Bestemmingsplan Buitengebied, geconsolideerd
Bestemmingsplan - gemeente Montferland
Geconsolideerd op 26-04-2022 - geconsolideerd
Hoofdstuk 1 Inleidende Regels
Artikel 1 Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
- a. plan:
het bestemmingsplan Buitengebied, geconsolideerd (26 april 2022) van de gemeente Montferland;
- b. bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1955.bplgbggeconmontfer- gc04 met de bijbehorende regels en bijlagen;
- c. beeldkwaliteitsplan:
het beeldkwaliteitsplan Buitengebied Montferland, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 22 april 2010;
- d. aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
- e. aanduidingsgrens:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
- f. (-)
- g. aan- of uitbouw:
een bijbehorend bouwwerk zijnde, een onderdeel van een hoofdgebouw dat door de vorm daarvan onderscheiden kan worden en dat door zijn ligging en/of in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan de hoofdvorm;
ga. afwijken van de bouwregels en/of de gebruiksregels:
een afwijking als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid, onder c van de Wet ruimtelijke ordening;
- h. agrarisch bedrijf:
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of door middel van het houden van dieren;
- i. agrarisch medegebruik:
een gebruik voor kleinschalige agrarische activiteiten, al dan niet met een hobbymatig karakter;
- j. (-)
- k. archeologisch onderzoek:
onderzoek (bureauonderzoek en/of boren en/of geofysisch onderzoek en/of graven en/of begeleiden) verricht door een dienst, bedrijf of instelling erkend door het College voor de Archeologische Kwaliteit (CvAK/SIKB), beschikkend over een opgravingsvergunning ex artikel 39 MW en werkend volgens de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie;
- l. archeologische verwachting:
een aanduiding van een gebied met een daaraan toegekende archeologische verwachting in verband met de kennis en wetenschap van de in dat gebied te verwachten overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit het verleden;
- m. archeologische waarde:
een aanduiding van een gebied met een daaraan toegekende archeologische waarde in verband met de kennis en studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit het verleden;
- n. bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
na. bedrijf:
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen, dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, beroep aan huis daaronder niet begrepen;
nb. bedrijfsgebouw:
een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf;
- o. bedrijfsmatige exploitatie van recreatiewoningen, stacaravans en andere voor verblijfsrecreatie bedoelde gronden:
het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een zodanig beheer/exploitatie, dat in de recreatiewoningen, stacaravans en andere voor verblijfsrecreatie bedoelde gebouwen, permanent wisselende, recreatieve (nacht)verblijfsmogelijkheden worden geboden;
- p. bedrijf aan huis:
het bedrijfsmatig uitoefenen van bedrijfsactiviteiten in de woning en de daarbij behorende aanbouwen en bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie in overwegende mate en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie verenigbaar is. In ieder geval wordt hieronder niet verstaan: een detailhandelsvestiging, een horecabedrijf, een baliefunctie die niet als ondergeschikt aan het bedrijf kan worden aangemerkt, een seksbedrijf of een bedrijf in de prostitutie, in welke vorm dan ook. Hieronder wordt wel verstaan een kleinschalige voorziening ten behoeve van kinderopvang;
- q. bedrijfswoning:
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bestemd voor (het huishouden van) één persoon (of twee indien er sprake is van een zelfstandige inwoningsituatie), wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;
- r. bed and breakfast:
een kleinschalige overnachtingsaccommodatie in een woning of bedrijfswoning, gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch en veelal kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt, waarbij de bed and breakfast ondergeschikt is aan de hoofdfunctie;
ra. beroep aan huis:
het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, zakelijk, financieel, juridisch, (para)medisch, therapeutisch, persoonlijk, educatief, kunstzinnig, ontwerptechnisch, maatschappelijk of daarmee gelijk te stellen gebied, in de woning en de daarbij behorende bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie in overwegende mate en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie verenigbaar is. In ieder geval wordt hieronder niet verstaan: het voeren van een baliefunctie die niet als ondergeschikt aan het beroep kan worden aangemerkt, een seksbedrijf of een beroep in de prostitutie, in welke vorm dan ook;
- s. bestaand:
- 1. ten aanzien van bebouwing:
bebouwing die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan rechtens aanwezig is of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een vergunning; - 2. ten aanzien van gebruik:
het gebruik van grond en opstallen, zoals rechtens aanwezig op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan; - 3. ten aanzien van de locatie van een woning:
de locatie van een woning op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, dan wel in het kader van herbouw, de locatie die overlap vertoont met de locatie van de op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan aanwezige woning;
- 1. ten aanzien van bebouwing:
- t. bestemmingsgrens:
de grens van een bestemmingsvlak;
- u. bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
- v. bevoegd gezag:
het bevoegd gezag als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wet van 6 november 2008, staatsblad 496);
- w. binnenrijbaan:
overdekte piste voorzien van een bewerkte of aangepaste bodem waar training en africhting van het paard, instructie aan derden (ingeval van een manege) en toetsing van prestaties van de paarden in diverse disciplines plaatsvinden;
wa. biovergisting:
het vergisten van maximaal 35 ton dierlijke mest per dag, al dan niet in combinatie met andere organische stoffen, waardoor biogas ontstaat waarbij sprake is van dierlijke meststof als restproduct;
- x. bijgebouw:
een bijbehorend bouwwerk, zijnde een bij de (bedrijfs)woning of wooneenheid behorend vrijstaand of aaneengebouwd gebouw, zoals een garage, berging of hobbyruimte niet zijnde een (tunnel)kas of daarmee gelijk te stellen bouwwerk, dat niet voor bewoning is bestemd en naar aard en omvang ondergeschikt is aan de (bedrijfs)woning of wooneenheid. Een bijgebouw kan tevens inpandig zijn;
- y. (-)
- z. bosbouw:
het geheel van bedrijfsmatige handelingen en activiteiten gericht op de duurzame instandhouding en ontwikkeling van bestaande en nieuwe bossen ten behoeve van één of meer van de volgende functies en aspecten: natuur, houtproductie, landschap, milieu, waaronder begrepen waterhuishouding, en recreatie;
- aa. bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
- ab. bouwgrens:
de grens van een bouwvlak;
- ac. bouwlaag:
een al dan niet doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;
- ad. bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
- ae. bouwperceelgrens:
de grens van een bouwperceel;
- af. bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
- ag. bouwwerk:
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
- ah. buitenwerks gevelvlak:
de buitenmuur van een gebouw inclusief de daaraan gebouwde aanbouwen en uitbouwen;
- ai. daghorecabedrijf:
een horecabedrijf dat is gericht op het hoofdzakelijk overdag (dat wil zeggen tussen zonsopkomst en zonsondergang, of, indien zonsondergang vóór 20.00 uur optreedt, tot 20.00 uur) verstrekken van dranken en etenswaren aan bezoekers van andere functies, met name functies als informatievoorziening en dagrecreatie, zoals theehuisjes, paviljoens, ijssalons, croissanterieën, dagcafés, dagrestaurants en naar de aard en openingstijden daarmee gelijk te stellen horecabedrijven;
- aj. dakoverstek:
het deel van het dakvlak dat uitsteekt buiten de gevel;
- ak. dakvlak:
een hellend vlak in het dak;
- al. deel:
de aan een bestaande of voormalige agrarische bedrijfswoning gekoppelde rechtstreeks (of via een tussenlid) vanuit de woning toegankelijke stalruimte (als onderdeel van het hoofdgebouw), die beeldbepalend, visueel, en van oorsprong functioneel verbonden is met de betreffende woning en daarmee een onlosmakelijke eenheid vormt, één en ander exclusief eventuele aan de deel grenzende ondergeschikte en niet meer met de woning in verbinding staande bebouwing;
- am. denkbeeldig bouwvlak:
het bouwvlak inclusief de in deze regels via afwijkingen toegestane overschrijdingen;
- an. detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending overwegend anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. Onder detailhandel wordt tevens verstaan verkoop via het internet, waarbij sprake is van publieksgerichte activiteiten in de vorm van een showroom en/of een afhaalpunt voor consumenten;
- ao. Ecologische hoofdstructuur (EHS):
een samenhangend netwerk van kwalitatief hoogwaardige natuurgebieden en natuurrijke cultuurlandschappen, bestaande uit EHS-natuur, EHS-verweven en EHS-ecologische verbindingszone. EHS-natuur bestaat uit natuurgebieden en voor een kleiner deel uit natuurontwikkelingsgebieden die momenteel agrarische cultuurgrond zijn. EHS-verweven omvat landgoederen onder de Natuurschoonwet 1928, landbouwgebieden met natuurwaarden en landbouwgebieden met een hoge dichtheid aan natuur- en boselementen. EHS-ecologische verbindingzone bestaat uit een schakeling van natuur elementen die multifunctioneel gebied doorsnijdt;
- ap. evenement:
verplaatsbare georganiseerde gebeurtenis die meestal publiek is, maar ook besloten kan zijn;
- aq. extensieve dagrecreatie:
extensieve vorm van dagrecreatie, zoals wandelen, fietsen, vissen, picknicken en paardrijden, inclusief naar de aard en omvang daartoe behorende (overige) bouwwerken geen gebouw zijnde, zoals picknicktafels en informatieborden en voorzieningen zoals fiets- en voetpaden, vissteigers en kanostoepen (niet zijnde paardenbakken);
- ar. functieverandering:
het veranderen van de functie van gebouwen op een perceel, waarbij een nieuwe functie wordt gerealiseerd, dan wel het oprichten van nieuwe bebouwing na sloop welke bebouwing een andere functie heeft dan de gesloopte bebouwing;
- as. gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt, niet zijnde een overkapping als bedoeld onder sub bt;
- at. gebruiksgerichte paardenhouderij:
paardenhouderij die is gericht op het africhten en trainen van paarden, het bieden van stalruimte voor paarden, het geven van instructie aan derden (ingeval van een manege), het trainen van paarden en uitbrengen in de sport, verhuur van diensten met behulp van paarden en de in- en verkoop van paarden;
ata. gelders natuurnetwerk (GNN):
samenhangend netwerk van bestaande en te ontwikkelen natuur van internationaal, nationaal en provinciaal belang;
atb. groene ontwikkelingszone (GO):
zone die bestaat uit gebieden met andere bestemmingen dan natuur die ruimtelijk verweven zijn met het GNN en daar functioneel mee samenhangen en waarin wordt ingezet op versterking van die samenhang tussen inliggende en aangrenzende natuurgebieden;
- au. (-)
aua. grondgebonden (veehouderij)bedrijf:
agrarisch bedrijf zonder intensieve veehouderijtak dat gericht is op het ontwikkelen van activiteiten waarbij de productie voor meer dan 50 procent afhankelijk is van het producerend vermogen van de grond waarover het bedrijf in de omgeving van de bedrijfsgebouwen kan beschikken;
aub. grondgebonden veehouderijtak:
onderdeel van een agrarisch bedrijf waarvoor het bedrijf beschikt over voldoende agrarische cultuurgrond in de omgeving van de bedrijfsgebouwen om de dieren binnen de veehouderijtak voor meer dan 50 procent zelf te kunnen voeren;
auc. grondgebruiksplan:
plan waarin de ondernemer informatie biedt over de grondgebondenheid van het veehouderijbedrijf of de veehouderijtak;
- av. hoofdgebouw:
een gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een bouwperceel en, indien meer gebouwen op het bouwperceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
- aw. hooiberg (hooimijt):
een van oorsprong agrarisch bouwwerk, dat diende als opslagplaats voor graan, stro of hooi, bestaande uit één of meerdere palen en een beweegbaar dak dat los aan de paal/palen is verbonden en dat niet is voorzien van wanden;
- ax. horeca:
hotel, pension, restaurant, café, cafetaria of daaraan verwante inrichting met bijbehorende voorzieningen, waar tegen vergoeding logies wordt verstrekt, dranken worden geschonken of spijzen voor directe consumptie worden bereid of verstrekt, een en ander tenzij uitdrukkelijk anders vermeld, met uitzondering van nachtclubs, discotheken, dancings of soortgelijke inrichtingen; onder horeca is in ieder geval niet begrepen een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig gelegenheid wordt gegeven tot het verrichten van seksuele handelingen met een derde tegen betaling;
- ay. hergebruik:
gebruik van een bestaand gebouw voor nieuwe doeleinden omdat het gebouw zijn oorspronkelijke functie heeft verloren;
aya. huishouden:
één of meer personen die een duurzame gemeenschappelijke huishouding voeren, waarbij sprake is van continuiteit in samensteling en onderlinge verbondenheid;
- az. huifkarcentrum:
een bedrijf waar paarden en huifkarren worden gestald en van waaruit in de omgeving met paarden en huifkarren ritten worden gemaakt en kleinschalige dagrecreatieve activiteiten worden georganiseerd, zoals handboogschieten, klootschieten, ringsteken en naar de aard daarmee gelijk te stellen activiteiten;
- ba. indicatieve magneetveldzone:
het gebied rond bovengrondse hoogspanningsleidingen waarbinnen het jaargemiddelde magneetveld hoger wordt verondersteld dan 0,4 microtesla. De indicatieve magneetveldzone is bij een 150 kV hoogspanningsleiding bepaald op 80 meter ter weerszijden van de leiding en bij een 380 kV hoogspanningsleiding op 135 meter ter weerszijden van de leiding;
- bb. indelingslijn:
een als zodanig op de verbeelding aangewezen lijn ten behoeve van het indelen van een bouwvlak of bestemmingsvlak met het oog op een verschil in maatvoering;
- bc. informatievoorziening:
het verstrekken van informatie, het geven van educatie aan passanten, en de verkoop van streekgebonden producten;
- bd. inpandig bijgebouw:
een in het, qua uitstraling en bestemming, belangrijkste deel van het hoofdgebouw ondergebracht bijgebouw (met uitzondering van de zolderruimten boven de woonruimte), waaronder tevens wordt begrepen de ruimte op de verdieping die als zodanig is aan te merken en voor zover deze ruimte niet rechtstreeks vanuit de woonruimte toegankelijk is;
- be. intensieve veehouderij / (intensieve veehouderijtak):
een agrarisch bedrijf of dat deel van een agrarisch bedrijf (intensieve veehouderijtak) waarvan tenminste 250 m2 aan bedrijfsvloeroppervlak gebruikt wordt als veehouderij volgens de Wet milieubeheer, waar geen melkrundvee, schapen, paarden of dieren biologisch gehouden worden en waar geen dieren gehouden worden uitsluitend of in hoofdzaak ten behoeve van natuurbeheer;
- bf. (-)
- bg. kampeermiddel:
een tent, tentwagen, kampeerauto of caravan, dan wel enig ander onderkomen of ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, waarvoor ingevolge de Woningwet en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht een omgevingsvergunning vereist is; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht, dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
- bh. kampeerterrein:
terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en blijkens die inrichting, bestemd om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf;
- bi. (-)
bia. kernkwaliteiten:
de kwaliteiten van het waardevol landschap, het Gelders natuurnetwerk en de groene ontwikkelingszone zoals beschreven in de Bijlage 5 van deze regels;
- bj. kleinschalig kamperen:
terrein of plaats met een niet-recreatieve hoofdfunctie, geheel of gedeeltelijk ingericht, en blijkens die inrichting, bestemd om daarop in de periode van 15 maart tot en met 31 oktober gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van maximaal 25 kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf;
bja. (-)
bjb. kwekerij:
een agrarisch bedrijf gericht op het telen van bomen, heesters en/of struiken;
bjc. landhuis:
hoofdgebouw op een landgoed waarin meerdere woningen kunnen worden ondergebracht;
- bk. loonwerkbedrijf:
een bedrijf, dat is gericht op het verlenen van diensten aan (agrarische) bedrijven met behulp van werktuigen;
- bl. magneetveldbeoordelingsplichtige objecten:
bij magneetveldgevoelige objecten behorende erven, schoolpleinen en speelplaatsen; - inrichtingen en bijbehorende terreinen voor cultuur, horeca, sport, entertainment, educatie, verblijfs- en dagrecreatie, logiesverstrekking, kerkgebouwen, buurt- en clubhuizen, ziekenhuizen, verpleeghuizen, klinieken, dagverblijven;
- bm. magneetveldgevoelige objecten:
woningen (daaronder begrepen dienstwoningen), woonwagenstandplaatsen, scholen voor basisonderwijs en voortgezet onderwijs, crèches, kinderopvangplaatsen;
- bn. manegebedrijf:
paardenhouderij, bestaande uit één of meerdere binnenrijbanen, die uitsluitend is gericht op het bieden van paardrijdmogelijkheden en het geven van instructie aan derden, het houden van wedstrijden, al dan niet met een ondersteunende horecavoorziening;
bna. mini-windturbine:
een (naar omvang en vermogen) kleine windturbine met een horizontale of verticale rotoras, die is gemonteerd op een gebouw en die wordt gebruikt voor kleinschalige opwekking en levering van elektriciteit achter de meter of aan een accu ten behoeve van eigen gebruik, met een maximaal vermogensbereik van 6 kW;
- bo. monumentale gebouwen:
gebouwen die geplaatst zijn op de gemeentelijke of rijksmonumentenlijst;
- bp. Nederlandse grootte-eenheden (nge):
een maat waarmee de economische omvang van agrarische activiteiten in dit bestemmingsplan wordt weergegeven, een en ander overeenkomstig Bijlage 10 bij de regels van dit plan;
- bq. nevenactiviteiten:
een bedrijfsmatige of beroepsmatige activiteit die uit oogpunt van inkomenswerving wordt uitgeoefend naast de hoofdfunctie op een bouw- of bestemmingsvlak en daaraan in ruimtelijk, en functioneel opzicht duidelijk ondergeschikt is;
bqa. niet-grondgebonden veehouderij(bedrijf):
een veehouderij(bedrijf) waarvan de agrarische productie voor het grootste deel afkomstig is uit de niet-grondgebonden veehouderijtak(ken), dan wel een veehouderijbedrijf met een intensieve veehouderij(tak);
bqb. niet-grondgebonden veehouderijtak:
onderdeel van een agrarisch bedrijf dat beschikt over onvoldoende cultuurgrond om de dieren op het eigen bedrijf in de omgeving van de bedrijfsgebouwen voor meer dan 50% van het benodigde voer te voorzien, dan wel een intensieve veehouderijtak;
- br. nutsvoorzieningen:
bouwwerken en bijbehorende voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen en apparatuur voor telecommunicatie;
bra. omschakeling:
de overgang van een grondgebonden veehouderij naar een niet-grondgebonden veehouderij dan wel een intensieve veehouderijtak;
- bs. ondergeschikte horeca:
een horecavoorziening binnen een bestemming waarvan de functie een andere dan horeca is, maar waar men uitsluitend ter ondersteuning van de op grond van dit plan toegestane of toe te stane nevenactiviteit een ruimte specifiek heeft ingericht voor de consumptie van drank en etenswaren;
- bt. overdekt terras/overkapping:
een dak op palen (of daarmee vergelijkbare constructiedelen) zoals een carport dat minimaal aan twee zijden niet van wanden is voorzien, dan wel ten minste aan 1 zijde geheel én ten minste aan 1 zijde overwegend open is indien aangebouwd of onderdeel van het dak of dakvlak van een woning of een bijgebouw. Voor zover sprake van een vrijstaande overkapping of terras, is het betreffende bouwwerk uitgevoerd met maximaal 2 wanden of een gedeelte daarvan. Een overdekt terras/overkapping wordt niet aangemerkt als gebouw. Ook een niet door palen (of vergelijkbaar constructiedeel) ondersteunde doortrekking van het dak/dakvlak buiten de buitenwerkse gevelvlakken wordt als zodanig aangemerkt;
- bu. paardenbak:
een door middel van een afscheiding afgezonderd stuk terrein met een ondergrond, kennelijk ingericht voor het africhten en/of trainen en berijden van paarden en pony's en/of het anderszins beoefenen van de paardensport, met of zonder de daarbij behorende voorzieningen;
- bv. participantenwoning:
een woning waarvan de bewoner in zodanige mate betrokken is bij een inrichting -in dit geval een windturbinepark- dat de woning is aan te merken als behorende tot de inrichting; de betrokkenheid houdt in ieder geval in dat de bewoner:- 1. toezicht houdt op de terreinen en servicewegen van de windturbines, en deze toegankelijk houdt voor de exploitant van de windturbines;
- 2. toezicht houdt op het functioneren van de windturbines en zo nodig storingen en calamiteiten meldt aan de exploitant en in voorkomend geval de betreffende windturbine kan stopzetten;
- bw. peil:
- 1. voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst, de hoogte van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
1a. voor de locatie van de woningen zoals opgenomen in Bijlage 14 bij deze regels 60 cm boven de kruin van de weg;
- 1. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aan het bouwwerk aansluitende afgewerkte maaiveld. Hierbij dient te worden uitgegaan van de oorspronkelijke hoogte van het bouwperceel;
- 2. indien in of op het water wordt gebouwd: de hoogte van het terrein ter plaatse van het meest nabij gelegen punt waar het water grenst aan het vaste land.
bwa. perceel:
een bij het Kadaster geregistreerd stuk grond;
- bx. permanente bewoning:
bewoning van een ruimte als hoofdverblijf;
bxa. plattelandswoning:
een woning als bedoeld in artikel 1.1a Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
bxb. poel:
een al dan niet gegraven klein, stilstaand (ondiep) oppervlaktewater van natuurlijk materiaal in een meestal afgesloten laagte die gevoed wordt door kwel, regen, grondwater of water van het omringende land en natuur- en landschapswaarde heeft;
- by. productiegerichte paardenhouderij:
grondgebonden paardenhouderij die is gericht op het fokken van paarden, het bieden van leefruimte aan paarden en/of het voortbrengen van producten door middel van het houden van paarden, zoals een paardenmelkerij of een daarmee gelijk te stellen bedrijfsvorm, eventueel in combinatie met (en daaraan ondergeschikte) trainingsfaciliteiten ten behoeve van de eigen gefokte paarden;
- bz. reconstructiewetzone-extensiveringsgebied:
een ruimtelijk begrensd gedeelte van een reconstructiegebied met het primaat wonen of natuur, waar uitbreiding, hervestiging of nieuwvestiging van in ieder geval intensieve veehouderij onmogelijk is of in het kader van de reconstructie onmogelijk zal worden gemaakt;
- ca. reconstructiewetzone-landbouwontwikkelingsgebied:
een ruimtelijk begrensd gedeelte van een reconstructiegebied met het primaat landbouw dat geheel of gedeeltelijk voorziet, of in het kader van de reconstructie zal voorzien, in de mogelijkheid tot uitbreiding van intensieve veehouderij;
- cb. recreatiewoning:
een gebouw, uitsluitend bestemd om te dienen voor recreatief nachtverblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen, die zijn/hun vaste woon- of verblijfplaats elders heeft/hebben; onder recreatief nachtverblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning of een ander gebruik van niet-recreatieve aard door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
- cc. relatie:
ter plaatse van de aanduiding 'relatie' wordt de verbinding aangegeven tussen twee of meer afzonderlijk begrensde bouwvlakken of bestemmingsvlakken, inclusief de daaraan toegekende aanduidingen waarmee die bouwvlakken of bestemmingsvlakken één vlak vormen;
- cd. (-)
- ce. schuilgelegenheid:
een niet voor bewoning, al dan niet ten dienste c.q. in het kader van een agrarisch bedrijf bestemd gebouw (inloopruimte), dat dient voor het onderbrengen van vee tegen weersinvloeden;
- cf. seksbedrijf:
een inrichting waarin bedrijfsmatig, of in de vorm alsof het bedrijfsmatig is, seksuele handelingen, dan wel in enige vorm erotisch-pornografische werkzaamheden worden uitgevoerd. Hieronder wordt begrepen:- 1. seksinrichting: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof het bedrijfsmatig is, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
- 2. sekswinkel: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin hoofdzakelijk goederen van erotisch-pornografische aard aan particulieren plegen te worden verkocht of verhuurd;
- cg. specifieke magneetveldzone:
het aan de hand van berekeningen of metingen bepaalde gebied rond bovengrondse hoogspanningsleidingen waarbinnen het jaargemiddelde magneetveld gelijk of hoger is dan 0,4 microtesla;
- ch. stacaravan:
een kampeermiddel in de vorm van een caravan of soortgelijk onderkomen op wielen, dat mede gelet op de afmetingen, kennelijk niet bestemd is om regelmatig en op normale wijze op de verkeerswegen ook over grotere afstanden als een aanhangsel van een auto te worden voortbewogen, uitsluitend bestemd om te dienen voor recreatief nachtverblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen, die zijn/hun vaste woon- of verblijfplaats elders hebben; onder recreatief nachtverblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning of een ander gebruik van niet-recreatieve aard door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
- ci. teeltondersteunende voorzieningen:
voorzieningen die worden toegepast om de teelt van groente, fruit of potplanten te bevorderen en te beschermen. Hieronder worden verstaan tunnel- en boogkassen, containerteelt, schaduwhallen, hagelnetten, stellingen, regenkappen en soortgelijke bouwwerken;
- cj. tuincentrum:
een detailhandelsvestiging met daarbij behorende kwekerij in kwekerijproducten, zoals bomen, (kamer)planten, bollen en bloemen, alsmede in artikelen voor tuinaanleg, -inrichting en –onderhoud en dierbenodigdheden voor huisdieren;
- ck. veekerende afrastering:
overwegend open omheining bestaande uit hout, draad, gaas met als doel het vee binnen een daartoe bestemde weide te behouden;
cka. verondiepen:
het minder diep maken van waterplassen (waaronder hoofdzakelijk die plassen die door winning van primaire grondstoffen zijn ontstaan) door middel van het toepassen van grond en/of baggerspecie waarbij het wateroppervlak niet wordt gewijzigd, niet zijnde het aanbrengen van waterbouwkundige constructies;
- cl. vloeroppervlakte:
de totale binnenwerks gemeten oppervlakte van alle voor mensen toegankelijke ruimten binnen een gebouw;
- cm. volkstuin:
een particuliere tuin die niet bij de eigen woning ligt;
- cn. volwaardig agrarisch bedrijf:
een agrarisch bedrijf waar sprake is van een bedrijfsomvang van minimaal 70 Nederlandse grootte-eenheden (nge), waarbij is aangetoond dat het bedrijf naar omvang en activiteiten aan ten minste één volwaardige arbeidskracht een volledige dagtaak biedt;
- co. voorerf:
het naar de openbare weg gekeerde gedeelte van het agrarisch bouwvlak;
- cp. voorgevel:
de naar de openbare weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, die gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt. In geval van een functieveranderingslocatie naar wonen zoals opgenomen in Bijlage 7 van deze regels dan wel een wijziging als bedoeld onder csa, de gevel welke overeenkomstig de opgenomen oriëntatie van de woningen/woongebouwen in de erfinrichtingsschets als zodanig moet worden aangemerkt;
- cq. voorgevelrooilijn:
denkbeeldige lijn getrokken langs de voorgevel van een gebouw en het verlengde daarvan;
- cr. vrijgekomen/vrijkomende/voormalige agrarische bebouwing (VABs):
alle legale (bedrijfs) gebouwen die in het verleden aan het oorspronkelijk gebruik zijn onttrokken of nog zullen worden onttrokken m.u.v. kassen of daarmee gelijk te stellen gebouwen. Hiertoe behoort tevens een door calamiteit verwoest gebouw voor zover deze legaal aanwezig was en voor zover het verzoek tot functieverandering is ingediend binnen 2 jaar na de dag waarop het gebouw teniet is gegaan;
- cs. waardevol landschap:
gebied met zeldzame of unieke kwaliteiten van visuele, aardkundige en/of cultuurhistorische aard en in relatie daarmee bijzondere natuurlijke en recreatieve kwaliteiten;
csa. wijziging:
een wijziging als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening;
csb. wonen:
huisvesting van (het huishouden van) één persoon;
- ct. woning:
een gebouw dat dient voor de huisvesting van (het huishouden van) één persoon (of twee, indien er sprake is van een zelfstandige inwoningsituatie);
- cu. woningsplitsing:
het bouwkundig en functioneel in tweeën delen van een hoofdgebouw waarin de woning aanwezig is, zodanig dat er twee gelijkwaardige, zelfstandig functionerende en als zodanig bestemde woningen ontstaan;
- cv. wooneenheid:
een zelfstandige woonruimte in een bestaand of nieuw gebouw dat dient voor de huisvesting van (het huishouden van) één persoon, tot stand gekomen als gevolg van functieverandering naar wonen, waarop specifieke planologische voorwaarden van toepassing zijn;
- cw. woongebouw:
een hoofdgebouw, tot stand gekomen als gevolg van functieverandering naar wonen, waarin meerdere wooneenheden ondergebracht kunnen worden en dat in geval van nieuwbouw is voorzien van een eenvoudige hoofdvorm én een enkelvoudig en beeldbepalend dakvlak;
- cx. zelfstandige inwoningsituatie:
een situatie waarbij de (bedrijfs-)woning wordt bewoond door twee huishoudens (of: meer dan één huishouden), waarbij de desbetreffende woongedeelten beschikken over alle voorzieningen die benodigd zijn om een zelfstandig huishouden te voeren, met dien verstande dat:
Algemeen
- 1. het exterieur van het gebouw de uiterlijke verschijningsvorm heeft of blijft behouden van een enkele woning (waarbij er in geen geval sprake mag zijn van een tweede hoofdentree). De hoofdentree is de entree welke gelet op de verschijningsvorm van de woning kennelijk als belangrijkste toegang c.q. voordeur tot de woning moet worden aangemerkt;
Indien sprake van een bestaande woning
- 2. in geval van een aanbouw (uitbreiding van de woning) ten behoeve van de zelfstandige inwoningsituatie, waarbij gedeeltelijk gebruik wordt gemaakt van de bestaande woning, deze aanbouw zich bevindt op ten minste 3 meter achter de voorgevel van de bestaande woning;
- 3. in geval van een aanbouw van een volledige zelfstandige wooneenheid aan de bestaande woning, deze zich bevindt op ten minste 3 meter achter de voorgevel van de bestaande woning en deze onderdeel uitmaakt van de hoofdbouw, waarbij de kapconstructie van de aanbouw inhaakt op de kapconstructie van de bestaande woning;
- 4. de gescheiden woongedeelten direct aan elkaar grenzen en niet zijn gekoppeld door middel van een ondergeschikt tussenlid, dan wel inpandige bijgebouwen;
Indien sprake van volledige nieuwbouw
- 5. de beide woongedeelten altijd in de hoofdbouwmassa zijn ondergebracht;
- 6. de gescheiden woongedeelten direct aan elkaar grenzen en niet zijn gekoppeld door middel van inpandige bijgebouwen;
cxa. zonnepaneel:
bouwkundige voorziening (paneel of vlakke plaat) zodanig samengesteld om zonlicht op te vangen om daarmee elektrische energie op te wekken (fotovoltaïsche cellen), dan wel zodanig samengesteld om warmte van de zon te absorberen en te gebruiken (zonnecollector);
- cy. zorgboerderij:
een voorziening gericht op dagbesteding door en voor mensen met een geestelijke en/of lichamelijke beperking, al dan niet in combinatie met het bieden van nachtopvang voor deze mensen.
Artikel 2 Wijze Van Meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
- a. de goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
- b. de bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
- c. de inhoud van een bouwwerk:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
- d. de oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
- e. de oppervlakte van een paardenbak:
gemeten op de bodem onder aan de hoefslagkering;
- f. de inhoud van een (bedrijfs/recreatie)woning of wooneenheid:
boven de begane grondvloer, of, voor zover de begane grondvloer niet overeenkomt met peil, boven peil, tussen de buitenwerkse gevelvlakken (en/of harten van scheidingsmuren) en (denkbeeldige) dakvlakken, met inbegrip van erkers, dakkapellen en soortgelijke delen, en met inbegrip van voor bewoning bestemde ruimten boven de verdiepingsvloer buiten de buitenwerkse gevelvlakken;- 1. tot de inhoud van de (bedrijfs/recreatie)woning of wooneenheid worden niet gerekend overdekte terrassen, luifels en overkappingen buiten de buitenwerkse gevelvlakken, voor zover die onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak, en inpandige bijgebouwen, waaronder tevens de ruimte boven de inpandige bijgebouwen voor zover die ruimte niet rechtstreeks vanuit de woning bereikbaar is, geen onderdeel van de (bedrijfs/recreatie)woning of wooneenheid vormt en daarmee als behorend bij het inpandig bijgebouw is aan te merken;
- 2. onder de begane grondvloer, of, voor zover de begane grondvloer niet overeenkomt met peil, onder peil, aanwezige constructiedeel of -delen worden niet meegerekend, voor zover die zijn gelegen binnen de denkbeeldig doorgetrokken buitenwerkse gevelvlakken (en/of harten van scheidingsmuren) én voor zover niet rechtstreeks buiten de woning bereikbaar via een hellingbaan, trap of soortgelijke toegang. Het gestelde onder 2 is niet van toepassing op recreatiewoningen met uitzondering van een toegankelijke ruimte onder de begane grondvloer van maximaal 8m³.
- g. de bouwhoogte van een windturbine (niet zijnde een mini-windturbine):
vanaf peil tot aan de (wieken)as van de windturbine;
- h. dakhelling:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
- i. dakvlak-gevelverhouding:
de hoogte van het dakvlak (bouwhoogte - goothoogte) gedeeld door de hoogte van de gevel (goothoogte - peil);
- j. de oppervlakte van een inpandig bijgebouw:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en buitenzijde van inpandige scheidingsmuren met de (bedrijfs)woning of wooneenheid. Voor zover sprake is van een verdieping direct boven het inpandig bijgebouw die tevens als inpandig bijgebouw is aan te merken, wordt deze niet bij de oppervlakte meegeteld voor dat gedeelte dat direct boven de oppervlakte van het inpandig bijgebouw op de begane grondvloer is gesitueerd;
- k. de oppervlakte van een bijgebouw:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk met dien verstande dat tot de oppervlakte van bijgebouwen niet worden gerekend overdekte terrassen, luifels en overkappingen buiten de buitenwerkse gevelvlakken, voor zover die onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bijgebouw of een (bedrijfs)woning; Tot de oppervlakte van een bijgebouw wordt eveneens niet gerekend een onderkeldering voor zover die is gelegen binnen de denkbeeldig doorgetrokken buitenwerkse gevelvlakken van het bijgebouw én voor zover niet rechtstreeks buiten het bijgebouw bereikbaar via een hellingbaan, trap of soortgelijke toegang;
- l. de oppervlakte van een intensieve veehouderij:
de oppervlakte van het gedeelte van het bouwvlak, waarop zich de bouwwerken bevinden die in gebruik zijn ten behoeve van de intensieve veehouderij, inclusief de daarbij behorende logistieke ruimte binnen het bouwvlak;
- m. de oppervlakte van een hooiberg (hooimijt):
de oppervlakte van de kapconstructie van de hooiberg dat steun vindt op een of meerdere palen;
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, luchtbehandelingskasten, schoorstenen, liftschachten, installaties, gevel- en kroonlijsten, luifels, en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van de bouwgrenzen en de aangegeven maximale bouwhoogten, niet meer dan 1 m bedraagt.
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Agrarisch
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. agrarische bedrijven, niet zijnde niet-grondgebonden veehouderijen, kwekerijen en (glas-)tuinbouwbedrijven;
- b. niet-grondgebonden veehouderijen, uitsluitend voor zover het bestaande niet-grondgebonden veehouderijen betreft;
- c. kwekerijen, uitsluitend voor zover het bestaande kwekerijen betreft, alsmede ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kwekerij';
- d. (glas-)tuinbouwbedrijven, uitsluitend voor zover het bestaande (glas-)tuinbouwbedrijven betreft;
da. biovergisting voor zover het betreft de verwerking van op het bedrijf geproduceerde mest en met dien verstande dat het restproduct op de tot het bedrijf behorende gronden wordt gebruikt;
- e. het (hobbymatig) houden van dieren en telen van gewassen;
- f. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
- g. zelfstandige inwoningsituatie, ter plaatse van de in de onderstaande tabel genoemde adressen:
Adressen met inwoning | Nr. | Plaats |
Korenweg | 5a/b | Didam |
Pakopseweg | 12 | Didam |
- h. productiegerichte paardenhouderij;
- i. bed and breakfast;
- j. uitoefening van nevenactiviteiten op het adres als genoemd in onderstaande tabel, waarbij de activiteit zich dient te concentreren binnen de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch – nevenactiviteit' met de daarbij behorende ondergeschikte horeca voor zover dit in de kolom opmerkingen is aangegeven:
Adres | Nr. | Plaats | Nevenactiviteit | Opmerkingen |
Braamtseweg | 14 | Kilder | Agrarische actieve dagrecreatie met bezoekerscentrum, verkoop van eigen geproduceerde, streekproducten | Ter plaatse van de aanduiding mag maximaal 212,5 m² (inclusief verkoopruimte) van de gebouwen t.b.v. de nevenfunctie worden gebruikt. Verkoop van eigen geproduceerde en streekproducten is toegestaan binnen de gebouwen tot een maximale omvang van 100 m². Ondergeschikte horeca is toegestaan. |
Doetinchemseweg | 52 | Wijnber- gen | Loonwerkbedrijf | |
Gerwardstraat | 2a | Azewijn | Reparatie en handel in landbouwmachines- en voertuigen | De activiteiten zijn uitsluitend toegestaan binnen de bestaande gebouwen. |
Heesweg | 1 | Didam | Voorlichting, educatie | Ondergeschikte horeca is toegestaan. |
Hoge Veldweg | 4 | Vethuizen | Kleinschalig kamperen | |
Hogenend | 85 | Didam | Winkel in ter plaatse vervaardigde land- en tuinbouwproducten | De activiteit is uitsluitend toegestaan binnen het bestaande gebouw tot een maximale omvang van 100 m². |
Laarstraat | 3 | Vethuizen | Kleinschalig kamperen | |
Laarstraat | 7 | Vethuizen | Loonwerkbedrijf | |
Manhorstweg | 16 | Didam | Loonwerkbedrijf | |
Op den Dam | 10 | Azewijn | Kleiduivenschieten | |
Oude Maatsestraat | 16 | Didam | - Kookstudio, vergaderruimte, workshops - Spelactiviteiten, en voorlichting/educatie | - De activiteiten zijn uitsluitend toegestaan binnen de gebouwen binnen het gedeelte van het bouwvlak aan de zuidkant van de Oude Maatsestraat. Ondergeschikte horeca is toegestaan. - De activiteiten zijn uitsluitend toegestaan binnen de aanduiding aan de noordkant van de Oude Maatsestraat. Ondergeschikte horecea is toegestaan. |
Rinkomseweg | 20-22 | Kilder | Loonwerkbedrijf en fouragehandel | |
Wijnbergse weg | 3 | Braamt | Loonwerkbedrijf | |
Wijnbergse weg | 6 | Braamt | - Kleinschalig kamperen - Landlevenwinkel/agrarisch gerelateerde workshops | - - De activiteiten zijn uitsluitend toegestaan binnen de bestaande gebouwen tot een maximale omvang van 25 m² voor de landlevenwinkel. |
- k. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
- l. een LPG vulpunt ter plaatse van de aanduiding 'vulpunt lpg';
- m. een antennemast ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - antennemast';
- n. een GSM/UMTS-mast, ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';
na. een plattelandswoning met bijbehorende bijgebouwen ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning';
- o. het instandhouden van de groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';
- p. extensieve dagrecreatie voor zover de agrarische bedrijvigheid niet wordt belemmerd;
pa. kleinschalig kamperen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kleinschalig kamperen;
- q. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden van water, bergen, aan- en afvoeren van water en natuurvriendelijke oeverzones langs watergangen;
qa.een medegebruik van agrarische grond als parkeervoorziening ter plaatse van de aanduiding 'sa-pa';
- r. nutsvoorzieningen;
- s. opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen, uitsluitend in vrijkomende, vrijgekomen en/of voormalige agrarische gebouwen zoals die voor wat betreft omvang en uitstraling aanwezig zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan;
- t. een 'agrarisch bedrijfsgebouw' uitsluitend ten behoeve van opslag ter plaatse van de aanduiding 'opslag';
ta. landschappelijke beplanting welke kenmerkend is voor het gebied, alsmede voor de natuur en op natuurlijke wijze ingerichte poelen daar waar dit uit oogpunt van natuurdoelstellingen wenselijk wordt geacht en waterhuishoudkundig mogelijk is, in beide gevallen uitsluitend voor zover de agrarische bedrijvigheid hierdoor niet wordt belemmerd;
tb. toegangswegen ter ontsluiting van percelen met een andere bestemming, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan;
tc. bouwwerken bij de bestemming 'Agrarisch - Paardenhouderij' voor zover die tot stand komen op grond van de artikelen 4.3.1 en 4.5.3 en voor zover dat binnen de regels van die bestemming mogelijk wordt gemaakt;
td. bij de bestemming 'Wonen' behorende en begrensde erven, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
met de bij het toegestane gebruik onder a, b, c, d en h behorende:
- u. erfbeplanting;
- v. erven en terreinen;
- w. wegen en paden.
3.2 Bouwregels
3.3 Afwijken van de bouwregels
3.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie op adressen welke niet zijn genoemd in lid 3.1 sub g;
- b. het gebruik van meer dan 1 ha van het bouwvlak ten behoeve van de intensieve veehouderij, met uitzondering van:
- 1. bestaande intensieve veehouderijen, die op het moment van inwerkingtreding van het plan reeds meer dan 1 ha van het bouwvlak gebruiken ten behoeve van de intensieve veehouderij, waarbij onverminderd het bepaalde onder b3, maximaal die bestaande oppervlakte is toegestaan;
- 2. bestaande intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied', waarbij maximaal die oppervlakte van het bouwvlak mag worden gebruikt die op het moment van inwerkingtreding van het plan bestaat;
- 3. bestaande intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied', waarvan het gebruik ten behoeve van de intensieve veehouderij niet meer mag bedragen dan 1,5 ha dan wel niet meer dan de bestaande omvang van het bouwvlak voor zover dit meer bedraagt dan 1,5 ha;
- c. het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van nevenactiviteiten anders dan zoals is aangegeven in lid 3.1 sub j, alsmede het voortzetten van deze activiteiten indien het agrarisch bedrijf is beëindigd;
- d. het gebruik van de gronden ten behoeve van een paardenbak buiten het bouwvlak, onverminderd het bepaalde in 3.2.2 sub a;
- e. het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van kleinschalig kamperen anders dan zoals is aangegeven in lid 3.1 sub j en 3.1 sub pa;
- f. het gebruik van agrarische bouwvlakken die op het moment van inwerkingtreding van het plan niet in gebruik zijn voor een intensieve veehouderij(tak), ten behoeve van de intensieve veehouderij;
- g. het gebruik van meer dan één bouwlaag van een bouwwerk voor het houden van dieren ten behoeve van een intensieve veehouderij, uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - 2 bouwlagen toegestaan' waarbij niet meer dan 2 bouwlagen mogen worden gebruikt voor het houden van dieren;
- h. het gebruik van agrarische gronden ten behoeve van kwekerij, met uitzondering van de gronden zoals die op het moment van inwerkingtreding van het plan als zodanig aanwezig zijn, alsmede met uitzondering van kwekerijen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kwekerij';
- i. het gebruik van agrarische gronden ten behoeve van meerdaagse evenementen;
- j. opslag van hooirollen buiten het bouwvlak;
- k. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- l. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
- m. het gebruik van schuilgelegenheden ten behoeve van opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen met uitzondering van opslag ten behoeve van het toegestane gebruik;
- n. biovergisting, waarbij ook dierlijke mest van derden wordt verwerkt en/of ook het restproduct op gronden van derden wordt gebruikt;
- o. het gebruik van agrarische gronden voor waterpartijen niet zijnde een gebruik als bedoeld onder 3.1 sub q en niet zijnde een gebruik als bedoeld onder 3.1 sub ta;
- p. het gebruik van agrarische gronden (buiten het bouwvlak) als tuin, voor zover niet aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
- q. het zodanig vergroten van het veebestand bij een grondgebonden veehouderijbedrijf (niet zijnde ten behoeve van een intensieve veehouderijtak) dat zonder een uitbreiding van de bij het bedrijf behorende gronden dit bedrijf als niet-grondgebonden veehouderijbedrijf dient te worden aangemerkt;
- r. het (al dan niet tijdelijk) gebruik van agrarische bouwvlakken en/of gebouwen die in gebruik zijn voor een niet-grondgebonden veehouderij(tak) en/of een intensieve veehouderij(tak) voor geitenhouderij of het houden van geiten, tenzij het een bestaande betreft in welk geval het ter plaatse toegestane aantal geiten niet mag toenemen;
- s. het gebruik van agrarische bouwvlakken voor biologische geitenhouderij, tenzij het bestaande geitenhouderij betreft, in welke geval het ter plaatse toegestane aantal geiten niet mag toenemen;
- t. het ophogen van gronden tenzij de noodzaak daarvan uit oogpunt van een doelmatige agrarische bedrijfsvoering is aangetoond;
- u. het gebruik van gebouwen voor het houden van dieren ter plaatse van de aanduiding 'houden van dieren uitgesloten'.
Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'agrarisch' is per adres het navolgende geregeld:
- 1. ter plaatse van het adres Korenweg 5a Didam
a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 3.4 van de regels wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'agrarisch' aangemerkt:
Het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing overeenkomstig hoofdstuk 4 en 5 in het 'Landschappelijk inpassingsplan' zoals opgenomen onder 4.1 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1 jaar na het gereedkomen van de uitbreiding zoals beschreven in hoofdstuk 1 van deze bijlage, doch uiterlijk binnen 2 jaar na de start van de bouw daarvan.
- 2. ter plaatse van het adres Holthuizerstraat 20 Didam
a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 3.4 van de regels wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'agrarisch' aangemerkt:
Het niet voorzien in de landschappelijke inpassing op grond met de bestemming 'agrarisch' overeenkomstig de 'erfinrichtingsschets Holthuizerstraat 20' zoals opgenomen onder 4.3 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1,5 jaar na het onherroepelijk worden van dat wijzigingsplan, dan wel het niet duurzaam in stand houden daarvan na realisatie.
- 3. ter plaatse van het adres Melkweg 1 Beek
a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 3.4 van de regels wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'agrarisch' aangemerkt:
Het niet realiseren van de landschappelijke inpassing op gronden met de bestemming 'agrarisch' overeenkomstig 'Erfinrichtingsschets + beplantingsplan Melkweg 1 te Beek' zoals opgenomen onder 5.1 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1,5 jaar na het onherroepelijk worden van dit wijzigingsplan (9 april 2020), dan wel het niet duurzaam in stand houden daarvan na realisatie;
b. het niet duurzaam in standhouden van gerealiseerde groenelementen en houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'g'.
- 4. ter plaatse van het adres Steegseweg 26 Beek
a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 3.4 van de regels wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'agrarisch' aangemerkt:
Het niet realiseren van de landschappelijke inpassing (daaronder mede verstaan het niet verwijderen van de kuilplaten) overeenkomstig 'Landschappelijke inpassing Steegseweg 26 te Beek' zoals opgenomen onder 5.3 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) op gronden met de nadere aanduiding 'g' binnen 1 jaar na het in werking treden van dit wijzigingsplan (28 januari 2021), alsmede het niet duurzaam in stand houden daarvan na realisatie;
b. het niet duurzaam in standhouden van gerealiseerde groenelementen en houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'g'.
3.5 Afwijken van de gebruiksregels
3.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 4 Agrarisch - Paardenhouderij
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch - Paardenhouderij' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. gebruiksgerichte paardenhouderij en/of productiegerichte paardenhouderij;
- b. beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
- c. bed and breakfast;
- d. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
- e. nutsvoorzieningen;
- f. opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen, uitsluitend in vrijkomende, vrijgekomen en/of voormalige agrarische gebouwen zoals die voor wat betreft omvang en uitstraling aanwezig zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan,
met de daarbij behorende:
- g. erfbeplanting;
- h. erven en terreinen;
- i. parkeervoorzieningen;
- j. wegen en paden;
- k. water.
4.2 Bouwregels
4.3 Afwijken van de bouwregels
4.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
- b. het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van nevenactiviteiten tenzij daarvoor met toepassing van artikel 4.5.2 is afgeweken van het plan, alsmede het voortzetten van deze activiteiten indien het agrarisch bedrijf is beeindigd;
- c. het gebruik van gronden ten behoeve van een paardenbak buiten het bouwvlak;
- d. het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van kleinschalig kamperen;
- e. het gebruik van gronden en gebouwen ten behoeve van een agrarisch bedrijf niet zijnde een productiegerichte paardenhouderij;
- f. het gebruik van gronden en gebouwen ten behoeve van een intensieve veehouderij of ten behoeve van het tijdelijk dan wel permanent houden van geiten;
- g. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- h. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
- i. het niet uitvoeren en instand houden van het terreininrichtingsplan St Jansgildestraat 15-17 te Beek, zoals opgenomen in Bijlage 22 bij deze regels binnen 1,5 jaar na inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
4.5 Afwijken van de gebruiksregels
4.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 5 Agrarisch Met Waarden
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. agrarische bedrijven, niet zijnde niet-grondgebonden veehouderijen, kwekerijen en (glas)-tuinbouwbedrijven;
- b. niet-grondgebonden veehouderijen, uitsluitend voor zover het bestaande niet-grondgebonden veehouderijen betreft;
- c. kwekerijen, uitsluitend voor zover het bestaande kwekerijen betreft, alsmede ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kwekerij';
- d. (glas-)tuinbouwbedrijven, uitsluitend voor zover het bestaande (glas-) tuinbouwbedrijven betreft;
da. biovergisting voor zover het betreft de verwerking van op het bedrijf geproduceerde mest en met dien verstande dat het restproduct op de tot het bedrijf behorende gronden wordt gebruikt;
- e. het (hobbymatig) houden van dieren en telen van gewassen;
- f. bescherming en versterking van waarden zoals aangegeven in artikel 41 lid 41.9;
- g. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
- h. zelfstandige inwoningsituatie, ter plaatse van de in de onderstaande tabel genoemde adressen:
Adressen met inwoning | Nr. | Plaats |
Doesburgseweg | 18, 20 | Didam |
- i. productiegerichte paardenhouderij;
- j. bed and breakfast;
- k. uitoefening van nevenactiviteiten op het adres als genoemd in onderstaande tabel, waarbij de activiteit zich dient te concentreren binnen de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch – nevenactiviteit':
Adres | Nr. | Plaats | Nevenactiviteit | Opmerkingen |
Foxheuvelstraat | 10 | Didam | Twee logiesverblijven | De activiteit is uitsluitend toegestaan binnen de bebouwing. |
Holthuizerstraat | 2 | Vethuizen | Zorgboerderij | De activiteit is uitsluitend toegestaan binnen de bestaande gebouwen. |
Holthuizerstraat | 4 | Vethuizen | Kinderdagopvang | De activiteit is uitsluitend toegestaan binnen de bebouwing. |
Truisweg | 4 | Didam | Handel in silo's |
- l. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
- m. een GSM/UMTS-mast, ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';
ma.een plattelandswoning met bijbehorende bijgebouwen ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning';
mb. het instandhouden van de groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';
- n. extensieve dagrecreatie voor zover de agrarische bedrijvigheid niet wordt belemmerd;
- o. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden van water, bergen, aan- en afvoeren van water en natuurvriendelijke oeverzones langs watergangen;
- p. nutsvoorzieningen;
- q. (-)
- r. opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen, uitsluitend in vrijkomende, vrijgekomen en/of voormalige agrarische gebouwen zoals die voor wat betreft omvang en uitstraling aanwezig zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan;
ra. toegangswegen ter ontsluiting van percelen met een andere bestemming, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan;
rb. bouwwerken bij de bestemming 'Agrarisch - Paardenhouderij' voor zover die tot stand komen op grond van de artikelen 4.3.1 en 4.5.3 en voor zover dat binnen de regels van die bestemming mogelijk wordt gemaakt;
rc. bij de bestemming 'Wonen' behorende en begrensde erven, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan.
met de bij het toegestane gebruik onder a, b, c, d en i behorende:
- s. erfbeplanting;
- t. erven en terreinen;
- u. wegen en paden.
5.2 Bouwregels
5.3 Afwijken van de bouwregels
5.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie op adressen welke niet zijn genoemd in lid 5.1 sub h;
- b. het gebruik van meer dan 1 ha van het bouwvlak ten behoeve van de intensieve veehouderij, met uitzondering van:
- 1. bestaande intensieve veehouderijen, die op het moment van inwerkingtreding van het plan reeds meer dan 1 ha van het bouwvlak gebruiken ten behoeve van de intensieve veehouderij, waarbij onverminderd het bepaalde onder b3 maximaal die bestaande oppervlakte is toegestaan;
- 2. bestaande intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied', waarbij maximaal die oppervlakte van het bouwvlak mag worden gebruikt die op het moment van inwerkingtreding van het plan bestaat;
- 3. bestaande intensieve veehouderijen ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied', waarvan het gebruik ten behoeve van de intensieve veehouderij niet meer mag bedragen dan 1,5 ha dan wel niet meer dan de bestaande omvang van het bouwvlak voor zover dit meer bedraagt dan 1,5 ha.
- c. het gebruik van de gronden en opstallen ten behoeve van nevenactiviteiten anders dan zoals is aangegeven in lid 5.1 sub k, alsmede het voortzetten van deze activiteiten indien het agrarisch bedrijf is beeindigd;
- d. het gebruik van de gronden ten behoeve van een paardenbak buiten het bouwvlak, onverminderd het bepaalde in 5.2.2 sub a;
- e. het gebruik van gronden en opstallen ten behoeve van kleinschalig kamperen;
- f. het gebruik van agrarische bouwvlakken die op het moment van inwerkingtreding van het plan niet in gebruik zijn voor een intensieve veehouderij(tak), ten behoeve van de intensieve veehouderij;
- g. het gebruik van meer dan één bouwlaag van een bouwwerk voor het houden van dieren ten behoeve van een intensieve veehouderij;
- h. het gebruik van agrarische gronden ten behoeve van kwekerij, met uitzondering van de gronden zoals die op het moment van inwerkingtreding van het plan als zodanig aanwezig zijn;
- i. het gebruik van gronden ten behoeve van meerdaagse evenementen;
- j. opslag van hooirollen buiten het bouwvlak;
- k. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- l. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
- m. het gebruik van schuilgelegenheden ten behoeve van opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen met uitzondering van opslag ten behoeve van het toegestane gebruik;
- n. biovergisting, waarbij dierlijke mest van derden wordt verwerkt en/of het restproduct op gronden van derden wordt gebruikt;
- o. het gebruik van agrarische gronden voor waterpartijen niet zijnde een gebruik als bedoeld onder 5.1 sub o, alsmede niet zijnde voor de natuur en op natuurlijke wijze ingerichte poelen daar waar dit uit oogpunt van natuurdoelstellingen wenselijk wordt geacht, waterhuishoudkundig mogelijk is en dit op grond van artikel 41.9 kan worden toegestaan;
- p. het gebruik van agrarische gronden (buiten het bouwvlak) als tuin, voor zover niet aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
- q. het zodanig vergroten van het veebestand bij een grondgebonden veehouderijbedrijf (niet zijnde ten behoeve van een intensieve veehouderijtak) dat zonder een uitbreiding van de bij het bedrijf behorende gronden dit bedrijf als niet-grondgebonden veehouderijbedrijf dient te worden aangemerkt;
- r. het (al dan niet tijdelijk) gebruik van agrarische bouwvlakken en/of gebouwen die in gebruik zijn voor een niet-grondgebonden veehouderij(tak) en/of een intensieve veehouderij(tak) voor geitenhouderij of het houden van geiten, tenzij het een bestaande betreft in welk geval het ter plaatse toegestane aantal geiten niet mag toenemen;
- s. het gebruik van agrarische bouwvlakken voor biologische geitenhouderij, tenzij het bestaande geitenhouderij betreft, in welke geval het ter plaatse toegestane aantal geiten niet mag toenemen;
- t. het ophogen van gronden tenzij de noodzaak daarvan uit oogpunt van een doelmatige agrarische bedrijfsvoering is aangetoond, een en ander onverminderd het gestelde onder 41.9;
- u. het gebruik van gebouwen voor het houden van dieren ter plaatse van de aanduiding 'houden van dieren uitgesloten'.
Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'agrarisch' is per adres het navolgende geregeld:
- 1. ter plaatse van het adres Tatelaarweg 32 te Didam
in aanvulling op het bepaalde in artikel 5.4 van de regels wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'agrarisch met waarden' aangemerkt:
a. Het niet voorzien in de landschappelijke inpassing overeenkomstig 'Schetsboek Tatelaarweg 32 Didam (23 mei 2019)' zoals opgenomen onder 6.2 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1,5 jaar na de start van de bouw van het woongebouw binnen het plangebied, alsmede het niet duurzaam instandhouden daarvan na realisatie;
b. het niet duurzaam instand houden van gerealiseerde groenelementen en houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'g'.
5.5 Afwijken van de gebruiksregels
5.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 6 Bedrijf
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. bedrijven genoemd in categorie 1 en 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten, opgenomen in Bijlage 2 'Staat van bedrijfsactiviteiten' van deze regels dan wel bedrijven welke naar aard, omvang en gevolgen voor de omgeving daarmee gelijk kunnen worden gesteld met dien verstande dat:
- 1. bedrijven ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf – bestaand bedrijf' en bedrijven ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf – nieuw bedrijf', tevens bestemd zijn voor de functie die onder 'nadere bestemming' in de onderstaande tabel is opgenomen, met in achtneming van hetgeen onder 'opmerking' is aangegeven;
- 2. gronden met de bestemming ‘Bedrijf’ met of zonder nadere aanduiding tevens zijn bestemd voor het bouwen van praalwagens ten behoeve van sociale culturele activiteiten;
- 3. gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslagbedrijf' uitsluitend zijn bestemd voor een opslagbedrijf, met dien verstande dat het bepaalde in de onderstaande tabel tevens van toepassing is;
- 4. gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - hoveniersbedrijf' uitsluitend zijn bestemd voor een hoveniersbedrijf met kwekerij, met dien verstande dat het bepaalde in de onderstaande tabel tevens van toepassing is;
- 5. gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - agrarisch loonwerkbedrijf' uitsluitend zijn bestemd voor agrarische loonwerkbedrijven in de bestaande gebouwen, alsmede opslag in de bestaande gebouwen onder de navolgende voorwaarden: 'niet-bedrijfsgebonden opslag van al dan niet volumineuze goederen en materialen met (nagenoeg) geen milieu-uitstraling1 (niet zijnde opslag die moet worden aangemerkt als (uitvalsbasis voor) een bedrijf), dan wel stalling van vaar- en/of voertuigen, uitsluitend in de gebouwen zoals die voor wat betreft aard, omvang en (zowel in- als uitpandige) uitstraling aanwezig zijn op het moment van terinzagelegging van het ontwerp bestemmingsplan';
- 6. gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - blindengeleidehonden-opleidingsschool' uitsluitend zijn bestemd voor een blindengeleidenhonden-opleidingsschool in de bestaande gebouwen, met dien verstande dat het bepaalde in de onderstaande tabel tevens van toepassing is.
Adres | Nr. | Plaats | Nadere bestemming | Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m²)* | Maximale oppervlakte aan gebouwen (m²)* | Opmerking |
Arnhemseweg | 23 | Beek | Loonwerkbedrijf | 897 | 1.031 | |
Arnhemseweg | 26, 26b | Beek | Dierenpension en huisdierenbegraafplaats | 1.400 | 1.610 | |
Bosslagstraat | 6 | Didam | 555 | 638 | ||
Botteramstraatje | 3 | Wijnbergen | Vervaardigen van timmerwerk | 1.990 | 2.288 | De hoogte van buitenopslag ter plaatse van de aanduiding 'opslag', gemeten van het hoogste punt tot peil, mag niet meer dan 5 m bedragen |
Braamweg | 3 | Braamt | 665 | 765 | ||
De Hogenend | 88 | Didam | Hoveniersbedrijf | 565 | 650 | |
De Hogenend | 88a | Didam | 855 | 983 | ||
Didamseweg | 50 | Loerbeek | Meubelstoffeerderij, opslag | 800 | 980 | |
Dijksestraat | 42- 44 | Didam | Aannemersbedrijf | 296 | 340 | |
Dijksestraat | 53a | Didam | Autoschade en spuiterij | 400 | 460 | |
Doesburgseweg | 13 | Didam | 1.165 | 1.339 | ||
Doesburgseweg | 15 | Didam | 630 | 725 | ||
Doetinchemseweg | 8 | Kilder | Hoveniersbedrijf en ondersteunende verkoopruimte | - | 700* | * De maximaal toegestane oppervlakte aan gebouwen is exclusief de oppervlakte aan bestaande kassen. |
Doetinchemseweg | 14-16 | Kilder | Eierhandel en pluimveeuitsnij derij en winkel | 610 | 702 | |
Stillewaldweg | 2a | Loerbeek | 280 | 322 | ||
Fuukweg | 1 | Didam | 840 | 924 | ||
Gendringseweg | 2 | Azewijn | Staalconstructie-, Loodgietersbedrijf en verkooppunt van motorbrandstof fen | 905 | 1.040 | |
Gendringseweg | 4a | Azewijn | Dienstverlening t.b.v. de landbouw | 485 | 704 | |
Gendringseweg | 8 | Azewijn | 510 | 561 | ||
Gendringseweg | 10 | Azewijn | Hoveniersbedrijf met kwekerij | 168 | 268 | Buitenopslag is toegestaan tot een maximale hoogte van 2 meter, gemeten vanaf peil. |
Gravenpark | 1 | Didam | 1.123 | 1.291 | ||
Greffelkampse weg | 13 24a | Didam | Aannemersbedrijf | 656 | 755 | |
Greffelkampse weg | 23 | Didam | Sloopbedrijf met autorijschool | 1.075 | 1.236 | De hoogte van buitenopslag gemeten van het hoogste punt tot peil, mag niet meer dan 2,5 m bedragen. |
Greffelkampse weg | 40 | Didam | 430 | 494 | ||
Groot Lobberikweg | 4- 4b | Loerbeek | Aannemers- en sloopbedrijf | 2.000 | 2.200 | |
Groot Lobberikweg | 6 | Loerbeek | 1.172 | 1.348 | ||
Haaghweg | 5 | Didam | Kwekerij, opslagbedrijf, opleidingscentrum t.b.v. praktijkonderwijs, poelier en eierhandel | 2.495 | 2.870 | De oppervlakte van het opleidings centrum mag niet meer bedragen dan 750 m2. |
Haaghweg | 6 | Didam | Timmerbedrijf | 345 | 397 | |
Heeghstraat | 78-80 | Didam | Opslag, Loon- en grondverzet bedrijf | 2.445 | 2.812 | |
Hengelderweg | 4/ 4a | Didam | Agrarisch loonwerkbedrijf/ agrarische loonwerk bedrijven | - | 3.720 | Opslag is toegestaan onder voorwaarden als genoemd onder 6.1 a5. |
Kerckhoveweg | 16 | Didam | Transport en verkoop van bestratings materiaal | 330 | 380 | |
Kerckhoveweg | 1, 3, 5 | Didam | 680 | 782 | ||
Kerkhuisstraat | 1 | Beek | 894 | 1.028 | ten oosten van 1 | |
Kerkhuisstraat | 20 | Beek | Agrarische dienstverlening/ hulpbedrijf | 590 | 679 | |
Kerkhuisstraat | 24-24a | Beek | Loonbedrijf | 1.899 | 2.184 | |
Kerkwijkweg | 4 | Didam | 2.960 | 3.404 | ||
Kloosterstraat | 8 | Didam | Maalderij | - | 538 | |
Koningsweg | 2b | Beek | 1.275 | 1.466 | ||
Koningsweg | 11 | Didam | 2.794 | 3.213 | ||
Korenweg | 5 | Didam | Hoveniersbedrijf met kwekerij | - | 700* | * De maximaal toegestane oppervlakte aan gebouwen is exclusief de oppervlakte aan bestaande kassen. |
Landeweer | 1 | Didam | Dierenpension | 825 | 949 | |
Langeboomse straat | 28 | Braamt | Groothandel in zaai- en pootgoed en gewasbescher mingsproducten | 1.070 | 1.284 | |
Langestraat | 35 | Braamt | Kantoor, opslag en showroom van kunstofkozijnen bedrijf | 295 | 339 | |
Molenweg | 2a-2b | Kilder | Meubelmakerij, paardensport, fabriek Keuben, management | 897 | 1.031 | |
Molenweg | 8- 10- 12 | Kilder | Mengvoeder fabriek, groot- en detailhandel in granen, veevoeders, meststoffen, zaai- en pootgoed en verdere agrarische bedrijfsbenodigd heden | 880 | 1.012 | |
Ompertsestraat | 11 | Azewijn | Verhuur van medische hulpmiddelen, rolstoelen en invalidenwagens, opslag, mengen, samenstellen en verkoop van natuurproducten. Facilitair onderhoud van gebouwen van diverse instellingen, kweekvisvijvers en dagopvang bijzondere (minder zelf redzame) doelgroepen, zoals gehandicapten, ouderen, kinderen etc. | 1.280 | 1.472 | |
Oude Doetinchemseweg | 1 | Kilder | Aannemersbedrijf | 900 | 1.035 | |
Oude Doetinchemseweg | Tegen over nummer 97 | Zeddam | Hoveniersbedrijf met daaraan verbonden verkoop van volumineuze goederen als bomen, struiken, plantgoed, tuinhout en (natuur)steen | 891 | 1.025 | Opslag is uitsluitend binnen het bouwvlak toegestaan, alsmede ter plaatse van de aanduiding 'opslag' waarbij de hoogte in beide gevallen niet meer mag bedragen dan 3 m. |
Pakopseweg | 3 | Didam | Hoveniers-, Groenvoor zieningsbedrijf met composteer- inrichting middels geforceerde beluchting | 4.440 | 4.440 | Opslag is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'opslag'. De hoogte van (composteer) opslag mag niet meer bedragen dan 2 m gemeten vanaf peil. |
Pakopseweg | 12a | Didam | Opslagbedrijf | - | 2.498 | - De aard van de opslag is maximaal milieucat. 2; - opslag van gevaarlijke stoffen, alsmede opslag als uitvalsbasis voor bedrijvigheid, is niet toegestaan; - binnen de bedrijfsgebouwen (uitgezonderd de bedrijfswoning) is geen geurgevoelige functie toegestaan. |
Rijksweg A18 | 1 | Didam | Benzineservice station | 560 | 644 | |
Rijksweg A18 | 2 | Didam | Benzineservice station | 400 | 460 | |
Rodenbroekweg | 2 | Wijnbergen | Rietdekkersbedrijf | 3.094 | 3.403 | |
Rozenpas | 8 | Kilder | Blinden geleidehonden opleidingsschool | - | 835 | ter plaatse van de aanduiding -gg is geen geurgevoelig gebruik toegestaan Buitenuitloop van honden is onder geschikt toegestaan. |
Sint Jansgildestraat | 12 | Beek | Landmechanisatiebedrijf | 1.465 | 1.685 | |
Sint Jansgildestraat | 16 | Beek | Fijnmechanica bedrijf | 2.100 | 2.800 | |
Sint Jansgildestraat | 30a | Beek | Werkplaats en magazijn t.b.v. electrabedrijf | 210 | 308 | |
Sint Jansgildestraat | 35 | Beek | 2.000 | 2.645 | ||
Sint Jansgildestraat | 45a | Beek | Drukkerij/-installatiebedrijf | 740 | 1.100 | |
Tatelaarweg | 7 | Didam | 1.443 | 1.659 | ||
Tatelaarweg | 11a | Didam | - | 700 | ||
Tatelaarweg | 19 | Didam | 2.800 | 3.220 | ||
Tatelaarweg | 20 | Didam | Hoveniersbedrijf | 1.250 | 1.550 | Opslag van materialen is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'opslag'. |
Tatelaarweg | 21-21a | Didam | Benzineservice station | 1.785 | 2.052 | |
Tatelaarweg | 24 | Didam | Honden- en kattenpension, en opslag | - | 1.250 | Ter plaatse van de aanduiding 'opslag' mag uitsluitend een gebruik van de gebouwen voor opslag plaatsvinden. |
Tengbergenweg | Tegen- over nummer 2 | Didam | - | 145 | ||
Terborgseweg | 5a | Zeddam | 157 | 324 | ||
Terborgseweg | 10 | Zeddam | Aannemers-, houtbewerkings bedrijf en opslag van hout | 1.165 | 1.340 | |
Terborgseweg | 28-30- 30a-34 | Azewijn | Steenfabriek met de daarbij behorende activiteiten | 33.500 | 38.525 | Van maximaal 25% van de oppervlakte van de bij de steenfabriek behorende gebouwen mag de maximale goot- en bouwhoogte resp. 15 en 20 meter bedragen. |
Tolweg | 4 | Didam | 680 | 782 | ||
Truisweg | 6-8 | Didam | Grondverzet bedrijf | 2.590 | 2.980 | |
Wehlseweg | 10 | Kilder | Loonbedrijf | 1.595 | 1.595 | Niet meer dan 750 m² mag gebruikt worden ten behoeve van het loonbedrijf. |
Werfhout | 1 | Didam | Dierenpension | 345 | 397 | |
Wijnbergseweg | 5 | Braamt | Parketfabriek | 2.880 | 3.335 | |
Zeddamseweg | 4 | Lengel | Verkoop en verhuur van aanhangwagens en caravans | 551 | 633 |
*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte aan gebouwen is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;
Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'Bedrijf' is per adres het navolgende geregeld:
- 1. ter plaatse van het adres Stillewaldweg 14 te Loerbeek bedraagt de oppervlakte aan bedrijfsgebouwen binnen het bouwvlak maximaal 430 m2, exclusief bedrijfswoningen met bijbehorende bijgebouwen;
- 2. ter plaatse van het adres Vinkwijk 5 in Zeddam zijn in (afwijking van het bepaalde in artikel 6.2) uitsluitend de bestaande gebouwen toegestaan. Herbouw/nieuwbouw is uitsluitend toegestaan in verband met het tenietgaan van gebouwen ten gevolge van een calamiteit.
- b. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
- c. een GSM/UMTS-mast, ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';
- d. een beroep aan huis;
da. het instandhouden van groenvoorzieningen en houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'groen';
db. opslag van bestrijdingsmiddelen en aanverwante stoffen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslag bestrijdingsmiddelen';
dc. zelfstandige inwoningsituatie, ter plaatse van de in de onderstaande tabel genoemde adressen:
Adressen met inwoning | Nr. | Plaats |
Tatelaarweg | 24/24a | Didam |
- e. nutsvoorzieningen,
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- f. tuinen, erven en groenvoorzieningen;
- g. ontsluitingen/inritten;
- h. parkeervoorzieningen.
- 1. 1. De niet-bedrijfsgebondenopslag betreft in geen geval opslag van brandgevaarlijke, explosieve stoffen of goederen, opslag van vuurwerk, of opslag met risico op bodem- en/of milieuverontreiniging.
6.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
- b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijkgesteld met het bouwvlak;
- c. ten hoogste één bedrijfswoning is toegestaan, met dien verstande dat:
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan;
- 2. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen', het daar aangegeven maximum aantal bedrijfswoningen is toegestaan;
- 3. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' de bedrijfswoning uitsluitend is toegestaan ter plaatse van die aanduiding;
- d. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 6.1;
- e. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven, tenzij in de tabel onder sub fa anders is aangegeven, in welk geval de maatvoering niet meer bedraagt dan daar is opgenomen:
Functie van een bouwwerk | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
Bedrijfsgebouw | 6 | 10 | - | - |
Bedrijfswoning | 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 800 | - |
Bijgebouwen bij bedrijfswoning | 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | - | 100 |
Overkappingen aan de woning | 3** | 50* | ||
Overkappingen aan bijgebouwen | 3** | 50* | ||
Erf- en terreinafscheidingen | - | 2,5 | - | - |
Licht- en vlaggenmasten binnen het bouwvlak | - | 12 | - | - |
Licht- en vlaggenmasten buiten het bouwvlak | - | 8 | - | - |
Kassen | bestaand | bestaand | ||
GSM/UMTS-mast met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d. ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangst installatie' | - | bestaand | - | - |
Overkappingen (niet zijnde overkappingen aan de woning of aan een bijgebouw) voor zover de gronden die op grond van de bestemming voor bebouwing in aanmerking komen voor niet meer dan 50% zijn bebouwd. | 4,5*** | |||
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak | - | 10 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het bouwvlak | - | 2 | - | - |
*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning of een bijgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen;
Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning of een bijgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;
**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning of een bijgebouw;
***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw;
Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'Bedrijf' is per adres het navolgende geregeld:
- ter plaatse van het adres Vinkwijk 5 in Zeddam zijn uitsluitend de bestaande gebouwen toegestaan. Herbouw/nieuwbouw is uitsluitend toegestaan in verband met het tenietgaan van gebouwen ten gevolge van een calamiteit;
- f. in afwijking van het bepaalde in sub e zijn aan de Terborgseweg 30 te Azewijn bedrijfsgebouwen toegestaan met een maximale goothoogte van 9 meter en een maximale bouwhoogte van 12 meter. Tevens zijn schoorstenen, rookgasreinigers, luchtkokers en soortgelijke bouwwerken en installaties toegestaan met een maximale hoogte van 25 meter, voor zover die voor een doelmatige bedrijfsvoering en/of uit oogpunt van milieu noodzakelijk zijn;
fa. in afwijking van het bepaalde in sub e gelden voor de navolgende adressen de volgende afwijkende maatvoeringen:
Adres | Nadere bestemming | Goothoogte bedrijfs- gebouw | Bouwhoogte bedrijfs- gebouw | Opmerkingen |
Doetinchemseweg 8 te Kilder | Hoveniersbedrijf en ondersteunende verkoopruimte | 5,5 | 8 | De kweekkas is uitsluitend toegestaan in maximaal de bestaande afmetingen en op de bestaande locatie |
Gendringseweg 10 te Azewijn | Hoveniersbedrijf met kwekerij | 4,5 | 7 | |
Hengelderweg 4 te Didam | Agrarisch loonwerkbedrijf/ agrarische loonwerkbedrijven | bestaand | bestaand | Uitsluitend van toepassing op de bedrijfsgebouwen, niet zijnde bedrijfswoning |
Korenweg 5 te Didam | Hoveniersbedrijf met kwekerij | 4,5 | 8 | |
Rozenpas 8 te Kilder | Blindegeleidehonden opleidingsschool | bestaand | bestaand | Uitsluitend van toepassing op de bedrijfsgebouwen, niet zijnde bedrijfswoning |
Tengbergenweg tegenover nr. 2 | 4,5 | 7 | ||
Tatelaarweg 11a te Didam | 4,5 | 6 |
fb. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslagbedrijf' zijn inpandige (ver-)bouwactiviteiten en/of gevelwijzigingen buiten het bouwvlak, welke een uitbreiding van het aantal opslagunits ten doel hebben, niet toegestaan;
- g. bouwkundige voorzieningen zijn toegestaan ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 6.5.1 kan worden en wordt toegestaan;
- h. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub e, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan.
6.3 Afwijken van de bouwregels
6.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
- b. buitenopslag, tenzij buitenopslag een onlosmakelijk en inherent onderdeel is van de bedrijfsvoering, alsmede buitenopslag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf-opslagbedrijf';
- c. het gebruik van gebouwen ten behoeve van horeca en detailhandel;
- d. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- e. het niet uitvoeren en instandhouden van het 'Beplantingsplan Hengelderweg 4 en 6 te Didam', zoals opgenomen in Bijlage 20 bij deze regels binnen 1,5 jaar na inwerkingtreding van het plan;
- f. het niet uitvoeren en instandhouden van de 'landschappelijke inpassing Rozenpas 8 te Kilder', zoals opgenomen in Bijlage 21 bij deze regels binnen 1,5 jaar na inwerkingtreding van het plan.
6.5 Afwijken van de gebruiksregels
6.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 7 Bedrijf - Energiepark
7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf - Energiepark' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. het opwekken van energie door middel van het omzetten van zonlicht in elektriciteit met gebruik van zonnepanelen met de daarbij behorende voorzieningen;
- b. agrarische bedrijvigheid.
7.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven;
Functie van een bouwwerk | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
Bedrijfsgebouw | - | 3 | - | 120 |
Zonnepanelen en bijbehorende installaties | - | 3 | - | - |
Palen en masten | - | 10 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | 2 | - | - |
- b. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub a, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
- c. een bedrijfswoning is niet toegestaan.
Artikel 8 Bedrijf - Nutsvoorziening
8.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. nutsvoorzieningen, welke nader zijn omschreven in de onderstaande tabel:
Adres | Nr. | Plaats | Nadere bestemming | Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2) | Maximale toegestane oppervlakte aan gebouwen (m2) |
Boskant | 2 | Kilder | Gasontvangststation | 21 | 21 |
Oude Eltenseweg | 2 (voor heen 4) | Zeddam | Winning, zuivering en distributie van drinkwater waarbij een medegebruik voor extensieve dagrecreatie is toegestaan | 278 | 1.465 |
Oldegoorweg | 4 | Didam | Drinkwater voorziening met pompgemaal met de bestaande ondergrondse voorzieningen | 50 | 58 |
Oude Sluisweg | Wijnbergen | Opslagterrein van materialen i.v.m. waterhuishouding van de Oude IJssel (nabij de zwaaikom) | 0 | 0 | |
Oude Tramweg | 30-32 | Lengel | Telefooncentrale | 142 | 163 |
Vincwijcweg | 6 | Didam | Gemeentelijk gronddepot en opslagterrein | 405 | 466 |
Terborgseweg | 30 | Azewijn | Gasontvangststation | 85 | 85 |
aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- b. tuinen en erven;
- c. groenvoorzieningen;
- d. ontsluitingen/inritten;
- e. parkeervoorzieningen.
8.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. de oppervlakte van de gebouwen mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 8.1;
- b. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
Bedrijfsgebouw | - | 3 | - | - |
Overkappingen | - | 3* | - | - |
Erf- en terreinafscheidingen | - | 2,5 | - | - |
Licht- en vlaggenmasten | - | 8 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | 2 | - | - |
*Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak;
- c. Indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub b, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
- d. In afwijking van het bepaalde in sub b bedraagt de hoogte van het drinkwaterproductiegebouw ter plaatse van de Oude Eltenseweg 2 (voorheen 4) te Zeddam maximaal 10,5 meter;
- e. een bedrijfswoning is niet toegestaan.
Artikel 9 Bedrijf - Windturbine
9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf - Windturbine' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. windturbines en daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen inkoopstations ten behoeve van de levering van elektriciteit aan het openbare net;
- b. agrarische bedrijvigheid;
- c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - serviceweg', voor wegen ten dienste van windturbines, met een rijbaanbreedte van maximaal 4 m.
9.2 Bouwregels
Op en in de gronden als bedoeld in lid 9.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
- a. ten hoogste één windturbine binnen elk bestemmingsvlak, met inachtneming van de volgende bepalingen:
- 1. de bouwhoogte van een windturbine mag niet meer dan 98 m bedragen;
- 2. het hoogste punt van de wieken van een windturbine mag op maximaal 139 m boven het peil liggen;
- 3. de rotordiameter van een windturbine, gemeten tussen de uiteinden van de wieken, mag niet meer dan 82 m bedragen;
- 4. de uiteinden van de wieken mogen het verticale vlak dat door de bestemmingsgrens loopt, niet doorsnijden;
- b. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, behorende bij de bestemming waaronder begrepen schakelkasten en andere nutsvoorzieningen, waarvan de inhoud niet meer dan 50 m³ en de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen.
Artikel 10 Bos
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. instandhouding van bos ten behoeve van aldaar voorkomende dan wel daaraan eigen natuur- en landschapswaarden;
- b. bosbouw voor zover de onder a bedoelde waarden niet onevenredig worden aangetast;
- c. extensieve dagrecreatie;
- d. water;
- e. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden, bergen, aan- en afvoeren van water;
- f. natuurkampeerterrein ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein' met de daarbij behorende bergingen en sanitaire ruimten;
- g. een hondendressuurterrein uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bos - hondendressuur';
- h. voorzieningen ten behoeve van bijenteelt uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bos - bijenteelt';
- i. de aan het bos verbonden open plekken, heidevelden en schraalland voor zover deze uit oogpunt van landschaps- en natuurbeheer noodzakelijk zijn.
10.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. Het bouwen van gebouwen is niet toegestaan, tenzij de gronden zijn gelegen ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein', 'specifieke vorm van bos - hondendressuur' of 'specifieke vorm van bos - bijenteelt';
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein' gelden de volgende regels:
- de oppervlakte van de gebouwen (niet zijnde een (bedrijfs)woning) mag niet meer bedragen dan de oppervlakte zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
- de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan respectievelijk 3 m en 6 m dan wel niet meer dan de bestaande goot- en bouwhoogte indien deze meer bedraagt dan 3 resp. 6 meter;
- 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bos - hondendressuur' gelden de volgende regels:
- de oppervlakte van de gebouwen (niet zijnde een (bedrijfs)woning) mag niet meer bedragen dan de bestaande oppervlakte;
- de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan de bestaande goot- en bouwhoogte;
- 3. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bos - bijeenteelt' gelden de volgende regels:
- de oppervlakte van de gebouwen (niet zijnde een (bedrijfs)woning) mag niet meer bedragen dan de bestaande oppervlakte;
- de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan de bestaande goot- en bouwhoogte;
- 1. ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein' gelden de volgende regels:
- b. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.
10.3 Afwijken van de bouwregels
10.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
- a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de in lid 10.1 bedoelde gronden de volgende werkzaamheden, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
- 1. aanleggen en verharden van wegen, paden, parkeerterreinen en andere verhardingen;
- 2. egaliseren, ophogen, afgraven van gronden;
- 3. vellen en rooien van houtopstanden, tenzij al een kapvergunning nodig is op basis van de Bomenverordening, alsmede indien de Boswet van toepassing is;
- 4. aanleg ondergrondse leidingen;
- 5. dempen van sloten en graven van watergangen.
- b. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.
- c. Geen omgevingsvergunning als bedoeld in sub a is vereist voor:
- 1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van normaal beheer en onderhoud zoals toegestaan in lid 10.1;
- 2. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden welke op het moment van het inwerking treden van het plan legaal in uitvoering waren of konden worden uitgevoerd krachtens een voor dat tijdstip geldende, dan wel aangevraagde vergunning;
- 3. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van de realisering en aanleg van landgoed Arnhemseweg 17a te Beek, overeenkomstig het Inrichtings-, beplantings- en beheerplan d.d. 13 april 2010, zoals opgenomen in Bijlage 17 bij deze regels;
- 4. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van de aanleg van kabels en leidingen ten behoeve van de realisering van landgoed Arnhemseweg 17a te Beek;
- 5. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die gevolgen hebben of kunnen hebben voor de waterhuishouding, waarop de Keur van waterschappen van toepassing is.
Artikel 11 Detailhandel
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. detailhandel, met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres | Nr. | Plaats | Nadere bestemming | Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* | Maximale toegestane oppervlakte aan gebouwen (m2)* | Opmerkingen |
Sint Jansgildestraat | 37 | Beek | Woninginrichtingsbedrijf | 2.675 | 3.076 | |
Wehlseweg | 4 | Kilder | Woninginrichtingsbedrijf | 2.000 | 3.000 | |
Wehlseweg | 92 | Loil | Supermarkt | 271 | 312 |
*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;
aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
- b. een beroep aan huis indien een bedrijfswoning is toegestaan of het bestaande bedrijf aan huis,
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- c. tuinen, erven en groenvoorzieningen;
- d. ontsluitingen/inritten;
- e. parkeervoorzieningen.
11.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 11.1;
- b. ten hoogste is één bedrijfswoning toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan;
- c. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
Bedrijfsgebouw | 6 | 10 | - | - |
Bedrijfswoning | 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 800 | - |
Bijgebouwen bij bedrijfswoning | 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | - | 100 |
Overkappingen aan de woning | 3** | 50* | ||
Overkappingen (overig) | 4,5*** | 100* | ||
Erf- en terreinafscheidingen | - | 2,5 | - | - |
Licht- en vlaggenmasten | - | 12 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | 10 | - | - |
*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning of een bijgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen.
Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;
**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;
***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;
- d. bouwkundige voorzieningen zijn toegestaan ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 11.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
- e. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub c, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan.
11.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
- b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis.
- d. een gebruik voor andersoortige detailhandel dan genoemd in lid 11.1 sub a.
11.4 Afwijken van de gebruiksregels
11.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.
Artikel 12 Groen
12.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. (afschermende) groenvoorzieningen en de instandhouding daarvan;
- b. lichtmasten op het adres Braamweg 7 te Braamt;
- c. een hertenkamp, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - hertenkamp';
- d. een grondwal, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - grondwal';
- e. paden en toegangswegen;
- f. water.
12.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd met uitzondering van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - hertenkamp', waar 1 gebouw (niet zijnde een (bedrijfs)woning) is toegestaan met een maximale oppervlakte van 20 m² en een maximale bouwhoogte van 3 m;
- b. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 m;
- c. in afwijking van het gestelde onder b, mag de bouwhoogte van de lichtmasten op het adres Braamweg 7 te Braamt niet meer bedragen dan 8 m.
Artikel 13 Horeca
13.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. horeca, met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres | Nr. | Plaats | Nadere bestemming | Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* | Maximale toegestane oppervlakte aan gebouwen (m2) * | Opmerkingen |
Arnhemseweg | 19 | Beek | Restaurant | 550 | 633 | |
Beekseweg | 1 | Zeddam | Daghoreca bedrijf met informatie voorziening | - | 300 | |
Dijksestraat | 52 | Didam | Restaurant en zalencentrum | 1.160 | 1.334 | |
Drieheuvelen weg | 1 | Lengel | Restaurant | 545 | 627 | |
Hartjensstraat | 2a | Lengel | Restaurant, bakkerij en cafe | 640 | 736 | De bij de bakkerij behorende detailhandel heeft een maximale omvang van 15 m² |
Hooglandseweg | 6 | Braamt | Hotel en restaurant | 380 | 418 | |
Kilderseweg | 18 | Zeddam | Restaurant | 375 | 740 | |
Kilderseweg | 27 | Zeddam | Hotel, restaurant en pension | 1.015 | 1.900 | |
Langeboomse straat | 5 | Vethuizen | Hotel, restaurant en vergaderzalen | 1.460 | 1.460 | Met dien verstande dat ten behoeve van het hotel en horeca gedeelte max. 1.162 m² is toegestaan. |
Montferland | 1 | Zeddam | Hotel en restaurant | 730 | 803 | |
Sint Jansgildestraat | 27 | Beek | Hotel en restaurant | 1.635 | 1.880 | |
Terborgseweg | 2 | Zeddam | Restaurant | 819 | 1.149 | |
Tolweg | 9 | Didam | Restaurant | 1.705 | 1.960 | |
Van Voorstweg | 1 | Didam | Zalenverhuur, café en verenigings activiteiten | 602 | 692 |
*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;
aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
- b. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
ba. het instandhouden van de groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';
- c. zelfstandige inwoningsituatie, ter plaatse van de in de onderstaande tabel genoemde adressen:
Adressen met inwoning | Nr. | Plaats |
Van Voorstweg | 1 | Didam |
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- d. tuinen, erven en groenvoorzieningen;
- e. ontsluitingen/inritten;
- f. parkeervoorzieningen.
13.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
- b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijkgesteld met het bouwvlak;
- c. ten hoogste is één bedrijfswoning toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan;
- d. indien de aanduiding 'bedrijfswoning' is aangegeven, is uitsluitend ter plaatse van die aanduiding, een bedrijfswoning inclusief bijgebouwen toegestaan;
- e. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 13.1;
- f. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven;
Functie van een bouwwerk | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
Bedrijfsgebouw | 6 | 10 | - | - |
Bedrijfswoning | 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 800 | - |
Bijgebouwen bij bedrijfswoning | 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | - | 100 |
Overkappingen aan de woning | 3** | 50* | ||
Overkappingen | 4,5*** | 50* | ||
Erf- en terreinafscheidingen | - | 2,5 | - | - |
Licht- en vlaggenmasten binnen het bouwvlak | - | 12 | - | - |
Licht- en vlaggenmasten buiten het bouwvlak | - | 8 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak | - | 10 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken geen gebouw zijnde buiten het bouwvlak | - | 2 | - | - |
*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen.
Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;
**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;
***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;
- g. bouwkundige voorzieningen zijn toegestaan ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend daar waar dat op grond van de tabel, zoals weergegeven in lid 13.1 onder c is toegestaan, alsmede bouwkundige voorzieningen ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties waar dit op grond van lid 13.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
- h. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub f, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan.
13.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie, op adressen welke niet zijn genoemd in lid 13.1 sub c;
- b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
- d. een gebruik voor detailhandel;
- e. een gebruik voor andersoortige horeca dan genoemd in lid 13.1 sub a;
- f. het verwijderen van groen en houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'groen'.
13.4 Afwijken van de gebruiksregels
13.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.
Artikel 14 Maatschappelijk
14.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. maatschappelijke voorzieningen, uitsluitend met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres | Nr. | Plaats | Nadere bestemming | Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m²)* | Maximale oppervlakte aan gebouwen (m²)* | Opmerkingen |
Gildepad | 1 | Zeddam | Heemkundigmuseum terrein | 175 | 201 | * |
Kilderseweg | ong | Zeddam | Begraafplaats | 0 | 0 | |
Lage Eltenseweg | 1 | Loerbeek | Opslagruimte voor natuurbeheer met bijbehorende kantoorruimte | 315 | 362 | |
Doetinchemse weg | 11 | Didam | Postduivenvereniging | 170 | 196 | * |
Manhorstweg | 3a | Didam | Verenigingsgebouw Schutterij | 279 | 327 | * |
Nevelhorstpad | 7 | Didam | Scouting | 175 | 201 | * |
Oude Eltenseweg | 1 | Loerbeek | Opslagruimte voor natuurbeheer met bijbehorende kantoorruimte | 400 | 567 | |
Peeskesweg | 13 | Beek | Jeugdherberg en groepsverblijf accommodatie | 285 | 413 | * |
Sint Jansgildestraat | 31 | Beek | Gildegebouw | 575 | 660 | * |
Vinkwijk | 2a | Zeddam | Scouting | 267 | 320 | * |
Vinkwijkseweg | 36 | Zeddam | Dierenkliniek | 875 | 1.254 |
*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;
aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
- b. een beroep aan huis indien een bedrijfswoning is toegestaan of het bestaande bedrijf aan huis,
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- c. tuinen en erven;
- d. groenvoorzieningen;
- e. ontsluitingen/inritten;
- f. parkeervoorzieningen;
- g. een lichte vorm van horeca, in de vorm van het verstrekken van dranken en kleine versnaperingen, die ondergeschikt is aan en ten dienste staat van de functie waarbij de horeca wordt uitgeoefend en uitsluitend bij die adressen waar dit in de tabel onder a in de kolom opmerkingen met '*' is aangeduid.
14.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
- b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijk gesteld met het bouwvlak;
- c. één bedrijfswoning is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
- d. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 14.1;
- e. bouwkundige voorzieningen zijn toegestaan ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 14.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
- f. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
Bedrijfsgebouw | 6 | 10 | - | - |
Bedrijfswoning | 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 800 | - |
Bijgebouwen bij bedrijfswoning | 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | - | 100 |
Overkappingen aan de woning | 3** | 50* | ||
Overkappingen (overig) | 3*** | 50* | ||
Erf- en terreinafscheidingen | - | 2,5 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak | - | 10 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het het bouwvlak | - | 2 | - | - |
*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen.
Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;
**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;
***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;
- g. in afwijking van het bepaalde in sub f geldt voor het verenigingsgebouw op het adres Manhorstweg 3a te Didam een goot-, resp. bouwhoogte van maximaal 3 resp. 4,5 meter;
- h. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub f, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan.
14.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
- b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen en tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis.
14.4 Afwijken van de gebruiksregels
14.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.
Artikel 15 Maatschappelijk - Molen
15.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Maatschappelijk - Molen' aangewezen gronden zijn bestemd voor de instandhouding en/of het herstel van de aanwezige molen,
met de daarbij behorende voorzieningen:
- a. tuinen en erven;
- b. ontsluitingen/inritten;
- c. groenvoorzieningen.
15.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing geldt de volgende regel:
- a. Op of in deze gronden is de bestaande molen op de bestaande plaats en met de bestaande oppervlakte, goot- en bouwhoogte toegestaan;
- b. Een bedrijfswoning is niet toegestaan.
15.3 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het wijzigen van de gronden welke zijn aangeduid met 'Maatschappelijk - Molen' naar de bestemming:
- Bedrijf;
- Detailhandel;
- Horeca;
- Recreatie - Dagrecreatie;
- Recreatie - Recreatiewoning;
- Wonen;
- Wonen - Woongebouw;
mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
- a. de wijziging is gericht op de instandhouding en het herstel van de molen;
- b. andere functies in de omgeving mogen door de wijziging niet worden belemmerd;
- c. met onderzoek is aangetoond dat er sprake is van een aanvaardbaar leefklimaat op het gebied van geur, geluid, luchtkwaliteit en externe veiligheid.
Artikel 16 Natuur
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. instandhouding en ontwikkeling van ter plaatse voorkomende dan wel daaraan eigen landschaps- en natuurwaarden;
- b. instandhouding van aldaar voorkomende watergangen, sloten en andere waterpartijen;
- c. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden van water, bergen, aan- en afvoeren van water en natuurvriendelijke oeverzones langs watergangen;
- d. extensieve dagrecreatie voor zover de in sub a, b en c bedoelde waarden niet onevenredig worden aangetast;
16.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. het bouwen van gebouwen is niet toegestaan;
- b. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag de bouwhoogte niet meer dan 2 m bedragen.
16.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het verondiepen en/of dempen van waterpartijen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - verondiepen uitgesloten'.
16.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
- a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de in lid 16.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden, uit te voeren:
- 1. aanleggen en verharden van wegen, paden, parkeerterreinen (> 200 m2) en andere verhardingen;
- 2. egaliseren, ophogen, afgraven van gronden;
- 3. bebossen en beplanten met houtopstanden;
- 4. vellen en rooien van houtopstanden, tenzij al een kapvergunning nodig is op basis van de Bomenverordening, alsmede indien de Boswet van toepassing is;
- 5. aanleg ondergrondse leidingen;
- 6. dempen van sloten en graven van watergangen;
- b. Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen;
- c. Geen omgevingsvergunning als bedoeld in sub a is vereist voor:
1. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van normaal beheer en onderhoud zoals toegestaan in lid 16.1;
2. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden welke op het moment van het inwerking treden van het plan legaal in uitvoering waren of konden worden uitgevoerd krachtens een voor dat tijdstip geldende, dan wel aangevraagde vergunning;
3. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van de realisering en aanleg van landgoed 'Arnhemseweg 17a te Beek', overeenkomstig het Inrichtings-, beplantings- en beheerplan d.d. 13 april 2010, zoals opgenomen in Bijlage 17 bij deze regels;
3a. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van de natuurlijke inrichting van de gronden ter plaatse van de Oude Eltenseweg te Zeddam, overeenkomstig het document 'Nieuwbouw productiebedrijf Van Heek en bijpassende terreininrichting d.d. 27 juni 2014' zoals opgenomen in Bijlage 9 van deze regels;
4. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ten behoeve van de aanleg van kabels en leidingen ten behoeve van de realisering van landgoed 'Arnhemseweg 17a te Beek';
5. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die gevolgen hebben of kunnen hebben voor de waterhuishouding, waarop de Keur van waterschappen van toepassing is.
Artikel 17 Recreatie - Dagrecreatie
17.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Dagrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. dagrecreatieve voorzieningen, uitsluitend met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres | Nr. | Plaats | Nadere bestemming | Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* | Maximale oppervlakte aan gebouwen (m2)* | Opmerkingen |
Baarleweg | 4-6 | Didam | Dagrecreatie met het houden van paarden ten behoeve van de dagrecreatieve functie | 2.155 | 2.478 | Buiten het bouwvlak mogen in afwijking van het bepaalde in artikel 17.2 gebouwen worden opgericht tot een maximale oppervlakte van 50 m² en met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 2,5 m. Quadrijden is uitsluitend toegestaan tot zonsondergang, dan wel tot maximaal 20 uur indien zonsondergang vóór 20 uur optreedt. |
Doetinchemseweg | 9 | Loerbeek | Huifkarcentrum annex zorgboerderij en opslag* ten behoeve van het huifkarcentrum | 1.515 | 1.515 | * Opslag is uitsluitend toegestaan achter de denkbeeldige lijn welke loopt op 55 m vanuit de as van de Doetinchemse weg. |
Gildeweg | 6 | Braamt | Speelpark | 2.685 | 4.460 | |
Gildeweg | 7 | Braamt | Outdoor- en survivalcentrum met kampeerterreinen en groepsovernacht ingsaccomodaties | |||
Sport- en speelvelden, fiets- en wandelpaden, survival rivierbaan en daarmee vergelijkbare onderdelen met daarbij behorende sanitaire- en opslag voorzieningen | 750 | |||||
Indoor sport- en activiteitenhal met opslag voorzieningen | 2.100 | |||||
Ontvangstpavil joen met klimtoren en tokkelbaan | 1.000 | De bouwhoogte van de klimtoren en de tokkelbaan mag niet meer bedragen dan 16 meter | ||||
Landweerswal | 2 | Braamt | Dagrecreatie terrein met waterskibaan | |||
Dagrecreatie terrein | 335 | 640 | ||||
Waterskibaan (Europaweg ong.) | 255 | 281 | De gebouwen ten behoeve van de waterskibaan mogen geen grotere goothoogte en bouwhoogte hebben dan 3 m resp. 6 m. Horeca is beperkt tot maximaal 50 m² van de maximaal toegestane oppervlakte aan gebouwen | |||
Nevelhorstpad | 2 | Didam | Dagrecreatie terrein | 85 | 150 | De gebouwen ten behoeve van het dagrecreatie terrein mogen geen grotere goothoogte en bouwhoogte hebben dan 3 m resp. 6 m |
Peeskesweg | 12 | Beek | Informatie voorziening, daghoreca en bijbehorend kampeerterrein | 480 | 552 |
*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;
aa. horeca, tenzij in de tabel onder a anders is opgenomen;
ab. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
- b. een beroep aan huis indien een bedrijfswoning is toegestaan of het bestaande bedrijf aan huis;
- c. een kampeerterrein ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein';
ca. het instandhouden van groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';
cb. groepsovernachtingsaccomodaties met bijbehorende voorzieningen en een groepskampeerterrein ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie (toegestaan)';
cc. gemotoriseerde dagrecreatieve activiteiten uitsluitend in de vorm van quadrijden ter plaatse van de functieaanduiding 'specifieke vorm van recreatie - quad';
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- d. tuinen en erven;
- e. groenvoorzieningen;
- f. ontsluitingen/inritten;
- g. parkeervoorzieningen.
17.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
- b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijkgesteld met het bouwvlak;
- c. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' is één bedrijfswoning toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen', het daar aangegeven maximum aantal bedrijfswoningen is toegestaan;
- d. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 17.1;
- e. bouwkundige voorzieningen ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 17.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
- f. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven, tenzij in artikel 17.1 sub a en/of het vervolg van deze bouwregels onder 17.2 sub g, h, i, anders is bepaald:
Functie van een bouwwerk | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
Bedrijfsgebouw | 6 | 10 | - | - |
Bedrijfswoning | 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 800 | - |
Bijgebouwen bij bedrijfswoning | 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | - | 100 |
Overkappingen aan de woning | 3** | 50* | ||
Overkappingen (overig) | 3*** | 50* | ||
Erf- en terreinafscheidingen | - | 2,5 | - | - |
Licht- en vlaggenmasten | - | 12 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak | - | 10 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het bouwvlak | - | 2 | - | - |
*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen;
Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;
**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;
***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;
- g. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub f, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
- h. ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie (toegestaan)' mag de oppervlakte aan gebouwen ten behoeve van groepsaccomodatie met bijbehorende voorzieningen niet meer bedragen dan 1.150 m², waarbij de goot- en bouwhoogte niet meer mogen bedragen dan op de verbeelding is aangegeven;
- i. voor zover op de verbeelding de bouwaanduiding maximum goothoogte en maximum bouwhoogte is opgenomen, mag de goothoogte en de bouwhoogte in afwijking van het gestelde onder 17.2 sub f niet meer bedragen dan op de verbeelding is aangegeven.
17.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
- b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
- d. (-)
- e. het verondiepen c.q. dempen van waterpartijen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie-dagrecreatie - verondiepen uitgesloten';
- f. het gebruik van gronden ten behoeve van gemotoriseerde sporten, tenzij dat gebruik op grond van de bestemmingsomschrijving is toegestaan.
17.4 Afwijken van de gebruiksregels
17.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.
Artikel 18 Recreatie - Recreatiewoning
18.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Recreatiewoning' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. recreatiewoningen,
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- b. tuinen, erven en groenvoorzieningen;
- c. parkeervoorzieningen.
18.2 Bouwregels
- a. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
- 1. het aantal recreatiewoningen mag niet meer bedragen dan één;
- 2. de inhoud van een recreatiewoning, inclusief de inhoud van de daarbij behorende bijgebouwen mag niet meer dan 200 m³ bedragen, de goot- en bouwhoogte mag niet meer dan 3, resp. 5 m. bedragen;
- 3. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub 2, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
- 4. de afstand tot de zijdelingse bouwperceelgrens mag niet minder bedragen dan 2,5 m, dan wel niet minder dan de bestaande afstand indien deze afstand minder dan 2,5 meter bedraagt.
- b. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt de volgende regel:
- 1. de maatvoering van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan aangegeven in de onderstaande tabel:
Functie van het bouwwerk | Bouwhoogte (m) |
Overkappingen en pergola's | 3* |
Erf- of terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn van de recreatiewoning | 2 |
Overige erf- of terreinafscheidingen | 1 |
Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 2 |
*De maximale toegestane hoogte voor overkappingen is niet van toepassing voor zover sprake van een overkapping als onderdeel van het dak of dakvlak van de recreatiewoning.
18.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen het gebruik ten behoeve van permanente bewoning.
Artikel 19 Recreatie - Verblijfsrecreatie
19.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. verblijfsrecreatieve voorzieningen, welke uitsluitend zijn toegestaan door middel van bedrijfsmatige exploitatie, uitsluitend met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres | Nr. | Plaats | Omschrijving | Maximaal aantal recreatiewoningen | Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* | Maximale oppervlakte aan gebouwen (m2)* | Opmerkingen |
Baarleweg | 4-6 | Didam | Kampeer terrein | 0 | - | 200 | Stacaravans zijn niet toegestaan |
Braamweg | 2 | Braamt | Kampeer terrein met groeps accommodatie** en kinder boerderij | 0 | - | 851 | ** De oppervlakte en de inhoud van een groepsaccommodatie mag niet meer bedragen dan respectievelijk 95 m2 en 450 m3. Stacaravans zijn niet toegestaan. |
Eltense weg | 18 (a) | Stokkum | Kampeer terrein | 0 | 260 | 300 | |
Eltense weg | 20 | Stokkum | Kampeer terrein | 0 | 320 | 368 | |
Landweerswal | 2 | Braamt | Terrein voor recreatie woningen | 225 | 250 | 500 | Stacaravans zijn niet toegestaan. |
Landweerswal | 2 | Braamt | Voor verblijfs recreatie ondersteun- ende voorzieningen met hotel ter plaatse van de aanduiding voorzieningen | ||||
Voor verblijfs recreatie ondersteun- ende voorzieningen zoals zwembad, sauna, kegelbaan, restaurant, wasserette inclusief onder geschikte detailhandel | 5.600 | 6.600 | De toegestane oppervlakte detailhandel bedraagt maximaal 200 m2. | ||||
Hotel met vergader capaciteit | 0 | 0 | 4.000 | Stacaravans zijn niet toegestaan. | |||
Lange straat | 24 | Braamt | Kampeer terrein | 0 | 840 | 975 | |
Melkweg | 2 | Beek | Kampeer terrein | 53 | 890 | 1.500 | |
St.Isidorus straat | 12 | Stokkum | Kampeer terrein | 0 | 485 | 557 |
*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning en exclusief de oppervlakte van bestaande recreatiewoningen, stacaravans en kampeermiddelen;
aa. horeca;
ab. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
ac. nachtverblijf in aan het gebruik onttrokken (weg, water en lucht) voertuigen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie-bijzonder nachtverblijf';
ad. het instandhouden van groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';
- b. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis,
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- c. tuinen en erven;
- d. (afschermende) groenvoorzieningen;
- e. ontsluitingen/inritten;
- f. parkeervoorzieningen met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' de gronden uitsluitend mogen worden gebruikt voor parkeren.
19.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen de gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
- b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijk gesteld met het bouwvlak;
- c. ten hoogste één bedrijfswoning is toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan en dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen', het daar aangegeven maximum aantal bedrijfswoningen is toegestaan;
- d. de oppervlakte van de (bedrijfs)gebouwen inclusief bijgebouwen mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 19.1;
da. gebouwen op het adres Baarleweg 4-6 te Didam kunnen uitsluitend worden gebouwd voor zover het landschappelijk inpassingsplan (en beplantingsplan), zoals opgenomen in Bijlage 11, respectievelijk Bijlage 12 bij deze regels, is gerealiseerd binnen 2 jaar na start van de bouw, hetgeen als voorwaardelijke verplichting in de omgevingsvergunning moet worden opgenomen;
- e. het aantal recreatiewoningen mag niet meer bedragen dan aangegeven in de tabel van lid 19.1;
- f. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
Bedrijfsgebouw | 4 | 8 | - | - |
Bedrijfswoning | 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 800 | - |
Bijgebouwen bij bedrijfswoning | 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | - | 100 |
Overkappingen aan de woning | 3** | 50* | ||
Overkappingen aan bijgebouwen en bedrijfsgebouwen (niet zijnde recreatiewoningen en stacaravans) | 3*** | 50* | ||
Recreatiewoning inclusief bergruimte | 3 | 6 | 300 | >70 doch max. 75 |
Stacaravan inclusief bergruimte | 3,5 | 70 | ||
Erf- en terreinafscheidingen | - | 2,5 | - | - |
Licht- en vlaggenmasten | - | 12 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak | - | 10 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het bouwvlak | - | 2 | - | - |
*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen.
Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;
**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;
***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;
- g. bouwkundige voorzieningen ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties waar dit op grond van lid 19.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
- h. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub f, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
- i. binnen een afstand van 5 m tot de bestemmingsgrens mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gebouwd.
19.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
- b. permanente bewoning van kampeermiddelen of andere recreatieverblijven;
- c. het plaatsen van kampeermiddelen of andere recreatieverblijven binnen een afstand van 5 meter tot de bestemmingsgrens;
- d. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- e. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
- f. (-)
- g. het niet (volledig) uitvoeren van het landschappelijk inrichtingsplan en beplantingsplan Baarleweg 4-6 te Didam zoals opgenomen in Bijlage 11 resp. Bijlage 12 bij deze regels uiterlijk binnen 2 jaar na de start van de bouw op het adres Baarleweg 4-6 te Didam, alsmede de instandhouding van deze landschappelijke inrichting na realisatie daarvan.
19.4 Afwijken van de gebruiksregels
19.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.
Artikel 20 Recreatie - Volkstuin
20.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Recreatie - Volkstuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. volkstuinen;
- b. groenvoorzieningen;
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- c. tuinen, erven en paden.
20.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. een bedrijfswoning is niet toegestaan;
- b. per bestemmingsvlak met ten minste 0,5 ha. grondoppervlak mag maximaal 80 m² aan gebouwen worden opgericht met dien verstande dat de oppervlakte van een gebouw tenminste 10 en ten hoogte 50 m² mag bedragen, waarbij de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 m;
- c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag niet meer dan 2 m bedragen.
20.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van gronden voor opslag-, stort- of bergplaats van al dan niet afgedankte goederen, materialen, producten, vaar- en voertuigen, kampeermiddelen en daarmee gelijk te stellen voorwerpen;
- b. het gebruik van de gronden en opstallen voor nachtverblijf van al dan niet recreatieve aard.
Artikel 21 Sport
21.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. sportvoorzieningen, uitsluitend met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres | Nr. | Plaats | Nadere bestemming | Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* | Maximale oppervlakte aan gebouwen (m2)*) | Opmerkingen |
Baarleweg | 8 | Didam | Kleiduiven schietsport | 246 | 283 | |
Baarleweg | 8a | Didam | Hondensport | 100 | 115 | Ten oosten van nummer 8. |
Gildepad | 2, 3 | Zeddam | Sportvelden | 310 | 415 | Een mede gebruik van de gronden voor openlucht theater is toegestaan. |
Luijnhorststraat | 8 | Didam | Sportvelden | 265 | 305 | |
Vincwijcweg | 1a, 1b | Didam | Sportcentrum met tennisbanen | 4.700 | 5.405 | |
Vinkwijk | 6 | Zeddam | Sportvelden | 635 | 730 | |
Vincwijcweg | 12 | Didam | Sportvelden | 1.925 | 2.213 |
*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;
aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
- b. een beroep aan huis indien een bedrijfswoning is toegestaan of het bestaande bedrijf aan huis;
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- c. erven, terreinen en groenvoorzieningen;
- d. ontsluitingen/inritten;
- e. parkeervoorzieningen;
- f. extensieve dagrecreatie;
- g. een lichte vorm van horeca, in de vorm van het verstrekken van dranken en kleine versnaperingen, die ondergeschikt is aan en ten dienste staat van de functie waarbij de horeca wordt uitgeoefend.
21.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. een bedrijfswoning is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
- b. de oppervlakte van de gebouwen inclusief bijgebouwen mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 21.1;
- c. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
Bedrijfsgebouw | 4 | 8 | - | - |
Bedrijfswoning | 4,5 | 9 | 800 | - |
Bijgebouwen bij bedrijfswoning | 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw. | 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw. | - | 100 |
Overkappingen aan de woning | 3** | 50* | ||
Overkappingen (overig) | 3*** | 50* | ||
Erf- en terreinafscheidingen | - | 2,5 | - | - |
Licht- en vlaggenmasten | - | 15 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak | - | 10 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het bouwvlak | - | 2 | - | - |
*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen.
Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;
**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;
***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw;
- d. bouwkundige voorzieningen ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 21.4.1 kan worden en wordt toegestaan;
- e. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub c, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
- f. in afwijking van het bepaalde van sub c gelden voor de kleiduivenschietvereniging en de hondensport aan de Baarleweg de volgende afwijkende maatvoeringen:
Adres | Nadere bestemming | Goothoogte bedrijfs gebouw | Bouwhoogte bedrijfs gebouw | Opmerkingen |
Baarleweg 8 | Kleiduivenschietvereniging | 4 | 6 | Ter plaatse van de kleiduivenschiet vereniging is één bouwlift toegestaan met een maximale bouwhoogte van 20 m. |
Baarleweg 8a | Hondensport | - | 4,5 | De maximale bouwhoogte van de erf- en terreinscheiding bedraagt 1 m. |
21.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
- b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
- d. het houden van zelfstandige, geen relatie met de (nadere) bestemming hebbende, feesten en partijen;
- e. het gebruik van de gronden en opstallen (m.u.v. de dienstwoning) voor nachtverblijf van al dan niet recreatieve aard.
21.4 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 22 Sport - Manege
22.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Sport - Manege' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. manegebedrijf, uitsluitend met de nadere bestemming welke is weergegeven in de onderstaande tabel:
Adres | Nr. | Plaats | Nadere bestemming | Bestaande oppervlakte aan gebouwen (m2)* | Maximale toegestane oppervlakte aan gebouwen (m2)* | Opmerkin- gen |
De Bijvanck | 4(a) | Beek | Manege en handelsstal voor paarden en pony's | 3.530 | 4.059 | |
Braamweg | 7 | Braamt | Manege en daarop afgestemde gastverblijven | 2.075 | 2.386 | De oppervlakte die voor de gastenverblijven mag worden gebruikt bedraagt maximaal 150 m² |
Hartjensstraat | 6 | Lengel | Manege | 1.600 | 1.840 |
*De bestaande en maximaal toegestane oppervlakte is inclusief de bijgebouwen bij de bedrijfswoning, doch exclusief de bedrijfswoning;
aa. duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen op het dakvlak van gebouwen;
- b. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
ba. (-)
- c. bed and breakfast;
- d. (-)
met de daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen:
- e. voorzieningen behorende bij een manegebedrijf, zoals een stapmolen, longeercirkel, één of meer binnenrijbanen en één of meer paardenbakken;
ea. extensieve dagrecreatie;
eb. een lichte vorm van horeca, in de vorm van het verstrekken van dranken en kleine versnaperingen, die ondergeschikt is aan en ten dienste staat van de functie waarbij de horeca wordt uitgeoefend met dien verstande dat de oppervlakte als onderdeel van de maximaal toegestane oppervlakte niet meer mag bedragen dan 100 m2;
ec. opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en materialen welke (nagenoeg) geen milieu-uitstraling2 heeft (niet zijnde opslag die moet worden aangemerkt als (uitvalsbasis voor) een bedrijf) dan wel stalling van vaar- en voertuigen, uitsluitend in de gebouwen zoals deze qua aard, omvang en (zowel in- als uitpandige) uitstraling legaal aanwezig zijn op het moment van terinzagelegging van het ontwerp bestemmingsplan 'Buitengebied, vijfde herziening;
- f. tuinen, erven en terreinen;
- g. ontsluitingen/inritten;
- h. parkeervoorzieningen;
- i. groenvoorzieningen;
- j. paden;
- k. water.
- 2. De niet-bedrijfsgebondenopslag betreft in geen geval opslag van brandgevaarlijke, explosieve stoffen of goederen, opslag van vuurwerk, of opslag met risico op bodem- en/of milieuverontreiniging.
22.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. indien een bouwvlak is aangegeven dienen de gebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
- b. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijk gesteld met het bouwvlak;
- c. ten hoogste één bedrijfswoning per bouwvlak, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen', het daar aangegeven maximum aantal bedrijfswoningen is toegestaan;
- d. de oppervlakte van de gebouwen, inclusief bijgebouwen, mag niet meer bedragen dan de maximale toegestane oppervlakte zoals is weergegeven in de tabel van lid 22.1;
- e. de maatvoering van de bebouwing mag niet meer bedragen dan in de onderstaande tabel is aangegeven:
Functie van een bouwwerk | Goothoogte in m | Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
Bedrijfsgebouw | 6 | 10 | - | - |
Bedrijfswoning | 4,5, dan wel de goothoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 9, dan wel de bouwhoogte van het bedrijfsgebouw bij een inpandige bedrijfswoning | 800 | - |
Bijgebouwen bij bedrijfswoning | 3, dan wel de goothoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | 6, dan wel de bouwhoogte van het hoofdgebouw voor zover sprake van een inpandig bijgebouw | - | 100 |
Overkappingen aan de woning | 3** | 50* | ||
Overkappingen (overig) | 3*** | 100* | ||
Erf- en terreinafscheidingen | - | 2,5 | - | - |
Licht- en vlaggenmasten | - | 10 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde binnen het bouwvlak | - | 10 | - | - |
Niet eerdergenoemde andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten het bouwvlak | - | 2 | - | - |
*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning, een bijgebouw of een bedrijfsgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen.
Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken van de woning, een bijgebouw of bedrijfsgebouw, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;
**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;
***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bedrijfsgebouw of een bijgebouw.
- f. bouwkundige voorzieningen ten behoeve van zelfstandige inwoningsituaties uitsluitend waar dit op grond van lid 22.4 kan worden en wordt toegestaan;
- g. indien de bestaande bebouwing voor wat betreft de maatvoering groter is dan het bepaalde in sub e, dan geldt de bestaande maatvoering als maximaal toegestaan;
- h. (ver-)bouwwerkzaamheden die voorzien in wijziging en/of aanpassing van gebouwen ten behoeve van de opslagfunctie als genoemd in lid 22.1 onder ec zijn niet toegestaan.
22.3 Afwijken van de bouwregels
22.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
- b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
- d. het houden van zelfstandige, geen relatie met de (nadere) bestemming hebbende, feesten en partijen;
- e. het gebruik van de gronden en opstallen (m.u.v. de dienstwoning) voor nachtverblijf van al dan niet recreatieve aard.
22.5 Afwijken van de gebruiksregels
22.6 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 43.
Artikel 23 Verkeer
23.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wegen, waarbij het aantal rijstroken niet meer mag bedragen dan het bestaande aantal op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan met uitzondering van een rijstrook van een parallelweg die uitsluitend ten behoeve van langzaam/landbouw- en bestemmingsverkeer is opengesteld;
- b. een GSM/UMTS-mast met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d., ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';
met de daarbij behorende:
- c. rotondes;
- d. in- en uitvoegstroken;
- e. kunst- en bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals (vee-)tunnels en viaducten;
- f. parkeerstroken;
- g. opstelstroken;
- h. fiets- en voetpaden;
- i. bermen;
- j. bermsloten;
- k. nutsvoorzieningen;
- l. groenvoorzieningen;
- m. overige noodzakelijke en passende voorzieningen, andere bouwwerken, geen gebouw zijnde en andere werken.
23.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. het bouwen van gebouwen is niet toegestaan;
- b. de maatvoering van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan aangegeven in de onderstaande tabel:
Functie van het bouwwerk | Bouwhoogte (m) |
Viaducten en soortgelijke kunstwerken | 10 |
Verkeerstekens, palen en masten | 20 |
GSM/UMTS-mast met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d. ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' | bestaand |
Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 |
Artikel 24 Verkeer - Parkeerterrein
24.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Parkeerterrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. parkeren;
- b. busoverstapstation ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer – busoverstapstation';
- c. een GSM/UMTS-mast met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d., ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';
- d. met de daarbij behorende voorzieningen, (afschermende) groenvoorzieningen, andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde en andere werken.
24.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. het bouwen van gebouwen is niet toegestaan;
- b. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
- 1. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 6 meter met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen niet meer dan 2,5 m mag bedragen;
- 2. (-)
- 3. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - busoverstapstation' zijn overkappingen toegestaan waarvan de gezamenlijke oppervlakte niet meer mag bedragen dan 1.600 m2 en de bouwhoogte in afwijking van het bepaalde onder b1 niet meer mag bedragen dan 2,5 m;
- 4. ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' is een GSM/UMTS-mast met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d. toegestaan waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan de bestaande bouwhoogte.
Artikel 25 Verkeer - Railverkeer
25.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. een spoorweg;
- b. nutsvoorzieningen;
- c. sein- en relaishuisjes;
- d. met de daarbij behorende voorzieningen, andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde en andere werken.
25.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer dan 5 m bedragen;
- b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 10 m bedragen.
Artikel 26 Water
26.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. watergangen, waterpartijen, oevers, taluds, onderhoudspaden en kaden;
- b. waterhuishouding en verkeer te water;
- c. instandhouding en ontwikkeling van ter plaatse voorkomende dan wel daaraan eigen landschaps- en natuurwaarden;
- d. extensieve dagrecreatie;
- e. voet- en/of fietspaden.
26.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. het bouwen van gebouwen is niet toegestaan;
- b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.
26.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het verondiepen van waterpartijen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - verondiepen uitgesloten';
- b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van puin, vuil of andere vast of vloeibare afvalstoffen.
Artikel 27 Wonen
27.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen;
- b. een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
- c. agrarisch medegebruik ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - agrarisch medegebruik';
- d. cultureel medegebruik, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - cultureel medegebruik';
- e. voorzieningen en gebouwen ten behoeve van de paardensport ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen – sport';
- f. het instandhouden van de groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';
- g. bedrijfsactiviteiten zoals genoemd in de onderstaande tabel ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf'. Indien een maximale oppervlakte is aangegeven mag de oppervlakte van de bedrijfsactiviteit niet meer bedragen dan deze maximale oppervlakte;
Adres | Nr. | Plaats | Bedrijfsactiviteit | Toegestane oppervlakte bedrijfs activiteiten in gebouwen in m2 | Opmerkingen |
Doesburgseweg | 5 | Didam | Zorgboerderij | - | |
Doesburgseweg | 8a | Didam | Kleinschalig kamperen met dien verstande dat het maximum aantal kampeermiddelen niet meer dan 7 mag bedragen. | - | Voorzieningen ten behoeve van het kamperen zijn enkel toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf'. |
Fluunseweg | 7 | Didam | Computerbedrijf/ Kantoor | 170 | De bedrijfsfunctie wordt uitgeoefend binnen de bestaande bijgebouwen op het perceel. |
Fuukweg | 1 | Didam | Stalling en onderhoud van materieel t.b.v. loonwerkactiviteiten | 180 | De bedrijfsfunctie wordt met uitzondering van de wasplaats uitgeoefend binnen de bestaande bijgebouwen |
Hartjensstraat | 7 | Azewijn | Bewerking agrarische producten met daaraan ondersteunend een proeflokaal, educatie, streekproductenwinkel, theetuin/terras Agrarische opslag of opslag ten behoeve van nevengeschikte bedrijfsactiviteiten in het gebouw ter plaatse van de aanduiding 'op' Sanitaire voorzieningen, bodega en opslag ten behoeve van kleinschalig kampeerterrein zoals aangeduid met 'sa-kk' | De bedrijfs functie wordt (m.u.v. terras/ theetuin) uitgeoefend binnen het bestaande gebouw De bedrijfsfunctie vindt plaats in het bestaande gebouw | |
Kloosterstraat | 8a | Didam | Kinderdagverblijf | - | Kinderdagverblijf is toegestaan binnen de bestaande bebouwing. |
Loilseweg | 3 | Didam | Landlevenwinkel met workshopruimte en adviesbureau | 100 | De functie wordt uitgeoefend binnen de bestaande gebouwen. |
Tatelaarweg | 5 | Didam | Glazenwasser | 100 | De functie wordt uitgeoefend binnen de bestaande bijgebouwen. |
Tatelaarweg | 26 | Didam | Advies, bemiddeling, reparatie en ombouw van muziekinstrumenten annex muziekonderwijs | 50 | De functie wordt uitgeoefend binnen de bestaande bijgebouwen. |
Tatelaarweg | 36- 38 | Didam | Honden- en kattenopvang en gedragstherapie | 200 | De functie wordt (m.u.v. een speelveld) uitgeoefend binnen de bestaande gebouwen met dien verstande dat maximaal 100 m² is toegestaan ten behoeve van honden opvang. |
Zeddamseweg | 8 | Kilder | Landlevenwinkel annex theetuin | 200 | De landlevenwinkel en bijbehorende voorzieningen zijn toegestaan binnen de bestaande bijgebouwen. |
- h. zelfstandige inwoningsituatie, ter plaatse van de in de onderstaande tabel genoemde adressen:
Adressen met inwoning | Nr. | Plaats |
Arnhemseweg | 28/28a | Beek |
Berkenlaan | 2 | Loerbeek |
Bosslagstraat | 8 | Didam |
Didamseweg | 43a | Beek |
Doesburgseweg | 14 | Didam |
Eltenseweg | 9/9a | Stokkum |
Eltenseweg | 11/11a | Stokkum |
Greffelkampseweg | 32 | Didam |
Heesweg | 4a | Didam |
Heideweg | 8 | Didam |
Heideweg | 9/9a | Didam |
Heuvelwijk | 16 | Braamt |
Hengelderweg | 12 | Didam |
Holthuizerstraat | 5 | Didam |
Holthuizerstraat | 13 | Didam |
Hooglandseweg | 28/28b | Braamt |
Kastanjelaan | 4a | Stokkum |
Kastanjelaan | 24 | Stokkum |
Kelreweg | 2/2a | Kilder |
Kollenburgweg | 11/11a | Didam |
Koningsweg | 2a | Beek |
Koningsweg | 19 | Didam |
Lange Klauwenhof | 12/12a | Didam |
Linthorsterstraat | 6/6a | Stokkum |
Loilderhofweg | 6-8 | Didam |
Loilseweg | 4 | Didam |
Manhorstweg | 7/7a | Didam |
Manhorstweg | 10 | Didam |
Melderstraat | 13 | Didam |
Melderstraat | 14 | Didam |
Melderstraat | 23e/f | Didam |
Molenweg | 15 | Kilder |
Nachtegaalslaantje | 6 | 's-Heerenberg |
Nachtegaalslaantje | 15 | 's-Heerenberg |
Oude Beekseweg | 65a | Didam |
Paltsweg | 5 | Didam |
Passtraat | 4 | Azewijn |
Polmanstraat | 6/6a | Beek |
Polmanstraat | 10 | Beek |
Ravenstraat | 9/9a | Didam |
Rinkomseweg | 6 | Kilder |
Rinkomseweg | 8 | Kilder |
Rinkomseweg | 12 | Kilder |
Terborgseweg | 9 | Zeddam |
Van Rouwenoortweg | 17c | Didam |
Van Rouwenoortweg | 38 | Didam |
Zeddamseweg | 13 | Braamt |
Zuidermarkweg | 1a/1b | Loerbeek |
Zuidermarkweg | 20/20a | Beek |
- i. één paardenbak tot een oppervlakte van maximaal 800 m2;
- j. bed and breakfast;
- k. opslag (al dan niet agrarisch) van al dan niet volumineuze goederen en stalling van vaar- en voertuigen, uitsluitend in vrijkomende, vrijgekomen en/of voormalige agrarische gebouwen zoals die voor wat betreft omvang en uitstraling aanwezig zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan;
- l. een GSM/UMTS-mast, met bijbehorende voorzieningen in de vorm van afscheidingen e.d., ter plaatse van de aanduiding 'zend/-ontvangstinstallatie';
met de daarbij behorende:
- m. tuinen;
- n. erven en terreinen met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'sw-ve' (verbijzondering erf) de gronden niet dienen te worden aangemerkt als erf in de zin van artikel 1 van bijlage II behorende bij het Besluit omgevingsrecht;
- o. ontsluitingen/inritten.
27.2 Bouwregels
27.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
- a. lid 27.2 onder 27.2.2 sub a ten behoeve van het herbouwen van een woning op een andere locatie dan de bestaande locatie, mits:
- 1. wordt voldaan aan het bepaalde in lid 27.2 sub 27.2.2 onder b en c;
- 2. de (agrarische) functie van aangrenzende, niet bij de woning behorende gronden en bebouwing niet onevenredig wordt belemmerd;
- 3. op geen van de gevels van de woning, bij voltooiing, de geluidsbelasting vanwege een weg de ter plaatse toegestane grenswaarden bij of krachtens de Wet geluidhinder overschrijdt;
- 4. vaststaat dat de bestaande woning wordt gesloopt binnen drie maanden na oplevering/gereedkomen van de nieuwe woning;
- 5. de externe veiligheid wordt gewaarborgd;
- 6. de woning landschappelijk wordt ingepast;
- 7. het geen woning betreft welke onderdeel uitmaakt van een functieveranderingslocatie naar wonen, zoals opgenomen in Bijlage 7 of in een wijziging als bedoeld onder artikel 1 csa;
- b. lid 27.2 onder 27.2.2 sub b ten behoeve van het vergroten van de woning met de inhoud van de aangrenzende deel, mits het aantal woningen niet toeneemt en mits in voorkomend geval niet voorzien van de aanduiding 'bijgebouwen uitsluitend inpandig toegestaan' (sba-bui);
- c. lid 27.2 onder 27.2.3 sub a en d ten behoeve van het bouwen van bijgebouwen tot een gezamenlijke oppervlakte van 50% van de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen, die voorkomt op de bij de betreffende woning behorende gronden tot een maximum van 400 m², en, in geval van de functieaanduiding 'specifieke vorm van wonen-agrarisch medegebruik' 500 m², mits:
- 1. wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 27.2 onder 27.2.3 sub b, l en m;
- 2. in geval van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen-agrarisch medegebruik' de goothoogte niet meer bedraagt dan 4,5 meter;
- 3. geen sprake is van een functieveranderingslocatie zoals opgenomen in Bijlage 7 bij deze regels;
- d. lid 27.2 onder 27.2.3 sub d en e ten behoeve van een eenmalige uitbreiding van de maximaal toegestane oppervlakte aan bijgebouwen voor het agrarisch medegebruik met maximaal 200 m² , met dien verstande dat:
- 1. de bestaande oppervlakte aan bijgebouwen voor het agrarisch medegebruik ten minste 100 m² bedraagt en de totale oppervlakte niet meer dan 362 m² bedraagt;
- 2. de uitbreiding niet tot gevolg heeft dat sprake is van een volwaardig agrarisch bedrijf;
- 3. de goot- en bouwhoogte maximaal 4,5 resp. 6 meter bedraagt tenzij sprake is van uitbreiding van een bestaand gebouw waarvan de bestaande goot- en bouwhoogte meer bedraagt, in welk geval maximaal die bestaande hoogte is toegestaan;
- 4. de uitbreiding ten minste 3 meter achter de voorgevel van de woning of het verlengde daarvan wordt gebouwd;
- 5. hiervan geen gebruik kan worden gemaakt voor zover toepassing is gegeven aan het bepaalde in 27.3 onder c;
- e. lid 27.2 onder 27.2.3 sub l ten behoeve van het oprichten van bijgebouwen vóór (het verlengde van) de voorgevel van de woning (niet zijnde een woning op een functieveranderingslocatie) dan wel binnen een afstand van 3 meter tot (het verlengde van) de voorgevel, mits het bijgebouw zich bevindt op ten minste 25 meter afstand uit het hart van de weg;
- f. lid 27.2 onder 27.2.2 sub c ten behoeve van het vergroten van de goothoogte van één der zijden van de woning tot maximaal 6 m;
- g. lid 27.2 onder 27.2.4 ten behoeve van het bouwen van erf- en terreinafscheidingen tot een bouwhoogte van 2 m tot aan en voor de voorgevelrooilijn van de woning en tot 1 meter achter de voorgevelrooilijn van de woning, mits:
- 1. daardoor geen onaanvaardbare gevolgen ontstaan voor aangrenzende percelen betreffende beschaduwing, privacy en gebruiksmogelijkheden van die percelen, en
- 2. daardoor geen ondoorzichtige afscheidingen ontstaan;
- 3. het geen woning betreft welke in het kader van functieverandering is of kan worden gebouwd;
- h. lid 27.2 onder 27.2.4 ten behoeve van van het vergroten van de oppervlakte aan overkappingen ter uitvoering van het plan zoals opgenomen in Bijlage 14 (Linthorsterstraat 3 & 5) bij deze regels, mits de daarin opgenomen oppervlakte aan overkappingen niet wordt vergroot;
- i. lid 27.2 onder 27.2.4 ten behoeve van het bouwen van maximaal één mini-windturbine op het dak van een woning of bijgebouw, mits:
- 1. de mini-windturbine wordt geplaatst op een minimale hoogte van 6 meter boven peil;
- 2. niet gebouwd op een monument of gebouwd op een nieuwe woning op een functieveranderingslocatie naar wonen overeenkomstig Bijlage 7 bij de regels of zoals opgenomen in een wijziging als bedoeld onder artikel 1 csa;
- 3. het hoogste punt van de mini-windturbine niet meer dan 5 meter uitstijgt boven de bouwhoogte van het dak waarop de mini-windturbine gebouwd is;
- 4. is aangetoond dat er geen sprake is van hinder voor de omgeving (geluid en schittering als gevolg van weerkaatsend zonlicht op de mini-windturbine of onderdelen daarvan, dan wel schade of gevaarlijke situaties door losrakende onderdelen).
27.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie op adressen welke niet zijn genoemd in lid 27.1 sub h;
- b. het gebruik van gedeelten van de woning of een bijgebouw voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis of een streekproductenwinkel aan huis;
- d. het gebruik van bijgebouwen voor bewoning;
- e. het gebruik van het bijgebouw voor sociaal - culturele activiteiten voor zover:
- 1. dat gebruik plaatsvindt in een aaneengesloten periode van langer dan 6 maanden per kalenderjaar;
- 2. het gebruik mede betreft een gebruik voor het houden van feesten en partijen en andere horeca-gerelateerde activiteiten;
- 3. het gebruik mede betreft een gebruik als nachtverblijf;
- 4. het gebruik leidt tot onveilige situaties;
ea. het gebruik van het gebouw ter plaatse van de aanduiding 'sw-cm' als regulier bijgebouw bij de woning voor zover niet kan worden aangetoond dat aan een gebruik van het gebouw voor de bouw van praalwagens geen behoefte bestaat;
- f. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing overeenkomstig het landschapsplan fase 1, zoals opgenomen in Bijlage 15 bij de regels binnen 1,5 jaar na het gereedkomen van de woning B, zoals opgenomen in 27.2.2 sub a3 van deze regels resp. Bijlage 14 van de regels, doch uiterlijk binnen 2,5 jaar na de start van de bouw daarvan;
- g. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing overeenkomstig het landschapsplan fase 2, zoals opgenomen in Bijlage 15 bij de regels binnen 1 jaar na het gereedkomen van woning D, zoals opgenomen in 27.2.2 sub a3 van deze regels resp. Bijlage 14 van de regels, doch uiterlijk binnen 2 jaar na de start van de bouw daarvan;
- h. het niet verwijderen en blijvend verwijderd houden van de bestaande woning en de te slopen bijgebouwen op de locatie Zuider Markweg 34 te Beek (zoals opgenomen in Bijlage18 bij deze regels) binnen 3 maanden na het gereedkomen van de nieuwe woning, alsmede het niet binnen deze termijn inrichten van gronden voor een agrarisch gebruik voor zover deze voorheen tot 'wonen' bestemde gronden in de nieuwe situatie buiten het bestemmingsvlak 'wonen' zijn komen te vallen;
- i. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing en versterking overeenkomstig het landschapsplan 'bouw woning Zuider Markweg 34 Beek zoals opgenomen in Bijlage 19 bij deze regels binnen 1,5 jaar na inwerkingtreding van de omgevingsvergunning voor de nieuwbouw van de woning op deze locatie;
- j. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing/versterking en de centrale erfverharding binnen het gebied zoals dat in Bijlage 23 (Greffelkampseweg 58 Didam) bij deze regels met een rood kader is opgenomen, een en ander binnen 1,5 jaar na de start van de bouwwerkzaamheden voor de nieuwe woning of de bijgebouwen, hetgeen als voorwaardelijke verplichting in de omgevingsvergunning wordt opgenomen;
- k. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke erfinrichting en centrale erfverharding binnen de afzonderlijke blauwe kaders zoals die op afbeelding 1 in Bijlage 24 (Julianaboom 1 Kilder) bij deze regels zijn weergegeven, een en ander binnen 1,5 jaar na start van de bouwwerkzaamheden binnen die afzonderlijke kaders, hetgeen als voorwaardelijke verplichting in de omgevingsvergunning wordt opgenomen;
- l. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke erfinrichting en centrale erfverharding binnen het gebied zoals dat op afbeelding 1 in Bijlage 25 (Bosstraat 57 Didam) met een geel kader is opgenomen, een en ander binnen 1,5 jaar na de inwerkingtreding van het bestemmingsplan;
- m. het gebruik van gronden en/of bijgebouwen voor het meer dan hobbymatig houden van geiten, tenzij sprake is van een bestaand op grond van de bestemming toegestaan gebruik in welk geval het aantal geiten niet mag toenemen.
Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'wonen' is per adres het navolgende geregeld:
- 1. ter plaatse van de Kollenburg 2 (voorheen 6) te Didam
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) van het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' aangemerkt:
- het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing en het (verharde) erf overeenkomstig het gebied voorzien van het rode kader zoals opgenomen op de tekening 'landschappelijke inpassing Kollenburgweg 2 Didam' onder 4.2 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen één jaar na het onherroepelijk worden van het wijzigingsplan (13 juli 2017);
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) van het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' aangemerkt:
- 2. ter plaatse van de Holthuizerstraat 20 te Didam
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming wordt aangemerkt:
- het niet voorzien in de landschappelijke inpassing op gronden met de bestemming 'wonen' overeenkomstig erfinrichtingsschets Holthuizerstraat 20 zoals opgenomen onder 4.3 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1,5 jaar na het onherroepelijk worden van dit plan (16 augustus 2018) dan wel het niet duurzaam in stand houden daarvan na realisatie.
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming wordt aangemerkt:
- 3. ter plaatse van de Koningsweg 17 te Didam
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) van de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied' eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
- het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing overeenkomstig het erfinrichtingsplan zoals opgenomen onder 4.4 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen één jaar na de start van de bouw van het bijgebouw;
- het niet verwijderen en blijvend (verwijderd) houden van de bijgebouwen zoals aangeduid met een rode pijl onder 4.4 (bijgebouwen) Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 3 maanden na het gereed komen van het nieuwe bijgebouw;
- een voortgezet gebruik van de aanbouw aan de woning zoals aangeduid met een blauwe pijl onder 4.4 (bijgebouwen) Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) na het gereedkomen van het nieuwe bijgebouw.
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) van de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied' eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
- 4. ter plaatse van de Melkweg 1 te Beek
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
- het niet realiseren van de landschappelijke inpassing op gronden met de bestemming 'wonen' overeenkomstig 'Erfinrichtingsschets + beplantingsplan Melkweg 1 te Beek' zoals opgenomen onder 5.1 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1,5 jaar na het onherroepelijk worden van dit plan (9 april 2020) dan wel het niet duurzaam in stand houden daarvan na realisatie;
- het niet duurzaam instand houden van gerealiseerde groenelementen en houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'g';
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
- 5. ter plaatse van de Kerkhuisstraat 6 te Beek
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
- het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing overeenkomstig 'Landschappelijke inpassing Kerkhuisstraat 6 te Beek' zoals opgenomen onder 5.2 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen één jaar na het in werking treden van dit plan (23 juli 2020);
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
- 6. ter plaatse van de Steegseweg 26 te Beek
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
- het niet realiseren van de landschappelijke inpassing overeenkomstig 'Landschappelijke inpassing Steegseweg 26 te Beek' zoals opgenomen onder 5.3 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1,5 jaar na de start van de bouw van het woongebouw binnen het plangebied, alsmede het niet duurzaam instandhouden daarvan na realisatie;
- het niet duurzaam instand houden van gerealiseerde groenelementen en houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'g';
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 (wonen), lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
- 7. ter plaatse van de Tatelaarweg 32 te Didam
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 'wonen', lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
- het niet voorzien in de landschappelijke inpassing en de centrale erfverharding overeenkomstig 'Schetsboek Tatelaarweg 32 Didam (23 mei 2019)' zoals opgenomen onder 6.2 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1,5 jaar na de start van de bouw van het woongebouw binnen het plangebied, alsmede het niet duurzaam instandhouden daarvan na realisatie;
- het niet duurzaam instand houden van gerealiseerde groenelementen en houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'g'.
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 27 'wonen', lid 27.4 (specifieke gebruiksregels) eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming 'wonen' wordt aangemerkt:
27.5 Afwijken van de gebruiksregels
27.6 Wijzigingsbevoegdheid
Artikel 28 Wonen - Landhuis
28.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - Landhuis' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen;
- b. per woning een beroep aan huis of het bestaande bedrijf aan huis;
- c. bed and breakfast;
- d. groen,
met daaraan ondergeschikt:
- e. extensieve dagrecreatie;
met de daarbij behorende:
- f. terreinen;
- g. tuinen en erven;
- h. ontsluitingen, inritten, wegen en paden;
- i. parkeervoorzieningen;
- j. water;
- k. maximaal 1 paardenbak per landhuis.
28.2 Bouwregels
- a. Voor het bouwen van het hoofdgebouw gelden de volgende regels:
- 1. het aantal woningen in het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 3;
- 2. de inhoud mag niet meer bedragen dan 2.000 m³;
- 3. de bouwhoogte mag niet minder dan 9 m en niet meer dan 11 m bedragen;
- 4. de dakhelling mag niet meer bedragen dan 30 graden;
- b. Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende regels:
- 1. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 6 m;
- 2. de totale oppervlakte aan bijgebouwen mag niet meer bedragen dan 300 m²;
- c. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt dat de maatvoering niet meer mag bedragen dan aangegeven in de onderstaande tabel:
Functie van het bouwwerk | Bouwhoogte (m) | Toegestane oppervlakte (m²) |
Erf- en terreinafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw | 2 | - |
Overige erf- en terreinafscheidingen | 1 | - |
Verbindende muur | 2,5 | - |
Overkappingen en pergola's aan het hoofdgebouw | 3** | 50* |
Vrijstaande overkappingen en pergola's, uitsluitend achter de voorgevel van het hoofdgebouw, en overkappingen aan bijgebouwen | 3*** | 50* |
Maximaal 1 hooiberg, uitsluitend minimaal 3 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw | 10 | 40 |
Bouwwerken voor duurzame energie opwekking door middel van zonnepanelen via een grondopstelling | 1,8 | - |
Andere niet eerdergenoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, uitsluitend achter de voorgevel van het hoofdgebouw | 10 | - |
Afscheiding van een paardenbak | 1,5 | - |
*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van het hoofdgebouw of een bijgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen;
Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;
**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een hoofdgebouw;
***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen welke onderdeel uitmaken van het dak of dakvlak van een bijgebouw.
28.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen:
- a. het gebruik van woningen ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
- b. het gebruik van gedeelten van de gebouwen voor de uitoefening van een beroep aan huis indien:
- 1. het beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis waarbij één arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
- 2. de beroepsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 40% van de totale vloeroppervlakte van de betreffende woning en de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 50 m², dan wel meer bedraagt dan 50 m²;
- 3. buitenopslag plaatsvindt;
- 4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
- c. het gebruik ten behoeve van bedrijf aan huis;
- d. het gebruik van bijgebouwen voor bewoning.
28.4 Afwijken van de gebruiksregels
Artikel 29 Wonen - Woongebouw
29.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen - Woongebouw' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- a. wonen;
- b. het instandhouden van de groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';
met de daarbij behorende:
- c. tuinen;
- d. erven en terreinen met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'sw-ve' (verbijzondering erf) de gronden niet dienen te worden aangemerkt als erf in de zin van artikel 1 van bijlage II behorende bij het Besluit omgevingsrecht;
- e. ontsluitingen/inritten.
29.2 Bouwregels
- a. Voor het bouwen van woongebouwen gelden de volgende regels:
1. indien een bouwvlak is aangegeven dienen de woongebouwen binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
2. indien geen bouwvlak is aangegeven wordt het bestemmingsvlak gelijk gesteld met het bouwvlak;
2a. het woongebouw dient te zijn gesitueerd overeenkomstig de in Bijlage 7 opgenomen erfinrichtingsschets;
2b. het bouwen van een woongebouw als bedoeld onder 2a is niet eerder toegestaan dan nadat is voldaan aan de sloopverplichting overeenkomstig de erfinrichtingschets zoals opgenomen in Bijlage 7 bij deze regels;
3. ter plaatse van de aanduiding 'maximaal aantal wooneenheden' is uitsluitend het aangegeven aantal wooneenheden toegestaan;
4. de inhoud van een wooneenheid, niet zijnde een wooneenheid ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding – bestaand woongebouw', 'specifieke bouwaanduiding – woongebouw Luijnhorststraat 16' en specifieke bouwaanduiding - woongebouw Berkenlaan 2-4', bedraagt maximaal 400 m³, dan wel maximaal de bestaande inhoud tenzij anders op de verbeelding is aangegeven;
5. de goot- en bouwhoogte bedragen maximaal respectievelijk 3,5 m en 9 m;
5a. de dakvlak-gevelverhouding bedraagt niet minder dan 1:1 en de dakhelling bedraagt minimaal 30 en maximaal 50 graden;
6. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bestaand woongebouw' geldt dat het bestaande gebouw als woongebouw is toegestaan met dien verstande dat het aantal wooneenheden, inhoud, goot- en bouwhoogte niet mogen worden gewijzigd;
7. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding – woongebouw Luijnhorststraat 16' zijn de wooneenheden toegestaan, zoals aanwezig ten tijde van het inwerkingtreden van het plan, met dien verstande dat inhoud, goot- en bouwhoogte niet mogen worden gewijzigd;
8. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - woongebouw Berkenlaan 2-4' geldt dat voor zover is voldaan aan de sloopverplichting als bedoeld onder 2b het aldan resterende gebouw als woongebouw is toegestaan met dien verstande dat de goothoogte aan één zijde, de bouwhoogte en de oppervlakte niet mogen worden gewijzigd.
- b. Voor het bouwen van (inpandige) bijgebouwen bij wooneenheden gelden de volgende regels:
- 1. de oppervlakte mag per wooneenheid niet meer bedragen dan 50 m²;
- 2. bijgebouwen dienen inpandig in het woongebouw te worden opgericht, waarbij de goot- en bouwhoogte niet meer bedraagt dan de goot- en bouwhoogte van het woongebouw. Ter plaatse van de aanduiding 'bg' (bijgebouw) is uitsluitend een bijgebouw toegestaan;
- 3. (-)
- 4. (-)
- 5. (-)
- 6. in afwijking van sub 2 dienen bijgebouwen in een nieuw gezamenlijk bijgebouw per woongebouw of per meerdere woongebouwen te worden opgericht voor zover:
- dit op de erfinrichtingschets voor de nieuwe situatie op de betreffende locatie, zoals opgenomen in Bijlage 7 bij deze regels, staat aangegeven;
- de goot- en bouwhoogte van het gezamenlijk bijgebouw niet meer bedraagt dan 3 m resp. 6 m;
- 7. in afwijking van het bepaalde in sub 1 is een grotere oppervlakte dan 50 m² aan bijgebouw per wooneenheid toegestaan voor zover overeenkomstig de inrichtingsschets zoals opgenomen in Bijlage 7 bij deze regels, gebruik wordt gemaakt van een bestaand gebouw in welk geval de oppervlakte, inhoud, goot- en bouwhoogte, en situering van dat gebouw niet mag worden gewijzigd;
- 8. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding-bijgebouw bestaand woongebouw' is naast de inpandige berging in het bestaande woongebouw, tevens het bestaande niet-inpandige bijgebouw toegestaan in maximaal de bestaande oppervlakte, inhoud, goot- en bouwhoogte.
- c. Het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde is met uitzondering van overkappingen als onderdeel van het dak of dakvlak van het woongebouw, niet toegestaan. Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken, zijn uitsluitend toegestaan voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak.
Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'Wonen - Woongebouw' is per adres het navolgende geregeld:
- 1. ter plaatse van het adres Melderstraat 23 in Didam zijn bijgebouwen (in aanvulling op lid 29.2 sub b) uitsluitend inpandig toegestaan;
- 2. ter plaatse van het adres St. Isidorusstraat 15 in Stokkum bedraagt (in aanvulling op het bepaalde in lid 29.2 onder a4) de gezamenlijke oppervlakte van de woongebouwen (inclusief maximaal 120 m² inpandige bijgebouwen) maximaal 317 m²;
- 3. ter plaatse van het adres Kollenburgweg 6 in Didam bedraagt (in aanvulling op het bepaalde in lid 29.2 onder a4) de gezamenlijke oppervlakte van de woongebouwen (inclusief maximaal 300 m² inpandige bijgebouwen) maximaal 848 m²;
- 4. ter plaatse van het adres Kollenburgweg nabij nr. 3 in Didam:
- a. bedraagt (in aanvulling op het bepaalde in lid 29.2 onder a4) de gezamenlijke oppervlakte van het woongebouw (inclusief maximaal 100 m² bijgebouwen inpandig in het woongebouw en/of in één gezamenlijk bijgebouw) maximaal 400 m²;
- b. mogen (in aanvulling op lid 29.2 sub b) bijgebouwen per wooneenheid inpandig in het woongebouw en/of in één gezamenlijk bijgebouw worden opgericht, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten' het bouwen van bijgebouwen niet is toegestaan;
- 5. ter plaatse van het adres Fluunseweg 14 in Didam bedraagt (in aanvulling op het bepaalde in lid 29.2 onder a4) de gezamenlijke oppervlakte van de woongebouwen (inclusief maximaal 300 m² inpandige bijgebouwen) maximaal 803,5 m²;
- 6. ter plaatse van het adres Holthuizerstraat 20 in Didam
- a. bedraagt (in aanvulling op het bepaalde in lid 29.2 onder a4) de gezamenlijke oppervlakte van de woongebouwen (inclusief maximaal 100 m² inpandige bijgebouwen) maximaal 400 m².
- b. daar waar in deze regels wordt gesproken van Bijlage 7 (erfinrichtingsschetsen) wordt in de plaats daarvan voor dit adres gelezen 'erfinrichtingschets Holthuizerstraat 20' zoals opgenomen onder 4.3 in Bijlage 4 toelichting;
- 7. ter plaatse van het adres Melkweg 1 in Beek
- 8. ter plaatse van het adres Steegseweg 26 in Beek
- 9. ter plaatse van de Tatelaarweg 32 te Didam
29.3 Afwijken van de bouwregels
(-)
29.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen:
- a. het gebruik van wooneenheden ten behoeve van een zelfstandige inwoningsituatie;
- b. (-)
- c. het gebruik van (gedeelten van) woongebouwen en/of bijgebouwen voor de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis;
- d. het gebruik van bijgebouwen voor bewoning;
- e. het in gebruik nemen van de wooneenheid op de locatie Zeddamseweg 8 te Braamt zonder dat is aangetoond dat aan het op grond van het Bouwbesluit vereiste akoestisch binnenniveau wordt voldaan en zonder dat de daartoe benodigde maatregelen (geluidsisolerende of geluidswerende voorzieningen) zijn getroffen;
- f. het niet blijvend verwijderen van de aanwezige te slopen bebouwing (binnen 3 maanden na het verlenen van de omgevingsvergunning voor het aanpassen van de voormalige woonboerderij Zeddamseweg 8 te Braamt ten behoeve van bewoning) voor zover deze bebouwing niet op de erfinrichtingschets voor de nieuwe situatie zoals weergegeven onder 19 van Bijlage 7 'Erfinrichtingschetsen functieveranderingsinitiatieven' staat weergegeven;
- g. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing binnen 1,5 jaar na het verlenen van de omgevingsvergunning voor het aanpassen van de voormalige woonboerderij Zeddamseweg 8 te Braamt ten behoeve van bewoning, zoals weergeven onder 19 van Bijlage 7 'Erinrichtingschetsen functieveranderingsinitiatieven' bij deze regels;
- h. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke inpassing/versterking en de centrale erfverharding binnen het gebied zoals dat in Bijlage 23 (Greffelkampseweg 58 Didam) bij deze regels met een blauw kader is opgenomen, een en ander binnen 1,5 jaar na de start van de bouwwerkzaamheden voor het nieuwe woongebouw, hetgeen als voorwaardelijke verplichting in de omgevingsvergunning wordt opgenomen;
- i. i. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke erfinrichting en centrale erfverharding binnen het gebied zoals dat op afbeelding 1 in Bijlage 24 (Julianaboom 1 Kilder) bij deze regels met een geel kader is opgenomen, een en ander binnen 1,5 jaar na start van de bouwwerkzaamheden voor het nieuwe woongebouw, hetgeen als voorwaardelijke verplichting in de omgevingsvergunning wordt opgenomen;
- j. het niet (blijvend) voorzien in de landschappelijke erfinrichting en centrale erfverharding binnen het gebied zoals dat op afbeelding 1 in Bijlage 25 (Bosstraat 57 Didam) met een blauw kader is opgenomen, een en ander binnen 1,5 jaar na start van de bouwwerkzaamheden voor het nieuwe woongebouw, hetgeen als voorwaardelijke verplichting in de omgevingsvergunning wordt opgenomen.
Met de wijzigingsplannen welke voorzien in een bestemming 'wonen-woongebouw' is per adres het navolgende geregeld:
- 1. ter plaatse van de Holthuizerstraat 20 in Didam
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 29 (wonen-woongebouw), lid 29.4 (specifieke gebruiksregels) van het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming aangemerkt:
- het niet voorzien in de landschappelijke inpassing op gronden met de bestemming 'wonen-woongebouw' overeenkomstig de erfinrichtingsschets Holthuizerstraat 20 Didam onder 4.3 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen één jaar na het gereedkomen van het woongebouw doch in ieder geval binnen 2 jaar na de start van de bouw daarvan.
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 29 (wonen-woongebouw), lid 29.4 (specifieke gebruiksregels) van het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming aangemerkt:
- 2. ter plaatse van de Steegseweg 26 in Beek
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 29 (wonen-woongebouw), lid 29.4 (specifieke gebruiksregels) van het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming aangemerkt:
- het niet realiseren van de landschappelijke inpassing op gronden met de bestemming 'wonen-woongebouw' overeenkomstig 'Landschappelijke inpassing Steegseweg 26 te Beek' onder 5.3 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1,5 jaar na de start van de bouw van het woongebouw binnen het plangebied, alsmede het niet duurzaam instandhouden daarvan na realisatie;
- het niet duurzaam instand houden van gerealiseerde groenelementen en houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'g';
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 29 (wonen-woongebouw), lid 29.4 (specifieke gebruiksregels) van het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming aangemerkt:
- 3. ter plaatse van de Tatelaarweg 32 te Didam
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 29 'wonen-woongebouw', lid 29.4 (specifieke gebruiksregels) van het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming wordt aangemerkt:
- het niet voorzien in de landschappelijke inpassing overeenkomstig 'Schetsboek Tatelaarweg 32 Didam (23 mei 2019)' zoals opgenomen onder 6.2 Bijlage 4 toelichting (specifieke regels wijzigingsplannen) binnen 1,5 jaar na de start van de bouw van het woongebouw;
- het niet duurzaam instand houden van gerealiseerde groenelementen en houtopstanden na realisatie.
- a. in aanvulling op het bepaalde in artikel 29 'wonen-woongebouw', lid 29.4 (specifieke gebruiksregels) van het bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt eveneens als een strijdig gebruik met de bestemming wordt aangemerkt:
Artikel 30 Leiding - Gas
30.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn mede bestemd voor de aanleg en de instandhouding van een ondergrondse hogedruk hoofdaardgastransportleiding.
30.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. op of in de in lid 30.1 bedoelde gronden met de bestemming 'Leiding - Gas' mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bedoelde leiding worden gebouwd;
- b. de oppervlakte en de bouwhoogte van een gebouw mogen niet meer dan respectievelijk 10 m² en 3 m bedragen.
30.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
- a. Het is verboden op of in de in lid 30.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
- 1. het aanbrengen van hoogopgaande en/of diepwortelende beplanting, bijvoorbeeld rietbeplanting;
- 2. het wijzigen van het maaiveldniveau door ontgronding of ophoging;
- 3. het verrichten van grondroeractiviteiten (bijvoorbeeld het aanbrengen van rioleringen, kabels, drainage, leidingen, met uitzondering van hoofdaardgastransportleidingen) anders dan normaal spit- en ploegwerk;
- 4. het indrijven van voorwerpen in de bodem;
- 5. diepploegen;
- 6. het aanbrengen van gesloten verhardingen;
- 7. het permanent opslaan van goederen waaronder ook begrepen het opslaan van afvalstoffen;
- 8. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen;
- 9. het plaatsen van onroerende objecten, zoals lichtmasten, wegwijzers en ander straatmeubilair.
- b. Het verbod als bedoeld in sub a is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
- 1. voorkomen op de beplantingslijst van de leidingbeheerder;
- 2. mechanisch worden uitgevoerd en daarmee vallen onder de werking van de Wet Informatie Uitwisseling Ondergrondse Netwerken;
- 3. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
- 4. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning;
- 5. normaal onderhoud betreffen of worden uitgevoerd t.b.v. de instandhouding van de leiding(en).
- c. De werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden bedoeld in sub a zijn slechts toelaatbaar indien dit niet strijdig is met de belangen van de leidingen.
- d. Alvorens omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning zoals bedoeld in sub a te beslissen, wint het bevoegd gezag tijdig schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade.
Artikel 31 Leiding - Hoogspanningsverbinding
31.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
- a. het transport van elektrische energie en de daarbij behorende bouwwerken;
- b. de aanleg en instandhouding van hoogspanningsleidingen;
- c. installaties ten behoeve van mobiel dataverkeer mits gekoppeld aan de bestaande masten ten behoeve van de bestemming.
31.2 Bouwregels
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
- a. op de gronden als bedoeld in lid 31.1 mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de hoogspanningsverbinding worden gebouwd, waarbij geldt dat de bouwhoogte van palen en masten ten behoeve van de hoogspanningsleidingen niet meer mag bedragen dan 53 meter, en de bouwhoogte van overige bouwwerken niet meer mag bedragen dan 2,5 m;
- b. voor zover gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, die zijn toegestaan op grond van de andere daar voorkomende bestemming(en), zijn gelegen binnen de gronden als bedoeld in lid 31.1, mag de bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in afwijking van het bepaalde in de bouwregels bij die andere bestemming(en), niet meer bedragen dan de bestaande bouwhoogte.
31.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 31.2 ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de in lid 31.1 bedoelde andere daar voorkomende bestemming(en), niet zijnde de bouw van magneetveldgevoelige en magneetveldbeoordelingsplichtige objecten indien daardoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de betreffende hoogspanningsverbinding en ter zake vooraf eerst advies bij de beheerder is ingewonnen.
31.4 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
- a. het gebruik van bouwwerken als drager van reclame-uitingen.
31.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
- a. Het is verboden op of in de in lid 31.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren:
- 1. het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem;
- 2. het diepploegen, diepwoelen of het uitvoeren van andere ingrepen in de bodem, waaronder ook begrepen de aanleg van leidingen, allen dieper dan 0,60 m onder maaiveld, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd, alsmede de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van bestaande drainage;
- 3. het bebossen of anderszins beplanten van gronden met houtopstanden, waaronder begrepen het kweken en telen van bomen, struiken en heesters in verband met tuinbouw of als (agrarische) houtteelt;
- 4. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden, alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 100 m²;
- 5. het aanbrengen van onder- en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur.
- b. Het bepaalde in sub a is niet van toepassing:
- 1. op werken of werkzaamheden waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden is verleend;
- 2. op werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan in uitvoering waren en hiervoor een vergunning is verleend;
- 3. op werken of werkzaamheden welke betreffen het normale onderhoud en beheer van leidingen.
- c. De in sub a genoemde werken en werkzaamheden zijn uitsluitend toelaatbaar indien en voor zover geen onevenredige aantasting van de belangen van de leidingen en/of energievoorziening ontstaat of kan ontstaan.
- d. Alvorens omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning zoals bedoeld in sub a te beslissen, wint het bevoegd gezag tijdig schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade.
Artikel 32 Leiding - Rioolpersleiding
32.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Leiding - Rioolpersleiding' aangewezen gronden zijn mede bestemd voor de aanleg en de instandhouding van een ondergrondse rioolpersleiding.
32.2 Bouwregels
- a. Op of in de in lid 32.1 bedoelde gronden met de bestemming 'Leiding - Rioolpersleiding' mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bedoelde leiding worden gebouwd;
- b. De oppervlakte en de bouwhoogte van een gebouw mogen niet meer dan respectievelijk 10 m² en 3 m bedragen.
32.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
- a. Het is verboden op of in de in lid 32.1 bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
- 1. het aanbrengen van hoogopgaande en/of diepwortelende beplanting, bijvoorbeeld rietbeplanting;
- 2. het wijzigen van het maaiveldniveau door ontgronding of ophoging;
- 3. het verrichten van grondroeractiviteiten dieper dan 50 cm;
- 4. het indrijven van voorwerpen in de bodem;
- 5. diepploegen;
- 6. het aanbrengen van gesloten verhardingen;
- 7. het permanent opslaan van goederen waaronder ook begrepen het opslaan van afvalstoffen;
- 8. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen;
- 9. het plaatsen van onroerende objecten, zoals lichtmasten, wegwijzers en ander straatmeubilair.
- b. Het verbod als bedoeld in sub a is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
- 1. voorkomen op de beplantingslijst van de leidingbeheerder;
- 2. mechanisch worden uitgevoerd en daarmee vallen onder de werking van de Wet Informatie Uitwisseling Ondergrondse Netwerken;
- 3. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
- 4. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning;
- 5. normaal onderhoud betreffen of worden uitgevoerd t.b.v. de instandhouding van de leiding(en).
- c. De werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden bedoeld in sub a zijn slechts toelaatbaar indien dit niet strijdig is met de belangen van de leidingen.
- d. Alvorens omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning zoals bedoeld in sub a te beslissen, wint het bevoegd gezag tijdig schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade.
Artikel 33 Waarde - Archeologie 1
33.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden in de bodem.
33.2 Bouwregels
33.3 Nadere eisen
Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit (archeologisch) onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
33.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
33.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 1' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.
Artikel 34 Waarde - Archeologie 2
34.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden in de bodem.
34.2 Bouwregels
34.3 Nadere eisen
Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit (archeologisch) onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
34.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
34.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is.
Artikel 35 Waarde - Archeologische Verwachting 1
35.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologische Verwachting 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
35.2 Bouwregels
35.3 Nadere eisen
Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit (archeologisch) onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
35.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
35.5 Wijzigingsbevoegdheid
- a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologische Verwachting 1' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is;
- b. de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologische Verwachting 1' te wijzigen in 'Waarde -Archeologie 1' of 'Waarde - Archeologie 2', indien uit nader archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudenswaardige archeologische waarden aanwezig zijn.
Artikel 36 Waarde - Archeologische Verwachting 2
36.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Archeologische Verwachting 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
36.2 Bouwregels
36.3 Nadere eisen
Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit (archeologisch) onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
36.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
36.5 Wijzigingsbevoegdheid
- a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologische Verwachting 2' geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien op basis van nader archeologisch onderzoek is aangetoond, dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, dan wel er niet langer archeologische begeleiding of zorg nodig is;
- b. de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologische Verwachting 2' te wijzigen in Waarde -Archeologie 1 of 'Waarde - Archeologie 2', indien uit nader archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudenswaardige archeologische waarden aanwezig zijn.
Artikel 37 Waarde - Archeologische Verwachting 3
37.1 Bestemmingsomschrijving
(-)
37.2 Bouwregels
37.3 Nadere eisen
(-)
37.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
37.5 Wijzigingsbevoegdheid
(-)
Hoofdstuk 3 Algemene Regels
Artikel 38 Anti-dubbeltelbepaling
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 39 Algemene Bouwregels
Bouwen langs wegen en water
- a. Onverminderd het overigens in deze regels met betrekking tot het bouwen bepaalde, mag of mogen op en in gronden die grenzen aan de gronden als bedoeld in:
- 1. Artikel 23 (Verkeer) uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, waarbij het onderstaande van toepassing is:
Soort weg | Afstanden waarbinnen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden gebouwd* |
Snelwegen met gescheiden rijstroken, op- en afritten en bermen | 100 m |
Doorgaande gebiedsontsluitingswegen met bijbehorende parkeerstroken. Opstelstroken, fiets- en voetpaden, bermen en bermsloten | 30 m |
Lokale stroomwegen met bijbehorende fiets- en voetpaden, bermen en bermsloten | 20 m |
Fiets- en voetpaden, bermen en bermsloten | 10 m |
*De genoemde afstanden zijn loodrecht gemeten vanuit de as van de weg;
- 1. Artikel 25 (Verkeer - Railverkeer) binnen een afstand van 30 m, loodrecht gemeten uit de buitenste spoorstaaf, uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde worden opgericht;
- 2. Artikel 26 (Water) binnen een afstand van 5 m, loodrecht gemeten op de bestemmingsgrens, geen bebouwing worden opgericht.
- b. Indien de afstand van de bestaande bebouwing tot aan de onder sub a 1, 2 en 3 bedoelde gronden minder bedraagt dan aldaar is aangegeven, is deze afstand eveneens toegestaan.
- c. Het bevoegd gezag kan, na schriftelijk advies te hebben ingewonnen van de desbetreffende weg- of railbeheerder omtrent de aanvaardbaarheid daarvan uit oogpunt van wegbeheer en verkeersveiligheid, bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in sub a 1 en a 2 ten behoeve van het bouwen:
- 1. op een kleinere afstand tot de as van de weg of van de op- of afrit dan zoals genoemd onder a 1;
- 2. op een kleinere afstand gemeten vanuit de buitenste spoorstaaf dan zoals genoemd onder a 2;
- d. Het bevoegd gezag kan, na schriftelijk advies te hebben ingewonnen van de beheerder van de betreffende watergang omtrent de waterstaatkundige aanvaardbaarheid daarvan, bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in sub a 3 ten behoeve van het bouwen tot aan de bestemmingsgrens van die gronden.
Artikel 40 Algemene Gebruiksregels
40.1 Strijdig gebruik
Tot een gebruik in strijd met deze regels wordt in ieder geval gerekend:
- a. het gebruik van de onbebouwde grond en/of de daarop aanwezige bebouwing ten behoeve van seksbedrijven;
- b. het gebruik van de onbebouwde grond en/of de daarop aanwezige bebouwing ten behoeve van een evenement voor zover dat evenement, inclusief opbouw- en afbraakperiode, langer duurt dan 5 dagen en/of voor zover dat evenement leidt tot een wezenlijke inbreuk op de bestemming en uitgezonderd die evenementen waarvoor ingevolge Artikel 42 sub c bij omgevingsvergunning is afgeweken van deze planregels;
- c. het gebruik van bijgebouwen voor permanente of tijdelijke bewoning;
- d. het gebruik van gronden ten behoeve van lawaaisporten, tenzij die sporten als onderdeel zijn aan te merken van het, op grond van deze regels toegestane gebruik;
- e. een gebruik van gronden als stort- en /of opslagplaats van grond en/of afval, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud;
- f. een gebruik van gronden als stallings- en/of opslagplaats van één of meer aan het gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, met uitzondering van een zodanig gebruik voor het normale op de bestemming gerichte gebruik en onderhoud.
40.2 Uitzondering strijdig gebruik
Tot een strijdig gebruik met deze regels wordt in ieder geval niet gerekend het gebruik van (voormalig) agrarische bedrijfsgebouwen ten behoeve van sociaal culturele activiteiten voor zover:
- a. dat gebruik plaatsvindt in een aaneengesloten periode niet langer dan 6 maanden per kalenderjaar;
- b. geen bouwkundige voorzieningen ten behoeve van dit gebruik worden getroffen;
- c. dat gebruik niet betreft het houden van feesten en partijen en andere horeca-gerelateerde activiteiten;
- d. dat gebruik niet gericht is op het bieden van nachtverblijf;
- e. dat gebruik niet leidt tot buitenopslag;
- f. parkeren op het eigen erf plaatsvindt;
- g. dat gebruik niet leidt tot een blijvende ongeschiktheid van het meest doelmatige gebruik van het gebouw;
- h. dat gebruik niet leidt tot onveilige situaties.
Artikel 41 Algemene Aanduidingsregels
41.1 Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied
- a. Ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' zijn de gronden mede bestemd voor de waterwinning en de bescherming van de kwaliteit van het grondwater;
- b. Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten behoeve van de andere, expliciet aan deze gronden toegekende bestemmingen worden gebouwd.
41.2 Milieuzone - waterwingebied
- a. Ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - waterwingebied' zijn de gronden mede bestemd voor een waterwingebied en daarbij behorende voorzieningen;
- b. In afwijking van hetgeen is bepaald in de regels met betrekking tot het bouwen mogen op deze gronden, zoals bedoeld in sub a, enkel bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd ten dienste van de functies genoemd in sub a. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
- 1. de bouwhoogte van palen, masten en technische installaties mag niet meer bedragen dan 10 m;
- 2. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 2 m;
- c. Het gestelde onder sub b is niet van toepassing op gronden met de bestemming 'Bedrijf -Nutsvoorziening'.
41.3 Milieuzone - windturbine
Ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - windturbine' worden de op die gronden voorkomende (bedrijfs)woningen, op de percelen Netterdseweg 2 en Meilandsedijk 4, tevens aangemerkt als participantenwoning behorende bij de bestemming 'Bedrijf - Windturbine'.
41.4 Vrijwaringszone - molenbiotoop
41.5 Veiligheidszone - lpg
41.6 Veiligheidszone - bevi
41.7 Veiligheidszone - schietbaan
Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszone - schietbaan' is menselijk verblijf of menselijke activiteit niet toegestaan gedurende het in bedrijf zijn van de schietbaan.
41.8 Geluidszone - industrie
Het is verboden om ter plaatse van de aanduiding 'Geluidszone - industrie' nieuwe geluidsgevoelige functies te realiseren, tenzij uit akoestisch rapport blijkt dat wordt voldaan of kan worden voldaan aan de geluidsnormen op grond van de Wet geluidhinder.
41.9 Waarden
41.10 Overige zone - GNN
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - GNN' zijn de gronden tevens bestemd voor bescherming, behoud, herstel of de duurzame ontwikkeling van de ecologische waarden (biodiversiteit) en kenmerken van de onderscheiden gebieden. Centraal staat de bescherming van de kernkwaliteit De kernkwaliteiten bestaan uit bestaande natuurwaarden, uit nog te ontwikkelen potentiële waarden en de omgevingscondities zoals stilte, een en ander zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels.
41.11 Overige zone - GO
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - GO' zijn de gronden tevens bestemd voor een (substantiële) versterking van de samenhang tussen aangrenzende en inliggende natuurgebieden. In de Groene Ontwikkelingszone is doelstelling gericht op het bevorderen van de samenhang tussen de natuurgebieden en het zoneren van de overgangen tussen natuurbestemmingen en andere functies, een en ander door het beschermen van bos en het versterken van de kernkwaliteiten van natuur en landschap.
De kernkwaliteiten zijn:
- 1. de samenhang met aangrenzende natuurgebieden;
- 2. de aanwezige en nog te ontwikkelen natuurwaarden (in het bijzonder de ecologische verbindingszones);
- 3. de landschappelijke, cultuurhistorische, geomorfologische en archeologische waarden;
- 4. de abiotische kwaliteiten stilte, donkerte, openheid en 'rust' (omgevingscondities).
Een en ander zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels.
41.12 Waardevol landschap
Ter plaatse van de aanduiding 'Waardevol landschap' zijn de gronden tevens bestemd voor behoud en versterking van de kernkwaliteiten van het waardevol landschap, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels.
41.13 Overige zone - GO-EVZ
Ter plaatse van de aanduiding 'GO-EVZ' zijn de gronden tevens bestemd voor bescherming, behoud, herstel of duurzame ontwikkeling van de ecologische waarden en kenmerken, alsmede het voorkomen van significante effecten op kernkwaliteiten en omgevingscondities, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels.
Artikel 42 Algemene Afwijkingsregels
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de landschappelijke (kern-)kwaliteiten, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden, bij een omgevingsvergunning afwijken van deze planregels:
- a. indien er afwijkingen zijn ten aanzien van de ligging van bestemmings- en bebouwingsgrenzen welke noodzakelijk zijn ter aanpassing van het plan aan de bij uitmeting blijkende werkelijke toestand van het terrein, mits die afwijkingen ten opzichte van hetgeen is aangegeven niet meer dan 5 m bedragen;
- b. voor afwijkingen van regels, gesteld ten aanzien van maten en percentages, mits die afwijkingen beperkt blijven tot ten hoogste 10% van de in het plan aangegeven maten en percentages. Deze afwijking geldt niet voor maten met betrekking tot:
- 1. de inhoud van wooneenheden;
- 2. de oppervlakte van bijgebouwen op locaties met de nadere aanduiding 'specifieke vorm van wonen-cultureel medegebruik' en 'specifieke vorm van wonen-sport';
- 3. de oppervlakte van bedrijfsgebouwen binnen de bestemmingen: 'Bedrijf', 'Bedrijf -Energiepark', 'Bedrijf - Nutsvoorziening', 'Detailhandel', 'Horeca', 'Maatschappelijk', 'Recreatie - Dagrecreatie', 'Recreatie - Verblijfsrecreatie', 'Sport' en 'Sport - Manege';
- 4. de bouwhoogte, tiphoogte en rotordiameter van windturbines;
- 5. oppervlaktematen van agrarische bouwvlakken en het toegestane gebruik daarvan voor intensieve veehouderij.
- c. voor een gebruik van een terrein als evenemententerrein voor meerdaagse evenementen, tot een maximum van 3 evenementen per jaar, voor ten hoogste 15 dagen per evenement, inclusief opbouw- en afbraakperiode, mits het evenement niet leidt een onomkeerbare inbreuk op de bestemming dan wel de aan deze bestemming verbonden waarden, en daaraan door het stellen van voorwaarden niet voldoende tegemoet kan worden gekomen;
- d. ten behoeve van het bouwen van niet voor bewoning bestemde (al dan niet ondergrondse) bouwwerken voor nutsvoorzieningen, zoals gasdruk- regelstations, wachthuisjes, telefooncellen en transformatorhuisjes, uitgezonderd verkooppunten van motorbrandstoffen, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 3 m en de inhoud, voor zover boven peil, niet meer dan 50 m3 mag bedragen;
- e. ten behoeve van het vergroten van de inhoud van (bedrijfs)woningen welke de maximaal mogelijke inhoud reeds hebben bereikt, voor zover deze inhoudsvergroting uit oogpunt van woningisolatie en als gevolg daarvan te treffen voorzieningen, is aangetoond en voor zover deze voorzieningen niet afdoende kunnen worden getroffen met toepassing van lid b in dit artikel én mits is aangetoond dat zonder inhoudsvergroting woningisolatie niet tot de mogelijkheden behoort.
Artikel 43 Algemene Wijzigingsregels
43.1 Wijzigingen ten behoeve van agrarische bedrijven in de bestemmingen Agrarisch en Agrarisch met waarden
43.2 Wijziging naar wonen
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om de volgende bestemmingen te wijzigen naar de bestemming 'Wonen' (niet zijnde een wijziging als bedoeld in artikel 43.3) conform de navolgende subleden van dit artikel.
- Agrarisch
- Agrarisch - Paardenhouderij
- Agrarisch met waarden
- Bedrijf
- Detailhandel
- Horeca
- Maatschappelijk
Bij de toepassing van deze wijzigingsbevoegdheden dienen de volgende voorwaarden in acht te worden genomen:
- a. er dient ten minste 1 bedrijfswoning aanwezig te zijn;
- b. de agrarische activiteiten dan wel bedrijfsmatige activiteiten ter plaatse dienen te zijn beëindigd;
- c. aangegeven dient te worden dat voor zover van toepassing tot intrekking van de milieurechten kan worden overgegaan;
- d. het aantal woningen mag niet toenemen;
- e. omliggende functies worden door de wijziging niet belemmerd.
43.3 Functieverandering naar wonen
43.4 Functieverandering naar werken
- a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de gronden met de bestemmingen:
- Agrarisch
- Agrarisch - Paardenhouderij
- Agrarisch met waarden
te wijzigen om de niet-agrarische werkfuncties die zijn genoemd in sub b te realiseren in de gebieden genoemd in sub c. Daarbij mag de oppervlakte van de functies niet meer bedragen dan aangegeven in sub c, tenzij sprake is van bijzonderheden zoals die in of bij de tabel zijn opgenomen. Bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid dienen de volgende voorwaarden in acht te worden genomen:
- 1. door hergebruik van bebouwing in het buitengebied worden de bestaande (agrarische) bedrijven en gevoelige functies in de omgeving niet belemmerd;
- 2. (-);
2a. er dient sprake te zijn van een agrarisch bouwvlak welke in de nieuwe situatie komt te vervallen;
2b. er dient een oppervlakte aan gebouwen te worden gesloopt zoals in de tabel onder c staat aangegeven tenzij in of bij deze tabel is aangegeven dat van sloop kan worden afgezien;
- 3. (-);
- 4. functieverandering mag niet leiden tot beperking van ontwikkelingsmogelijkheden voor de landbouw voor gronden ter plaatse van de aanduiding 'grondgebonden landbouw' en 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied';
- 5. functieverandering van vrijgekomen gebouwen mag niet leiden tot knelpunten in de verkeersafwikkeling, dan wel een ten opzichte van de bestaande situatie onaanvaardbare verkeersaantrekkende werking;
- 6. functieverandering mag niet leiden tot aantasting van landschappelijke waarden en natuurwaarden, waarvan laatstgenoemde door middel van onderzoek flora en fauna dient te worden aangetoond;
- 7. indien de functieveranderingslocatie is gelegen binnen gronden ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - GNN', 'Overige zone - GO' en 'Overige zone - GO-EVZ', mogen de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels, niet significant worden aangetast, tenzij door het stellen van compenserende of mitigerende maatregelen hieraan voldoende tegemoet kan worden gekomen;
- 8. (-);
- 9. indien de functieveranderingslocatie is gelegen op gronden ter plaatse van de aanduiding 'Waardevol landschap', mag geen afbreuk worden gedaan aan de kernkwaliteiten van het waardevol landschap, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels;
- 10. indien de functieveranderingslocatie is gelegen ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone -grondwaterbeschermingsgebied' mag de nieuwe functie niet leiden tot een hoger risico voor het grondwater in vergelijking met de situatie vóór functieverandering;
- 11. de bedrijfsfunctie(s) wordt in de bestaande gebouwen uitgeoefend met dien verstande dat de oppervlakte en in de inhoud van de gebouwen niet mag worden vergroot;
11a. de bedrijvigheid heeft een maximale hinderafstand van 50 m overeenkomstig de VNG brochure 'Bedrijven en Milieuzonering' (cat. 3.1), tenzij sprake is van gebiedsgebonden functie in welk geval een bedrijf met een hinderafstand van maximaal 100 meter (cat. 3.2) is toegestaan voor zover de omgeving dat mogelijk maakt;
- 12. bedrijvigheid zoals vermeld onder 2a in de Bijlage 6 bij deze regels 'Lijst van bedrijvigheid' niet is toegestaan;
- 13. (-);
- 14. (-);
- 15. (-);
- 16. bodemonderzoek heeft aangetoond dat de bodem geschikt is voor het beoogde gebruik, dan wel daarvoor geschikt kan en zal worden gemaakt;
- 17. uit onderzoek (in geval van een geurgevoelige functie) is gebleken dat ter plaatse van de functieveranderingslocatie sprake is van een aanvaardbaar leefklimaat voor wat betreft het aspect geur;
- 18. is aangetoond dat de luchtkwaliteit geen belemmering vormt voor de functieverandering, alsmede dat de functieverandering geen negatieve gevolgen heeft voor de luchtkwaliteit;
- 19. een watertoets heeft aangetoond dat de functieverandering geen negatieve gevolgen heeft voor de waterhuishouding c.q. het watersysteem;
- 20. is aangetoond dat wordt voldaan aan de normstelling in het kader van de externe veiligheid;
- 21. functieverandering naar werken niet is toegestaan binnen de indicatieve magneetveldzone van een hoogspanningsleiding tenzij het object niet magneetveldgevoelig is of onderzoek heeft uitgewezen dat de locatie niet is gelegen binnen de specifieke magneetveldzone;
- 22. landschappelijke inpassing van het erf plaatsvindt;
- 23. de economische uitvoerbaarheid wordt aangetoond;
- 24. in geval op een functieveranderingslocatie sprake is van een bedrijfswoning, wordt deze in de nieuwe situatie bestemd tot 'bedrijfswoning' bij het te vestigen bedrijf.
- b. De functies die gerealiseerd mogen worden door middel van een wijzigingsbevoegdheid zijn genoemd in tabel 1 en uitgewerkt in Bijlage 6 'Lijst van bedrijvigheid' bij de regels. Indien functies naar aard en omvang gelijk te stellen zijn met deze functies, zijn ook deze functies toegestaan.
- c. In tabel 1 is de maximale omvang van de functie per gebied aangegeven:
Tabel 1
Aanduiding | Agrarisch verwant en gebiedsgebonden (loonwerk of ander dienst verlenend bedrijf aan de landbouw) | Gebiedsgebonden (paarden pension, caravan stalling, dierenasiel en andere aan het buitengebied gelieerde bedrijvigheid | Niet-gebieds gebonden (schilders bedrijf, aannemers- of bouw bedrijf, hoveniers bedrijf, reparatie bedrijf) Milieucate gorie 1 en 2 | Niet- gebieds gebonden bedrijf > milieucate gorie 2 tot max 3.2 | Aanvullende verevenings bijdrage |
'Overigezone - GNN' | - | - | - | - | |
'Overigezone - GO' en 'Overigezone -GO-EVZ' | 25% oppervlakte reductie* tot max. 1.000 m²*** | 25% oppervlakte reductie* tot max. 750 m²*** | 50% oppervlakte reductie* tot max. 750 m²*** | - | Goede landschappelijke inpassing en natuuraanleg ter grootte van de te slopen oppervlakte aan gebouwen. |
'Waardevollandschap' | 25% oppervlakte reductie* tot max. 1.000 m²*** | 25% oppervlakte reductie* tot max. 750 m²*** | 50% oppervlakte reductie* tot max. 750 m²*** | 50% oppervlakte reductie* tot max. 500 m²*** | Goede landschappelijke inpassing (geen buitenopslag toegestaan). |
'reconstruc tiewetzone - landbouwontwikke lingsgebied'** | 25% oppervlakte reductie* tot max. 1.000 m²*** | 25% oppervlakte reductie* tot max. 750 m²*** | 50% oppervlakte reductie* tot max. 750 m²*** | 50% oppervlakte reductie* tot max. 500 m²*** | Goede landschappelijke inpassing. |
'grondge bonden landbouw' ** | 25% oppervlakte reductie* tot max. 1.000 m²*** | 25% oppervlakte reductie* tot max. 750 m²*** | 50% oppervlakte reductie* tot max. 750 m²*** | 50% oppervlakte reductie* tot max. 500 m²*** | Goede landschappelijke inpassing. |
'overige gronden' (Multifunctioneel platteland) | Geen oppervlakte reductie noodzakelijk tot max. 1.000 m²*** | 25% oppervlakte reductie over het meerdere van 1.250 m² indien meer dan 1.250 m² aanwezig is* tot max. 1.000 m²*** | 25% oppervlakte reductie* tot max. 1.000 m²*** | 50% oppervlakte reductie* tot max. 1.000 m²*** | Goede landschappelijke inpassing. |
'overige gronden' (Multifunctioneel platteland A12-zone) zoals vermeld onder 3 van bijlage 6 bij deze regels | Geen oppervlaktereductie noodzakelijk Bestaande oppervlakte aan gebouwen mag volledig voor de nieuwe werkfunctie in gebruik worden genomen | 25% oppervlakte reductie over het meerdere van 1.250 m² indien meer dan 1.250 m² aanwezig is* tot max. 1.250 m²*** | 25% oppervlakte reductie* tot max. 1.000 m²*** | 50% oppervlakte reductie* tot max. 1.000 m²*** | Goede landschappelijke inpassing. |
*Indien sprake is van monumentale gebouwen en deze in gebruik worden genomen ten behoeve van de functie, dan wordt de vereveningsbijdrage gevormd door de instandhouding van deze gebouwen. In dat geval is tevens een oppervlakte toegestaan ter grootte van de omvang van deze gebouwen
(Voormalige of vrijgekomen) bedrijfsgebouwen die worden gebruikt ten behoeve van de bouw van praalwagens voor sociaal-culturele activiteiten worden niet meegeteld in de bestaande oppervlakte aan gebouwen waarover de sloopreductie wordt bepaald voor zover de specifieke behoefte daaraan wordt aangetoond en deze bedrijfsbebouwing gedurende een periode van ten minste 10 jaar voor dit gebruik beschikbaar wordt gesteld;
**Voor alle omzettingen geldt een zware motiveringsplicht ten aanzien van het opwerpen van belemmeringen voor de landbouw die het primaat heeft in het gebied;
***Een grotere omvang is toegestaan wanneer aan de opgegeven sloopreductie wordt voldaan en daarnaast 1 gebouw in gebruik wordt genomen waarvan de omvang groter is, dan volgens de in de tabel maximaal opgegeven oppervlakte is toegestaan.
43.5 Wijziging naar natuur
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het omzetten van gronden met de bestemming 'Agrarisch' en/of 'Agrarisch met waarden' welke zijn aangeduid met 'Overige zone - GNN', 'Overige zone - GO' en 'Overige zone - GO-EVZ' naar de bestemming 'Natuur', mits:
- a. de agrarische functie van de aangrenzende, niet bij het bedrijf behorende gronden en bebouwing niet onevenredig wordt belemmerd;
- b. de invulling in overeenstemming is met het landschapsbeleid van de gemeente;
- c. (-)
- d. de gerechtigden ten aanzien van de betreffende gronden zulks wensen.
43.6 Functieverandering naar recreatie en maatschappelijk/zorg
- a. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de gronden met de bestemmingen:
- Agrarisch
- Agrarisch - Paardenhouderij
- Agrarisch met waarden
te wijzigen om de niet-agrarische functies die zijn genoemd in sub b te realiseren in de gebieden genoemd in sub c. Daarbij mag de oppervlakte van de functies niet meer bedragen dan aangegeven in sub c, tenzij sprake is van bijzonderheden zoals die in of bij de tabel zijn opgenomen. Bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid dienen de volgende algemene voorwaarden in acht te worden genomen:- 1. door hergebruik van bebouwing in het buitengebied worden de bestaande agrarische bedrijven en gevoelige functies in de omgeving niet belemmerd;
- 2. er dient sprake te zijn van een agrarisch bouwvlak welke in de nieuwe situatie komt te vervallen;
- 3. er dient een oppervlakte aan gebouwen te worden gesloopt zoals in de tabel onder c staat aangegeven tenzij in of bij deze tabel is aangegeven dat van sloop kan worden afgezien;
- 4. functieverandering mag niet leiden tot beperking van ontwikkelingsmogelijkheden voor de landbouw voor gronden ter plaatse van de aanduiding 'grondgebonden landbouw' en 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied';
- 5. functieverandering van vrijgekomen gebouwen mag niet leiden tot knelpunten in de verkeersafwikkeling, dan wel een ten opzichte van de bestaande situatie onaanvaardbare verkeersaantrekkende werking;
- 6. functieverandering mag niet leiden tot aantasting van landschappelijke waarden en natuurwaarden, waarvan laatstgenoemde door middel van onderzoek flora en fauna dient te worden aangetoond;
- 7. indien de functieveranderingslocatie is gelegen binnen gronden ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - GNN', 'Overige zone - GO' en 'Overige zone - GO-EVZ', mogen de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels, niet significant worden aangetast, tenzij door het stellen van compenserende of mitigerende maatregelen hieraan voldoende tegemoet kan worden gekomen;
- 8. indien de functieveranderingslocatie is gelegen op gronden ter plaatse van de aanduiding 'Waardevol landschap', mag geen afbreuk worden gedaan aan de kernkwaliteiten van het waardevol landschap, zoals beschreven in Bijlage 5 bij deze regels;
- 9. indien de functieveranderingslocatie is gelegen ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' mag de nieuwe functie niet leiden tot een hoger risico voor het grondwater in vergelijking met de situatie vóór functieverandering;
- 10. de bedrijfsfunctie(s) wordt in de bestaande gebouwen uitgeoefend met dien verstande dat de oppervlakte en de inhoud van de gebouwen niet mag worden vergroot en met dien verstande dat onlosmakelijk met de functie verbonden ondergeschikte buitenactiviteiten eveneens zijn toegestaan;
- 11. de functie heeft een maximale hinderafstand van 50 m overeenkomstig de VNG brochure 'Bedrijven en Milieuzonering' (cat. 3.1);
- 12. Horeca is uitsluitend toegestaan voor zover genoemd onder 4 in de Bijlage 6 bij deze regels 'Lijst van bedrijvigheid' en met dien verstande dat in geval van een zelfstandige horecafunctie in afwijking van het gestelde in de tabel de oppervlakte daarvan max. 150 m² bedraagt en max 75 m² in combinatie met en ondersteunend aan een andere recreatieve/maatschappelijke hoofdfunctie;
- 13. Een zelfstandige detailhandelfunctie is uitsluitend toegestaan in de vorm van een landlevenwinkel of verkoop van streekeigen producten en met dien verstande dat in dat geval de oppervlakte daarvan niet meer bedraagt dan 100 m² en voor zover sprake van een aan de recreatieve of maatschappelijke functie ondergeschikte en daaraan ondersteunende detailhandelsactiviteit, deze geen grotere oppervlakte mag hebben dan 50 m²;
- 14. bodemonderzoek heeft aangetoond dat de bodem geschikt is voor het beoogde gebruik dan wel daarvoor geschikt kan en zal worden gemaakt;
- 15. uit onderzoek (in geval van een geurgevoelige functie) is gebleken dat ter plaatse van de functieveranderingslocatie sprake is van een aanvaardbaar leefklimaat voor wat betreft het aspect geur;
- 16. is aangetoond dat de luchtkwaliteit geen belemmering vormt voor de functieverandering, alsmede dat de functieverandering geen negatieve gevolgen heeft voor de luchtkwaliteit;
- 17. een watertoets heeft aangetoond dat de functieverandering geen negatieve gevolgen heeft voor de waterhuishouding c.q. het watersysteem;
- 18. is aangetoond dat wordt voldaan aan de normstelling in het kader van de externe veiligheid;
- 19. functieverandering naar recreatie en maatschappelijk/zorg niet is toegestaan binnen de indicatieve magneetveldzone van een hoogspanningsleiding tenzij het object niet magneetveldgevoelig is of onderzoek heeft uitgewezen dat de locatie niet is gelegen binnen de specifieke magneetveldzone;
- 20. landschappelijke inpassing van het erf plaatsvindt;
- 21. de economische uitvoerbaarheid wordt aangetoond.
- b. De functies die gerealiseerd mogen worden door middel van een wijzigingsbevoegdheid zijn vermeld onder 4 (recreatieve functies) en 7 (maatschappelijk zorg) in Bijlage 6 bij deze regels 'Lijst van bedrijvigheid' met dien verstande dat recreatieve functies die daarmee naar aard en omvang vergelijkbaar zijn en voor zover niet genoemd onder 4 en 7 van die bijlage, eveneens zijn toegestaan;
- c. In tabel 1 is de maximale omvang van de functie per gebied aangegeven:
Recreatie***** | Maatschappelijk/zorg **** | Aanvullende vereveningsbrijdage | |
Overige zone - GNN | 50% oppervlaktereductie. Max. 500 m²*** | 50% oppervlaktereductie Max. 500 m²*** | Goede landschappelijke inpassing en aanleg van nieuwe natuur ter grootte van de oppervlakte van de te slopen gebouwen. |
'Overige zone - GO' en Overige zone - GO-EVZ | 25% oppervlaktereductie Max. 750 m²*** | 25% oppervlaktereductie Max. 750 m²*** | Goede landschappelijke inpassing en aanleg van nieuwe natuur. |
Waardevol landschap | 25% oppervlaktereductie Max. 750 m²*** | 25% oppervlaktereductie Max. 750 m²*** | Goede landschappelijke inpassing (geen buitenopslag toegestaan). |
'reconstructiewetzone - landbouw ontwikkelingsgebied' | - | - | - |
'grondgebonden landbouw' ** | 50% oppervlaktereductie* Max. 750 m²*** | 50% oppervlaktereductie* Max. 750 m²*** | Goede landschappelijke inpassing. |
'overige gronden' (Multifunctioneel platteland) | 25% oppervlaktereductie Max. 750 m²*** | 25% oppervlaktereductie Max. 750 m²*** | Goede landschappelijke inpassing. |
*Indien sprake is van monumentale gebouwen en deze in gebruik worden genomen ten behoeve van de functie, dan wordt de vereveningsbijdrage gevormd door de instandhouding van deze gebouwen. In dat geval is tevens een oppervlakte toegestaan ter grootte van de omvang van deze gebouwen;
**Voor alle omzettingen geldt een zware motiveringsplicht ten aanzien van het opwerpen van belemmeringen voor de landbouw die het primaat heeft in het gebied;
***Een grotere omvang is toegestaan wanneer aan de opgegeven sloopreductie wordt voldaan en daarnaast 1 gebouw in gebruik wordt genomen waarvan de omvang groter is, dan volgens de in de tabel maximaal opgegeven oppervlakte is toegestaan;
****Voor zover sprake van een dagopvang of een andere specifieke zorgfunctie dient sprake te zijn van een locatie die zich qua omgevingsfactoren leent voor een dergelijke zorgfunctie, in welk kader een specifiek zorgadvies wordt uitgebracht;
*****Voor zover de locatie is gelegen binnen de gebieden 'Stroombroek' en de 'Nevelhorst' zoals vermeld onder 5 in Bijlage 6 bij deze regels 'Lijst van bedrijvigheid' wordt met inbegrip van de te slopen oppervlakte de maximale oppervlakte die in de tabel voor de recreatieve functie in gebruik mag worden genomen, opgehoogd met 250 m².
43.7 Wijziging vormgeving/uitbreiding bestemmingsvlak Wonen
Burgemeester en wethouders zijn onverminderd het bepaalde in artikel 3.6.2 en 5.6.1 bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het verschuiven en/of vergroten van het bestemmingsvlak 'Wonen', mits:
- a. het geen bestemmingsvlak betreft welke onderdeel vormt van een functieveranderingslocatie, zoals opgenomen in Bijlage 7 bij deze regels;
- b. het bestemmingsvlak in de nieuwe situatie een compacte vorm heeft en voor ten minste 50% van de oppervlakte van de daarin begrepen gronden, de zelfde gronden blijft omvatten als ten tijde van het inwerkingtreden van het plan;
- c. het bestemmingsvlak met niet meer dan 50% wordt vergroot en de noodzaak hiertoe is aangetoond (exclusief toegangsweg);
- d. de wijziging niet tot gevolg mag hebben dat hiermee bebouwing buiten het bestemmingsvlak komt te liggen;
- e. de gronden die in de nieuwe situatie buiten het bestemmingsvlak komen te vallen, wederom geschikt worden gemaakt ten behoeve van agrarisch gebruik;
- f. omliggende functies en waarden door de wijziging niet onevenredig worden belemmerd;
- g. landschappelijke inpassing plaatsvindt van het gehele bestemmingsvlak;
- h. de oppervlakte aan gebouwen niet toeneemt.
43.8 Wijziging vormgeving/uitbreiding bestemmingsvlak 'Bedrijf'
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten einde de vorm van het bestemmingsvlak van de bestemming 'Bedrijf' of 'bedrijf met de nadere aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bestaand bedrijf', te wijzigen of het bestaande bestemmingsvlak te vergroten met dien verstande dat:
- a. de bedrijfseconomische noodzaak voor de wijziging wordt aangetoond;
- b. het geen locatie betreft waarvoor op de verbeelding een specifiek bouwvlak is opgenomen;
- c. het bestemmingsvlak in de nieuwe situatie een compacte vorm heeft en voor ten minste 50% van de oppervlakte van de daarin begrepen gronden, de zelfde gronden blijft omvatten als ten tijde van het inwerkingtreden van het moederplan;
- d. het bestemmingsvlak (exclusief toegangsweg) met niet meer dan 20% wordt vergroot en in dat geval is aangetoond dat verplaatsing naar een bedrijventerrein uit bedrijfsmatige en/of bedrijfseconomische overwegingen, niet mogelijk is;
- e. de wijziging niet tot gevolg mag hebben dat hiermee bebouwing buiten het bestemmingsvlak komt te liggen;
- f. omliggende functies en waarden door de wijziging niet onevenredig worden belemmerd;
- g. landschappelijke inpassing plaatsvindt van het gehele bestemmingsvlak;
- h. de gronden die in de nieuwe situatie buiten het bestemmingsvlak komen te vallen wederom geschikt worden gemaakt ten behoeve van agrarisch gebruik.
43.9 Wijziging naar recreatie
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone – wijzigingsgebied' aan de Oud Arnhemseweg te wijzigen naar de bestemming 'Recreatie -Verblijfsrecreatie' met de nadere bestemming '(sport)visvijver met daarbijbehorende recreatieve voorzieningen, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
- a. de totale oppervlakte aan gebouwen mag niet meer dan 1.000 m2;
- b. de oppervlakte van het ontvangstgebouw bedraagt niet meer dan 500 m², waarbij de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 6 meter;
- c. er worden niet meer dan 20 verblijfsobjecten in de vorm van vissershutten gerealiseerd met een maximale oppervlakte van 25 m² per vissershut exclusief vissteiger van maximaal 150 m² per vissershut;
- d. de hoogte van een vissershut bedraagt niet meer dan 3 meter;
- e. de oppervlakte van het kampeerterrein bedraagt niet meer dan 5.000 m²;
- f. omliggende functies mogen als gevolg van de ontwikkeling niet worden belemmerd;
- g. is aangetoond dat de ontwikkeling uitvoerbaar is binnen wetgeving op het gebied van geluid, luchtkwaliteit, bodem, geur, flora en fauna, water en archeologie;
- h. is aangetoond dat de ontwikkeling niet leidt tot knelpunten in de verkeersafwikkeling c.q. de parkeerbehoefte binnen het terrein kan worden opgevangen;
- i. is aangetoond dat de wettelijk noodzakelijke natuurcompensatie is verzekerd;
- j. het terrein wordt landschappelijk ingepast.
Artikel 44 Algemene Procedureregels
Bij de voorbereiding van een besluit tot het stellen van nadere eisen op grond van het bepaalde in de regels van dit plan is de navolgende voorbereidingsprocedure van toepassing:
- a. voorafgaand aan de terinzagelegging maken burgemeester en wethouders het voornemen om nadere eisen te stellen in een huis-aan-huisblad dat in de gemeente wordt verspreid en voorts op de gebruikelijke wijze bekend;
- b. het ontwerpbesluit en de daarop betrekking hebbende stukken liggen gedurende twee weken voor een ieder ter inzage;
- c. de bekendmaking houdt de mededeling in dat belanghebbenden schriftelijk of mondeling een zienswijze over het ontwerpbesluit naar voren kunnen brengen bij burgemeester en wethouders gedurende de termijn van terinzagelegging;
- d. indien tegen het voornemen zienswijzen zijn ingediend, wordt het besluit omtrent het stellen van nadere eisen met redenen omkleed;
- e. burgemeester en wethouders stellen de indiener(s) van een zienswijze in kennis van hun besluit.
Hoofdstuk 4 Overgangs- En Slotregels
Artikel 45 Overgangsrecht
45.1 Overgangsrecht bouwwerken
- a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
- 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
- 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
- b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a. een omgevingsvergunning voor het bouwen verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met maximaal 10%.
- c. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
45.2 Overgangsrecht gebruik
- a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
- b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
- c. Indien het gebruik, bedoeld onder a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
- d. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 46 Slotregel
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Buitengebied, geconsolideerd (26 april 2022)'.
Hoofdstuk 1 Aanleiding
Sinds 19 mei 2015 is op www.ruimtelijkeplannen.nl een geconsolideerd bestemmingsplan 'Buitengebied' van de gemeente Montferland raadpleegbaar. Het geconsolideerde bestemmingsplan 'Buitengebied' betreft de onherroepelijke versie van het oorspronkelijke bestemmingsplan 'Buitengebied' waarin de verschillende wijzigingen als onderdeel van de periodieke actualisaties zijn verwerkt.
De geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' heeft geen juridische rechtskracht. Aan dit plan kunnen derhalve geen rechten worden ontleend.
Op 17 december 2020 heeft de gemeenteraad van Montferland het bestemmingsplan 'Buitengebied, vijfde herziening' vastgesteld.
De vijfde herziening voorziet in de meest recente periodieke actualisatie en omvat in hoofdzaak:
- enige actualisatie in de begrenzing van het bestemmingsplan ‘Buitengebied’;
- het opnemen van een verbod op uitbreiding van en omschakeling naar geitenhouderij;
- een planologische doorvertaling van enkele verleende omgevingsvergunningen met afwijking;
- het opnemen van een mogelijkheid voor streekproductenwinkels aan huis;
- enige reparatie en actualisatie op perceelsniveau, alsmede enige correctie daar waar de hoogspanningsverbinding ten zuiden van Didam (en het verlengde daarvan) in het geldende plan niet geheel juist op de verbeelding was opgenomen;
- het alsnog opnemen van een bestaande rioolpersleiding bij Stokkum;
- enige technische aanpassing in de integrale regels;
- het planologisch mogelijk maken van diverse ruimtelijke ontwikkelingen op particulier verzoek, waaronder 3 functieveranderingsinitiatieven naar wonen, 2 functieveranderingsinitiatieven naar werken, een initiatief voor het vergroten van een agrarisch bouwvlak voor paardenhouderij en het aanpassen van bestemmingsvlakken 'wonen' op een aantal locaties.
De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 26 april 2022 uitspraak gedaan inzake een tegen het vaststellingsbesluit ingediend beroep. De va01 versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied, vijfde herziening' die op 25 februari 2021 in werking was getreden, is naar aanleiding daarvan bijgesteld tot een va02 versie.
Dit geeft aanleiding om ook de geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' hierop bij te stellen. Het geconsolideerde bestemmingsplan wordt daarbij tevens bijgesteld op bestemmingsplanherzieningen die sinds de eerdere versie d.d. 25 februari 2021 hebben plaatsgevonden. De plangebieden daarvan worden buiten de begrenzing van de geconsolideerde versie gehouden. Wijzigingsplannen van het bestemmingsplan 'Buitengebied' die sindsdien door burgemeester en wethouders zijn vastgesteld, zijn integraal in deze geconsolideerde versie overgenomen. Ook zijn enkele onjuistheden in de versie van 25 februari 2021 hersteld.
Hoofdstuk 2 Huidige Raadpleegbaarheid Bestemmingsplan 'Buitengebied' Met Voorbeeldlocatie
Op www.ruimtelijkeplannen.nl moeten in beginsel meerdere bestemmingsplannen worden geraadpleegd om inzicht te krijgen in de bestemming van een perceel en de daarbij behorende regels (de actueel juridische situatie).
Verbeelding bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03).
Het vertrekpunt daarbij vormt het bestemmingsplan 'Buitengebied' (versie va03). Vervolgens dient te worden bekeken of een locatie wellicht onderdeel is van wijziging op de verbeelding van de eerste, tweede, derde, vierde of vijfde periodieke actualisatie van het bestemmingsplan 'Buitengebied'. Mogelijk heeft er ook een wijziging plaatsgevonden via de procedure van het wijzigingsplan.
In een voorafgaande geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' is in de toelichting aan de hand van een voorbeeld geillustreerd op welke wijze het bestemmingsplan 'Buitengebied' dient te worden geraadpleegd voor het verkrijgen van inzicht in de actueel juridisch planologische situatie.
Daarvoor is een willekeurig adres gebruikt. Eerst wordt de bestemming van de locatie bekeken in het (moeder) bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03). Achtereenvolgens wordt bekeken of de locatie onderdeel is van wijziging in de diverse periodieke actualisaties. Wanneer er geen sprake is van een wijziging op de verbeelding als onderdeel van een periodieke actualisatie of een wijzigingsplan, blijft de verbeelding van het moederplan 'Buitengebied' (va03) onverkort van toepassing. Met de actualisaties worden echter ook de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied' op onderdelen gewijzigd. Deze wijzigingen zijn in een bijlage bij de regels van de betreffende periodieke actualisatie van markeringen en doorhalingen voorzien.
In het gebruikte voorbeeld was met de derde herziening één en ander op de verbeelding gewijzigd. De locatie was daarin voorzien van de dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 2', de gebiedsaanduiding 'overige zone – grondwaterbeschermingsgebied vervallen' en de gebiedsaanduiding 'overige zone – groene ontwikkelingszone'. De enkelbestemming is niet opgenomen en daarmee onveranderd. De nieuwe dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 2' overschrijft de oude dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 1' en de gebiedsaanduiding 'EHS-natuur' is vervangen door 'overige zone-GO'. Met de gebiedsaanduiding 'grondwaterbeschermingsgebied-vervallen' komt aan de onderliggende gebiedsaanduiding 'milieuzone- grondwaterbeschermingsgebied', zoals opgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03), alsmede de daaraan verbonden regels geen juridische betekenis meer toe.
De wijze waarop de de actueel juridisch planologische situatie op een locatie moet worden achterhaald, onderschrijft derhalve de noodzaak voor een eenvoudigere wijze van raadpleging. Hierin voorziet de geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied'. Hierin wordt de actuele planologische situatie voor alle locaties binnen de begrenzing van het bestemmingsplan 'Buitengebied' in één oogopslag weergegeven.
Hoofdstuk 3 Hoe Ziet De Geconsolideerde Versie Eruit?
3.1 Juridische Status Geconsolideerde Versie
De geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' is een geïntegreerde versie van de volgende plannen:
- 1. het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) en de daaronder tot stand gekomen wijzigingsplannen;
- a. Buitengebied, wijziging Stillewaldweg 14 te Loerbeek
- b. Buitengebied, wijziging Vinkwijk 5 te Zeddam
- c. Buitengebied, wijziging Melderstraat 23 te Didam
- d. Buitengebied, wijziging St. Isidorusstraat 15 te Stokkum
- e. Buitengebied, wijziging Fluunseweg 14 te Didam
- f. Buitengebied, wijziging Kollenburgweg nabij nr. 3 te Didam
- g. Buitengebied, wijziging Kollenburgweg 6 te Didam
- h. Buitengebied, wijziging Groot Lobberikweg 5 en 7 te Loerbeek
- 2. het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' en de daaronder tot stand gekomen wijzigingsplannen;
- a. Buitengebied (eerste herziening), wijziging Vinkwijkseweg 23 te Zeddam
- b. Buitengebied (eerste herziening), wijziging Melkweg 3 te Beek
- c. Buitengebied (eerste herziening), wijziging Klompenhorstweg 3 te Didam
- 3. het bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' en het daaronder tot stand gekomen wijzigingsplan;
- a. Buitengebied (tweede herziening), wijziging Luijnhorststraat 15-17 te Didam
- 4. het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening', zoals in werking getreden op 23 maart 2017 en onherroepelijk geworden op 19 oktober 2017 en de daaronder tot die tijd tot stand gekomen wijzigingsplannen;
- a. Buitengebied(derde herziening), wijziging Korenweg 5a te Didam (onherroepelijk 29 juni 2017)
- b. Buitengebied, wijziging Kollenburgweg 2 (voorheen 6) te Didam (onherroepelijk 13 juli 2017)
- c. Buitengebied(derde herziening), wijziging Holthuizerstraat 20 te Didam (onherroepelijk 16 augustus 2018)
- d. Buitengebied(derde herziening), wijziging Koningsweg 17 te Didam (onherroepelijk 31 oktober 2018)
- 5. het Facetbestemmingsplan 'Zonnepanelen Buitengebied' (onherroepelijk 22 november 2018)
- 6. het bestemmingsplan 'Buitengebied, vierde herziening' (onherroepelijk 29 januari 2020).
- a. Buitengebied(vierde herziening), wijziging Melkweg 1 te Beek (onherroepelijk 9 april 2020)
- b. Buitengebied(vierde herziening), wijziging Kerkhuisstraat 6 te Beek (onherroepelijk 23 juli 2020)
- c. Buitengebied(vierde herziening), wijziging Steegseweg 26 te Beek (onherroepelijk 27 januari 2021)
- 7. het bestemmingsplan 'Buitengebied, herziening woonregels (onherroepelijk 16 april 2020)
- 8. het bestemmingsplan 'Buitengebied, vijfde herziening' (in werking 25 febrauri 2021, grotendeels onherroepelijk d.d. 27 april 2022 )
- a. Zeddam, Oude Doetinchemseweg 97 (onherroepelijk 4 augustus 2021)
- b. Buitengebied(vijfde herziening), wijziging Tatelaarweg 32 te Didam (vastgesteld 26 april 2022)
De geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' heeft geen juridische rechtskracht. Aan (eventuele onjuistheden in) dit plan kunnen dan ook geen rechten worden ontleend. Dit samengestelde plan is namelijk niet door de gemeenteraad vastgesteld en uitsluitend vervaardigd om de raadpleegbaarheid van het bestemmingsplan 'Buitengebied' voor met name burgers te vereenvoudigen. Aanvragen om omgevingsvergunning worden onverkort getoetst aan de juridisch vastgestelde bestemmingsplannen.
3.2 Begrenzing Geconsolideerde Versie
De begrenzing van het plangebied van het geconsolideerde bestemmingsplan 'Buitengebied' wordt gevormd door de begrenzing van het bestemmingsplan 'Buitengebied, vijfde herziening' en de planherzieningen die tot en met 26 april 2022 zijn vastgesteld. De wijzigingsplannen zijn onderdeel van het plan waaronder deze tot stand zijn gekomen en derhalve integraal in de verbeelding van de geconsolideerde versie opgenomen.
3.3 Datum Geconsolideerde Versie
Het bestemmingsplan 'Buitengebied, vijfde herziening' is onherroepelijk geworden voor zover dat niet is vernietigd bij uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State d.d. 26 april 2022. Als gevolg van de uitspraak is uitsluitend het met de vijfde herziening aangepaste bestemmingsvlak 'wonen' Koningsstraat 13 te Zeddam, uit de va02 versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied, vijfde herziening' verwijderd.
De datum 26 april 2022 is derhalve ook de datum van deze geconsolideerde versie. Het geconsolideerde bestemmingsplan geeft de planologische situatie weer op dát moment. (Wijzigings)plannen van latere datum zijn hierin niet opgenomen.
3.4 Verbeelding Geconsolideerde Versie
In de verbeelding van de nieuwe geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn alle wijzigingen als onderdeel van de verschillende periodieke actualisaties van het bestemmingsplan 'Buitengebied' en het bestemmingsplan 'Buitengebied, herziening woonregels' verwerkt. De actuele bestemming van een locatie wordt daarmee direct inzichtelijk gemaakt.
De wijzigingsplannen als onderdeel van het bestemmingsplan 'Buitengebied' en de periodieke actualisaties daarvan zijn integraal overgenomen in de verbeelding van de geconsolideerde versie.
In gevallen waarbij wijzigingsplannen zijn opgesteld vóór de derde herziening kan feitelijk nog sprake zijn van een gebiedsaanduiding of een dubbelbestemming welke met de derde periodieke herziening in algemene zin is komen te vervallen, maar niet voor de specifieke wijzigingslocatie. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om de gebiedsaanduiding 'overige zone ehs-ecologische verbindingszone', maar ook om de dubbelbestemming 'Waarde-archeologische verwachting 3'. Omdat de gebiedsaanduiding 'overige zone ehs-ecologische verbindingszone' met de derde herziening in algemene zin is vervangen door 'overige zone-GO-ecologische verbindingszone', komt aan deze oude gebiedsaanduiding geen juridische rechtskracht meer toe. De gebiedsaanduiding 'overige zone-ehs…..' komt in de verbeelding van het geconsolideerde bestemmingsplan daarom dan ook niet terug.
Ook is er sprake van enkele andere bijzonderheden als gevolg van de doorvertaling van de wijzigingsplannen. Zo is op de locatie Vinkwijkseweg 23 te Zeddam (doorvertaling wijzigingsplan) de gebiedsaanduiding 'milieuzone-grondwaterbeschermingsgebied' nog opgenomen, omdat de wijzigingslocatie bij de beleidsmatige verkleining van het grondwaterbeschermingsgebied bij de derde herziening buiten beschouwing is gelaten. De gronden rondom deze wijzigingslocatie zijn dus anders de wijzigingslocatie zelf niet meer van deze milieuzone voorzien.
Op de locatie Klompenhorstweg 3 te Didam is om dezelfde reden als hierboven de opgenomen dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 3' juridisch gezien nog steeds van toepassing, ondanks dat deze dubbelbestemming en de daarbij behorende regels met het bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' in algemene zijn komen te vervallen. In de geconsolideerde versie is op deze locatie de niet verwijderde dubbelbestemming 'waarde-archeologische verwachting 3' dan ook onverkort opgenomen. De dubbelbestemming is hierin gekoppeld aan de met de derde herziening vervallen regels in artikel 37 'waarde-archeologische verwachting 3'.
3.5 Regels Geconsolideerde Versie
In de nieuwe geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn de voor een specifieke locatie geldende regels rechtstreeks via de verbeelding op te vragen. Daar waar met de periodieke herzieningen teksten of tekstgedeelten zijn doorgehaald, zijn deze in het geconsolideerde bestemmingsplan ook volledig verwijderd. De nummering van artikelen, leden, subleden etc., zoals deze is ontstaan na de aanpassingen als onderdeel van de periodieke actualisaties, blijft in de geconsolideerde versie volledig ongewijzigd in stand.
Op de wijzigingsplannen zijn de doorgevoerde aanpassingen als onderdeel van de latere periodieke actualisaties onverkort van toepassing. De specifieke regels van de afzonderlijke wijzigingsplannen zijn gebundeld opgenomen in bijlage 4 bij deze toelichting.
In de nieuwe geconsolideerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied' worden de bijlagen (1 t/m 25) bij de regels, waarnaar in de geconsolideerde regels met een link wordt verwezen ook daadwerkelijk als bijlagen bij de regels opgenomen, zodat deze eenvoudig (via een muisklik op de link in de regels) te raadplegen zijn.
3.6 Bijzonderheden Regels: Wijzigingsplannen
Op de wijzigingsplannen welke tot stand zijn gekomen onder het bestemmingsplan 'Buitengebied' zijn de aanpassingen in de regels als onderdeel van de periodieke actualisaties voor zover van toepassing eveneens geldend.
In de regels van het geconsolideerde plan zijn de specifieke bepalingen in de wijzigingsplannen overgenomen in de van toepassing zijnde bestemmings-/bouwregels. Hieronder is een voorbeeld opgenomen op welke wijze de specifieke regels in de wijzigingsplannen in de bestemming 'wonen-woongebouw' zijn doorvertaald.
3.7 Bijzonderheden Regels: 'Bestaand' En 'Aanwezig'
In het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) is het begrip bestaand als volgt gedefinieerd:
Hiernaast wordt in het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) ook gesproken over 'aanwezigheid ten tijde van de ter visie legging van het ontwerpplan'. Artikel 3, lid 3.2.2 uit het bestemmingsplan 'Buitengebied' (va03) is hieronder als voorbeeld opgenomen.
In de regels van de periodieke actualisaties staat opgenomen op welke wijze de regels en verbeelding van het geldende bestemmingsplan 'Buitengebied' met die actualisaties worden aangepast.
In de regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' is in artikel 2, lid 8 en lid 9 weergegeven op welke wijze de begrippen 'bestaand', 'aanwezigheid ten tijde van de ter visie legging van het ontwerpplan' en 'aanwezigheid ten tijde van de inwerkingtreding van het plan', dienen te worden geïnterpreteerd.
Een zelfde regeling is opgenomen met de tweede, derde, vierde en vijfde periodieke actualisatie van het bestemmingsplan 'Buitengebied'.
Voor wat betreft 'aanwezigheid ten tijde van de ter visie legging van het ontwerpplan', wordt met ontwerp bestemmingsplan altijd bedoeld het ontwerp bestemmingsplan 'Buitengebied' dat met ingang van 28 april 2011 gedurende 6 weken ter inzage is gelegd, tenzij in de regels specifiek anders is vermeld.
Onderstaand zijn de van belang zijnde data voor de bovengenoemde begrippen opgenomen:
Ter visie legging ontwerp bestemmingsplan 'Buitengebied' | 28 april 2011 |
Inwerkingtreding bestemmingsplan 'Buitengebied' | 19 januari 2012 |
Inwerkingtreding bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' | 8 januari 2015 |
Inwerkingtreding bestemmingsplan 'Buitengebied, tweede herziening' | 24 maart 2016 |
Inwerkingtreding bestemmingsplan 'Buitengebied, derde herziening' | 23 maart 2017 |
Inwerkingtreding Facetbestemmingsplan 'Zonnepanelen Buitengebied' | 22 november 2018 |
Inwerkingtreding bestemmingsplan 'Buitengebied, vierde herziening' | 23 mei 2019 |
Inwerkingtreding bestemmingsplan 'Buitengebied, herziening woonregels' | 16 april 2020 |
Inwerkingtreding bestemmingsplan 'Buitengebied, vijfde herziening' | 25 februari 2021 |
3.8 Bijzonderheden Regels: Overgangsrecht
Het overgangsrecht bouwwerken bepaalt dat een bouwwerk dat rechtens aanwezig is en dat in strijd is met een bestemming die in een nieuw bestemmingsplan aan de betreffende gronden is toegekend, gedeeltelijk mag worden vernieuwd of veranderd, dan wel gedeeltelijk mag worden vergroot c.q. mag worden herbouwd in geval van een calamiteit.
Dit zelfde geldt voor een bepaald gebruik. Een gebruik dat rechtens plaatsvond ten tijde van de inwerkingtreding van een nieuw plan, waarin aan de gronden een gewijzigde bestemming is toegekend, mag worden voortgezet mits dit gebruik niet in meerdere mate gaat afwijken van de in het plan aan de gronden gegeven bestemming. Het overgangsrecht zoals dat is opgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied' is hieronder weergegeven.
Duidelijk mag zijn dat het bestemmingsplan 'Buitengebied' en de daarop doorgevoerde periodieke herzieningen op andere data in werking zijn getreden. Indien als onderdeel van bijvoorbeeld het bestemmingsplan 'Buitengebied, eerste herziening' een andere bestemming is opgenomen geldt een andere overgangsdatum dan een geval waarin de bestemming van het bestemmingsplan 'Buitengebied' onveranderd blijft.
Hoofdstuk 4 Bijlagen Bij De Toelichting En De Regels
Aan de toelichting van de geactualiseerde versie van het bestemmingsplan 'Buitengebied, geconsolideerd' zijn de volgende bijlagen gekoppeld:
- 1. Overzicht bestaande situaties (geactualiseerd)
- 2. Regels herzieningen
- 3. Integrale regels Buitengebied (inclusief vijfde herziening)
- 4. Specifieke regels wijzigingsplannen
Aan de regels van de geconsolideerde versie van het bestemmingsplan ‘Buitengebied’ zijn de volgende bijlagen gekoppeld toegevoegd.
- 1. Indicatieve bedrijvenlijst (vervallen)
- 2. Staat van bedrijfsactiviteiten
- 3. Kaart LOG Azewijn (vervallen)
- 4. Kwaliteitseisen LOG (vervallen)
- 5. Kernkwaliteiten GNN en GO en Waardevol landschap
- 6. Lijst van bedrijvigheid
- 7. Erfinrichtingschetsen functieveranderingsinitiatieven
- 8. Beeldkwaliteitsplan Buitengebied
- 9. Nieuwbouw productiebedrijf Van Heek en bijpassende terreininrichting d.d. 27 juni 2014
- 10. Omrekening NGE
- 11. Landschappelijk inrichtingsplan Baarleweg 4-6 Didam
- 12. Beplantingsplan Baarleweg 4-6 Didam
- 13. -
- 14. Sloop en herbouw woningen Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
- 15. Landschapsplan Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
- 16. Voorwaarden en maatregelen herbouw woningen Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
- 17. Inrichting-, beplantings- en beheersplan 13 april 2010 Arnhemseweg 17a te Beek
- 18. Herbouw woning en bijgebouwen Zuider Markweg 34 te Beek
- 19. Landschapsplan Zuider Markweg 34 te Beek
- 20. Beplantingsplan Hengelderweg 4-6 te Didam
- 21. Landschappelijk inpassingsplan Rozenpas 8 te Kilder
- 22. Terreininrichtingsplan St. Jansgildestraat 15-17 te Beek
- 23. Erfinrichtingsplan en landschappelijk inpassingsplan Greffelkampseweg 58 te Didam
- 24. Erfinrichting Julianaboom 1 te Kilder
- 25. Erfinrichting Bosstraat 57 te Didam
Bijlage 1 Indicatieve Bedrijvenlijst (Vervallen)
Bijlage 1 Indicatieve bedrijvenlijst (vervallen)
Bijlage 2 Staat Van Bedrijfsactiviteiten
Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten
Bijlage 3 Kaart Log Azewijn (Vervallen)
Bijlage 3 Kaart LOG Azewijn (vervallen)
Bijlage 4 Kwaliteitseisen Log (Vervallen)
Bijlage 4 Kwaliteitseisen LOG (vervallen)
Bijlage 5 Kernkwaliteiten Gnn En Go En Waardevol Landschap
Bijlage 5 Kernkwaliteiten GNN en GO en Waardevol landschap
Bijlage 6 Lijst Van Bedrijvigheid
Bijlage 6 Lijst van bedrijvigheid
Bijlage 7 Erfinrichtingsschetsen Functieveranderingsinitiatieven
Bijlage 7 Erfinrichtingsschetsen functieveranderingsinitiatieven
Bijlage 8 Beeldkwaliteitsplan Buitengebied
Bijlage 8 Beeldkwaliteitsplan Buitengebied
Bijlage 9 Nieuwbouw Productiebedrijf Van Heek En Bijpassende Terreininrichting D.d. 27 Juni 2014
Bijlage 9 Nieuwbouw productiebedrijf Van Heek en bijpassende terreininrichting d.d. 27 juni 2014
Bijlage 10 Omrekening Nge
Bijlage 11 Landschappelijk Inrichtingsplan Baarleweg 4-6 Didam
Bijlage 11 Landschappelijk inrichtingsplan Baarleweg 4-6 Didam
Bijlage 12 Beplantingsplan Baarleweg 4-6 Didam
Bijlage 12 Beplantingsplan Baarleweg 4-6 Didam
Bijlage 13 -
Bijlage 14 Sloop En Herbouw Woningen Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
Bijlage 14 Sloop en herbouw woningen Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
Bijlage 15 Landschapsplan Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
Bijlage 15 Landschapsplan Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
Bijlage 16 Voorwaarden En Maatregelen Herbouw Woningen Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
Bijlage 16 Voorwaarden en maatregelen herbouw woningen Linthorsterstraat 3 & 5 Stokkum
Bijlage 17 Inrichtings-, Beplantings- En Beheersplan 13 April 2010 Arnhemseweg 17a Te Beek
Bijlage 17 Inrichtings-, beplantings- en beheersplan 13 april 2010 Arnhemseweg 17a te Beek
Bijlage 18 Herbouw Woning En Bijgebouwen Zuider Markweg 34 Te Beek
Bijlage 18 Herbouw woning en bijgebouwen Zuider Markweg 34 te Beek
Bijlage 19 Landschapsplan Zuider Markweg 34 Beek
Bijlage 19 Landschapsplan Zuider Markweg 34 Beek
Bijlage 20 Beplantingsplan Hengelderweg 4-6 Te Didam
Bijlage 20 Beplantingsplan Hengelderweg 4-6 te Didam
Bijlage 21 Landschappelijk Inpassingsplan Rozenpas 8 Te Kilder
Bijlage 21 Landschappelijk inpassingsplan Rozenpas 8 te Kilder
Bijlage 22 Terreininrichtingsplan St. Jansgildestraat 15-17 Ter Beek
Bijlage 22 Terreininrichtingsplan St. Jansgildestraat 15-17 ter Beek
Bijlage 23 Erfinrichtingsplan En Landschappelijk Inpassingsplan Greffelkampseweg 58 Te Didam
Bijlage 23 Erfinrichtingsplan en landschappelijk inpassingsplan Greffelkampseweg 58 te Didam
Bijlage 24 Erfinrichting Julianaboom 1 Te Kilder
Bijlage 24 Erfinrichting Julianaboom 1 te Kilder
Bijlage 25 Erfinrichting Bosstraat 57 Te Didam
Bijlage 25 Erfinrichting Bosstraat 57 te Didam
Bijlage 1 Overzicht Bestaande Situaties (Geactualiseerd)
Bijlage 1 Overzicht bestaande situaties (geactualiseerd)
Bijlage 2 Regels Herzieningen
Bijlage 3 Integrale Regels 'Buitengebied (Inclusief Vijfde Herziening)'
Bijlage 3 Integrale regels 'Buitengebied (inclusief vijfde herziening)'