b. het gebruik van gedeelten van de gebouwen voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
    1. 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
    3. 3. buitenopslag plaatsvindt;
    4. 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
  3. c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
  4. d. het gebruik van bijgebouwen voor bewoning.

28.4 Afwijken van de gebruiksregels

Artikel 29 Wonen - Woongebouw

29.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - Woongebouw' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. a. wonen;
  2. b. het instandhouden van de groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';

met de daarbij behorende:

  1. c. tuinen;
  2. d. erven en terreinen;
  3. e. ontsluitingen/inritten.

29.2 Bouwregels

  1. a. Voor het bouwen van woongebouwen gelden de volgende regels:
    1. 1. indien een bouwvlak is aangegeven dienen de woongebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
    2. 2. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijk gesteld met het bouwvlak;

2a. het woongebouw dient te zijn gesitueerd overeenkomstig de in Bijlage 7 opgenomen erfinrichtingsschets;

2b. het bouwen van een woongebouw als bedoeld onder 2a is niet eerder toegestaan dan nadat is voldaan aan de sloopverplichting overeenkomstig de erfinrichtingschets zoals opgenomen in Bijlage 7 bij deze regels;

    1. 1. ter plaatse van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden' is uitsluitend het aangegeven aantal wooneenheden toegestaan;
    2. 2. de inhoud van een wooneenheid, niet zijnde een wooneenheid aangeduid als 'specifieke bouwaanduiding – bestaand woongebouw', 'specifieke bouwaanduiding – woongebouw Luijnhorststraat 16' en specifieke bouwaanduiding - woongebouw Berkenlaan 2-4', bedraagt maximaal 400 m³, dan wel maximaal de bestaande inhoud tenzij anders op de verbeelding is aangegeven;
    3. 3. de goot- en bouwhoogte bedragen maximaal respectievelijk 3,5 m en 9 m;

5a. de dakvlak-gevelverhouding bedraagt niet minder dan 1:1 en de dakhelling bedraagt minimaal 30 en maximaal 50 graden;

    1. 1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bestaand woongebouw' geldt dat het bestaande gebouw als woongebouw is toegestaan met dien verstande dat het aantal wooneenheden, inhoud, goot- en bouwhoogte niet mogen worden gewijzigd;
    2. 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – woongebouw Luijnhorststraat 16' zijn de wooneenheden toegestaan, zoals aanwezig ten tijde van het inwerkingtreden van het plan, met dien verstande dat inhoud, goot- en bouwhoogte niet mogen worden gewijzigd;
    3. 3. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - woongebouw Berkenlaan 2-4' geldt dat voor zover is voldaan aan de sloopverplichting als bedoeld onder 2 b het alsdan resterende gebouw als woongebouw is toegestaan met dien verstande dat de goothoogte aan één zijde, de bouwhoogte en de oppervlakte niet mogen worden gewijzigd.
  1. b. Voor het bouwen van (inpandige) bijgebouwen bij wooneenheden gelden de volgende regels:
    1. 1. de oppervlakte mag per wooneenheid niet meer bedragen dan 50 m²;
    2. 2. bijgebouwen dienen inpandig in het woongebouw te worden opgericht, waarbij de goot- en bouwhoogte niet meer bedraagt dan de goot- en bouwhoogte van het woongebouw;
    3. 3. (-)
    4. 4. (-)
    5. 5. (-)
    6. 6. in afwijking van sub 2 dienen bijgebouwen in een nieuw gezamenlijk bijgebouw per woongebouw of per meerdere woongebouwen te worden opgericht voor zover:
      • dit op erfinrichtingschets voor de nieuwe situatie op de betreffende locatie, zoals opgenomen in Bijlage 7 bij deze regels, staat aangegeven;
      • de goot- en bouwhoogte van het gezamenlijk bijgebouw niet meer bedraagt dan 3 m resp. 6 m;
    7. 7. in afwijking van het bepaalde in sub 1 is een grotere oppervlakte dan 50 m² aan bijgebouw per wooneenheid toegestaan voor zover overeenkomstig de inrichtingsschets zoals opgenomen in Bijlage 7 bij deze regels, gebruik wordt gemaakt van een bestaand gebouw in welk geval de oppervlakte, inhoud, goot- en bouwhoogte, en situering van dat gebouw niet mag worden gewijzigd;
    8. 8. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding-bijgebouw bestaand woongebouw' is naast de inpandige berging in het bestaande woongebouw, een niet-inpandig bijgebouw toegestaan met een maximale bouwhoogte van 3 meter en een oppervlakte van maximaal 53 m²;
  1. c. Het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde is niet toegestaan.

Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'Wonen - Woongebouw' is per adres het navolgende geregeld:

  1. 1. ter plaatse van het adres Melderstraat 23 in Didam zijn bijgebouwen uitsluitend inpandig toegestaan;
  2. 2. ter plaatse van het adres St. Isidorusstraat 15 in Stokkum bedraagt de gezamenlijke oppervlakte van de woongebouwen (inclusief maximaal 120 m² inpandige bijgebouwen) maximaal 317 m²;
  3. 3. ter plaatse van het adres Kollenburgweg 6 in Didam bedraagt de gezamenlijke oppervlakte van de woongebouwen (inclusief maximaal 300 m² inpandige bijgebouwen) maximaal 848 m²;
  4. 4. ter plaatse van het adres Kollenburgweg nabij nr. 3 in Didam:
    1. a. bedraagt de gezamenlijke oppervlakte van het woongebouw (inclusief maximaal 100 m² bijgebouwen inpandig in het woongebouw en/of in één gezamenlijk bijgebouw) maximaal 400 m²;
    2. b. mogen bijgebouwen per wooneenheid inpandig in het woongebouw en/of in één gezamenlijk bijgebouw worden opgericht, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten' het bouwen van bijgebouwen niet is toegestaan;
  5. 5. ter plaatse van het adres Fluunseweg 14 in Didam bedraagt de gezamenlijke oppervlakte van de woongebouwen (inclusief maximaal 300 m² inpandige bijgebouwen) maximaal 803,5 m².

29.3 Afwijken van de bouwregels

(-)

29.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen:

  1. a. het gebruik van wooneenheden ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
  2. b. (-)
  3. c. het gebruik van (gedeelten van) woongebouwen en/of bijgebouwen voor de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis;
  4. d. het gebruik van bijgebouwen voor bewoning.

Artikel 30 Leiding - Gas

30.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn mede bestemd voor de aanleg en de instandhouding van een ondergrondse hogedruk hoofdaardgastransportleiding.

30.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. op of in de in lid 30.1 bedoelde gronden met de bestemming 'Leiding - Gas' mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bedoelde leiding worden gebouwd;
  2. b. de oppervlakte en de bouwhoogte van een gebouw mogen niet meer dan respectievelijk 10 m² en 3 m bedragen.

30.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

  1. a. Het is verboden op of in de in lid 30.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
    1. 1. het aanbrengen van hoogopgaande en/of diepwortelende beplanting, bijvoorbeeld rietbeplanting;
    2. 2. het wijzigen van het maaiveldniveau door ontgronding of ophoging;
    3. 3. het verrichten van grondroeractiviteiten (bijvoorbeeld het aanbrengen van rioleringen, kabels, drainage, leidingen, met uitzondering van hoofdaardgastransportleidingen) anders dan normaal spit- en ploegwerk;
    4. 4. het indrijven van voorwerpen in de bodem;
    5. 5. diepploegen;
    6. 6. het aanbrengen van gesloten verhardingen;
    7. 7. het permanent opslaan van goederen waaronder ook begrepen het opslaan van afvalstoffen;
    8. 8. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen;
    9. 9. het plaatsen van onroerende objecten, zoals lichtmasten, wegwijzers en ander straatmeubilair;
  1. b. Het verbod als bedoeld in sub a is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
    1. 1. voorkomen op de beplantingslijst van de leidingbeheerder;
    2. 2. mechanisch worden uitgevoerd en daarmee vallen onder de werking van de Wet Informatie Uitwisseling Ondergrondse Netwerken;
    3. 3. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
    4. 4. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning;
    5. 5. normaal onderhoud betreffen of worden uitgevoerd t.b.v. de instandhouding van de leiding(en);
  1. c. De werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden bedoeld in sub a zijn slechts toelaatbaar indien dit niet strijdig is met de belangen van de leidingen;
  1. d. Alvorens omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning zoals bedoeld in sub a te beslissen, wint het bevoegd gezag tijdig schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade.

Artikel 31 Leiding - Hoogspanningsverbinding

31.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  1. a. het transport van elektrische energie en de daarbij behorende bouwwerken;
  2. b. de aanleg en instandhouding van hoogspanningsleidingen;
  3. c. installaties ten behoeve van mobiel dataverkeer mits gekoppeld aan de bestaande masten ten behoeve van de bestemming.

31.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:

  1. a. op de gronden als bedoeld in lid 31.1 mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de hoogspanningsverbinding worden gebouwd, waarbij geldt dat de bouwhoogte van palen en masten ten behoeve van de hoogspanningsleidingen niet meer mag bedragen dan 53 meter, en de bouwhoogte van overige bouwwerken niet meer mag bedragen dan 1,5 m;
  2. b. voor zover gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, die zijn toegestaan op grond van de andere daar voorkomende bestemming(en), zijn gelegen binnen de gronden als bedoeld in lid 31.1, mag de bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in afwijking van het bepaalde in de bouwregels bij die andere bestemming(en), niet meer bedragen dan de bestaande bouwhoogte.

31.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 31.2 ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de in lid 31.1 bedoelde andere daar voorkomende bestemming(en), niet zijnde de bouw van magneetveldgevoelige en magneetveldbeoordelingsplichtige objecten indien daardoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de betreffende hoogspanningsverbinding en ter zake vooraf eerst advies bij de beheerder is ingewonnen.

31.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  1. a. het gebruik van bouwwerken als drager van reclame-uitingen.

31.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden

  1. a. Het is verboden op of in de in lid 31.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
    1. 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem;
    2. 2. het diepploegen, diepwoelen of het uitvoeren van andere ingrepen in de bodem, waaronder ook begrepen de aanleg van leidingen, allen dieper dan 0,60 m onder maaiveld, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd, alsmede de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van bestaande drainage;
    3. 3. het bebossen of anderszins beplanten van gronden met houtopstanden, waaronder begrepen het kweken en telen van bomen, struiken en heesters in verband met tuinbouw of als (agrarische) houtteelt;
    4. 4. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden, alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m²;
    5. 5. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur;
  1. b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing:
    1. 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend;
    2. 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend;
    3. 3. op werken of werkzaamheden welke betreffen het normale onderhoud en beheer van leidingen;
  1. c. De in sub a genoemde werken en werkzaamheden zijn uitsluitend toelaatbaar indien en voor zover geen onevenredige aantasting van de belangen van de leidingen en/of energievoorziening ontstaat of kan ontstaan;
  1. d. Alvorens omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning zoals bedoeld in sub a te beslissen, wint het bevoegd gezag tijdig schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade.

Artikel 32 Leiding - Rioolpersleiding

32.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Rioolpersleiding' aangewezen gronden zijn mede bestemd voor de aanleg en de instandhouding van een ondergrondse rioolpersleiding.

32.2 Bouwregels

  1. a. Op of in de in lid 32.1 bedoelde gronden met de bestemming 'Leiding - Rioolpersleiding' mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bedoelde leiding worden gebouwd;
  2. b. De oppervlakte en de bouwhoogte van een gebouw mogen niet meer dan respectievelijk 10 m² en 3 m bedragen.

32.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden

  1. a. Het is verboden op of in de in lid 32.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
    1. 1. het aanbrengen van hoogopgaande en/of diepwortelende beplanting, bijvoorbeeld rietbeplanting;
    2. 2. het wijzigen van het maaiveldniveau door ontgronding of ophoging;
    3. 3. het verrichten van grondroeractiviteiten dieper dan 50 cm;
    4. 4. het indrijven van voorwerpen in de bodem;
    5. 5. diepploegen;
    6. 6. het aanbrengen van gesloten verhardingen;
    7. 7. het permanent opslaan van goederen waaronder ook begrepen het opslaan van afvalstoffen;
    8. 8. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen;
    9. 9. het plaatsen van onroerende objecten, zoals lichtmasten, wegwijzers en ander straatmeubilair;
  1. b. Het verbod als bedoeld in sub a is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
    1. 1. voorkomen op de beplantingslijst van de leidingbeheerder;
    2. 2. mechanisch worden uitgevoerd en daarmee vallen onder de werking van de Wet Informatie Uitwisseling Ondergrondse Netwerken;
    3. 3. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
    4. 4. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning;
    5. 5. normaal onderhoud betreffen of worden uitgevoerd t.b.v. de instandhouding van de leiding(en);
  1. c. De werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden bedoeld in sub a zijn slechts toelaatbaar indien dit niet strijdig is met de belangen van de leidingen;
  1. d. Alvorens omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning zoals bedoeld in sub a te beslissen, wint het bevoegd gezag tijdig schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade;

Artikel 33 Waarde - Archeologie 1

33.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden in de bodem.

33.2 Bouwregels

33.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit (archeologisch) onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.

33.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden

33.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 1' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.

Artikel 34 Waarde - Archeologie 2

34.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden in de bodem.

34.2 Bouwregels

34.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit (archeologisch) onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.

34.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden

34.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.

Artikel 35 Waarde - Archeologische Verwachting 1

35.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologische Verwachting 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.

35.2 Bouwregels

35.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit (archeologisch) onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.

35.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden

35.5 Wijzigingsbevoegdheid

  1. a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologische Verwachting 1' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is;
  2. b. de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologische Verwachting 1' te wijzigen in 'Waarde -Archeologie 1' of 'Waarde - Archeologie 2', indien uit nader archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudenswaardige archeologische waarden aanwezig zijn.

Artikel 36 Waarde - Archeologische Verwachting 2

36.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologische Verwachting 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.

36.2 Bouwregels

36.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit (archeologisch) onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.

36.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden

36.5 Wijzigingsbevoegdheid

  1. a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologische Verwachting 2' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is;
  2. b. de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologische Verwachting 2' te wijzigen in 'Waarde -Archeologische Verwachting 1' of 'Waarde - Archeologie 2', indien uit nader archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudenswaardige archeologische waarden aanwezig zijn.

Artikel 37 Waarde - Archeologische Verwachting 3

37.1 Bestemmingsomschrijving

(-)

37.2 Bouwregels

37.3 Nadere eisen

(-)

37.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden

37.5 Wijzigingsbevoegdheid

(-)

Hoofdstuk 3 Algemene Regels

Artikel 38 Anti-dubbeltelbepaling

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 39 Algemene Bouwregels

Bouwen langs wegen en water

  1. a. Onverminderd het overigens in deze regels met betrekking tot het bouwen bepaalde, mag of mogen op en in gronden die grenzen aan de gronden als bedoeld in:
    1. 1. Artikel 23 (Verkeer) uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, waarbij het onderstaande van toepassing is:
Soort weg Afstanden waarbinnen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden gebouwd*
Snelwegen met gescheiden rijstroken, op- en afritten en bermen 100 m
Doorgaande gebiedsontsluitingswegen met bijbehorende parkeerstroken. Opstelstroken, fiets- en voetpaden, bermen en bermsloten 30 m
Lokale stroomwegen met bijbehorende fiets- en voetpaden, bermen en bermsloten 20 m
Fiets- en voetpaden, bermen en bermsloten 10 m

*De genoemde afstanden zijn loodrecht gemeten vanuit de as van de weg;

    1. 1. Artikel 25 (Verkeer - Railverkeer) binnen een afstand van 30 m, loodrecht gemeten uit de buitenste spoorstaaf, uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde worden opgericht;
    2. 2. Artikel 26 (Water) binnen een afstand van 5 m, loodrecht gemeten op de bestemmingsgrens, geen bebouwing worden opgericht;
  1. b. Indien de afstand van de bestaande bebouwing tot aan de onder sub a 1, 2 en 3 bedoelde gronden minder bedraagt dan aldaar is aangegeven, is deze afstand eveneens toegestaan;
  2. c. Het bevoegd gezag kan, na schriftelijk advies te hebben ingewonnen van de desbetreffende weg- of railbeheerder omtrent de aanvaardbaarheid daarvan uit oogpunt van wegbeheer en verkeersveiligheid, bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in sub a.1 en a 2 ten behoeve van het bouwen:
    1. 1. op een kleinere afstand tot de as van de weg of van de op- of afrit dan zoals genoemd onder a 1;
    2. 2. op een kleinere afstand gemeten vanuit de buitenste spoorstaaf dan zoals genoemd onder a 2;
  3. d. Het bevoegd gezag kan, na schriftelijk advies te hebben ingewonnen van de beheerder van de betreffende watergang omtrent de waterstaatkundige aanvaardbaarheid daarvan, bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in sub a 3 ten behoeve van het bouwen tot aan de bestemmingsgrens van die gronden.

Artikel 40 Algemene Gebruiksregels

40.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik in strijd met deze regels wordt in ieder geval gerekend:

  1. a. het gebruik van de onbebouwde grond en/of de daarop aanwezige bebouwing ten behoeve van seksbedrijven;
  2. b. het gebruik van de onbebouwde grond en/of de daarop aanwezige bebouwing ten behoeve van een evenement voor zover dat evenement, inclusief opbouw- en afbraakperiode, langer duurt dan 5 dagen en/of voor zover dat evenement leidt tot een wezenlijke inbreuk op de bestemming en uitgezonderd die evenementen waarvoor ingevolge Artikel 42 sub c bij omgevingsvergunning is afgeweken van deze planregels;
  3. c. het gebruik van bijgebouwen voor permanente of tijdelijke bewoning;
  4. d. het gebruik van gronden ten behoeve van lawaaisporten, tenzij die sporten als onderdeel zijn aan te merken van het, op grond van deze regels toegestane gebruik;
  5. e. een gebruik van gronden als stort- en /of opslagplaats van grond en/of afval, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;
  6. f. een gebruik van gronden als stallings- en/of opslagplaats van één of meer aan het gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud.

40.2 Uitzondering strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik met deze regels wordt in ieder geval niet gerekend het gebruik van (voormalig) agrarische bedrijfsgebouwen ten behoeve van sociaal culturele activiteiten voor zover:

  1. a. dat gebruik plaatsvindt in een aaneengesloten periode niet langer dan 6 maanden per kalenderjaar;
  2. b. geen bouwkundige voorzieningen ten behoeve van dit gebruik worden getroffen;
  3. c. dat gebruik niet betreft het houden van feesten en partijen en andere horeca-gerelateerde activiteiten;
  4. d. dat gebruik niet gericht is op het bieden van nachtverblijf;
  5. e. dat gebruik niet leidt tot buitenopslag;
  6. f. parkeren op het eigen erf plaatsvindt;
  7. g. dat gebruik niet leidt tot een blijvende ongeschiktheid van het meest doelmatige gebruik van het gebouw;
  8. h. dat gebruik niet leidt tot onveilige situaties.

Artikel 41 Algemene Aanduidingsregels

41.1 Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied

  1. a. Ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' zijn de gronden mede bestemd voor de waterwinning en de bescherming van de kwaliteit van het grondwater;
  2. b. Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten behoeve van de andere, expliciet aan deze gronden toegekende bestemmingen worden gebouwd.

41.2 Milieuzone - waterwingebied

  1. a. Ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - waterwingebied' zijn de gronden mede bestemd voor een waterwingebied en daarbij behorende voorzieningen;
  2. b. In afwijking van hetgeen is bepaald in de regels met betrekking tot het bouwen mogen op deze gronden, zoals bedoeld in sub a, enkel bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd ten dienste van de functies genoemd in sub a. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
    1. 1. de bouwhoogte van palen, masten en technische installaties mag niet meer bedragen dan 10 m;
    2. 2. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 2 m;
  3. c. Het gestelde onder sub b is niet van toepassing op gronden met de bestemming 'Bedrijf -Nutsvoorziening'.

41.3 Milieuzone - windturbine

Ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - windturbine' worden de op die gronden voorkomende (bedrijfs)woningen, op de percelen Netterdseweg 2 en Meilandsedijk 4, tevens aangemerkt als participantenwoning behorende bij de bestemming 'Bedrijf - Windturbine'.

41.4 Vrijwaringszone - molenbiotoop

41.5 Veiligheidszone - lpg

41.6 Veiligheidszone - bevi

41.7 Veiligheidszone - schietbaan

Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszone - schietbaan' is menselijk verblijf of menselijke activiteit niet toegestaan gedurende het in bedrijf zijn van de schietbaan.

41.8 Geluidszone - industrie

Het is verboden om ter plaatse van de aanduiding 'Geluidszone - industrie' nieuwe geluidsgevoelige functies te realiseren, tenzij uit akoestisch rapport blijkt dat wordt voldaan of kan worden voldaan aan de geluidsnormen op grond van de Wet geluidhinder.

41.9 Waarden

41.10 Overige zone - GNN

Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - GNN' zijn de gronden tevens bestemd voor bescherming, behoud, herstel of de duurzame ontwikkeling van de ecologische waarden (biodiversiteit) en kenmerken van de onderscheiden gebieden. Centraal staat de bescherming van de kernkwaliteit De kernkwaliteiten bestaan uit bestaande natuurwaarden, uit nog te ontwikkelen potentiële waarden en de omgevingscondities zoals stilte, een en ander zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels.

41.11 Overige zone - GO

Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - GO' zijn de gronden tevens bestemd voor een (substantiële) versterking van de samenhang tussen aangrenzende en inliggende natuurgebieden. In de Groene Ontwikkelingszone is doelstelling gericht op het bevorderen van de samenhang tussen de natuurgebieden en het zoneren van de overgangen tussen natuurbestemmingen en andere functies, een en ander door het beschermen van bos en het versterken van de kernkwaliteiten van natuur en landschap.

De kernkwaliteiten zijn:

  1. 1. de samenhang met aangrenzende natuurgebieden;
  2. 2. de aanwezige en nog te ontwikkelen natuurwaarden (in het bijzonder de ecologische verbindingszones);
  3. 3. de landschappelijke, cultuurhistorische, geomorfologische en archeologische waarden;
  4. 4. de abiotische kwaliteiten stilte, donkerte, openheid en 'rust' (omgevingscondities).

Een en ander zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels.

41.12 Waardevol landschap

Ter plaatse van de aanduiding 'Waardevol landschap' zijn de gronden tevens bestemd voor behoud en versterking van de kernkwaliteiten van het waardevol landschap, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels.

41.13 Overige zone - GO-EVZ

Ter plaatse van de aanduiding 'GO-EVZ' zijn de gronden tevens bestemd voor bescherming, behoud, herstel of duurzame ontwikkeling van de ecologische waarden en kenmerken, alsmede het voorkomen van significante effecten op kernkwaliteiten en omgevingscondities, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels.

Artikel 42 Algemene Afwijkingsregels

Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de landschappelijke (kern-)kwaliteiten, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden, bij een omgevingsvergunning afwijken van deze planregels:

  1. a. indien er afwijkingen zijn ten aanzien van de ligging van bestemmings- en bebouwingsgrenzen welke noodzakelijk zijn ter aanpassing van het plan aan de bij uitmeting blijkende werkelijke toestand van het terrein, mits die afwijkingen ten opzichte van hetgeen is aangegeven niet meer dan 5 m bedragen;
  2. b. voor afwijkingen van regels, gesteld ten aanzien van maten en percentages, mits die afwijkingen beperkt blijven tot ten hoogste 10% van de in het plan aangegeven maten en percentages. Deze afwijking geldt niet voor maten met betrekking tot:
    1. 1. de inhoud van wooneenheden;
    2. 2. de oppervlakte van bijgebouwen op locaties met de nadere aanduiding 'specifieke vorm van wonen-cultureel medegebruik' en 'specifieke vorm van wonen-sport';
    3. 3. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen binnen de bestemmingen: 'Bedrijf', 'Bedrijf -Energiepark', 'Bedrijf - Nutsvoorziening', 'Detailhandel', 'Horeca', 'Maatschappelijk', 'Recreatie - Dagrecreatie', 'Recreatie - Verblijfsrecreatie', 'Sport' en 'Sport - Manege';
    4. 4. de bouwhoogte, tiphoogte en rotordiameter van windturbines;
  3. c. voor een gebruik van een terrein als evenemententerrein voor meerdaagse evenementen, tot een maximum van 3 evenementen per jaar, voor ten hoogste 15 dagen per evenement, inclusief opbouw- en afbraakperiode, mits het evenement niet leidt een onomkeerbare inbreuk op de bestemming dan wel de aan deze bestemming verbonden waarden, en daaraan door het stellen van voorwaarden niet voldoende tegemoet kan worden gekomen;
  4. d. ten behoeve van het bouwen van niet voor bewoning bestemde (al dan niet ondergrondse) bouwwerken voor nutsvoorzieningen, zoals gasdruk- regelstations, wachthuisjes, telefooncellen en transformatorhuisjes, uitgezonderd verkooppunten van motorbrandstoffen, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 3 m en de inhoud, voor zover boven peil, niet meer dan 50 m3 mag bedragen;
  5. e. ten behoeve van het vergroten van de inhoud van (bedrijfs)woningen welke de maximaal mogelijke inhoud reeds hebben bereikt, voor zover deze inhoudsvergroting uit oogpunt van woningisolatie en als gevolg daarvan te treffen voorzieningen, is aangetoond en voor zover deze voorzieningen niet afdoende kunnen worden getroffen met toepassing van lid b in dit artikel én mits is aangetoond dat zonder inhoudsvergroting woningisolatie niet tot de mogelijkheden behoort.

Artikel 43 Algemene Wijzigingsregels

43.1 Wijzigingen ten behoeve van agrarische bedrijven in de bestemmingen Agrarisch en Agrarisch met waarden

43.2 Wijziging naar wonen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om de volgende bestemmingen te wijzigen naar de bestemming 'Wonen' (niet zijnde een wijziging als bedoeld in artikel 43.3) conform de navolgende subleden van dit artikel.

  • Agrarisch
  • Agrarisch - Paardenhouderij
  • Agrarisch met waarden
  • Bedrijf
  • Detailhandel
  • Horeca
  • Maatschappelijk

Bij de toepassing van deze wijzigingsbevoegdheden dienen de volgende voorwaarden in acht te worden genomen:

  1. a. er dient ten minste 1 bedrijfswoning aanwezig te zijn;
  2. b. de agrarische activiteiten dan wel bedrijfsmatige activiteiten ter plaatse dienen te zijn beëindigd;
  3. c. aangegeven dient te worden dat voor zover van toepassing tot intrekking van de milieurechten kan worden overgegaan;
  4. d. het aantal woningen mag niet toenemen;
  5. e. omliggende functies worden door de wijziging niet belemmerd.

43.3 Functieverandering naar wonen

43.4 Functieverandering naar werken

  1. a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de gronden met de bestemmingen:
    - Agrarisch
    - Agrarisch - Paardenhouderij
    - Agrarisch met waarden

te wijzigen om de niet-agrarische werkfuncties die zijn genoemd in sub b te realiseren in de gebieden genoemd in sub c. Daarbij mag de oppervlakte van de functies niet meer bedragen dan aangegeven in sub c, tenzij sprake is van bijzonderheden zoals die in of bij de tabel zijn opgenomen. Bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid dienen de volgende voorwaarden in acht te worden genomen:

  1. 1. door hergebruik van bebouwing in het buitengebied worden de bestaande (agrarische) bedrijven en gevoelige functies in de omgeving niet belemmerd;
  2. 2. 2. (-)

2a. er dient sprake te zijn van een agrarisch bouwvlak welke in de nieuwe situatie komt te

vervallen;

2b. er dient een oppervlakte aan gebouwen te worden gesloopt zoals in de tabel onder c

staat aangegeven tenzij in of bij deze tabel is aangegeven dat van sloop kan worden afgezien;

  1. 3. (-)
  2. 4. functieverandering mag niet leiden tot beperking van ontwikkelingsmogelijkheden voor de landbouw voor gronden ter plaatse van de aanduiding 'grondgebonden landbouw' en 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied';
  3. 5. functieverandering van vrijgekomen gebouwen mag niet leiden tot knelpunten in de verkeersafwikkeling, dan wel een ten opzichte van de bestaande situatie onaanvaardbare verkeersaantrekkende werking;
  4. 6. functieverandering mag niet leiden tot aantasting van landschappelijke waarden en natuurwaarden, waarvan laatstgenoemde door middel van onderzoek flora en fauna dient te worden aangetoond;
  5. 7. indien de functieveranderingslocatie is gelegen binnen gronden ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - GNN', 'Overige zone - GO' en 'Overige zone - GO-EVZ', mogen de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels, niet significant worden aangetast, tenzij door het stellen van compenserende of mitigerende maatregelen hieraan voldoende tegemoet kan worden gekomen;
  6. 8. (-)
  7. 9. indien de functieveranderingslocatie is gelegen op gronden ter plaatse van de aanduiding 'Waardevol landschap', mag geen afbreuk worden gedaan aan de kernkwaliteiten van het waardevol landschap, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels;
  8. 10. 10. indien de functieveranderingslocatie is gelegen ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' mag de nieuwe functie niet leiden tot een hoger risico voor het grondwater in vergelijking met de situatie vóór functieverandering;
  9. 11. de bedrijfsfunctie(s) wordt in de bestaande gebouwen uitgeoefend met dien verstande dat de oppervlakte en in de inhoud van de gebouwen niet mag worden vergroot;

11a. de bedrijvigheid heeft een maximale hinderafstand van 50 m overeenkomstig de VNG brochure 'Bedrijven en Milieuzonering' (cat. 3.1), tenzij sprake is van gebiedsgebonden functie in welk geval een bedrijf met een hinderafstand van maximaal 100 meter (cat. 3.2) is toegestaan voor zover de omgeving dat mogelijk maakt;

  1. 12. bedrijvigheid zoals vermeld onder 2a in de Bijlage 6 bij deze regels 'Lijst van bedrijvigheid' niet is toegestaan; (-)
  2. 13. (-)
  3. 14. (-)
  4. 15. (-)
  5. 16. bodemonderzoek heeft aangetoond dat de bodem geschikt is voor het beoogde gebruik, dan wel daarvoor geschikt kan en zal worden gemaakt;
  6. 17. uit onderzoek (in geval van een geurgevoelige functie) is gebleken dat ter plaatse van de functieveranderingslocatie sprake is van een aanvaardbaar leefklimaat voor wat betreft het aspect geur;
  7. 18. is aangetoond dat de luchtkwaliteit geen belemmering vormt voor de functieverandering, alsmede dat de functieverandering geen negatieve gevolgen heeft voor de luchtkwaliteit;
  8. 19. een watertoets heeft aangetoond dat de functieverandering geen negatieve gevolgen heeft voor de waterhuishouding c.q. het watersysteem;
  9. 20. is aangetoond dat wordt voldaan aan de normstelling in het kader van de externe veiligheid;
  10. 21. functieverandering naar werken niet is toegestaan binnen de indicatieve magneetveldzone van een hoogspanningsleiding tenzij het object niet magneetveldgevoelig is of onderzoek heeft uitgewezen dat de locatie niet is gelegen binnen de specifieke magneetveldzone;
  11. 22. landschappelijke inpassing van het erf plaatsvindt;
  12. 23. de economische uitvoerbaarheid wordt aangetoond;
  13. 24. In geval op een functieveranderingslocatie sprake is van een bedrijfswoning, wordt deze in de nieuwe situatie bestemd tot 'bedrijfswoning' bij het te vestigen bedrijf;
  1. b. De functies die gerealiseerd mogen worden door middel van een wijzigingsbevoegdheid zijn genoemd in tabel 1 en uitgewerkt in Bijlage 6 'Lijst van bedrijvigheid' bij de regels. Indien functies naar aard en omvang gelijk te stellen zijn met deze functies, zijn ook deze functies toegestaan.
  2. c. In tabel 1 is de maximale omvang van de functie per gebied aangegeven:

Tabel 1

Aanduiding Agrarisch verwant en gebiedsgebonden (loonwerk of ander dienstverlenend bedrijf aan de landbouw) Gebiedsgebonden (paardenpension, caravanstalling, dierenasiel en andere aan het buitengebied gelieerde bedrijvigheid
Niet gebiedsgebonden (schildersbedrijf, aannemers- of bouwbedrijf, hoveniersbedrijf, reparatiebedrijf) Milieucategorie 2 en 2 Niet gebiedsgebonden bedrijf > milieucategorie 2 tot max 3.2 Aanvullende vereveningsbijdrage
'Overigezone - GNN' - - - -
'Overigezone - GO' en 'overige zone - GO-EVZ' 25% oppervlaktereductie*

tot max. 1.000 m²***
25% oppervlaktereductie*


tot max. 750 m²***
50% oppervlaktereductie*


tot max. 750 m²***
- Goede landschappelijke inpassing en natuuraanleg ter grootte van de te slopen oppervlakte aan gebouwen.
'Waardevollandschap' 25% oppervlaktereductie*

tot max. 1.000 m²***
25% oppervlaktereductie*

tot max. 750 m²***
50% oppervlaktereductie*


tot max. 750 m²***
50% oppervlaktereductie*
tot max. 500 m²***
Goede landschappelijke inpassing (geen buitenopslag toegestaan).
'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied'** 25% oppervlaktereductie*

tot max. 1.000 m²***
25% oppervlaktereductie*


tot max. 750 m²***
50% oppervlaktereductie*


tot max. 750 m²***
50% oppervlaktereductie* tot max. 500 m²*** Goede landschappelijke inpassing.
'grondgebonden landbouw' ** 25% oppervlaktereductie*

tot max. 1.000 m²***
25% oppervlaktereductie*


tot max. 750 m²***
50% oppervlaktereductie*


tot max. 750 m²***
50% oppervlaktereductie* tot max. 500 m²*** Goede landschappelijke inpassing.
'overige gronden'
(Multifunctioneel platteland)
Geen oppervlaktereductie noodzakelijk




tot max. 1.000 m²***
25% oppervlaktereductie over het meerdere van 1.250 m² indien meer dan 1.250 m² aanwezig is*

tot max. 1.000 m²***
25% oppervlaktereductie*






tot max. 1.000 m²***
50% oppervlaktereductie*


tot max. 1.000 m²***
Goede landschappelijke inpassing.
'overige gronden' (Multifunctioneel platteland A12-zone) zoals vermeld onder 3 van bijlage 6 bij deze regels Geen oppervlaktereductie noodzakelijk

Bestaande oppervlakte aan gebouwen mag volledig voor de nieuwe werkfunctie in gebruik worden genomen
25% oppervlaktereductie over het meerdere van 1.250 m² indien meer dan 1.250 m² aanwezig is*

tot max. 1.250 m²***
25% oppervlaktereductie*

tot max. 1.000 m²***
50% oppervlaktereductie*

tot max. 1.000 m²***
Goede landschappelijke inpassing.

*Indien sprake is van monumentale gebouwen en deze in gebruik worden genomen ten behoeve van de functie, dan wordt de vereveningsbijdrage gevormd door de instandhouding van deze gebouwen. In dat geval is tevens een oppervlakte toegestaan ter grootte van de omvang van deze gebouwen

(Voormalige of vrijgekomen) bedrijfsgebouwen die worden gebruikt ten behoeve van de bouw van praalwagens voor sociaal-culturele activiteiten worden niet meegeteld in de bestaande oppervlakte aan gebouwen waarover de sloopreductie wordt bepaald voor zover de specifieke behoefte daaraan wordt aangetoond en deze bedrijfsbebouwing gedurende een periode van ten minste 10 jaar voor dit gebruik beschikbaar wordt gesteld;

**Voor alle omzettingen geldt een zware motiveringsplicht ten aanzien van het opwerpen van belemmeringen voor de landbouw die het primaat heeft in het gebied;

***Een grotere omvang is toegestaan wanneer aan de opgegeven sloopreductie wordt voldaan en daarnaast 1 gebouw in gebruik wordt genomen waarvan de omvang groter is, dan volgens de in de tabel maximaal opgegeven oppervlakte is toegestaan.

43.5 Wijziging naar natuur

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het omzetten van gronden met de bestemming 'Agrarisch' en/of 'Agrarisch met waarden' welke zijn aangeduid met 'Overige zone - GNN', 'Overige zone - GO' en 'Overige zone - GO-EVZ' naar de bestemming 'Natuur', mits:

  1. a. de agrarische functie van de aangrenzende, niet bij het bedrijf behorende gronden en bebouwing niet onevenredig wordt belemmerd;
  2. b. de invulling in overeenstemming is het landschapsbeleid van de gemeente;
  3. c. (-)
  4. d. de gerechtigden ten aanzien van de betreffende gronden zulks wensen.

43.6 Functieverandering naar recreatie en maatschappelijk/zorg

  1. a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de gronden met de bestemmingen:
    - Agrarisch
    - Agrarisch - Paardenhouderij
    - Agrarisch met waarden
    te wijzigen om de niet-agrarische functies die zijn genoemd in sub b te realiseren in de gebieden genoemd in sub c. Daarbij mag de oppervlakte van de functies niet meer bedragen dan aangegeven in sub c, tenzij sprake is van bijzonderheden zoals die in of bij de tabel zijn opgenomen. Bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid dienen de volgende algemene voorwaarden in acht te worden genomen:
    1. 1. door hergebruik van bebouwing in het buitengebied worden de bestaande agrarische bedrijven en gevoelige functies in de omgeving niet belemmerd;
    2. 2. er dient sprake te zijn van een agrarisch bouwvlak welke in de nieuwe situatie komt te vervallen;
    3. 3. er dient een oppervlakte aan gebouwen te worden gesloopt zoals in de tabel onder c staat aangegeven tenzij in of bij deze tabel is aangegeven dat van sloop kan worden afgezien;
    4. 4. functieverandering mag niet leiden tot beperking van ontwikkelingsmogelijkheden voor de landbouw voor gronden ter plaatse van de aanduiding 'grondgebonden landbouw' en 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied';
    5. 5. functieverandering van vrijgekomen gebouwen mag niet leiden tot knelpunten in de verkeersafwikkeling, dan wel een ten opzichte van de bestaande situatie onaanvaardbare verkeersaantrekkende werking;
    6. 6. functieverandering mag niet leiden tot aantasting van landschappelijke waarden en natuurwaarden, waarvan laatstgenoemde door middel van onderzoek flora en fauna dient te worden aangetoond;
    7. 7. indien de functieveranderingslocatie is gelegen binnen gronden ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - GNN', 'Overige zone - GO' en 'Overige zone - GO-EVZ', mogen de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels, niet significant worden aangetast, tenzij door het stellen van compenserende of mitigerende maatregelen hieraan voldoende tegemoet kan worden gekomen;
    8. 8. indien de functieveranderingslocatie is gelegen op gronden ter plaatse van de aanduiding 'Waardevol landschap', mag geen afbreuk worden gedaan aan de kernkwaliteiten van het waardevol landschap, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels;
    9. 9. indien de functieveranderingslocatie is gelegen ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' mag de nieuwe functie niet leiden tot een hoger risico voor het grondwater in vergelijking met de situatie vóór functieverandering;
    10. 10. de bedrijfsfunctie(s) wordt in de bestaande gebouwen uitgeoefend met dien verstande dat de oppervlakte en de inhoud van de gebouwen niet mag worden vergroot en met dien verstande dat onlosmakelijk met de functie verbonden ondergeschikte buitenactiviteiten eveneens zijn toegestaan;
    11. 11. de functie heeft een maximale hinderafstand van 50 m overeenkomstig de VNG brochure 'Bedrijven en Milieuzonering' (cat. 3.1);
    12. 12. Horeca is uitsluitend toegestaan voor zover genoemd onder 4 in de Bijlage 6 bij deze regels 'Lijst van bedrijvigheid' en met dien verstande dat in geval van een zelfstandige horecafunctie in afwijking van het gestelde in de tabel de oppervlakte daarvan max. 150 m² bedraagt en max 75 m² in combinatie met en ondersteunend aan een andere recreatieve/maatschappelijke hoofdfunctie;
    13. 13. Een zelfstandige detailhandelfunctie is uitsluitend toegestaan in de vorm van een landlevenwinkel of verkoop van streekeigen producten en met dien verstande dat in dat geval de oppervlakte daarvan niet meer bedraagt dan 100 m² en voor zover sprake van een aan de recreatieve of maatschappelijke functie ondergeschikte en daaraan ondersteunende detailhandelsactiviteit, deze geen grotere oppervlakte mag hebben dan 50 m²;
    14. 14. bodemonderzoek heeft aangetoond dat de bodem geschikt is voor het beoogde gebruik dan wel daarvoor geschikt kan en zal worden gemaakt;
    15. 15. uit onderzoek (in geval van een geurgevoelige functie) is gebleken dat ter plaatse van de functieveranderingslocatie sprake is van een aanvaardbaar leefklimaat voor wat betreft het aspect geur;
    16. 16. is aangetoond dat de luchtkwaliteit geen belemmering vormt voor de functieverandering, alsmede dat de functieverandering geen negatieve gevolgen heeft voor de luchtkwaliteit;
    17. 17. een watertoets heeft aangetoond dat de functieverandering geen negatieve gevolgen heeft voor de waterhuishouding c.q. het watersysteem;
    18. 18. is aangetoond dat wordt voldaan aan de normstelling in het kader van de externe veiligheid;
    19. 19. functieverandering naar recreatie en maatschappelijk/zorg niet is toegestaan binnen de indicatieve magneetveldzone van een hoogspanningsleiding tenzij het object niet magneetveldgevoelig is of onderzoek heeft uitgewezen dat de locatie niet is gelegen binnen de specifieke magneetveldzone;
    20. 20. landschappelijke inpassing van het erf plaatsvindt;
    21. 21. de economische uitvoerbaarheid wordt aangetoond;
  1. b. De functies die gerealiseerd mogen worden door middel van een wijzigingsbevoegdheid zijn vermeld onder 4 (recreatieve functies) en 7 (maatschappelijk zorg) in Bijlage 6 bij deze regels 'Lijst van bedrijvigheid' met dien verstande dat recreatieve functies die daarmee naar aard en omvang vergelijkbaar zijn en voor zover niet genoemd onder 4 en 7 van die bijlage, eveneens zijn toegestaan;
  1. c. In tabel 1 is de maximale omvang van de functie per gebied aangegeven:
Recreatie***** Maatschappelijk/zorg **** Aanvullende vereveningsbrijdage
'Overige zone - GNN' 50% oppervlaktereductie. Max. 500 m²*** 50%
oppervlaktereductie
Max. 500 m²***
Goede landschappelijke inpassing en aanleg van nieuwe natuur ter grootte van de oppervlakte van de te slopen gebouwen.
'Overige zone - GO' en 'overige zone - GO-EVZ' 25% oppervlaktereductie
Max. 750 m²***
25% oppervlaktereductie
Max. 750 m²***
Goede landschappelijke inpassing en aanleg van nieuwe natuur.
Waardevol landschap 25% oppervlaktereductie
Max. 750 m²***
25% oppervlaktereductie
Max. 750 m²***
Goede landschappelijke inpassing (geen buitenopslag toegestaan).
'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied' - - -
'grondgebonden landbouw' ** 50% oppervlaktereductie*
Max. 750 m²***
50% oppervlaktereductie*
Max. 750 m²***
Goede landschappelijke inpassing.
'overige gronden'
(Multifunctioneel platteland)
25% oppervlaktereductie
Max. 750 m²***
25%
oppervlaktereductie
Max. 750 m²***
Goede landschappelijke inpassing.

*Indien sprake is van monumentale gebouwen en deze in gebruik worden genomen ten behoeve van de functie, dan wordt de vereveningsbijdrage gevormd door de instandhouding van deze gebouwen. In dat geval is tevens een oppervlakte toegestaan ter grootte van de omvang van deze gebouwen;

**Voor alle omzettingen geldt een zware motiveringsplicht ten aanzien van het opwerpen van belemmeringen voor de landbouw die het primaat heeft in het gebied;

***Een grotere omvang is toegestaan wanneer aan de opgegeven sloopreductie wordt voldaan en daarnaast 1 gebouw in gebruik wordt genomen waarvan de omvang groter is, dan volgens de in de tabel maximaal opgegeven oppervlakte is toegestaan;

****Voor zover sprake van een dagopvang of een andere specifieke zorgfunctie dient sprake te zijn van een locatie die zich qua omgevingsfactoren leent voor een dergelijke zorgfunctie, in welk kader een specifiek zorgadvies wordt uitgebracht;

*****Voor zover de locatie is gelegen binnen de gebieden 'Stroombroek' en de 'Nevelhorst' zoals vermeld onder 5 in bijlage bij deze regels 'Lijst van bedrijvigheid' wordt met inbegrip van de te slopen oppervlakte de maximale oppervlakte die in de tabel voor de recreatieve functie in gebruik mag worden genomen, opgehoogd met 250 m².

43.7 Wijziging vormgeving/uitbreiding bestemmingsvlak Wonen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het verschuiven en/of vergroten van het bestemmingsvlak 'Wonen', mits:

  1. a. het geen bestemmingsvlak betreft welke onderdeel vormt van een functieveranderingslocatie, zoals opgenomen in Bijlage 7 bij deze regels;
  2. b. het bestemmingsvlak in de nieuwe situatie een compacte vorm heeft en voor ten minste 50% van de oppervlakte van de daarin begrepen gronden, de zelfde gronden blijft omvatten als ten tijde van het inwerkingtreden van het plan;
  3. c. het bestemmingsvlak met niet meer dan 50% wordt vergroot en de noodzaak hiertoe is aangetoond (exclusief toegangsweg);
  4. d. de wijziging niet tot gevolg mag hebben dat hiermee bebouwing buiten het bestemmingsvlak komt te liggen;
  5. e. de gronden die in de nieuwe situatie buiten het bestemmingsvlak komen te vallen, wederom geschikt worden gemaakt ten behoeve van agrarisch gebruik;
  6. f. omliggende functies en waarden door de wijziging niet onevenredig worden belemmerd;
  7. g. landschappelijke inpassing plaatsvindt van het gehele bestemmingsvlak;
  8. h. de oppervlakte aan gebouwen niet toeneemt.

43.8 Wijziging vormgeving/uitbreiding bestemmingsvlak 'Bedrijf'

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten einde de vorm van het bestemmingsvlak van de bestemming 'Bedrijf' of 'bedrijf met de nadere aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bestaand bedrijf', te wijzigen of het bestaande bestemmingsvlak te vergroten met dien verstande dat

  1. a. de bedrijfseconomische noodzaak voor de wijziging wordt aangetoond;
  2. b. het geen locatie betreft waarvoor op de verbeelding een specifiek bouwvlak is opgenomen;
  3. c. het bestemmingsvlak in de nieuwe situatie een compacte vorm heeft en voor ten minste 50% van de oppervlakte van de daarin begrepen gronden, de zelfde gronden blijft omvatten als ten tijde van het inwerkingtreden van het moederplan;
  4. d. het bestemmingsvlak (exclusief toegangsweg) met niet meer dan 20% wordt vergroot en in dat geval is aangetoond dat verplaatsing naar een bedrijventerrein uit bedrijfsmatige en/of bedrijfseconomische overwegingen, niet mogelijk is;
  5. e. de wijziging niet tot gevolg mag hebben dat hiermee bebouwing buiten het bestemmingsvlak komt te liggen;
  6. f. omliggende functies en waarden door de wijziging niet onevenredig worden belemmerd;
  7. g. landschappelijke inpassing plaatsvindt van het gehele bestemmingsvlak;
  8. h. de gronden die in de nieuwe situatie buiten het bestemmingsvlak komen te vallen wederom geschikt worden gemaakt ten behoeve van agrarisch gebruik.

43.9 Wijziging naar recreatie

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone – wijzigingsgebied' aan de Oud Arnhemseweg te wijzigen naar de bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' met de nadere bestemming '(sport)visvijver met daarbijbehorende recreatieve voorzieningen, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  1. a. de totale oppervlakte aan gebouwen mag niet meer dan 1.000 m2;
  2. b. de oppervlakte van het ontvangstgebouw bedraagt niet meer dan 500 m², waarbij de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 6 meter;
  3. c. er worden niet meer dan 20 verblijfsobjecten in de vorm van vissershutten gerealiseerd met een maximale oppervlakte van 25 m² per vissershut exclusief vissteiger van maximaal 150 m² per vissershut;
  4. d. de hoogte van een vissershut bedraagt niet meer dan 3 meter;
  5. e. de oppervlakte van het kampeerterrein bedraagt niet meer dan 5.000 m².
  6. f. omliggende functies mogen als gevolg van de ontwikkeling niet worden belemmerd;
  7. g. is aangetoond dat de ontwikkeling uitvoerbaar is binnen wetgeving op het gebied van geluid, luchtkwaliteit, bodem, geur, flora en fauna, water en archeologie;
  8. h. is aangetoond dat de ontwikkeling niet leidt tot knelpunten in de verkeersafwikkeling c.q. de parkeerbehoefte binnen het terrein kan worden opgevangen;
  9. i. is aangetoond dat de wettelijk noodzakelijke natuurcompensatie is verzekerd;
  10. j. het terrein wordt landschappelijk ingepast.

Artikel 44 Algemene Procedureregels

Bij de voorbereiding van een besluit tot het stellen van nadere eisen op grond van het bepaalde in de regels van dit plan is de navolgende voorbereidingsprocedure van toepassing:

  1. a. voorafgaand aan de terinzagelegging maken burgemeester en wethouders het voornemen om nadere eisen te stellen in een huis-aan-huisblad dat in de gemeente wordt verspreid en voorts op de gebruikelijke wijze bekend;
  2. b. het ontwerpbesluit en de daarop betrekking hebbende stukken liggen gedurende twee weken voor een ieder ter inzage;
  3. c. de bekendmaking houdt de mededeling in dat belanghebbenden schriftelijk of mondeling een zienswijze over het ontwerpbesluit naar voren kunnen brengen bij burgemeester en wethouders gedurende de termijn van terinzagelegging;
  4. d. indien tegen het voornemen zienswijzen zijn ingediend, wordt het besluit omtrent het stellen van nadere eisen met redenen omkleed;
  5. e. burgemeester en wethouders stellen de indiener(s) van een zienswijze in kennis van hun besluit.

Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels

Artikel 45 Overgangsrecht

45.1 Overgangsrecht bouwwerken

  1. a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    1. 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  1. b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a. een omgevingsvergunning voor het bouwen verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met maximaal 10%.
  1. c. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

45.2 Overgangsrecht gebruik

  1. a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  1. b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  1. c. Indien het gebruik, bedoeld onder a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  1. d. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 46 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Buitengebied, geconsolideerd'.

Hoofdstuk 1 Aanleiding

Sinds 19 mei 2015 is op www.ruimtelijkeplannen.nl een geconsolideerd bestemmingsplan 'Buitengebied' van de gemeente Montferland raadpleegbaar. Het geconsolideerde bestemmingsplan 'Buitengebied' betreft een versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' waarin de wijzigingen als onderdeel van het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' (vastgesteld op 30 oktober 2014) in het 'onherroepelijke' exemplaar van het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) zijn verwerkt. De geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' heeft geen juridische rechtskracht. Aan dit plan kunnen derhalve geen rechten worden ontleend.

Inmiddels hebben er ook een tweede en een derde periodieke herziening van het bestemmingsplan 'Buitengebied' plaatsgevonden.

Het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' dat op 28 januari 2016 door de gemeenteraad is vastgesteld, voorziet uitsluitend in een aanpassing van de verbeelding en wel de aanpassing van ca. 60 bestemmingsvlakken 'wonen', alsmede het mogelijk maken van een woningsplitsing en de omzetting van twee agrarisch bouwvlakken naar de bestemming 'wonen'.

Het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' welke op 26 januari 2017 is vastgesteld, heeft hoofdzakelijk voorzien in een beleidsmatige actualisatie waaronder:

  1. 1. doorvertaling van het Gelders Natuurnetwerk (GNN) en de Groene Ontwikkelingszone (GO), alsmede een herbegrenzing van het waterwin- en grondwaterbeschermingsgebied (overeenkomstig actualisatie provinciale omgevingsvisie);
  2. 2. doorvertaling van de geactualiseerde gemeentelijke archeologische verwachtingskaart;
  3. 3. doorvertaling notitie 'Horeca en recreatie in het buitengebied van Montferland';
  4. 4. doorvertaling van de d.d. 18 december 2014 aangenomen motie inzake het tegengaan van verondiepen van waterplassen;

maar daarnaast ook in enige actualisatie op perceelniveau:

  1. a. een omzetting van agrarische bouwvlakken naar de bestemming 'wonen' daar waar de agrarische bedrijvigheid is beëindigd;
  2. b. doorvertaling verleende omgevingsvergunningen met afwijking;
  3. c. reparaties;
  4. d. een planologisch regeling voor een aantal ruimtelijk ontwikkelingen op particulier verzoek.

Nu het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' op 23 maart 2017 in werking is getreden en sindsdien wederom meerdere bestemmingsplannen moeten worden geraadpleegd om de actuele juridisch-planologische situatie op een locatie te kunnen achterhalen, is wederom behoefte ontstaan aan een nieuw geconsolideerd, gebruiksvriendelijk en leesbaar exemplaar van het bestemmingsplan 'Buitengebied' waarin alle wijzigingen als onderdeel van de eerste tot en met de derde herziening zijn opgenomen.

Hoofdstuk 2 Huidige Raadpleegbaarheid Bestemmingsplan 'Buitengebied' Met Voorbeeldlocatie

Op www.ruimtelijkeplannen.nl moeten op dit moment meerdere bestemmingsplannen worden geraadpleegd om inzicht te krijgen in de bestemming van een perceel en de daarbij behorende regels (de actueel juridische situatie).

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0002.png"

Verbeelding bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03).

Het vertrekpunt daarbij is het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03). Vervolgens dient te worden bekeken of een locatie wellicht onderdeel is van wijziging op de verbeelding van de eerste, tweede of derde periodieke herziening van het bestemmingsplan 'Buitengebied'.

Hiernaast zal de derde herziening sowieso moeten worden geraadpleegd om inzicht te krijgen in de wijzigingen die ten opzichte van het moederplan, in de regels hebben plaatsgevonden.

De wijze waarop het bestemmingsplan 'Buitengebied' op dit moment juridisch dient te worden geraadpleegd, kan het beste worden geïllustreerd aan de hand van een voorbeeld. Hiervoor is een willekeurig adres gehanteerd, te weten de locatie 'Terborgseweg 6 te Zeddam'

Bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03)

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0003.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0004.png"

De locatie Terborgseweg 6 te Zeddam is in het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) bestemd tot 'wonen'. De locatie is voorts voorzien van de dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 1', gedeeltelijk voorzien van de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone-molenbiotoop', en geheel voorzien van de gebiedsaanduidingen 'waardevol landschap', 'EHS-natuur' en 'milieuzone-grondwaterbeschermingsgebied'.

Bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening'

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0005.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0006.png"

De locatie is (hoewel onderdeel van het plangebied van de eerste herziening) geen onderdeel van wijziging op de verbeelding in het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening'. Voor wat betreft de bestemming, de dubbelbestemming, alsmede de van toepassing zijnde (gebieds)aanduidingen blijft het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) als moederplan derhalve onverkort van toepassing.

Op grond van artikel 2, lid 4 van de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' (zie bijlage 2A bij deze toelichting) wijzigt het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' op onderdelen de regels van het moederplan waarbij deze wijzigingen gelet op het bepaalde in artikel 2, lid 6 geel gemarkeerd en met doorhalingen zijn weergegeven. Onderstaand is als voorbeeld artikel 27.2.4 (bestemming 'wonen') opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0007.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0008.png"

De gele markeringen en doorhalingen zijn aanvullingen op de algemene regels van de bestemming 'wonen' (artikel 27) in het moederplan en daarmee eveneens van toepassing op de locatie Terborgseweg 6 te Zeddam.

Bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening'

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0009.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0010.png"

Hoewel onderdeel van het plangebied, is de locatie ook geen onderdeel van wijziging op de verbeelding in het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening'. Voor wat betreft de bestemming van de locatie blijft het moederplan onverkort van toepassing.

Het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' voorziet niet in een aanpassing van de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied', zoals dat geldt na de inwerkingtreding van het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening'. Op grond van artikel 2.3 zijn de regels van het moederplan inclusief de daarin met de eerste herziening aangebrachte wijzigingen derhalve onverkort van toepassing (zie bijlage 2B bij deze toelichting).

Bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening'

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0011.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0012.png"

De locatie is onderdeel van het plangebied en eveneens onderdeel van wijziging op de verbeelding in het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening'. Uit de verbeelding blijkt dat de locatie Terborgseweg 6 hierin is voorzien van de dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 2', de gebiedsaanduiding 'overige zone – grondwaterbeschermingsgebied vervallen' en de gebiedsaanduiding 'overige zone – groene ontwikkelingszone'.

Volgens artikel 2.2 van de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' (zie bijlage 2C bij deze toelichting) blijft de verbeelding van het bestemmingsplan 'Buitengebied', zoals dat geldt na de inwerkingtreding van het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening', onverkort van toepassing voor zover daarin met het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' geen wijziging is aangebracht. De enkelbestemming wijzigt niet en blijft derhalve onveranderd.

Volgens artikel 2.3 van de regels vervangt/overschrijft de nieuwe dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 2' de oude dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 1'. De enkelbestemming, alsmede de aldaar voorkomende overige dubbelbestemmingen, gebiedsaanduidingen, functieaanduidingen en overige aanduidingen zoals opgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied' blijven onverkort van toepassing, tenzij ook daarin een wijziging is aangebracht.

Dat laatste is hier ook het geval. Artikel 2.6 geeft aan dat voor zover op de verbeelding de gebiedsaanduiding 'overige zone – GO' (Groene Ontwikkelingszone) is opgenomen, aan de van toepassing zijnde gebiedsaanduiding 'overige zone – EHS-natuur' zoals deze in het bestemmingsplan 'Buitengebied(eerste herziening)' is opgenomen, alsmede aan de daaraan verbonden regels geen juridische betekenis meer toekomt. Dit betekent dat de gebiedsaanduiding 'EHS-natuur' ter plaatse is vervangen door 'overige zone-GO'.

Artikel 2.10 geeft aan dat voor zover de gebiedsaanduiding 'grondwaterbeschermingsgebied-vervallen' is opgenomen, aan de onderliggende gebiedsaanduiding 'milieuzone- grondwaterbeschermingsgebied', zoals opgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03), alsmede de daaraan verbonden regels geen juridische betekenis meer toekomt. Deze gebiedsaanduiding is ter plaatse komen te vervallen.

Hiernaast zijn met het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' wederom ook de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied' gewijzigd, zoals die gelden na de inwerkingtreding van het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening'.

Op grond van artikel 2.12 hebben de wijzigingen in de regels uitsluitend betrekking op de groen gemarkeerde tekstgedeelten. Ter illustratie is hier weer uitgegaan van artikel 27.2.4 van de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied'.

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0013.png"

De actuele juridische-planologische situatie op de locatie Terborgseweg 6 te Zeddam is als volgt na raadpleging van het bestemmingsplan 'Buitengebied' alsmede de daarop doorgevoerde periodieke herzieningen:

De locatie is bestemd tot 'wonen' met de dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 2'. De locatie is deels voorzien van de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone-molenbiotoop' en geheel voorzien van de gebiedsaanduiding 'waardevol landschap' en 'Groene Ontwikkelingszone' (EHS-natuur en grondwaterbeschermingsgebied zijn vervallen)

De wijze waarop in de huidige situatie de actueel juridisch planologische situatie op een locatie moet worden achterhaald, onderschrijft voor burgers nogmaals de noodzaak voor een nieuwe geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied'. In de nieuwe geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt de actuele-juridische planologische situatie voor de Terborgseweg 6, maar ook voor alle andere locaties binnen de begrenzing van het bestemmingsplan 'Buitengebied' in één oogopslag weergegeven.

Hoofdstuk 3 Hoe Ziet De Geconsolideerde Versie Eruit?

3.1 Juridische Status Geconsolideerde Versie

De geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' is een geïntegreerde versie van de volgende plannen:

  1. 1. het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) en de daaronder tot stand gekomen wijzigingsplannen;
    1. a. Buitengebied, wijziging Stillewaldweg 14 te Loerbeek
    2. b. Buitengebied, wijziging Vinkwijk 5 te Zeddam
    3. c. Buitengebied, wijziging Melderstraat 23 te Didam
    4. d. Buitengebied, wijziging St. Isidorusstraat 15 te Stokkum
    5. e. Buitengebied, wijziging Fluunseweg 14 te Didam
    6. f. Buitengebied, wijziging Kollenburgweg nabij nr. 3 te Didam
    7. g. Buitengebied, wijziging Kollenburgweg 6 te Didam
    8. h. Buitengebied, wijziging Groot Lobberikweg 5 en 7 te Loerbeek
  1. 2. het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' en de daaronder tot stand gekomen wijzigingsplannen;
    1. a. Buitengebied (eerste herziening), wijziging Vinkwijkseweg 23 te Zeddam
    2. b. Buitengebied (eerste herziening), wijziging Melkweg 3 te Beek
    3. c. Buitengebied (eerste herziening), wijziging Klompenhorstweg 3 te Didam
  1. 3. het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' en het daaronder tot stand gekomen wijzigingsplan;
    1. a. Buitengebied (tweede herziening), wijziging Luijnhorststraat 15-17 te Didam
  1. 4. het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening', zoals in werking getreden op 23 maart 2017 en onherroepelijk geworden op 19 oktober 2017 en de daaronder tot die tijd tot stand gekomen wijzigingsplannen;
    1. a. Buitengebied(derde herziening), wijziging Korenweg 5a te Didam (onherroepelijk 29 juni 2017)
    2. b. Buitengebied, wijziging Kollenburgweg 2 (voorheen 6) te Didam' (onherroepelijk 13 juli 2017)

De geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' heeft geen juridische rechtskracht. Aan dit plan kunnen dan ook geen rechten worden ontleend. Dit samengestelde plan is namelijk niet door de gemeenteraad vastgesteld. Het plan is uitsluitend gemaakt om de raadpleegbaarheid van het bestemmingsplan 'Buitengebied' voor met name burgers te vereenvoudigen. Aanvragen om omgevingsvergunning worden onverkort getoetst aan de juridisch vastgestelde bestemmingsplannen.

3.2 Plannaam Geconsolideerde Versie

De naam van het plan is in de geconsolideerde regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied' omschreven als het bestemmingsplan 'Buitengebied, geconsolideerd' , met identificatienummer NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer- gc01 van de gemeente Montferland. Dit is tevens de naam van het plan in de slotregel (artikel 46) De geconsolideerde versie d.d. 19 oktober 2017 vervangt de eerdere geconsolideerde versie van 19 mei 2015.

3.3 Begrenzing Geconsolideerde Versie

De begrenzing van het plangebied van het geconsolideerde bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt gevormd door de begrenzing van het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening'. Dit is immers de meest actuele planologische situatie. Partiele herzieningen die buiten de begrenzing van het bestemmingsplan 'Buitengebied', derde herziening' vallen, zijn ook in de geconsolideerde versie niet meegenomen. De wijzigingsplannen zijn onderdeel van het plan waaronder deze tot stand zijn gekomen en derhalve integraal in de geconsolideerde versie opgenomen.

3.4 Peildatum Geconsolideerde Versie

Het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' is in werking getreden op 23 maart 2017 en onherroepelijk geworden op 19 oktober 2017. Deze laatst genoemde datum is ook de einddatum van de geconsolideerde versie. Het geconsolideerde bestemmingsplan geeft de planologische situatie weer op dát moment. (Wijzigings)plannen van latere datum zijn hierin niet opgenomen.

3.5 Verbeelding Geconsolideerde Versie

In de verbeelding van de nieuwe geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn alle wijzigingen als onderdeel van de eerste, tweede en derde herziening van het bestemmingsplan 'Buitengebied' verwerkt.

In geval van de voorbeeldlocatie Terborgseweg 6 te Zeddam wordt op de verbeelding direct inzichtelijk dat de locatie is voorzien van:

  1. 1. de enkelbestemming 'wonen';
  2. 2. de dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 2';
  3. 3. de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone-molenbiotoop' (gedeeltelijk);
  4. 4. de gebiedsaanduiding 'overige zone-waardevol landschap';
  5. 5. de gebiedsaanduiding 'overige zone-GO'.

De vervallen dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 1', alsmede de vervallen gebiedsaanduidingen 'EHS-natuur' en 'milieuzone-grondwaterbeschermingsgebied' zijn niet meer zichtbaar.

De wijzigingsplannen als onderdeel van het bestemmingsplan 'Buitengebied', alsmede de wijzigingsplannen welke zijn opgesteld onder het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening', het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' en het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' (en vóór de peildatum van 19 oktober 2017 onherroepelijk) zijn integraal overgenomen in de verbeelding van de nieuwe geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied'.

In gevallen waarbij wijzigingsplannen zijn opgesteld vóór de derde herziening kan feitelijk nog sprake zijn van een gebiedsaanduiding of een dubbelbestemming welke in de derde periodieke herziening is komen te vervallen. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om de gebiedsaanduiding 'overige zone ehs-ecologische verbindingszone', maar ook om de dubbelbestemming 'Waarde-archeologische verwachting 3'. Omdat de gebiedsaanduiding 'overige zone ehs-ecologische verbindingszone' met de derde herziening is vervangen door 'overige zone-GO-ecologische verbindingszone', komt aan deze oude gebiedsaanduiding geen juridische rechtskracht meer toe. De gebiedsaanduiding 'overige zone-ehs…..' komt in de verbeelding van het geconsolideerde bestemmingsplan daarom dan ook niet terug.

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0014.png"

Een voorbeeld van zo'n wijzigingslocatie is de locatie Stillewaldweg 14 te Loerbeek, waarin de gebiedsaanduiding 'overige zone-ehs-ecologische verbindingszone' is opgenomen. Nu deze gebiedsaanduiding met het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' ter plaatse niet is verwijderd of vervangen (in de derde herziening is voor deze wijzigingslocatie een blanco situatie opgenomen), moet deze oude gebiedsaanduiding in principe onverkort op de verbeelding van de nieuwe geconsolideerde versie te worden overgenomen, ware het niet dat hieraan op grond van de planregels geen juridische betekenis meer toekomt. Het omliggende gebied dat met de derde herziening wel is aangepast is voorzien van de gebiedsaanduiding 'overige zone-GO-EVZ'.

De begrenzing van de EHS (natuur, verweving en verbinding) wijkt af van de begrenzing van het Gelders Natuurnetwerk (GNN) en de Groene Ontwikkelingszone (GO), zoals vanuit het provinciale beleid overgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening'. In het provinciaal beleid is het areaal dat onderdeel is van het GNN en GO namelijk verkleind ten opzichte van de voorheen geldende provinciaal ecologische hoofdstructuur (PEHS). Dit betekent feitelijk dat de gebiedsaanduiding EHS alsnog in de verbeelding van het geconsolideerde bestemmingsplan zou moeten worden opgenomen waar deze niet door de gebiedsaanduiding 'overige zone-GNN' of 'overige zone-GO(EVZ)' wordt overschreven, ware het niet dat de terminologie EHS in de regels wel is vervangen door GNN en GO en aan de gebiedsaanduiding 'EHS' daarmee geen juridische betekenis meer toekomt.

In het nog steeds vigerende bestemmingsplan 'Buitengebied (eerste herziening), wijziging Vinkwijkseweg 23 te Zeddam' is de gebiedsaanduiding 'milieuzone-grondwaterbeschermingsgebied' opgenomen'. Met de actualisatie van het provinciale beleid, is het grondwaterbeschermingsgebied ter plaatse beleidsmatig vervallen. Een en ander is overgenomen op de verbeelding van het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening', echter omdat de locatie van het wijzigingsplan daarin als een blanco vlak is opgenomen, is de betreffende milieuzone ter plaatse nog steeds vigerend, hetgeen tevens is opgenomen in de verbeelding van dit geconsolideerde bestemmingsplan.

In het bestemmingsplan 'Buitengebied(eerste herziening), wijziging Klompenhorstweg 3 te Didam' is de daarin opgenomen dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 3' juridisch gezien nog steeds van toepassing. Nu deze dubbelbestemming en de daarbij behorende regels met het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' zijn verwijderd, komt aan deze dubbelbestemming echter geen juridische betekenis meer toe. In de geconsolideerde versie is op deze locatie desalniettemin de dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 3' opgenomen. Dit is noodzakelijk nu het wenselijk is dat artikel 37 'waarde-archeologische verwachting 3' in de geconsolideerde regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied' als vervallen artikel behouden blijft.

3.6 Regels Geconsolideerde Versie

In de nieuwe geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn de voor een specifieke locatie geldende regels rechtstreeks via de verbeelding op te vragen.

In de regels van de nieuwe geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn de doorhalingen en gele of groene markeringen, als onderdeel van de eerste resp. de derde herziening verwijderd. Daar waar in die herzieningen teksten of tekstgedeelten zijn doorgehaald zijn deze in het geconsolideerde bestemmingsplan ook volledig verwijderd. Daar waar teksten zijn gemarkeerd, zijn deze in het geconsolideerde plan van deze markering ontdaan. De nummering van artikelen, leden, subleden etc., zoals deze is ontstaan na de aanpassingen als onderdeel van de eerste en derde herziening blijft in de geconsolideerde versie volledig in stand, ook daar waar zaken zijn verwijderd.

Voorbeeld:

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0015.png"

Op de wijzigingsplannen zijn de aanpassingen als onderdeel van een latere periodieke herziening overeenkomstig van toepassing. Op een wijzigingsplan dat is opgesteld onder het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) zijn de aanpassingen in de regels als onderdeel van de eerste en derde herziening (voor zover van toepassing) dus onverkort geldend. De specifieke regels van de afzonderlijke wijzigingsplannen zijn gebundeld opgenomen in bijlage 4 bij de toelichting.

In de nieuwe geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' worden de bijlagen (1 t/m 17) bij de regels, waarnaar in de geconsolideerde regels met een link wordt verwezen ook daadwerkelijk als bijlagen bij de regels opgenomen, zodat deze eenvoudig (via een klik op de link in de regels) te raadplegen zijn. Wanneer een oorspronkelijke bijlage (bijvoorbeeld bijlage 3: Kaart LOG) met het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' is komen te vervallen, wordt dat aangegeven. Ook bijlage 13 bij de regels is komen te vervallen. Deze bijlage bestaat uit een lege pagina met daarop '-'. De nummering van de opvolgende bijlagen blijft daarmee in stand.

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0016.png"

3.7 Bijzonderheden Regels: Wijzigingsplannen

Op de wijzigingsplannen welke tot stand zijn gekomen onder het bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn de aanpassingen in de regels als onderdeel van de eerste en derde herziening voor zover van toepassing eveneens geldend.

In de regels van het oude geconsolideerde plan zijn de specifieke bepalingen in de wijzigingsplannen overgenomen in de van toepassing zijnde bestemmings-/bouwregels. Hieronder is als voorbeeld opgenomen op welke wijze de specifieke regels in de wijzigingsplannen in de bestemming 'wonen-woongebouw' van dat oude geconsolideerde bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn doorvertaald.

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0017.png"

Het tekstgedeelte onder artikel 29 (wonen-woongebouw), lid 2 sub c ter plaatse van de rode pijl wordt in de nieuwe geconsolideerde versie als volgt gewijzigd:

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0018.png"

In de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'wonen' zijn voor de wijzigingslocatie Vinkwijkseweg 23 te Zeddam en de wijzigingslocatie Kollenburgweg 2 (voorheen 6) aanvullende regels opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0019.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0020.png"

In een tweetal wijzigingsplannen welke voorzien in de bestemming 'bedrijf' (artikel 6) zijn aanvullende regels opgenomen:

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0021.png"

In het wijzigingsplan 'Buitengebied(derde herziening), wijziging Korenweg 5a te Didam' zijn voor deze wijzigingslocatie aanvullende gebruiksregels opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0022.png"

3.8 Bijzonderheden Regels: 'Bestaand' En 'Aanwezig'

In het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) is het begrip bestaand als volgt gedefinieerd:

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0023.png"

Hiernaast wordt in het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) ook gesproken over 'aanwezigheid ten tijde van de ter visie legging van het ontwerpplan'. Artikel 3, lid 3.2.2 uit het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) is hieronder als voorbeeld opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0024.png"

In de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' is in artikel 2, lid 8 en lid 9 weergegeven op welke wijze de begrippen 'bestaand', 'aanwezigheid ten tijde van de ter visie legging van het ontwerpplan' en 'aanwezigheid ten tijde van de inwerkingtreding van het plan', dienen te worden geïnterpreteerd.

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0025.png"Een zelfde regeling is opgenomen met het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening'..….

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0026.png"

…….en met het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening'

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0027.png"

Van 'bestaand' kan uitsluitend worden gesproken indien sprake is van een rechtens aanwezige/vergunde situatie.

Voorbeeld:

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0028.png"

Voor wat betreft 'aanwezigheid ten tijde van de ter visie legging van het ontwerpplan', wordt met ontwerp bestemmingsplan altijd bedoeld het ontwerp bestemmingsplan 'Buitengebied' dat met ingang van 28 april 2011 gedurende 6 weken ter inzage is gelegd.

Onderstaand zijn de van belang zijnde data voor de bovengenoemde begrippen opgenomen:

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0029.png"

3.9 Bijzonderheden Regels: Overgangsrecht

Het overgangsrecht bouwwerken bepaalt dat een bouwwerk dat rechtens aanwezig is en dat in strijd is met een bestemming die in een nieuw bestemmingsplan aan de betreffende gronden is toegekend, gedeeltelijk mag worden vernieuwd of veranderd, dan wel gedeeltelijk mag worden vergroot c.q. mag worden herbouwd in geval van een calamiteit.

Dit zelfde geldt voor een bepaald gebruik. Een gebruik dat rechtens plaatsvond ten tijde van de inwerkingtreding van een nieuw plan, waarin aan de gronden een gewijzigde bestemming is toegekend, mag worden voortgezet mits dit gebruik niet in meerdere mate gaat afwijken van de in het plan aan de gronden gegeven bestemming. Het overgangsrecht zoals dat is opgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied' is hieronder weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer-gc01_0030.png"

Duidelijk mag zijn dat het bestemmingsplan 'Buitengebied' en de daarop doorgevoerde periodieke herzieningen op andere data in werking zijn getreden. Indien als onderdeel van bijvoorbeeld het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' een andere bestemming is opgenomen geldt een andere overgangsdatum dan een geval waarin de bestemming van het bestemmingsplan 'Buitengebied' onveranderd blijft.

Hoofdstuk 4 Bijlagen Bij De Toelichting En De Regels

Aan de toelichting van de geactualiseerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn de volgende bijlagen gekoppeld:

  1. 1. Bijlage 1: Overzicht bestaande situaties (geactualiseerd);
  2. 2. Bijlage 2: Regels herzieningen
    1. a. 'Buitengebied, eerste herziening'
    2. b. 'Buitengebied, tweede herziening'
    3. c. 'Buitengebied, derde herziening'
  3. 3. Bijlage 3: Integrale regels 'Buitengebied(inclusief derde herziening)'
  4. 4. Bijlage 4: Specifieke regels wijzigingsplannen

Aan de regels van de geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn de volgende bijlagen gekoppeld toegevoegd.

  1. 1. Bijlage 1: Indicatieve bedrijvenlijst (vervallen)
  2. 2. Bijlage 2: Staat van bedrijfsactiviteiten
  3. 3. Bijlage 3: Kaart LOG Azewijn (vervallen)
  4. 4. Bijlage 4: Kwaliteitseisen LOG (vervallen)
  5. 5. Bijlage 5: Kernkwaliteiten GNN en GO
  6. 6. Bijlage 6: Lijst van bedrijvigheid
  7. 7. Bijlage 7: Erfinrichtingschetsen functieveranderingsinitiatieven
  8. 8. Bijlage 8: Beeldkwaliteitsplan Buitengebied
  9. 9. Bijlage 9: Nieuwbouw productiebedrijf Van Heek en bijpassende terreininrichting, d.d. 27 juni 2014
  10. 10. Bijlage 10: Omrekening NGE
  11. 11. Bijlage 11: Landschappelijk inrichtingsplan Baarleweg 4-6 Didam
  12. 12. Bijlage 12: Beplantingsplan Baarleweg 4-6 Didam
  13. 13. Bijlage 13: -
  14. 14. Bijlage 14: Sloop en herbouw woningen Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
  15. 15. Bijlage 15: Landschapsplan Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
  16. 16. Bijlage 16: Voorwaarden en maatregelen herbouw woningen Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
  17. 17. Bijlage 17: Inrichting-, beplantings- en beheersplan 13 april 2010 Arnhemseweg 17a te Beek

Bijlage 1 Indicatieve Bedrijvenlijst (Vervallen)

Bijlage 1 indicatieve bedrijvenlijst (vervallen)

Bijlage 2 Staat Van Bedrijfsactiviteiten

Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten

Bijlage 3 Kaart Log Azewijn (Vervallen)

Bijlage 3 Kaart LOG Azewijn (vervallen)

Bijlage 4 Kwaliteitseisen Log (Vervallen)

Bijlage 4 kwaliteitseisen LOG (vervallen)

Bijlage 5 Kernkwaliteiten Van De Ehs En Het Waardevol Landschap

Bijlage 5 kernkwaliteiten van de EHS en het waardevol landschap

Bijlage 6 Lijst Van Bedrijvigheid

Bijlage 6 Lijst van bedrijvigheid

Bijlage 7 Erfinrichtingsschetsen Functieveranderingsinitiatieven

Bijlage 7 erfinrichtingsschetsen functieveranderingsinitiatieven

Bijlage 8 Beeldkwaliteitsplan Buitengebied

Bijlage 8 beeldkwaliteitsplan Buitengebied

Bijlage 9 Nieuwbouw Productiebedrijf Van Heek En Bijpassende Terreininrichting D.d. 27 Juni 2014

Bijlage 9 nieuwbouw productiebedrijf Van Heek en bijpassende terreininrichting d.d. 27 juni 2014

Bijlage 10 Omrekening Nge

Bijlage 10 omrekening Nge

Bijlage 11 Landschappelijk Inrichtingsplan Baarleweg 4-6 Didam

Bijlage 11 landschappelijk inrichtingsplan Baarleweg 4-6 Didam

Bijlage 12 Beplantingsplan Baarleweg 4-6 Didam

Bijlage 12 beplantingsplan Baarleweg 4-6 Didam

Bijlage 13 -

Bijlage 13 -

Bijlage 14 Sloop En Herbouw Woningen Linthorsterstraat 3&5 Stokkum

Bijlage 14 sloop en herbouw woningen Linthorsterstraat 3&5 Stokkum

Bijlage 15 Landschapsplan Linthorsterstraat 3&5 Stokkum

Bijlage 15 landschapsplan Linthorsterstraat 3&5 Stokkum

Bijlage 16 Voorwaarden En Maatregelen Herbouw Woningen Linthorsterstraat 3&5 Stokkum

Bijlage 16 voorwaarden en maatregelen herbouw woningen Linthorsterstraat 3&5 Stokkum

Bijlage 17 Inrichtings-, Beplantings- En Beheersplan 13 April 2010 Arnhemseweg 17a Te Beek

Bijlage 17 inrichtings-, beplantings- en beheersplan 13 april 2010 Arnhemseweg 17a te Beek

Bijlage 1 Overzicht Bestaande Situaties (Geactualiseerd)

Bijlage 1 Overzicht bestaande situaties (geactualiseerd)

Bijlage 2 Regels Herzieningen

Bijlage 2 Regels herzieningen

Bijlage 3 Integrale Regels 'Buitengebied (Inclusief Derde Herziening)'

Bijlage 3 Integrale regels 'Buitengebied (inclusief derde herziening)'

Bijlage 4 Specifieke Regels Wijzigingsplannen

Bijlage 4 Specifieke regels wijzigingsplannen